Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
1
Hypothermie & Drenkelingen
Film thermo-Lok Praktijk Opdracht1 Opdracht2 Submersie = onderdompeling
2
Thermoregulatie Kerntemperatuur ca 37 ºC Hypothalamus (thermostaat)
Bloed (water in Centrale Verwarming) Spieren (verbrandingskamer)
3
Warmteproductie Conductie Convectie Straling (radiatie) Thermogenesis:
Basaal metabolisme Spierarbeid Metabolisme is afhankleijk van Glucose (suiker) en O2 (zuurstof).
4
Warmteverlies Thermolyse: Conductie (direct contact)
Convectie (windchill–gevoelstemperatuur) Straling (radiatie) Zweten (evaporatie)
5
Klassificatie Acuut < 1 hour (drenkeling)
Subacuut 1 – 24 uur (traumapatiënt) Chronisch > 24 uur (ouderen) Milde (lichte) hypothermie ( ºC) Matige hypothermie (28 – 32 ºC) Ernstige hypothermie (<28 ºC) Bij milde hypothermie kunnen patiënten zelf opwarmen Bij matige hypothermie kunnen patiënten moeilijk zelf opwarmen Bij ernstige hypothermie kunnen patiënten NIET zelf opwarmen
6
Symptomen Milde onderkoeling (32 - 35 ºC): Bleke en koude huid
Plasdrang Avpu Achteruitgang fijne motoriek (coördinatieverlies, dronkemansgedrag) Besluiteloosheid, traag Kippenvel, bibberen Hart-, ademfrequentie, bloeddruk verhoogd Vasoconstrictie bleek Piloerectie kippenvel
7
Symptomen Matige onderkoeling (28 – 32 ºC): Bleke en koude huid
Achteruitgang motoriek (struikelen) Verward (aVPu) Bibberen (onbeheersbaar) stopt onder 30 ºC Hartfrequentie, bloeddruk verlaagd Ademhaling onregelmatig en vertraagd Vasoconstrictie bleek
8
Symptomen Ernstige onderkoeling (<28 ºC): Bibberen stopt !!!
Verminderd bewustzijn (avpU) Spierstijfheid Blauwgrijze en koude huid Verwijde, starre pupillen Hart-, ademfrequentie, bloeddruk onmeetbaar Spontane VF onder 25 ºC Vasoconstrictie bleek Paradoxaal ontkleden
9
Behandeling Ac B C D E Voorkom verdere afkoeling: O2 & warm infuus
Geen inspanning Drogen (natte kleding uit) Isolatie (dekens, tent) O2 & warm infuus Pulsaties geen thoraxcompressies Geen pulsatie eerst 1 min. beademen Patiënt voorzichtig behandelen (arithmiën) Nobody is dead until warm and dead Laat de patiënt zich niet inspannen. Doordat dit de bloedstroom opgang brengt in de koude armen en benen zal koud bloed naar het hart stromen !!! Ziekenhuis: Peritoneal lavage (buikspoeling), blaasspoeling, extracorporale circulatie, IR lamp, warmelucht deken, werwarmde O2, Warm bad, warme infusen, spoeling borstholte, heatpacks tegen HOLK en handen en voeten (NIET armen en benen). Arterioveneuze anastomosen LPA6: PEEP beademing: 5-8 cm H2O Asystolie/EMD: 1 x epinefrine 1mg i.v. (3mg i.t.) VF: 2x200J, 1x360J, 1 x epinefrine 1mg i.v. (3mg i.t.) Daarna: T => 30ºC -> protocol (C)irculatie T < 30ºC -> reanimarend naar ziekenhuis
10
Bijna-verdrinking Te water geraakte drenkeling
Onderkoeling Geen inspanning laten leveren Horizontale redding Onder water geraakte drenkeling Zuurstofgebrek Vertikale (snel) redding
11
In fasen Fase 1: boven water Bij redding: Hevig verzet Paniek
Ongecoördineerde bewegingen Bij redding: Verschrikte slachtoffers Bewustzijn ↑ ,AF ↑, HF ↑ AF: AdemFrequentie HF: Hartfrequentie
12
In fasen Fase 2: eerste onderdompeling Bij redding:
Adem inhouden, water inslikken Strottenhoofdspasme (laryngospasme), dus geen water in de longen Verstikking door wegvallen van ventilatie Bij redding: Grote kans op overleven: 10 à 20 % sterft Bewustzijn ↑ of ↓, AF ↑, HF ↑ Droge verdrinking Duikreflex: koud water in het gezicht: bradycardie, perifere vasoconstrictie, verhoogde bloedtoevoer hoofd en hart. Laryngospasme: vreemdvoorwerp (water) veroorzaakt kramp in het strottehoofd droge verdrinking Asfyxia: verstikking Vrijwillige aneu: ademinhouden
13
In fasen Fase 3: Bij redding: Strottenhoofdspasme verdwijnt
Door CO2-stijging: ademhaling door reflexmatige middenrifcontracties Water in de longen, ademhaling stopt, hartslag versnelt Spasmen, braken, urinelozing, defaecatie Bij redding: 50% sterft Bewustzijn ↓, AF ↑ of ↓, HF ↑ Kringspieren ontspannen: braken, urinelozing, defaecatie
14
In fasen Fase 4: Schijn-, klinisch-, biologisch dood Bij redding:
Reflexen dalen, spierspanning daalt, Blauwe kleur (cyanose) Bij redding: ? % Bewustzijn ↓, AF ↑, HF ↑ of ↓
15
Behandeling Eigen veiligheid Horizontale of vertikale redding
Ac B C D E Eerst mondinspectie dan beademen Behandelen als hypothermie slachtoffer Preklinisch: Geen onderscheid zout- en zout water LPA6: PEEP beademing: 5-8 cm H2O Asystolie/EMD: 1 x epinefrine 1mg i.v. (3mg i.t.) Bradycardie: atropinesulfaat 1 mg i.v. (3mg i.t.) VF: 2x200J, 1x360J, 1 x epinefrine 1mg i.v. (3mg i.t.) Daarna: T => 30ºC -> protocol (C)irculatie T < 30ºC -> reanimarend naar ziekenhuis
16
Secondary Drowning Secondary Drowning:
Zuurstofgebrek veranderd bloedwaarden Doorgankelijkheid longblaasjes veranderd Vocht uit de bloedbaan in de aveolen !!! Surfactant verdwijnt !!! ELK slachtoffer dat in of onder water is geweest moet geobserveerd worden in het ziekenhuis Door de verdrinking, de daaropvolgende ademhalingsstoornis, het zuurstofgebrek in het bloed en de daaruit volgende overige ontregelingen in de normale bloedwaarden, wordt de doorgankelijkheid van de wandjes van de longblaasjes (alveolen), ingrijpend veranderd. Dienen longblaasjes normaal om zuurstof in het bloed te brengen, en koolzuurgas uit het bloed, thans treedt er ook vocht uit de bloedbaan door de wanden en komt in de longblaasjes zelf terecht. De longen lopen op deze manier, van binnenuit vol. Hierbij komt nog dat de ademhaling veel moeilijker wordt, doordat het surfactant van de longblaasjes verdwijnt, zodat de weerstand van het longweefsel sterk toeneemt. (Surfactant is een lichaamsstof die als een dun vliesje over de longblaasjes ligt, en ervoor zorgt dat de longblaasjes open blijven). In plaats daarvan ontstaat er ontstekingsvocht, en worden er stugge eiwitten afgezet om de longblaasjes heen.
17
Opdracht 1 Klaarmaken wervelplank Klaarmaken hypothermiepakket
Thermo-lok Dekens Nekspalk Logroll Spinnen (volgorde banden) Head-blocks Padding knieholte Geen ALS handelingen: O2, infuus, etc.
18
Opdracht 2 De GNK-C meldt dat er binnen een kwartier een bewusteloos, niet ademend, slachtoffer wordt gebracht. De reddingsbrigade heeft het slachtoffer aan boord en hij wordt nu beademd (mond-op-mond). Maak een brancard gereed. De GNK-C geeft aan dat het slachtoffer in ieder geval geïntubeerd gaat worden en een infuus krijgt. Gebruik alle ruimte die je nodig hebt. Brandcard op schragen. Een kant voor Airway & Breathing, andere kant voor Circulation.
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.