Download de presentatie
GepubliceerdKrista Bogaert Laatst gewijzigd meer dan 10 jaar geleden
1
Niet verspreiden zonder toestemming van de auteurs
14/03/2013 Thuis in verandering An Katrien Sodermans Sofie Vanassche Promotor: Prof. Dr. Koen Matthijs Cederdialogen, dinsdag 19 maart 2013 Matthijs, K., Sodermans, A.K. & Vanassche, S. (FaPOS, KU Leuven)
2
Structuur DEEL 1: MACRO-CONTEXT DEEL 2: ONDERZOEKSRESULTATEN
Oorzaken en gevolgen van recente ontwikkelingen in de private leefwereld Kinderen en ouderlijke scheiding DEEL 2: ONDERZOEKSRESULTATEN Kinderen en echtscheiding Verblijfsregeling en gezinssamenstelling Gezinsprocessen binnen nieuwsamengestelde gezinnen met diverse verblijfsregelingen De verblijfsregeling Focus op verblijfsco-ouderschap Het welzijn van kinderen en ouders in verschillende verblijfsregelingen DEEL 3: DISCUSSIE
3
Vanaf ongeveer 1965 Ten opzichte van de na-oorlogse periode:
Minder en later kinderen, Minder en later huwen, Meer echtscheidingen, Meer geboortes buiten het huwelijk, Meer ongehuwd samenwonen, op alle leeftijden. Forse toename van het opleidingsniveau en van de tewerkstelling buitenshuis van vrouwen. Naast het kerngezin, komen er veel andere gezinstypes bij. Dus geen uniformisering, maar meer diversiteit, heterogeniteit en flexibiliteit.
4
Vertaalt zich in ‘modern’ woordgebruik...
Bezoek- en zorgouders, Stiefkinderen en halfbroers, Mee-moeders en halfzussen, Gezags- en verblijfsouders, Latrelaties en hola’s, Ex-partners en vogelnestgezinnen, Spitsuurgezinnen en gelijkeseksehuwelijken, Mozaïekgezinnen en valieskinderen, Kinderloze vrouwen en vaderloze gezinnen.
5
Longitudinaal echtscheidingscijfer (1955-2004)
Niet verspreiden zonder toestemming van de auteurs Longitudinaal echtscheidingscijfer ( ) 14/03/2013 Matthijs, K., Sodermans, A.K. & Vanassche, S. (FaPOS, KU Leuven)
6
Kinderen en ouderlijke scheiding
INLEIDING
7
Enkele cijfers voor België
Bij twee derde van de echtscheidingen zijn kinderen betrokken (FOD Justitie, 2011). Ruim 20% van de 0- tot 17-jarigen in het Vlaamse Gewest heeft een scheiding van de ouders meegemaakt (Lodewijck, 2005): 11% echtscheiding, 3% feitelijke scheiding, 6% decohabitatie, 1% overlijden. (± kinderen)
8
Verblijfsregeling na scheiding
Echtscheidingswetgeving: 1995: gezagsco-ouderschap, 2006: verblijfsco-ouderschap. Geen officieel cijfermateriaal beschikbaar voor België. Verblijfsregeling bepaalt of gezinstransities bij moeder of vader zich binnen het huis(houden) van het kind situeren.
9
Gezinssituaties na scheiding
Kinderen worden op een steeds jongere leeftijd geconfronteerd met een echtscheiding van hun ouders: Groter deel van kindertijd/jeugd met gescheiden ouders. 4 jaar na scheiding (kinderen <14 jaar bij scheiding): 44% woont samen met een stiefouder, 56% woont in een eenoudergezin. (Verdere?) toename doorheen de tijd van aandeel kinderen met (nooit-gehuwde) gescheiden ouders. Twee structurele componenten: Gezinssamenstelling, Verblijfsregeling.
10
Gezinssamenstelling na scheiding
Toename doorheen de tijd van aandeel gescheiden mannen en vrouwen dat nieuwe partnerrelatie aangaat. Hertrouw wordt vervangen door post-maritaal samenwonen: Hertrouw instabieler dan eerste huwelijk, Ongehuwde relaties instabieler dan gehuwde relaties. Scheiden op jongere leeftijd: vaker kind in nieuwe partnerrelatie: Kinderen vaker halfbroer/zus. Ouders ontmoeten elkaar steeds vaker op de relatiemarkt: Kinderen vaker stiefbroer/zus.
