Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
GepubliceerdAnita Willems Laatst gewijzigd meer dan 9 jaar geleden
1
Wet van 21 mars 2007 tot regeling van de plaatsing en het gebruik van bewakingscamera's Gewijzigd door de wet van 12 november 2009
2
Vaststellingen Terminologische onsamenhangendheden en benaderingen Discrepantie tussen de “theorie” en de praktische uitwerking op het terrein
3
Wijzigingen [Taal verbeteringen] Plaatsing van vaste camera’s in een niet-besloten plaats : advies van de gemeenteraad en raadpleging van de korpschef Gebruik van mobiele camera’s door de politiediensten (art. 7/1 en 7/2)
4
Herinnering: plaatsen bedoeld in de camerawet Niet-besloten plaats : elke plaats die niet door een omsluiting is afgebakend en vrij toegankelijk is voor het publiek Vb: openbare weg Voor het publiek toegankelijke besloten plaats : elk besloten gebouw of elke besloten plaats bestemd voor het gebruik door het publiek waar diensten aan het publiek kunnen worden verstrekt Vb: café, station, Sportpaleis, Dour Festival, bank, winkel … Niet voor het publiek toegankelijke besloten plaats : elk besloten gebouw of elke besloten plaats die uitsluitend bestemd is voor het gebruik door de gewoonlijke gebruikers Vb: woning, club …
5
Plaatsing van vaste camera’s in een niet gesloten plaats Oude versie – Art. 5, §2 « De in § 1 bedoelde beslissing wordt genomen nadat de gemeenteraad van de betrokken gemeente en de korpschef van de betrokken politiezone een positief advies hebben gegeven. Uit het tweede advies moet blijken dat een veiligheids- en doelmatigheidsanalyse werd uitgevoerd en dat de plaatsing beantwoordt aan de in de wet van 8 december 1992 bepaalde beginselen ». Problemen: - Inhoud van de « veiligheids- en doelmatigheidsanalyse »? - Verplaatsing van de verantwoordelijkheid van de verantwoordelijke voor de verwerking naar de korpschef.
6
Plaatsing van vaste camera’s in een niet gesloten plaats Nieuwe versie – Art. 5, §2 « De in § 1 bedoelde beslissing wordt genomen nadat de gemeenteraad van de gemeente waar de plaats zich bevindt, een positief advies heeft gegeven. De gemeenteraad verstrekt zijn advies na voorafgaandelijk de korpschef van de politiezone waar die plaats zich bevindt te hebben geraadpleegd ». Enkel de gemeenteraad geeft een positief advies De korpschef wordt geraadpleegd als deskundige over: -De draagwijdte en het type van delinquentie -Het bestaan van veiligheidsproblemen en de hiermee verbonden risico’s die het plaatsen van camera’s zouden verantwoorden -De doelmatigheid van het bewakingsysteem: voldoende interventiecapaciteit?
7
Gebruik van mobiele camera’s door de politiediensten Artikelen 7/1 : Principe 7/2 : Modaliteiten 8, al. 3, 2°: Vrijstelling van het pictogram 13 : Strafbepaling
8
Principe: art. 7/1 Wanneer? -grote volkstoelopen (art. 22 WPA): zoals stakingen, sportevenementen, culturele gebeurtenissen en festivals, feesten in mégadancings, rellen, bijeenkomsten van motorbendes, acties van milieuactivisten, bomspottings, rave party’s,… (Dus niet, ambtshalve, voor dagdagelijkse politie interventies) -« in het kader van »: voetbal match vanaf de verzameling van de supporters/bezoekers in hun stad van herkomst, het transport naar de plaats van afspraak, tijdens de duur van de match en tijdens de terugreis na de wedstrijd.
