De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Fragmentatie in de eerste helft van de twintigste eeuw

Verwante presentaties


Presentatie over: "Fragmentatie in de eerste helft van de twintigste eeuw"— Transcript van de presentatie:

1 Fragmentatie in de eerste helft van de twintigste eeuw
SPIEGEL AAN SCHERVEN H.11 vwo Fragmentatie in de eerste helft van de twintigste eeuw WOI Economische Crisis Opkomst Fascisme WOII Internationalisering Avant Garde Wat houdt zich schuil achter het zichtbare: Erwartung: Arnold Schönberg: Het expressionistische ‘Erwartung’, is een nachtmerrie-achtig zangstuk voor sopraan en orkest over de dramatische zoektocht van een vrouw naar haar geliefde, het is een uitvergroting van emoties. De muziek versterkt de verschillende stemmingen. Onderhuids: In 1900 publiceert Sigmund Freud zijn studie: Traumdeutung; de mens wordt gestuurd door zijn onderbewuste.Het alledaagse gedrag is een gecultiveerd masker, een vliesdunne huid waaronder de echte emoties, gevoelens en driften schuilgaan. Theorie ten behoeve van zijn therapie. In 1901 ontving Wilhelm Röntgen de Nobelprijs voor de door hem ontdekte ‘x- stralen’; die laten zien dat onder de huid de dood zich al schuil houdt in de vorm van een skelet. Schönberg: ‘De rode blik’1911

2 Abstractie Het loslaten van de nabootsing: toon, vorm en kleur op eigen kracht Atonaal: In een brief aan de schilder Vassily Kandinsky pleit Schönberg voor het breken met de regels die ons zijn voorgehouden in opvoeding en opleiding. ‘Kunst behoort tot het onderbewuste, het instinctieve’. Hij breekt met de regels van de klassieke harmonieleer (welke tonen kunnen gecombineerd worden en liggen goed in het gehoor). ‘Erwartung’ is een voorbeeld van atonale muziek, dat ons vals in de oren klinkt. In‘Walzer’ (1923)horen we een volledige twaalftoonsysteem. De componist bepaalt zelf hoe hij de twaalf tonen rangschikt en elke toon mag pas weer gebruikt worden als de hele reeks is afgewerkt. Kleur als klank: In 1911 woont Vassily Kandinsky een voorstelling van Schönberg bij en hoort een geestverwant. Hij laat, vergelijkbaar met Schönberg, de geldende regels los: niet de voorstelling, maar lijn, kleur en vorm roepen emoties op. Hij vergelijk kleuren met tonen en muziekinstrumenten:’Geel klinkt als een schelle trompet’. Kandinsky en Schönberg onderstrepen de noodzaak van abstracte kunst om het innerlijke weer te geven. Kandinsky: Lyrisch 1911 Schönberg: Het object van de schilderkunst zal niet langer toebehoren aan het reproducerende oog. Volkskunst: Kandinsky publiceert in 1911 ‘Über das Geistige in der Kunst’. Kunst moet uitdrukking geven aan een niet-materiële, geestelijke wereld. Marc en Kandinsky richten ‘Der Blaue Reiter’ op, een kunstenaarsgroep met o.a. ook Paul Klee. Bij hen veel Belangstelling voor volkskunst  abstractie is van alle tijden en duikt overal op.