11
Kinderen en ouderlijke scheiding
ONDERZOEKSRESULTATEN
12
Niet verspreiden zonder toestemming van de auteurs
14/03/2013 Twee databronnen Scheiding in Vlaanderen: Steekproef van 1/3 intacte en 2/3 ontbonden huwelijken waarin beide (ex-)partners, een gezamenlijk kind, een ouder van iedere partner en nieuwe, inwonende partners werden bevraagd ( ). Leuvens Adolescenten en Gezinnenonderzoek: Jaarlijkse bevraging van Vlaamse middelbare scholieren sedert 2008, reeds 4 rondes voltooid. Informatie over tot 18-jarigen uit 52 secundaire scholen uit verschillende provincies. Matthijs, K., Sodermans, A.K. & Vanassche, S. (FaPOS, KU Leuven)
13
Kinderen en ouderlijke scheiding: wat zijn de gevolgen?
14
Kinderen doen het minder goed na een scheiding
Externaliserende problemen: Agressie, vandalisme, delinquentie. Internaliserende problemen: Stress, depressiviteit, angst, zelfbeeld. Slechtere schoolprestaties: Studievoortgang, spijbelen, toekomstverwachting. Riskante gewoonten: Roken, drinken, drugs.
15
Verklarende factoren De gevonden scheidingseffecten kunnen meestal verklaard worden door verschillen in: De ouder-kindrelatie De opvoedingsstijl Voortdurende ouderlijke ruzie Financiële moeilijkheden Cumulering van veranderingen Een slecht functionerende thuisouder Niet nakomen van afspraken ouders => Ook binnen de groep van kinderen met gescheiden ouders kunnen deze factoren het verschil maken
16
Knipperlichten voor het beleid
Divorce divide: Ongelijke ontwikkeling van huwen en scheiden naargelang van sociale status: Hoge sociale status: meer huwen, minder scheiden, Lage sociale status: minder huwen, meer scheiden. Echtscheiding als motor van de (re)productie van sociale ongelijkheid: selectie en coping/resources Kwetsbare groep die wel lijdt onder de complexe gezinssituaties verdient beleidsmatig extra aandacht: Toename ouderlijk conflict na echtscheiding door grotere nadruk op gezamenlijke verantwoordelijkheid na scheiding?
17
Kinderen en ouderlijke scheiding
VERBLIJFSREGELING & GEZINSSAMENSTELLING
18
Binucleaire gezinssituaties (in %)
Voltijds = 100% Deeltijds = 1-99% SiV LAGO Voltijds = % Deeltijds = % SiV LAGO Voltijds bij alleenstaande moeder 18.5 17.5 32.9 32.5 Voltijds bij alleenstaande vader 3.3 2.9 4.2 5.1 Voltijds bij moeder en stiefvader 15.9 15.4 32.1 33.1 Voltijds bij vader en stiefmoeder 3.7 2.5 4.3 Deeltijds bij alleenstaande moeder, deeltijds bij alleenstaande vader 12.6 14.3 6.2 6.7 Deeltijds bij moeder en stiefvader, 12.9 13.0 6.4 5.7 deeltijds bij vader en stiefmoeder 14.8 15.3 6.1 19.2 7.5
19
Toenemende complexiteit
Verblijfsco-ouderschap impliceert vaker samenwonen met een nieuwe partner van moeder en/of vader. Verblijfsco-ouderschap impliceert meer kinderen in nieuwsamengestelde gezinnen: Gescheiden moeders met deeltijds inwonende kinderen starten vaker een nieuwe samenwoonrelatie dan gescheiden moeders met voltijds inwonende kinderen, Gescheiden vader met deeltijds inwonende kinderen starten niet minder vaak een nieuwe samenwoonrelatie dan gescheiden vaders met niet- inwonende kinderen. Verblijfsco-ouderschap impliceert meer residentiële ouderfiguren voor kinderen, met risico op rolambiguïteit: Minder voltijds samenwonend met stiefvader, meer deeltijds samenwonend met stiefvaders(naast deeltijdse vader), Minder niet samenwonend met stiefmoeder, meer deeltijds samenwonende met stiefmoeder (naast deeltijdse moeder).
