Download de presentatie
1
Ouder als begeleider
2
Even voorstellen… Mirjam ter Riet-Binnekamp Psycholoog NIP
Sportmasseur en Voedingsdeskundige Echtgenote en Moeder van 2 sportende zonen
3
Persoonsgebonden prestatiebepalende kwaliteiten:
Kenmerken van de sportprestatie TIJD Toeval Persoonsgebonden prestatiebepalende kwaliteiten: Lichaamsbouw Fysiologie Techniek Tactiek Mentaal Omgeving: Ouders, leerkrachten, trainers, coaches, vrienden, talentontwikkelingsprogramma, trainingsfaciliteiten, competentiestructuur Rijpen Leren Trainen Balans om te komen tot een top prestatie. Top prestatie is verschillend=== kan grandslam zijn maar meedoen aan clubwedstrijd kan ook een juichmoment zijn!! Iedereen heeft zijn eigen top en juichmoment Zelfregulatie
4
WINNEN Dan draait het om winnen… want daar doe je het voor??? Toch? Trainen trainen trainen Ieder kind wil winnen maar als het winnen het doel wordt dan bereik je niets Als je als ouder hierin meegaat dan krijg je dit.. trainingsuren
5
Mentaal Prestatiedoel vs leerdoelen “Tennis is een mentaal spelletje”
Vb Mac Donalds Angstige kinderen die bij een fout naar een ouders kijken Ouders die weglopen bij wedstrijd Gericht op prestaties (winnen winnen winnen) of juist gericht op het leren (beter willen worden) Prestatiedoel vs leerdoelen
6
De weg naar de top Blessures Wat is die top Omgaan met druk
persoonlijkheid Wat is die top!! Voor iedereen verschillend!! Kan een ATP, Grandslam zijn… maar een clubkampioenschap is niets minder. Kinderen moeten HUN top halen en die is voor iedereen anders… het plezier staat voorop… De top van een gemiddelde sporter ligt zo gemiddeld op ongeveer trainingsuren. Dus waarom nu richten om winnen???!! Vb Marleen Veldhuis, kon tot haar 16/17 geen wedstrijd winnen, is maar gaan waterpoloen en later gaan zwemmen…. Hoe ga je om met verlies? Als kind maar ook als ouder? Laat je teleurstelling merken? Ga je in op verlies of juist op de dingen die goed gaan? Omgeving: hoe bereid een kind zich voor? Vb kijken naar ranking – wat doet dat met je spel vb Marijn met kijken naar rating maar ook tennistas… Blessures: hoe ga je hier mee om… vb Lukas met Pfeifer, zwemmen lukte niet meer, teleurstelling, stoppen..???, tijdelijk rustiger aan, rust geven, niet meer blootstellen aan wedstrijddruk en vooral plezier weer terug krijgen. Voeding: een onderschat onderdeel in de sport, Rolmodel ouder, wat doet dat met je kind Omgaan met druk Rolmodel Faalmomenten omgeving Voeding
7
Wat zijn de ingrediënten voor een (top)sporter
Talent Doorzettingsvermogen Mentaal Motivatie Persoonlijkheid Omgaan met druk .. (te) gekke Ouders/verzorgers
8
TIJD Toeval Zelfregulatie Rijpen Leren Trainen Omgeving:
Kenmerken van de sportprestatie Omgeving: Ouders, leerkrachten, trainers, coaches, managers, talentontwikkelingsprogramma, trainingsfaciliteiten, competentiestructuur Persoonsgebonden prestatiebepalende kwaliteiten: Lichaamsbouw Mentaal Fysiologie Techniek Tactiek TIJD Toeval Balans om te komen tot een top prestatie. Rijpen Leren Trainen Zelfregulatie
9
Samenspel Kenmerken van de sportprestatie Omgeving: Ouders, leerkrachten, trainers, coaches, managers, talentontwikkelingsprogramma, trainingsfaciliteiten, competentiestructuur Persoonsgebonden prestatiebepalende kwaliteiten: Lichaamsbouw Mentaal Fysiologie Techniek Tactiek Balans om te komen tot een top prestatie. Waar heb je als ouders ‘controle’ op?