3 Abstractie: Vassily Kandinsky
Grote Studie 1914 Murnau Castle Courtyard 1908 Improvisatie 30, 1913

4 Abstractie: Franz Marc
Blauwe Paarden 1911 Vechtende vormen 1914 The fate of the animals 1913

5 Abstractie: Paul Klee Face 1922 Southern Gardens 1919
Red Waistcoat 1939

6 Rituele Oerdans ongetemde driften Les Ballet Russes: De waardering voor niet-westerse kunst speelt een rol in het grote succes van het dansgezelschap Les Ballets Russes in Parijs. Diaghilev kiest ook samenwerking van beeldende kunstenaars en componisten en een indrukwekkende rolbezetting. Vooral de jonge danser Vaslav Nijinski is een fenomeen: ‘hij spring zo hoog dat zelfs de vogels jaloers zijn’. Voor het ballet ‘L’après_midi d’un Faune’ (aanvankelijk op bestaande muziek van Debussy) ontwerpt Léon Bakst voor Nijinski een exotisch kostuum, dierlijk en goddelijk tegelijk, want een faun is een bos-god. De impressionistische muziek sluit niet aan bij de wilde dansbewegingen, voor de latere voorstellingen schakelt Diaghilev een moderner componist in: Igor Stravinsky Vaslav Nijinsky Kostuum voor een Faune Kostuum voor Narcissus

7 Rituele Oerdans Fragment: The rite of Spring Kirov Ballet. Nijinski Choreography Le sacre du printemps:Stravinsky schrijft voor Les Ballet Russes ‘Le sacre du printemps’. Gebaseerd op de oude Russchische traditie de lente te vieren. Een jong meisje wordt geofferd om de god van de lente gunstig te stemmen. Stravinski volgt niet de westerse symfonische opbouw toe maar vertolkt het geweld door een ingewikkelde opeenstapeling van akkoorden, een uitbarsting van klanken en onregelmatige ritmische structuren: ostinato’s . Dit principe van herhaling is veel meer eigen aan oosterse muziek. De choreografie schrijft een rituele oerdans voor: blootsvoets stampvoeten, zwaartekracht wint van gewichtloosheid: lichamen storten zich ter aarde. Geen klassieke basisposities meer, geen romantische gewichtloosheid. Het publiek reageert woedend. Fragment Ballet Russes Sacre-du-Pr. Vaslav Nijinsky Fragment Sacre-du-Pr. Bejard

8 Rituele Oerdans Grahamdans: In 1984 schrijft Martha Graham een bewerking van ‘Le Sacre’. Haar choreografie schrijft vloeiender bewegingen voor. Het stuk, ‘The Rite of Spring’, is een voorbeeld van haar danstechniek. Gevoelens worden op expressionistische wijze uitvergroot: de geestesgesteldheid wordt op een lichamelijke manier tot uitdrukking gebracht. (Freud) Het contrast tussen spanning en ontspanning van het lichaam is daarbij de basis. Net als bij Nijinsky speelt ook voor Graham zwaartekracht een belangrijke rol, wat zich uit in liggen, zitten en vallen: bewegingen die in het klassiek ballet niet voorkomen.De Grahamdans speelt in hedendaagse dansopleidingen een belangrijke rol. Fragment Martha Graham The Rite of Spring

9 Jazz Een manier om alle ellende te ontvluchten Ragtime: Na ‘Le Sacre’- een mijlpaal in de muziekgeschiedenis- slaat Stravinsky een nieuwe weg in. ‘Ragtime’ een stuk voor elf instrumenten is hiervan een voorbeeld.Het is gebaseerd op jazzmuziek van New Orleans. Jazz kende hij alleen als bladmuziek. ‘Hit the note twice’ is de lijspreuk van de ragtime, een pianostijl rond 1900 in New Orleans gespeeld in clubs en bars door zwarte pianisten. Stijl kenmerkt zich door een strakke baspartij terwijl de melodie hier ritmisch tegenin gaat: ragged time: verscheurde maat. Veel ragtime pianisten kunnen geen noten lezen en spelen op hun gevoel. Toch wordt de ragtime de eerste genoteerde zwarte muziek. De pianist Scott Joplin ontwikkeld zich tot echte componist. Als dansmuziek past de ragtime bij de cakewalk een dans waarin de zwarten spottend het dansen van de blanken imiteren. Wie het beste danst krijgt een cake. Fragment Cakewalk Advertentie met Scot Joplin