20
Kinderen en ouderlijke scheiding
GEZINSPROCESSEN BINNEN NIEUWSAMENGESTELDE GEZINNEN
21
Een netwerk van gezinsrelaties: moederverblijf
22
Een netwerk van gezinsrelaties: vaderverblijf
23
Een netwerk van gezinsrelaties: verblijfsco-ouderschap
24
De relatie met ouders en stiefouders
Kinderen rapporteren over het algemeen goede relaties met ouders én stiefouders, vooral wanneer ze er mee samenwonen: Deeltijds = voltijds voor relatie met moeder en stiefvader, Deeltijds < voltijds voor relatie met vader en stiefmoeder, Frequentst goede relatie met ouder én stiefouder zelfde geslacht in verblijfsco-ouderschap. Goede relatie met ouder belangrijk voor goede relatie met diens partner. Relatie met ouder en stiefouder van hetzelfde geslacht staan niet in concurrentie. Betrokkenheid stiefouder bij opvoeding: Niet gerelateerd aan relatie stiefkind met stiefouder, Positief gerelateerd aan relatie stiefouder met stiefkind.
25
De relatie met ouders en stiefouders
Conflicten binnen de nieuwe partnerrelatie kleuren af op de stiefouder-stiefkindrelatie. Conflicten tussen ex-partners hangen niet samen met de stiefouder-stiefkindrelatie. Relatie tussen ouder en stiefouder van hetzelfde geslacht positief gerelateerd aan de stiefouder-stiefkindrelatie: bondgenoten. Inwonende kinderen stiefmoeder negatief gerelateerd aan stiefmoeder-stiefkindrelatie. Algemeen: Hoofdzakelijk samenhang tussen gezinsrelaties binnen hetzelfde huishouden, Grotere spanning tussen moeder- en stiefmoederrol dan tussen vader- en stiefvaderrol.
26
De relatie tussen ouders en stiefouders
Opvoedingsgerelateerde communicatie tussen ex-partners is algemeen beperkt: Frequentst in verblijfsco-ouderschap. Opvoedingsgerelateerde communicatie tussen ex-partners impliceert vaak ook opvoedingsgerelateerd conflict. Gescheiden moeders en vaders vormen vaak een nieuwe ouderlijke eenheid met hun nieuwe partner: Deeltijds versus voltijds samenwonen met het kind maakt enkel verschil in betrokkenheid voor stiefmoeders.
27
De relatie tussen ouders en stiefouders
Ouderlijke eenheid tussen ex-partners en binnen nieuwe partnerrelatie zijn onafhankelijk van elkaar, evenals de kwaliteit van beide relaties. Opvoedingsgerelateerde communicatie is een onderdeel van een goede partnerrelatie én van een goede relatie tussen ex-partners. Goede relatie tussen ex-partners belangrijk voor goede relatie tussen ouder en stiefouder van hetzelfde geslacht.
28
Gezinsrelaties en het welzijn van kinderen in nieuwsamengestelde gezinnen
Goede relatie met ouders én stiefouders belangrijk voor verschillende welzijnsdimensies. Relatie met stiefvader vaak nog belangrijker dan relatie met vader, ook binnen verblijfsco-ouderschap. Ouderlijk conflict negatief gerelateerd aan het welzijn van kinderen. Conflicten binnen de nieuwe partnerrelatie niet gerelateerd aan het welzijn van kinderen.
29
Beleidsgerelateerde vragen
Toename stiefgezinnen versus weinig tot geen juridische omkadering. Betrokkenheid nieuwe partners bij opvoeding versus stiefouder weinig tot geen rechten en plichten: Algemeen principe bijzondere affectieve band voor behoud recht op contact met stiefkind na verbreken partnerrelatie voldoende? Gezagsco-ouderschap sinds 1995 versus weinig tot geen opvoedingsgerelatereerde communicatie tussen ex- partners binnen nieuwsamengestelde gezinnen. Samen blijven opvoeden hangt ook samen met frequenter conflict: Nood aan meer ondersteuning?
30
Referenties FOD Justitie (2011). De jaarlijkse statistieken van de hoven en de rechtbanken. Brussel. Lodewijckx, E. (2005). Kinderen en scheiding bij hun ouders in het Vlaamse Gewest. Eenanalyse op basis van Rijksregistergegevens. CBGS-Werkdocument, 2005/7.
