Download de presentatie
GepubliceerdMelissa Goossens Laatst gewijzigd meer dan 10 jaar geleden
1
Allergologie: er is meer dan antihistaminica Huub Willems 1-2-2011
2
Welke patient kunt u verwijzen naar de polikliniek allergologie?
Rhinitis +- astma Urticaria Angio-oedeem Voedingsallergieën Medicatiereacties Anafylaxie Eczeem
3
Rhinitis Niet allergisch vs. Allergisch Diagnostiek anamnese, rhinoscopie en evt. Phadiatop / Alatop Therapie met anti-H1 en nasaal steroïd
4
Wanneer nu door te verwijzen?
Nadere diagnostiek: naar allergeen middels skintesten of nasale provocatietesten Falen van therapie Evt. toevoegen cromoglicinezuur of lokale antihistaminica Leukotrieenantagonisten: Montelukast Immuuntherapie Subcutaan pre-seizoenaal, peranneaal Oraal: graspollen
5
Subcutane immuuntherapie Cochrane Database 2009
51 randomized controlled trials Reductie in symptomen Reductie in medicatiegebruik Verbetering PEF bij astma Stijging specifiek IgG4 Bijwerking: anafylaxie (3%)
6
Astma Via longarts Veel astmatische symptomen tijdens hooikoortsseizoen Op de polikliniek wordt spirometrie verricht en bronchiale histamine provocatietesten
7
Urticaria Acuut (< 6 weken ) Allergisch: meestal bij atopici. M.n. door voeding, latex, inhalatieallergenen Virale infectie Fysische stimuli: inspanningsurticaria, drukurticaria, dermografie Medicatie: morfine, aspirine/NSAID’s Anderzins
8
Urticaria Chronisch (> 6 weken ) Vrijwel nooit allergisch Fysische stimuli: inspanningsurticaria, drukurticaria, dermografie Immuungemedieerd: bv. bij anti-TPO antistoffen, parasitaire infectie, urticariële vasculitis (Muckle Wells syndroom, AHA, HUVS, Schnitzler). Niet-immuun gemedieerd: voedingsintolerantie, medicatie, mastocytose Indien aanwezig worden ze vaak beïnvloed door voeding of NSAID’s
10
Urticaria Therapie: Anti-H1 Anti-H2 Topicale steroïden Leukotrieen-antagonisten Systemische steroïden Ciclosporine of methotrexaat
11
Wanneer te verwijzen: Acuut: vrijwel nooit Chronisch: ja Analyse: oa autologe serum skin test anti-TPO antistoffen Complement paraproteïne
12
Angio-oedeem Vaak i.c.m. urticaria Etiologie zeer divers: Mestcel gemedieerd, al dan niet met anafylaxie Allergisch Niet-allergisch NSAID gemedieerd Bradykinine gemedieerd ACE remmers, AT2 antagonisten Hereditair Verworven: auto-immuunziekte, lymfomen Idiopathisch
14
Therapie Afhankelijk van de etiologie: Antihistaminica Steroïden Epinefrine C1 esterase inhibitor Icatibant: bradykinine receptor-antagonist Danazol
15
Wanneer te verwijzen? Indien er een verdenking is op een niet-allergische genese Indien geen reactie op antihistaminica of steroïden Indien twijfel over anafylaxie !!
16
Voedingallergieën IgE gemedieerd Diagnostiek anamnese RAST skintesten
17
Voedingsallergieën Allergisch: cellulair gemedieerd Coeliakie Anderszins Niet-allergisch: Intoleranties Lactose Sulfieten Histamines Salicylaten dietiste
18
Wanneer te verwijzen Bij een reële verdenking op een IgE gemedieerde allergie of intolerantie, m.n. bij anafylaxie: Diëtiste Voorlichting Epipen
19
Medicatieallergie Medicatiereacties: Allergisch IgE gemedieerd (type I) Allergisch anderszins Type IV rash Anderszins Bijwerkingen Idiosyncratisch (zoals angiooedeem na ACE-i)
20
Wanneer te verwijzen Diagnostiek: Anamnese Skintesten Provocatietesten, evt. op IC Antibiotica-allergie NSAID overgevoeligheid Desensibilisatie Peri-operatieve reacties
21
Anafylaxie Definitie: systemische reactie, IgE gemedieerd (wesp, bij, pinda’s etc.) Echter er zijn ook anafylactoide reacties Mestcelgemedieerd doch niet via IgE geactiveerde mestcellen Doorverwijzen !!
22
Raynaud polikliniek Fenomeen van Raynaud: Primair Secundair
23
Secundaire Raynaud Kan optreden bij systeemsclerose (sclerodermie) SLE MCTD UCTD Dermatomyositis Kenmerkt zich door nagelriemafwijkingen
24
normaal systeemsclerose
25
Waarom is het onderscheid belangrijk?
Primair: minder complicaties dan secundair Secundair: kan een vroege manifestatie zijn van een systeemziekte. Tijdige behandeling is mogelijk van het Raynaud fenomeen en eventueel van de systeemziekte. NB tot 20% van de patiënten met een primair Raynaud fenomeen blijkt toch een secundair Raynaud fenomeen te krijgen !
26
Plan: aanmelding Raynaud polikliniek via Zorgdomein Vooraf ANA Tijdens eerste poliklinische bezoek nagelriemmicroscopie Afhankelijk van uitslagen therapie, aanvullende diagnostiek en follow-up.
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.