10 Jazz Een manier om alle ellende te ontvluchten Feeling blue: Bessie Smith greit op in bittere armoe, zoals zoveel zwarte gezinnen. Voor haar is de showbusiness: een ‘ticket for e better life’. Op jonge leeftijd gaat zij op tournee met rondtrekkende minstrelshows en zingt zij de blues. De ‘St’Louis Blues’ (1925) gezongen door Bessie Smith met Louis Armstrong ( ) op cornet, gaat over een onmogelijke liefde. De cornet levert commentaar op de tekst. Blueszangers zetten de tonen vaak expres onzuiver in –’dirty intonation’ - of ze glijden naar de goede toon. De meeste blues worden in een slepend tempo gespeeld. Blues is een soort volksmuziek die vanaf 1900 door de Noord-Amerikaanse zwarte bevolking beoefend en beluisterd wordt. Het neerslachtige karakter van de blues is een duidelijke afspiegeling van de toenmalige situatie. Na de afschaffing van de slavernij is de zwarte wel vrij, maar heeft totaal geen rechten. Bluesteksten gaan over de zorgen van het dagelijkse leven, nooit vrolijk, eerder berustend. Fragment Bessie Smith In de melodie worden ‘blue notes’ gebruikt, noten die in combinatie met de begeleidingsakkoorden een spanning oproepen. Bessie Smith ( )

11 Jazz New Orleans Jazz: In New Orleans, een smeltkroes, groeit te midden van de honky tonks,(obscure kroegen in zwarte woonwijken) Louis Armstrong op. In Storyville, de uitgaanswijk van New Orleans speelden de orkesten vooral ragtime en blues. Op thema’s wordt geïmproviseerd en alle kenmerken van de jazz zijn aanwezig, al klinkt de swing nog niet top. Rond 1915 Dixieland: de variant van blanke orkesten op deze ‘zwarte jazz’uit Storyville. Fragment Josephine Baker King Oliver’s Creole Jazz Band (1923) Josephine Baker (1906 St Louis-1975 Parijs) La Revue Nègre Als Storyville gesloopt wordt trekken veel muzikanten naar Chicago. Aanvankelijk spelen zij verder zoals ze gewend zijn. Orkestleider en trompettist Joseph King Oliver laat Louis Armstrong overkomen.In Chicago ontstaat in de jaren twintig een ‘eigen’ Chicago-stijl, waarin solistische prestaties belangrijker worden: ‘Basin Street Blues’ In de jaren twintig wordt in Parijs de Revue Nègre populair.Het optreden van Baker bevestigde het beeld dat het blanke publiek had van de ‘primitieve neger’.

12 Maskers Invloeden van uitheemse volkskunsten
Die Brücke: Eind 19e eeuw zegt Nietsche: ‘De muzen van de kunsten der “schijn” verbleken voor een kunst die in haar roes waarheid spreekt’. Dit’idee klinkt ook door in het manifest van Ernst Ludwig Kirchner dat hij voor de expressionistische kunstenaarsgroep ‘Die Brücke’ schrijft. Hierin roept hij een nieuwe generatie kunstenaars op ‘direct en onvervalst dat wat hen tot scheppen drijft weer te geven. Kirchner laat zich inspireren door de maskers en mensfiguren uit het volkenkundig museum. Deze beelden, in eenvoudige en krachtige vorm, drukken oerdriften uit die schuilgaan achter het zichtbare. Deze belangstelling is in zijn werk terug te zien, m.n. in de houtsnede passen de kunstenaars een bewust primitieve stijl toe. Naakt achter gordijn 1910 Drie badende vrouwen 1913

13 Ernst Ludwig Kirchner:
Met de gevestigde kunst heeft Kirchner weinig op. Liever laat hij zich inspireren door het volkenkundig museum in Dresden. Zelfportret als soldaat 1915 Straat in Berlijn 1913

14 Karl Schmidt Rottluff Kiezen voor een bewust primitieve stijl.
Farizeeërs 1912 Emy 1919 Die Brücke Houtsnede

15 Maskers Invloeden van uitheemse volkskunsten
Kubisme: Ook Pablo Picasso is gefascineerd door primitieve kunst. De maskers duiken op in zijn ‘Les Demoiselles d’Avignon’ (1907) waarmee het kubisme wordt ingeluid. Naast het onderwerp- een hoerenkast- is de schilderstijl aanstootgevend. Het opdelen van het schilderij in allerlei losse hoekige fragmenten is kenmerkend voor het kubisme. Ze analyseert de werkelijkheid, splitst die op in delen en voegt die, na tussenkomst van de kunstenaar, weer samen. Ook de kubist wil meer dan alleen maar de buitenkant laten zien. Bij de expressionist speelt het gevoel de belangrijkste rol. Bij Picasso komen dat wat gezien én dat wat gevoeld wordt min of meer samen. Les Demoiselles ‘d Avignon 1907. Picasso:Head of a woman 1907