31
Kinderen en ouderlijke scheiding
De verblijfsregeling
32
Bij wie wonen kinderen na de scheiding?
Bevraagd met een verblijfskalender:
33
Bij wie wonen kinderen na de scheiding?
% Type Altijd bij mama 29,7 67% moederverblijf Meestal bij mama (o.a. weekendregeling) 37,3 Ongelijkmatig verdeeld verblijf, meer bij mama 5,9 24,5% verblijfsco-ouderschap Perfect gelijkmatig verdeeld verblijf (50-50) 16,6 Ongelijkmatig verdeeld verblijf, meer bij papa 2,1 Meestal bij papa (o.a. weekendregeling) 3,9 8,5% vaderverblijf Altijd bij papa 4,6
34
Bij wie wonen kinderen na de scheiding?
Naar jaar van de scheiding(%) Totaal Moederverblijf 67,0 78,9 79,7 63,5 57,2 Verblijfsco-ouderschap 24,5 11,3 14,9 27,6 32,9 Vaderverblijf 8,5 9,9 5,5 8,9
35
Kenmerken van gezinnen in diverse verblijfsregelingen
Niet verspreiden zonder toestemming van de auteurs 14/03/2013 Kenmerken van gezinnen in diverse verblijfsregelingen Factoren die de kans verhogen op Verblijfsco-ouderschap moederverblijf vaderverblijf Beide ouders hoog opgeleid Vader hoger opgeleid dan moeder Beide ouders laag opgeleid Moeder hoger opgeleid dan vader Kinderen gemiddelde leeftijd (4-16) Jongere kinderen of oudere kinderen (>16) Oudere kinderen (>16) Recente scheidingen Minder recente scheidingen ASO BSO Kleiner gezin Groter gezin Jongens in gezin Meisje in gezin Jongen in gezin Het profiel van gezinnen met verblijfsco-ouderschap Matthijs, K., Sodermans, A.K. & Vanassche, S. (FaPOS, KU Leuven)
36
Verschuivingen in het profiel van gezinnen met verblijfsco-ouderschap (tov de periode voor 1995)
Sociale diffusie van verblijfsco-ouderschap: Niet meer uitsluitend hoog opgeleide ouders, maar ook gemiddeld opgeleide ouders, Oorzaken? Veranderd normatief klimaat en nieuwe wetten. Bifurcatie van verblijfsco-ouderschap: Weinig ruziënde koppels die resoluut kiezen voor samen opvoeden van kinderen (= co-ouderschap) versus … Koppels waar de conflicten hoog oplopen (= parallel ouderschap). Oorzaken? Vaker opgelegd door rechter (tegen de wil van één ouder), Gepercipieerd als ouderlijk recht, Terminologie “gelijkmatig verdeeld verblijf” creëert verwarring.
37
Kinderen en ouderlijke scheiding
Focus op verblijfsco-ouderschap
38
Hoe vaak verhuizen kinderen in verblijfsco-ouderschap?
Aantal keer verhuizen/maand % Cumulatief % 2 7 4 61 68 6 70 8 21 91 12+ 10 100
39
Wanneer en hoe verhuizen kinderen in verblijfsco-ouderschap?
Wanneer verhuist men het vaakst? Maandag voor school, vrijdag na school, woensdagavond. Hoe maakt men de transitie? 53% door ouders, 20% via de school, 27% alleen. Hoe lang duurt de verplaatsing? Minder dan 30 minuten: 80%, 30 minuten tot één uur: 12%, Langer dan één uur: 8%. Hoe vaak hebben co-ouders onderling contact? 50% heeft wekelijks contact, 25% heeft (bijna) nooit contact.
40
Hoe tevreden zijn kinderen in verblijfsco-ouderschap?
83% is tevreden met de verblijfsregeling. 64% van de meisjes en 39% van de jongens vindt het verhuizen niet leuk. 33% van de meisjes en 16% van de jongens ervaart te weinig ruimte in het huis van de moeder. Levenstevredenheid is niet verschillend van kinderen in moederverblijf.
