Download de presentatie
GepubliceerdEmmanuel Bauwens Laatst gewijzigd meer dan 10 jaar geleden
1
Plantagekolonies Transatlantische slavenhandel Abolitionisme
2
Driehoekshandel Ontstaat al in de 16de eeuw (na de ontdekkingstochten) -van Europa naar Afrika textiel,(vuur)wapens,alcohol,metalen -van Afrika naar Amerika slaven -van Amerika naar Europa (riet)suiker,tabak,koffie,cacao,katoen
3
Transatlantische Slavenhandel
Slaven zijn krijgsgevangenen uit onderlinge oorlogen tussen Afrikaanse stammen Europeanen zitten in forten aan de kust Afrikaanse vorsten verkopen daar hun slaven (rest( = 60 %) naar het Midden oosten) Veel doden tijdens het vervoer (20 %) -zo veel mogelijk tegelijk -zo veel mogelijk in leven houden
4
In Amerika Eerst naar de slavenmarkt (“oppoetsen”) Dan naar de plantages -werken onder slechte omstandigheden -slechte behandeling niet standaard (economische waarde) -constante aanvoer goedkope slaven Regelmatig slavenopstanden (bosnegers in Suriname stammen af van gevluchte slaven) Vervoer vooral door handelscompagnieën bv de WIC
5
De cijfers In de 16de eeuw heeft Portugal het mono- polie van de slavenhandel (beheersen de Afrikaanse kust) In de 17de eeuw gaan ook De Republiek, Engeland,Frankrijk en Spanje in de slaven- handel (veroveren steunpunten aan de Totaal 12 miljoen slaven verhandeld Portugal 5 miljoen Engeland 3 miljoen De Republiek (4 %)
6
vervolg In de 18de eeuw enorme toename van de slavenhandel (6 van de 12 miljoen) Oorzaak is de toename van de vraag naar plantageproducten -door toename bevolking -door toename welvaart
7
Abolitionisme Tot halverwege de 18de eeuw hadden de meeste mensen weinig moeite met de slavernij -is al zo oud als de wereld -goedkope arbeidskrachten(econ motief) -minderwaardige mensen (moreel motief) Sommige christenen waren tegen. Tijdens de Verlichting gingen de mensen van het idee uit, dat alle mensen gelijk zijn → slavernij is onmenselijk en immoreel
8
vervolg In 1787 ontstond de Society for the Abolition of slave trade (William Wilberforce en Josiah Wedgewood) Zij zorgden ervoor, dat de slavenhandel verboden werd -Engeland in Frankrijk (en Nederland) in 1814 Slavenhandel gaat illegaal door Slavernij blijft bestaan, maar wordt uiteinde- lijk ook afgeschaft
9
Europese dominantie In de 18de eeuw breidde de Europese overheersing zich verder uit: Tussen Europa, Afrika en Amerika ontstond een geheel door Europeanen gecontroleerde driehoekshandel. In Amerika stichtten de Europeanen plantagekoloniën, waar exportgewassen voor de Europese markt werden verbouwd. Kenmerkend aspect: Uitbouw van de Europese overheersing, met name in de vorm van plantagekoloniën en de daarmee verbonden transatlantische slavenhandel, en de opkomst van het abolitionisme.
10
De aankoop
11
Fort aan de kust (EL Mina)
12
De oversteek
13
In deze nauwe ruimten brachten ze echter alleen de nachten door; overdag was het hun toegestaan in de frisse lucht aan dek te verblijven.' Over de reis naar Suriname vertelt Nettelbeck: 'Na de maaltijd (omstreeks tien uur 's morgens) en nadat het dek met zeewater bevochtigd is, laat men het hele slavenvolkje in rijen en dicht naast elkaar neerknielen en iedereen krijgt een Hol- landse baksteen in de hand, waarmee ze het dek, in de maat, van voren naar achteren moeten schuren. Deze inspannende oefening duurt ongeveer twee uur en heeft alleen ten doel beweging te verschaffen en hen zo gezonder te houden. Na het middagmaal van drie uur wordt de trom voor de dans geroerd. Alles is dan als geëlektrificeerd. De verrukking spreekt dan uit ieder gezicht. Het hele lichaam raakt dan zo in beweging dat men een losgelaten dolhuis voor zich denkt te zien. Bij zonsondergang gaat alles, gesplitst naar geslacht en leeftijd, naar de gescheiden ruimten onder het dek. Voorop gaan twee matrozen en achteraan een stuurman, want de ruimte is zo eng bemeten dat zij bijna als haringen in een ton liggen. De hitte zou ook gauw tot stikkens toe stijgen als niet de luiken van rasterwerk voorzien waren om frisse lucht ter afkoeling binnen te laten. Om redenen waar hier verder het zwijgen toe gedaan wordt, worden gewoonlijk zes tot acht jonge negerinnen met een aardig figuur ter opwachting in de kajuit uitgekozen
14
De verkoop
15
verkoop
16
Werk op de plantages
21
Straffen
23
Vluchten en opstanden
25
De cijfers
27
De cijfers
28
Society for the abolition of slave trade
29
Wilberforce en Wedgewood
30
Abolitionisme
31
De afschaffing van de slavernij
Denemarken 1803 Groot-Britannië 1834 Frankrijk 1848 Nederland 1863 VS 1863 Portugal 1878 Spanje 1886
32
Opheffing slavernij
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.