16 Pablo Picasso Kubisme Gefascineerd door primitieve kunst.
Zelfportret 1907 Kubisme Portret van Vollard 1910

17 Pablo Picasso Steeds op zoek naar nieuwe uitingsvormen. Guernica 1937

18 Kubisme Braque: Stilleven met kaarten 1910 Braque: Viaduct 1910
Ossip Zadkine: stad zonder hart Frits Wotruba: der Denker Lipchitz: Man met klarinet

19 Maskers Parade:In 1917 ontwerpt Picasso een decor en kostuums voor ‘Parade’ van Les Ballet Russes. De kostuums zijn min of meer decorstukken die tot leven komen. Deze ‘kubistische’ choreografie is voor de dansers geen makkelijke opgave. Het verhaal speelt zich af rond een Music Hall. Het is een voorstelling met meerdere acts waaronder ‘Het Amerikaanse meisje’. Eric Satie schrijft de muziek voor Parade. Hij verwerkt hierin jazz-achtige thema’s met alledaagse geluiden.( typemachine, sirene) De muziek van Satie mist elke vorm van ernst. De compositie ‘Musique d’Ameublement’ (meubelmuziek) is juist om niet naar te luisteren, maar als achtergrondmuziek. Hij verwerkt hierin fragmenten van andere componisten waar hij een hekel aan heeft!!.

20 Vliegen Geloof in de technische vooruitgang
Hommage aan Blériot: Vanaf 1889 bepaalt niet meer de Notre Dame het silhouet van Parijs maar de Eiffeltoren met een hoogte van 322 meter, symbool voor de vooruitgang die de belofte inhoudt dat op den duur alle denkbare problemen op te lossen zijn. Technische hoogstandjes worden enthousiast begroet. In 1909 loopt Parijs uit om het vliegtuigje te bewonderen van Louis Blériot, die als eerste het kanaal is overgevlogen. De verering van de machine: de toekomst voor het grijpen. ’Hommage aan Blériot’ van Robert Delaunay laat de twee symbolen van het machinetijdperk vanuit een vogelvluchtperspectief zien. Delauney: ‘Hommage aan Blériot’ 1914 Fragment Blériot 100e verjaardag

21 Robert Delauney Circular Forms 1912 De Eiffeltoren
De sensatie van een nieuwe kijk op de dingen blijft opwindend en zeventig jaar later.

22 Vliegen De dynamiek van de moderne samenleving. Futuristisch Manifest: Het enthousiasme over de moderne tijd klinkt ook door in het Futuristisch Manifest (1909) van Marinetti, waarin hij kunstenaars oproept aansluiting te zoeken bij de moderne ontwikkelingen. Alle bestaande kunst is achterhaald en ouderwets. Op allerlei gebieden stellen zij hun eisen: politiek, literatuur, theater,film, beeldende kunst en dagelijks leven. De eisen zijn soms bewust aanstootgevend en absurd (verbod op spaghetti). Hoe absurd ook, de Futuristen formuleren wel een totaalvisie. Hond aan de lijn 1912 Balla:Streetlight 1929 Marinetti: ‘Wij bezingen … de glijdende vlucht van vliegtuigen,waarvan de propeller als een vlag in de wind klappert en lijkt te applaudisseren als een enthousiaste menigte.’ Balla: Speeding Motorcycle 1913