10
Waar invloed op als ouders
Fysiologie Voeding Slaap .. Mentaal Persoonlijkheid Motivatie Rolmodel
11
Waar invloed op als ouders
Fysiologie Voeding Slaap .. Mentaal Persoonlijkheid Motivatie Rolmodel
12
MOTIVATIE Extrinsiek of intrinsiek
Extrinsieke motivatie Is motivatie die gevormd word door externe factoren. Zoals: Straf of beloning Sociale druk Autoriteit Secundaire arbeidsvoorwaarden Intrinsieke motivatie is motivatie die van binnenuit komt, gevormd door interne factoren. Zoals: Inspiratie Zelfontplooiing Behoeftebevrediging Een belangrijk onderscheid in motivatie is of de redenen om te tennissen vanuit het kind zelf komen of dat er redenen van buitenaf zijn. Plezier in de sport is duidelijk een reden dat vanuit het kind zelf komt. Het blijkt dat kinderen die deze vorm van motivatie bezitten langer doorgaan met hun sport en ook sneller progressie boeken. Uiteindelijk afhaken komt daarentegen meestal doordat kinderen het plezier verliezen en om andere, verkeerde redenen nog een tijdje doorgaan (bijvoorbeeld omdat het kind het gevoel heeft dat hij de trainer/ouder niet wil teleurstellen). Het is daarom belangrijk voor trainers en begeleiders ervoor te zorgen dat kinderen op een juiste manier gemotiveerd blijven. In de begeleiding van kinderen in een wedstrijd zijn er veel manieren om op een juiste wijze op de motivatie van een kind in te spelen. Daarvoor is het belangrijk in te zien dat kinderen (en ook volwassenen) van elkaar verschillen in de manier waarop ze een wedstrijd benaderen en vooral waar ze aan afmeten of ze succesvol zijn geweest. Om dit onderscheid uit te leggen, wil ik het volgende figuur Gebruiken.
13
Waarom begeleiding nodig
1. Plezier in de sport. 3. Tennis als identiteit. 4. Willen presteren. 2. Beheersen van de sport. 5. Gezelligheid 6. Kwaliteit van het aanbod. Motivatie Motivatie. Als begeleider is een van de belangrijkste taken om het kind gemotiveerd te houden. 1. Plezier in de sport. 2. Beheersen van de sport. Kinderen vinden het leuk om iets te leren en daar ook vooruitgang in te zien. 3. Tennis als identiteit. Een kind kan het gevoel hebben dat tennis echt iets is dat bij hem of haar hoort. 4. Willen presteren. Bij tennis horen wedstrijden en kinderen kunnen er voldoening uit halen om hierin te presteren. 5. Gezelligheid. Het is leuk om om te gaan met kinderen met dezelfde sportinteresse. Vaak zie je dat kinderen beginnen aan een sport, omdat een vriendje het ook beoefent. 6. Kwaliteit van het aanbod. Zowel de training waar kinderen hun sport leren als de activiteiten eromheen moeten wat te bieden hebben.
14
Persoonlijkheid/Motivatie
Streven Persoonlijkheid/Motivatie Het beter willen doen dan de meeste anderen van mijn niveau Het beter willen doen dan waar ik normaalgesproken goed in ben Het niet slechter willen doen dan de meesten van mijn andere niveau Het niet slechter willen doen dan waar ik normaal toe in staat ben Prestatie gericht Leergericht mbti Resultaat taak Allereerst heb je de kinderen die vooral wedstrijden te spelen om niet te verliezen (1). Dit kan worden opgevat als een vorm van faalangst die vaak ook terugkeert in andere situaties, bijvoorbeeld op school. Hun motivatie is erop gebaseerd dat ze de negatieve gevolgen van een verliespartij willen voorkomen. Dit zorgt voor onzekerheid, spanning en verminderd plezier in de sport. Daar tegenover staan de kinderen die wedstrijden spelen om te willen winnen (2). Deze 'winners-mentaliteit' wordt vaak geprezen, maar kent ook zijn nadelen. Het winnen van een wedstrijd heb je namelijk niet in eigen hand. Je bent afhankelijk van het niveau van de tegenstander en daarnaast komen er ook nog tal van toevalsfactoren om de hoek kijken. Als kinderen hun succeservaringen dus van winst laten afhangen, loop je het gevaar dat ze snel gedemotiveerd raken als ze veel verliezen. Naast de wil om te winnen, is het daarom ook belangrijk om te streven naar het kunnen beheersen van de sport (3). Iemand die zichzelf wil verbeteren ten opzichte van zichzelf, is minder afhankelijk van anderen. Een jeugdspeler kan bijvoorbeeld een wedstrijd verliezen, maar tevreden zijn omdat zijn forehand topspin beter ging dan de vorige keer. En hier gaat het niet alleen om het beheersen van slagen, maar ook om bijvoorbeeld verbeterd tactisch inzicht, fairplay, inzet of concentratie. Andere kinderen kunnen er weer op gericht zijn et zorgen dat ze het niet slechter doen als de vorige keer (4). Ook hier komt faalangst om de hoek kijken. Vermijden