9
Wanneer (vervolg) -niet-permanente opdrachten : het gebruik van mobiele camera’s om de Hell’s Angels of de harde kern van voetbal supporters te bewaken… buiten het kader van een volkstoeloop is dus uigesloten. Waar ? -Niet-besloten plaatsen: openbare weg (betoging), parken (rave-party), bossen ( milieuactivisten ), … -Voor het publiek toegankelijke besloten plaats : sportstadium, nachtclub (behalve privé club), concertzaal, plaats van een festival, station, …
10
Modaliteiten: art. 7/2 I)Wie beslist over het gebruik van mobiele camera’s? Niet-gesloten plaats: de OBP aan wie de operationele verantwoordelijkheid is toevertrouwd (art. 7/1 t.e.m 7/3 WPA): de korpschef of de DirCo De betrokken burgemeesters op de hoogte brengen (per fax, mail…) Voor de inwerkingstelling van de mobiele videobewaking
11
Voor het publiek toegankelijke besloten plaats : de burgemeester Uitzondering: uiterste hoogdringendheid OBP Onmogelijkheid om de beslissing van de burgemeester af te wachten = onvoorziene volkstoeloop (rellen) = onvoorziene bijzondere risico (aanwezigheid van activisten) = niet nader bepaalde plaats (rave-party) De betrokken burgemeesters op de hoogte brengen Onmiddellijk (per telefoon? In zonale overleg te debatteren …)
12
II)Operationele verantwoordelijkheid = de OBP aan wie de operationele verantwoordelijkheid is toevertrouwd Kennisgeving aan de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levensfeer (CBPL) Overeenstemming met de “privacywet” van 8-12-1992 (WPL)
13
III)Kennisgeving aan de CBPL (Opm: niet gepubliceerd in openbaar register van de CBPL) Wanneer? -Ten laatste op de dag die voorafgaat aan de volkstoeloop NB: In geval van meerdere volkstoelopen met eenzelfde locatie, aard, benaming en operationeel verantwoordelijk: één kennisgeving Vb: thuisvoetbalwedstrijden in eenzelfde seizoen -Hoogdringendheid : binnen de 7 dagen Hoe? -Op termijn: elektronische toepassing op de website van de CBPL, via een login -Voorlopig: papier standaardformulier (per fax)
14
Inhoud Identificatie -Van de persoon die de beslissing heeft genomen; -Van de operationeel verantwoordelijke (dienst en OBP); -Van de grote volkstoeloop (aard, datum, plaats) Bekijken en opnemen -Ja/nee en voor welke finaliteiten -Identificatie van de dienst die de beelden verwerkt Motivering - Overeenstemming met de WPL -Doelmatig en efficiënt gebruik -Finaliteit, proportionaliteit et subsidiariteit
15
IV)Overeenstemming met de WPL “Doelmatig” en “efficiënt” gebruik??? Advies van de Raad van State : « il doit veiller à ce que l’utilisation des caméras soit ciblée et efficace et, plus largement, qu’elle soit conforme aux principes de la loi précitée du 8-12-1992». DUS « doelmatig » proportionaliteit « efficiënt » subsidiariteit
16
Finaliteit, proportionaliteit en subsidiariteit Finaliteit bewaking om: -misdrijven of overlast te voorkomen, vast te stellen of op te sporen (135 NGW) -de openbare orde te handhaven Subsidiariteit geen andere minder privacyindringende middelen om de gestelde doeleinden te bereiken (kwaliteit van de beschikbare inlichtingen, goede voorbereiding en omkadering van de dienstorde) - Ex: onvoorziene evenement – gebrek aan tijdige inzetbare capaciteit. Proportionaliteit evenwicht tussen de bescherming van privacy en het cameragebruik; het verzamelen van beelden beperken naar adequate en pertinente plaatsen en personen – Ex: betoging: we filmen de nieuwsgierigen, de winkeliers, de balkons… niet zonder reden.
17
V) Bekijken in real time Toegestaan opdat : de bevoegde diensten politiediensten, ziekenwagen, brandweer, … zich preventief kunnen opstellen Vb: een « harde kern » die in een betoging tot stand komt uiteen te drijven onmiddellijk kunnen ingrijpen bij misdrijf, schade, overlast of verstoring van de openbare orde en die diensten in hun optreden optimaal kunnen worden gestuurd.
18
VI)Opnemen van de beelden Toegestaan teneinde : preventieve maatregelen te nemen om een verstoring van de openbare orde te vermijden ; bewijzen te verzamelen van feiten die een misdrijf of een aantasting van de openbare orde opleveren; bewijzen te verzamelen van feiten die schade of overlast veroorzaken ; een dader, een verstoorder van de openbare orde, getuigen of slachtoffers op te sporen en te identificeren.
19
Vrijstelling van het pictogram: art. 8 PRINCIPE : heimelijk gebruik verboden zonder voorafgaande toestemming van de gefilmde persoon Geldt als voorafgaande toestemming de aanwezigheid op een niet-besloten plaats of op een voor het publiek toegankelijke besloten plaats waar op zichtbare wijze van mobiele bewakingscamera's gebruik wordt gemaakt op schouder, op statief, in het uniform geïncorporeerd MAAR NIET in het uniform verborgen: de gefilmde personen moeten weten dat de politieagent een camera op zich draagt. Wettelijk vermoeden : mobiele bewakingscamera's, gemonteerd op niet-gebanaliseerde voertuigen, vaartuigen of luchtvaartuigen, worden geacht op zichtbare wijze gebruikt te zijn voertuigen die zijn voorzien van de officiële striping.
20
Strafbepaling : art. 13 « Overtreding van de artikelen 5, 6, 7, 7/1, 7/2 en 8 wordt gestraft met geldboete van 25 euro tot 100 euro. Wordt gestraft met dezelfde geldboete, hij die de beschikking heeft over een afbeelding waarvan hij redelijkerwijs kan vermoeden dat dit beeld verkregen werd met schending van deze artikelen ».
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.