23 Vliegen Snelheid als symbool van de vooruitgang.
Der Lindberghflug: De futurist Giacomo Balla probeert de sensatie van de snelheid van de voortsnellende auto weer te geven in ‘Voortsnellende auto + licht + lawaai’. Het werk is volkomen abstract, alsof alle indrukken, die elkaar in tijd snel opvolgen in één beeld samen te vatten. Op technische gebied wordt record na record gebroken. In 1927 vliegt Charles Lindbergh als eerste over de Atlantische oceaan. Hij wordt een superheld. Bertold Brecht is ook onder de indruk en schrijft de tekst voor de cantate ‘Der Lindberghflug’ op de muziek van Kurt Weill en Paul Hindemith. Gemaakt voor de radio, compleet met radiogeluiden en bedoeld voor een breed publiek. Brecht benadrukt dat de vlucht vooral een prestatie is van de hele mensheid: de rol van Lindbergh wordt uitgevoerd door een koor. Marinetti in zijn auto Fragment Charles Lindbergh Balla: Abstract Speed.

24 Robotisering De machine als bondgenoot: In 1918 voert Azari z’n eerste futuristische luchtchoreografie uit. De danser-vliegenier geeft met zijn loopings en pirouettes uiting aan gevoelens, hij gebruikt het vliegtuig als verlengstuk van z’n eigen lichaam. De mens die een bondgenootschap aan met de machine. Ook Umberto Boccioni raakt gefascineerd door het idee het menselijk lichaam te herscheppen naar voorbeeld van de machine. Zijn ‘Unieke vorm van continuïteit in de ruimte’ is daar een voorbeeld van. Zoals de middeleeuwse ridder zich veranderd met zijn harnas in een vechtmachine, zonder gezicht, onkwetsbaar. ‘De mens wordt mechanisch net zoals zijn omgeving; in plaats van het doel, dat hij in het verleden was, is hij nu het middel.’ Fernand Leger Boccioni: Unieke vormen van continuiteit in de ruimte. 1913

25 Umberto Boccioni De machine als bondgenoot
Ontwikkeling van een fles in de ruimte 1913 The City rises 1913 Geluiden van de straat vallen een huis binnen 1911 Aanval van de lansiers

26 Robotisering Gemechaniseerde dood: De futuristen verheerlijken de oorlog als middel om de oude en vermoeide wereld te het scheppen. Marinetti schrijft in zijn manifest ‘Laten wij het maanlicht doden’ (1909): ‘Ja, wij vragen om oorlog. We minachten de vrouw omdat wij vrezen dat smekende armen onze knieën zullen omklemmen op de ochtend van ons vertrek’. Hij vraagt aan de schilder Gino Severini :‘Probeer de oorlog te bestuderen in al haar prachtige mechanische vormen… Geweldige artistieke vernieuwingen zijn mogelijk’. Severini schildert ‘Pantsertrein’ in vrolijke kleuren en speelse kubistische vormen. Soldaten zijn vervangbare schakels in de oorlogstrein. De robotisering is compleet en wordt feestelijk gevierd. Die verheerlijking van de machine keert zich tegen de mensheid en resulteert in de gruwelijkste oorlog die Europa heeft gekend. Fragment W.O.I Somme Fragment Speelfilm loopgravenoorlog Severini: Pantsertrein 1915 Severini: Gun in action

27 Robotisering Gemechaniseerde dans Skating Rink: De rolschaats is een bescheiden uitbreiding van het menselijk lichaam. Rolschaatsen in rind 1920 een populair tijdverdrijf. Les ballets Suédois verwerkt de schaatsbaan in het ballet: ‘Skating Rink (1922). De dansers staan niet echt op schaatsen maar doen wel alsof. Danser-choreograaf Jean Börlin vertaalt de schaatsbewegingen in een langzame vloeiende dans. Fysiek hoogstandjes van de dander speelt geen rol meer. Fernand Léger ontwerpt het decor en de kostuums. De kostuums en decorstukken zijn door hem opgevat als bewegende decorstukken. Het toneel oogt als een abstract plat schilderij dat door de bewegingen van de dansers voortdurend andere composities oplevert. De muziek van Arthur Honegger laat duidelijk de vloeiende bewegingen horen. Fragment Arthur Honegger Pacific 231 (1949) Legér: study for curtain Skating Rink