15
Prestatiegericht “Prestatiedoelen zijn zeer motiverend. Studenten met prestatiedoelen krijgen vaak de hoogste cijfers op hun vakken; medewerkers met prestatiedoelen zijn vaak het meest productief. Maar prestatiedoelen hebben een tweesnijdend zwaard eigenschap – die relatie met zelfwaardering die ze zo motiverend maakt is ook wat hen minder adaptief maakt wanneer omstandigheden uitdagender worden.” Voor individuen is het verstandiger om zich te richten op beter proberen te worden dan op goed proberen te zijn (en goed proberen over te komen). Veel onderzoek in de psychologie heeft laten zien dat er een belangrijk verschil is tussen zogenaamde prestatiedoelen en leerdoelen. Prestatiedoelen richten zich op het proberen te laten zien dat je beschikt over een bepaalde vaardigheid of capaciteit terwijl leerdoelen zich richten op beter worden, het bereiken van groei met betrekking tot een bepaalde vaardigheid of capaciteit. De psychologe Heidi Grant Halvorson legt uit hoe de prestatieoriëntatie weliswaar heel motiverend kan zijn maar een belangrijk nadeel heeft: In een interview dat ik met haar had legde ze uit hoe de leeroriëntatie belangrijke voordelen heeft ten opzichte van de prestatieoriëntatie: “Onderzoek laten zien dat kinderen die hun doelen zien in termen van beter worden de lesstof leuker en interessanter vinden en deze dieper verwerken. Ze zijn minder vatbaar voor angst en depressie dan hun wees-goed leeftijdsgenootjes. Ze zijn gemotiveerder, houden langer vol als het moeilijker wordt en de kans is veel groter dat ze over de lange termijn beter worden.” Mooi voorbeeld van een leeroriëntatie noemde: “Uitzending over de voetbalprestaties van Ronaldo. Hij onderging allerlei tests en de wetenschappers waren helemaal lyrisch over de resultaten en concludeerden dat Ronaldo wel tot de beste voetballers van de wereld behoorde. Op zijn vraag wat hij daarvan vond antwoordde hij dat hij zich vermaakt had bij de tests en dat hij alleen maar nog beter wilde worden. Grappig, vond het een mooi voorbeeld.” (Zie: Cristiano Ronaldo – Tested To The Limit). Heidi Grant Halvorson, The Psychology of Goals (Guilford, 2009)
16
Leergericht “Onderzoek laten zien dat kinderen die hun doelen zien in termen van beter worden de lesstof leuker en interessanter vinden en deze dieper verwerken. Ze zijn minder vatbaar voor angst en depressie dan hun wees-goed leeftijdsgenootjes. Ze zijn gemotiveerder, houden langer vol als het moeilijker wordt en de kans is veel groter dat ze over de lange termijn beter worden.” VB Christiano Ronaldo Cristiano Ronaldo – Tested To The Limit).
17
Rolmodel Veilig leerklimaat Wedstrijd bemoeienis
Bemoeienis met opleiding Positief blijven Leer gericht …
18
De rol van ouders kan drie verschillende vormen aannemen
Verzorger Halen/brengen Investeren voeding ‘Mental’ coach Motiveren persoonlijkheid Rolmodel Gedrag tijdens de wedstrijd … De rol van ouders kan drie verschillende vormen aannemen: Verzorger: hierbij gaat het erom dat ouders hun kinderen de kans geven om een sport te ontdekken en te proberen. Ze functioneren hier dus als geldschieters. Eerder onderzoek toont aan dat deze rol cruciaal is bij het ontwikkelen van een talent in de sportwereld. Verklaarder: bij deze rol ligt de nadruk op de waarde die meegegeven wordt van de ouders aan de kinderen met betrekking tot sport. Hierbij gaat het ook om het geloof dat ouders tonen in kinderen en de verwachtingen die zij hebben. Al deze elementen hebben invloed op psychische symptomen bij kinderen. Deze rol creëert dus eigenlijk het beeld dat een kind heeft over het beoefenen van tennis. Rolmodel: bij deze rol beïnvloedt de ouder het sportgedrag van het kind door reacties uit te leggen bij bepaalde situaties. Het kind leert hier dus een bepaalde houding aan te nemen in de sportwereld.
19
Vragen?
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.