41
Kinderen en ouderlijke scheiding
Het welzijn van kinderen en ouders in verschillende verblijfsregelingen
42
Twee tegengestelde hypothesen
Niet verspreiden zonder toestemming van de auteurs 14/03/2013 Twee tegengestelde hypothesen Kinderen hebben nood aan continuïteit na de scheiding: Verblijfsco-ouderschap faciliteert goede relatie met beide ouders, Verblijfsco-ouderschap beperkt de structurele gevolgen van een ouderlijke scheiding (ouderlijke hulpbronnen, financiële aspecten). Verblijfsco-ouderschap werkt stressverlagend . Kinderen hebben nood aan stabiliteit na de scheiding: Verblijfsco-ouderschap vraagt continue aanpassing, Verblijfsco-ouderschap verhoogt kans op ‘nieuwe’ gezinsleden, Verblijfsco-ouderschap kan het vriendennetwerk onder druk zetten. Verblijfsco-ouderschap werkt stressverhogend Matthijs, K., Sodermans, A.K. & Vanassche, S. (FaPOS, KU Leuven)
43
De verblijfsregeling en de ouder-kindrelatie
44
Verblijfsco-ouderschap en welbevinden van kinderen
Co-ouderschap zorgt voor een betere relatie met vader én moeder in vergelijking met kinderen die voltijds bij één ouder wonen, dit is positief voor hun welbevinden. Toch zijn kinderen in co-ouderschap gemiddeld genomen niet gelukkiger dan kinderen die bij hun moeder wonen. Mogelijke verklaring: Het frequent verhuizen, de aanpassing aan twee huizen werkt het positieve effect van de goede ouder-kindrelatie tegen.
45
Gevaren bij verblijfsco-ouderschap
Veel ouderlijk conflict: Verhoogde kans door frequenter contact tussen ouders, Kinderen belanden ‘in’ het conflict, Oplossing: verhuizen via de school. Geen goede relatie tussen kind en één ouder: Wet stelt ‘behoud van goede relatie’ voorop maar wat als er geen goede relatie was?, Kinderen met een slechte relatie met vader / goede relatie met moeder zijn ongelukkiger in verblijfsco- ouderschap.
46
Verblijfsco-ouderschap en welbevinden van moeders
In vergelijking met voltijdse moeders… Zien co-moeders hun kinderen minder vaak, Hebben ze een even goede relatie met hun kinderen, Ervaren ze minder open communicatie met hun kinderen, Hebben ze een actiever sociaal leven, Vinden ze sneller en vaker een nieuwe partner, En zijn ze even gelukkig.
47
Verblijfsco-ouderschap en welbevinden van vaders
In vergelijking met niet-residentiele vaders… Zien co-vaders hun kinderen vaker, Hebben ze een betere relatie met hun kinderen, Ervaren ze meer conflictueuze communicatie met hun kinderen, Hebben ze een even actief sociaal leven, En zijn ze even gelukkig.
48
Verblijfsco-ouderschap: Sterkte-zwakte analyse
Niet verspreiden zonder toestemming van de auteurs 14/03/2013 Verblijfsco-ouderschap: Sterkte-zwakte analyse Sterktes Zwaktes Goede ouder-kind relatie Ouders kunnen opvoedingstaken delen Continuering van het gezinssysteem Frequent verhuizen Aanpassen aan twee gezinssituaties Vriendschappen die verwateren Kansen Bedreigingen Nieuwe ouders, broers, zussen Kinderen leren zich vlot aanpassen Sociaal leven van ouders Kind als inzet van vechtscheiding Kinderen gevangen in conflict Kinderen ingezet als boodschapper Matthijs, K., Sodermans, A.K. & Vanassche, S. (FaPOS, KU Leuven)
49
Enkele reflecties op het huidige gezinsbeleid
Niet verspreiden zonder toestemming van de auteurs 14/03/2013 Enkele reflecties op het huidige gezinsbeleid Wettelijke invoering van co-ouderschap als standaard versus zelfselectie door ‘relatiebekwame’ koppels? Is de toename van conflict onder co-ouders een verontrustende evolutie? Is co-ouderschap vooral in belang van het kind of vooral in het belang van moeders en vaders? En zijn al deze belangen met elkaar verbonden? Matthijs, K., Sodermans, A.K. & Vanassche, S. (FaPOS, KU Leuven)
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.