28 Fernand Léger De stad Drie vrouwen 1921 Kaartspelende soldaten 1917
De constructeurs 1950

29 1917 – 1924 Tegen de maatschappelijke orde, geldende kunst en cultuur
Dada Theo van Doesburg: ‘DaDa – en één ogenblik ontwaakt ieder uit zijn dagelijkse slaapwandeling welke hij leven noemt’. Eerste wereldoorlog: na de 1e oorlog ontstaat de strijd tussen linkse ( socialisme) en rechtse ( nationalisme) bewegingen, in sommige landen leidt dit tot dictaturen (Mussolini, Hitler, Franco), Veel kunstenaars vluchtten naar Amerika, New York of naar Zürich Zwitserland (neutraal),. In deze steden onstaat DaDa. In Zürich duikt de naam DaDa voor het eerst op. Jonge kunstenaars keren zich hier ‘vol afschuw af van de slachthuizen van de wereld om ons tot de kunst te wenden’. Niet alleen de maatschappelijke orde, ook de kunst en cultuur hebben bijgedragen tot deze waanzin. Om te voorkomen dat hij toch weer kunst gaat maken volgens vooroorlogse ideeën, levert Jean Arp zich over aan het toeval.’Collage van vierkanten aangebracht volgens de wetten van het toeval’ is hiervan een voorbeeld. ‘Overturnedblue shoewithtwoheels underablackvault’ Jean Arp ‘Collage van…volgens toeval’ 1917

30 DaDa: Jean Arp Silencieux 1942 Plantenhamer

31 DaDa: Ready made: DaDa ist egen de oorlog en nationalisme, alle bestaande theorieën zijn verdacht en DaDa weigert daar een eigen ideologie tegenover te stellen. Zo voorkomen ze zelf een onderdeel te worden van de gevestigde orde.’Cadeau‘ van Man Ray is symbolisch voor DaDa: in plaats van glad te strijken wordt alles kapot gemaakt. Zo wil DaDa dat ook; niks gladstrijken maar irriteren. De strijkbout is een ‘ready made’ in navolging van Marcel Duchamp. Vanaf 1913 exposeert Duchamp al kant en klare voorwerpen. De beroemdste is ‘Fontein’, een pisbak geplaatst op een sokkel. Het is geen ambachtelijk product, heeft geen geldelijke waarde, het urinoir is niet uniek waardoor dit ‘kunstwerk’ niet op de traditionele manier te beoordelen is. De geldende definitie voor kunst stelt hij zo ter discussie. Zo maakt Duchamp ruimte vrij voor de kunst waarbij ideeën belangrijker zijn dan waardevolle kunstobjecten. Duchamp: Fountain 1917 Man Ray:Cadeaux 1921

32 DaDa Ready Made: Man Ray
Indestructible object 1923 Gerestaureerde Venus 1936 Le violin d’Ingres 1924

33 DaDa Ready Made: Marcel Duchamp
Bicyclewheel 1913 Large Glass LHOOQ 1919 Flessenrek

34 DaDa Intuïtie en instinct winnen het van verstand. Fragment Kurt Schwitters Fragment Ursonate De Ursonate: De algemene belangstelling van DaDa kunstenaars voor het primitieve en ongecultiveerde geeft aan dat zij de Westerse beschaving als een masker zien waarachter de burger zijn instincten botviert. Vanuit Hannover organiseert Kurt Schwitters zijn eigen ontmaskering van de beschaving. Hij verzamelt afval, noemt zijn kunst ‘Merz’. Een woord bij toeval ontstaan. Zijn ateliers transformeert hij tot ‘Merzbau’: labyrinten waar muren en plafonds volledig bedekt worden met afvalhout. Schwitters verzamelt ook woorden die hij hergroepeert tot ‘Lautdichten’. De betekenis van de woorden speelt hier geen betekenis meer,enkel de klanken. In ‘Ursonate’ blijven alleen nog lettercombinaties over. Jarenlang schaaft hij dit nog bij. In de Ursonate ordent Schwitters kapotgeslagen taal, vergelijkbaar met het streven van Kandinsky om kleur,lijn en vlak aan muzikale regels te onderwerpen. Fragment Hugo Ball: DaDa sound Poetry Merzbau 1925 Kotsbild 1922 Der Psychiater 1919

