Belangrijke onderzoeksgegevens uit het DUO-onderzoek van VNCI/RGC Jan Apotheker and Gerard van Koten Stuurgroep Nieuwe Scheikunde RGC;17.

Presentatie over: "Belangrijke onderzoeksgegevens uit het DUO-onderzoek van VNCI/RGC Jan Apotheker and Gerard van Koten Stuurgroep Nieuwe Scheikunde RGC;17."— Transcript van de presentatie:

1 Belangrijke onderzoeksgegevens uit het DUO-onderzoek van VNCI/RGC Jan Apotheker and Gerard van Koten Stuurgroep Nieuwe Scheikunde g.vankoten@uu.nl RGC;17 juni 2010

2 Vraag; Noodzaak voor nieuw examenprogramma? 3 2 4. absoluut noodzakelijk 3. is goed, maar huidige kan ook wel 2. niet nodig huidige voldoet prima 1. ronduit tegen

3 Vraag; Wat vinden docenten van werken met een context- concept benadering? 5. uitstekend 4. goed 3. niet goed niet slecht 2. niet zo goed 1. slecht

4 Vraag; Wat docenten vinden van het modulair werken? 5. zeer positief 4. positief 3. neutraal 4. enigszins negatief 1. Zeer negatief

5 Vraag; Docentenoordeel over (gedownloade) modules? 5. zeer positief 4. positief 3. neutraal 4. enigszins negatief 1. Zeer negatief 5 4 3 2 1

6 Vraag; Docentenoordeel over het systeem om NS modules te downloaden, zodat ze kunnen kiezen? 5. zeer positief 4. positief 3. neutraal 4. enigszins negatief 1. Zeer negatief 5 4 3 2 1

7 Vraag; Mening over het idee dat de modules door docenten zelf ontwikkeld zijn? 5. zeer positief 4. positief 3. neutraal 4. enigszins negatief 1. Zeer negatief 5 4 3 2 1

8 Conclusies uit kwantitatieve uitkomsten onderwijs en materiaal Meerderheid van de docenten ziet een nieuw examenprogramma zitten en daarvan wil een meerheid zich ook min of meer inspannen. De cultuuromslag naar een actief betrokken docent is zich aan het voltrekken. Docenten zijn in meerderheid geïnteresseerd om de C&C benadering bij de ontwikkeling van hun onderwijs te betrekken. Dit gaat over de cultuuromslag die zich voltrekt. De helft van de docenten wil werken met losse modules. Docenten betrokken bij ontwikkelen van nieuw materiaal zijn als altijd (ook bij ontwikkeling van methoden met uitgevers) positief. De andere volgen en laten zich inspireren. Docenten zijn positief als ze kennis hebben gemaakt met het materiaal. Bij verdieping stijgt betrokkenheid en waardering.

9 Conclusies uit de Stuurgroep NS  Vooraf Ministerie van OC&W heeft opdracht gegeven om examenprogramma te maken voor VO (Havo en VWO) met een 60(CE)/40(SE)% verdeling  Uitgangspunten Programma gaat over het WAT; het HOE is aan de school Aanpak NS gericht op bewerkstelligen cultuuromslag, dwz initiatief terug bij docenten (inspiratie, betrokkenheid, professionaliteit) Beginnen in klas 3 Rol van scheikunde in de maatschappij (scientific literacy) structureel in leerlijn inbouwen (Carriere perspectief, etc.) Samenhang met andere bètadisciplines waarborgen

10 Leermomenten evaluatie voor de toekomstige ontwikkeling van scheikunde onderwijs  Evaluatie is essentiëel om continuiteit van ontwikkeling en actualisering van het scheikunde onderwijs te waarborgen  Docenten willen materiaal waarmee ze direct aan de slag kunnen, dwz het maken van een kwaliteitsslag van de huidige modules is nodig  Er moet een stakeholder komen die zich bezig houdt/gaat houden met de verduurzaming van het huidige en toekomstige materiaal  Modules moet centraal voor docenten en uitgevers beschikbaar zijn: het systeem van downloaden en eventueel zelf aanpassen vinden ze positief  Positief over de rol van VNCI om bedrijfsaspecten structureel in modules en leerlijnen in te brengen: advies ook dit moet duurzaam gemaakt worden

11