35 DaDa collage Raoul Hausmann Hannah Hoch ABCD 1923 Pretty Maiden 1929
Mutter Mechanical Head 1919

36 Dada Posters

37 Montage ‘Montage voelt zich thuis op de puinhopen.’Peter Conrad De krant hergebruikt: Monteren, zoals Schwitters doet, is in die jaren een kenmerk van veel beeldende kunst. Aan montage gaat demontage vooraf (Freud, Picasso, Balla). De wereld verliest elke vorm van samenhang. Die chaos wordt zichtbaar in de montage, waarin losse fragmenten worden samengevoegd. Rond 1912 introduceren de kubisten het gebruik van collage-elementen. Ze plakken op hun schilderijen bv. krantenpapier of houtfineer om te verwijzen naar de alledaagse werkelijkheid.Juan Gris ‘Fruitschaal met karaf’:i.p.v. trompe l’oeil de trompe d’esprit. Geldende regels voor de schilderkunst zoals het perspectief worden verlaten. Analytisch kubisme Fruitschaal met karaf (1914) Gris: ‘Stilleven met jalouzieën’ (1914)

38 Montage Prothesen: Voor de Dadaïsten is de montage een veelgebruikte techniek. ( Schwitters, Duchamp, Ray). George Grosz gebruikt plaatjes uit een prijscatalogus in ‘Daum Marries’ (1920). Hij selecteert zijn collage-elementen vooral op grond van hun voorstelling. In ‘de bruidegom van Daum’ contrasteert de omgeving met het mannetje. Het is een verslag van de ontredderde stad Berlijn na een verloren oorlog. robotisering van de mens ( ooit zo bezongen door de Futuristen) de oorlogsinvaliden in het straatbeeld lopen erbij als halve machines. Met hun stalen kaken en houten benen zien ze eruit uit mechanische poppen. (De medische ontwikkeling is nu zover dat ze veel oorlogsinvaliden weer enigszins kunnen functioneren.) Daum marries (1920) The convict: monteur John Hartfield The Eclipse

39 Montage De neus: Bij Grosz vervangen objecten onderdelen v.h. menselijk lichaam. Salvador Dali werkt andersom: hij maakt van een neus een schoorsteen- mantel en van lippen een sofa. In ‘Gezicht van Mae West, als surrealistisch appartement te gebruiken’ realiseert Dali zijn erotische droomwens. Mae West is het sekssymbool uit de beginperiode van de geluidsfilm. In ‘Mea West sofa’ is het mogelijk weg te kruipen in haar satijnzachte lippen. In 1930 gaat in St.Petersburg de opera ‘De Neus’ van Dmitri Sjostakovitsj in première. Majoor Kovaljov verliest zijn neus ( in de theorie van Freud het symbool van mannelijke autoriteit en instincten en daarmee het symbool van mannelijkheid en volgens Freud een vaak voorkomend beeld in angstdromen. Sjostakovitsj vertaalt het surrealistische verhaal ( Gogol) in een montage-achtige opera. Korte scènes en muziek wisselen voort- durend van karakter. Geen muzikale eenheid, de muziek volgt een Schwitters-achtige taal- destructie op de voet. Fragment: De Neus Gezicht van Mae West, als … (1934) Dali: Mae West-sofa 1936

40 Surrealisme Het onderbewuste en de vrije associatie Surrealistisch Manifest: Dromen worden gestuurd door het onderbewuste aldus Freud. Freud maakt gebruik van de vrije associatie om het verhaal achter de droom te duiden. De analyse van dromen fascineert Breton: hiet wordt een andere werkelijkheid geopenbaard die niet luistert naar de wetten van de logica en gezond verstand. Breton noemt dit de ‘surrealiteit’, een realiteit die veel interessanter is dan de direct waarneembare werkelijkheid. Deze surrealiteit kan de kunst verlossen van de geldende burgerlijke normen.Freud wil/zoekt (psycho-analyse) verlossing- en heeft zich nooit positief over het surrealisme uitgelaten- < > Breton en de surrealisten willen die ‘Surrealiteit’ juist koesteren. In 1924 schrijft Breton het surrealistisch manifest waarin hij kunstenaars oproept om uiting te geven aan de werkelijke drijfveren van ons denken en handelen. Andre Breton Rene Magritte.

41 Surrealisme ‘Natuurgetrouwe weergave’. Dromen: Kunstenaars ontwikkelen twee technieken om de surrealiteit te verbeelden. Er zijn kunstenaars die proberen droombeelden op te roepen door een onwerkelijke situatie ‘natuurgetrouw’ weer te geven. In het werk van René Magritte zijn de voorwerpen en interieurs zo alledaags als maar kan. Het keurige mannetje in ‘De zoon der mensheid’ laat de vreemde ontmoeting zien hij Magritte arrangeert. Het alledaagse krijgt een poëtische betekenis zoals in dromen. Op de drempel van de vrijheid 1929 La reproduction interdite 1937

42 Surrealisme René Magritte
Het kasteel van de Pyreneeën 1959 Filosofie in het boudoir 1948

43 Surrealisme René Magritte
La Condition Humaine 1933 Empirelight 1954

44 Surrealisme Paul Delveaux
Dawn over the city 1940 Het aanbreken van de dag 1937 Sleeping Venus 1944

45 Surrealisme Salvador Dali
Le grand masturbateur 1929 De droom De Metamorfose van Narcissus 1937

46 Surrealisme Salvador Dali
Geopolitical child watching the birth of the new man 1943 The great paranoiac 1936 Fragment: un chien Andalou

47 Surrealisme Salvador Dali
Faces of War 1940 De verzoeking van de H.Anthonius 1946 Lobster-telephone Venus van Milo met laden 1936

48 Surrealisme Automatisme Dromen: Er zijn ook kunstenaars die proberen rechtstreeks, -automatisch- vanuit een droomtoestand te schilderen. Dit automatisme is goed te zien in het werk van Joan Mirö ‘Ik begin te schilderen en terwijl ik schilder begint het werk zich onder mijn penseel te manifesteren of op te doemen. De vorm wordt een teken voor een vrouw of vogel tijdens het schilderen. In ‘Vrouwen omsingeld door de vlucht van een vogel (1940) is een netwerk van tekens te zien. Miró ’gunt ons een blik in de kosmische orde die heerst in ons onderbewuste’ aldus Breton. De melancholische slinger Het Carnaval van Harlekijn 1925

49 Samenvatting * Belangstelling voor het onderbewuste ( Freud) in bijna alle kunstvormen. * Relatie zichtbare werkelijkheid en afbeelding verdwijnt  volledig abstracte kunst. * Expressionisme geeft uitdrukking aan hetgeen achter het zichtbare, aan emoties. * Loslaten van bestaande regels: Expressionisme. * Ook in de muziek – atonale muziek, Schönberg – loslaten bestaande regels. * In de dans vergelijkbare ontwikkeling: - Les Ballets Russes – Martha Graham. * Belangstelling voor ‘primitieve’ cultuur in zowel: beeldende kunst: Kubisme, dans en muziek: Jazz. * Meer ruimte voor onderlinge samenwerking van de verschillende kunsten. * Internationale uitwisseling van ideeën door verzet tegen de oorlog. * Expressie en vernieuwing maakt kunst minder toegankelijk. * Na W.O.I kloof tussen avant-garde en publiek nog groter. * Fascinatie voor technische vooruitgang: Futurisme. * De mens in relatie tot de machine veel voorkomend thema. * Kunst gaat samen met demontage: picasso, Balla, Schwitters. * Wereld verliest elke vorm van samenhang. * DaDa en surrealisme zoeken bewust de confrontatie. * De chaos zichtbaar in de montage.


Download ppt "Fragmentatie in de eerste helft van de twintigste eeuw"

Verwante presentaties


Ads door Google