Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
GepubliceerdFrederik Goossens Laatst gewijzigd meer dan 10 jaar geleden
1
Effecten van lichthinder op fauna en flora
Natuurpunt Educatie & Preventie lichthinder vzw
2
Ecologische en astronomische lichthinder
3
Lichthinder & natuur Dieren ondervinden op verschillende manieren gevolgen: Lichtschuwe soorten worden verstoord als hun leefgebied verlicht wordt Andere worden aangetrokken door licht: voortplanting en foerageergedrag in de war gestuurd, dodelijke botsingen met lichtbronnen, … Ook planten worden in hun cyclus verstoord.
4
Effecten op fauna Ongewervelden Vogels Zoogdieren
Amfibieën en reptielen
5
Waarom insecten op licht afkomen
Klassieke theorie (achterhaald): oriëntatie op de maan
6
Waarom insecten op licht afkomen
Waarom insecten op licht afkomen Ze lijden aan ‘gezichtsbedrog’ Naast een lamp zien ze een erg donker gat Terwijl ze zich daarheen begeven, verandert het gat van plaats Verklaring ligt in de bouw van het facetoog (Hsiao, 1972) Een facetoog is bol van vorm en bevat duizenden lensjes. Je kan nooit met een lamp al die lensjes tegelijk belichten. Terwijl een insect vliegt, worden andere delen van het facetoog belicht. Daardoor verandert het imaginaire zwarte gat zich van plaats. Insecten vliegen dus een soort fata morgana achterna, wat resulteert in een hectische vlucht.
7
Lichthinder & insecten
Insecten worden meer aangetrokken door wit & blauw licht dan door geel licht Gevoelig voor UV-licht
8
Insecten & lichthinder
De meeste insecten leiden een kort leven (van enkele dagen tot een paar weken). Veel insecten ‘verspillen’ tijd bij kunstlicht (bijv. vitrine, tankstation, etc.) ➮ ze doen dan niet wat ze zouden moeten doen: voedsel of partner zoeken
9
Insecten: aantrekking
Insecten: aantrekking Heel wat insecten geraken gevangen in de armaturen. Hoe meer UV-licht een lamp uitstraalt, hoe meer insecten erop af komen. De meeste insecten sterven niet omdat ze tegen een lamp vliegen. Daar kunnen veel insecten wel tegen.
10
Insecten: predatie
11
Nachtvlinders Soortenrijke groep: 2300+ soorten in België Clichés:
Nachtvlinders Soortenrijke groep: soorten in België Clichés: Schadelijk (textiel) Saaie motten versus kleurrijke dagvlinders Het merendeel van de orde van de Lepidoptera, m.a.w. vlinders (in ons land meer dan 2400 soorten) behoort tot de nachtvlinders. In België telt de dagvlinderlijst slechts een dikke 110 soorten. Over motten bestaan een aantal hardnekkige clichés. Ten eerste zijn nachtvlinders weinig populair omdat ze zogezegd schade berokkenen aan kledij en textiel. Dit moet sterk genuanceerd worden. Van de 2300 Belgische nachtvlinders zijn er slechts een handvol die effectief schadelijk zijn binnenshuis: de echte kleermotten zijn kleine micro-nachtvlinders (kleiner dan 0,5 cm) die enerzijds synthetisch materiaal mijden en anderzijds vochtige omstandigheden verkiezen. Het is dan ook niet verwonderlijk dat de schadelijke soorten nu veel zeldzamer geworden zijn dan een aantal decennia geleden. Ten tweede leeft bij veel mensen de overtuiging dat motten grijze of bruine, harige beesten zijn, in tegenstelling tot de sierlijke en kleurrijke dagvlinders. Het is inderdaad zo dat vele tientallen soorten nachtvlinders bruin zijn en forser gebouwd dan de meeste dagvlinders maar ook onder de nachtvlinders vinden we gele, oranje of groene juweeltjes (bijv. de Vliervlinder op de foto). Daarnaast zijn er ook een aantal dagvlinders die geen opvallende kleuren vertonen en een eerder motachtige uiterlijk hebben.
12
in België zijn nachtactief.
Ongeveer 85% van de 2470 vlindersoorten in België zijn nachtactief.
13
Nachtactieve insecten
15
Haften en eendagsvliegen
16
Glimwormen Kevers Mannetjes, vrouwtjes en larven geven licht
Lichtorgaan: biochemische reactie waarbij energie vrijkomt in de vorm van fotonen In Vlaanderen 3 soorten
17
Insecten met een communicatieprobleem
Insecten met een communicatieprobleem Glimwormen vrouwtjes geven licht om mannetjes aan te trekken te veel licht: mannetjes vinden vrouwtjes niet geen voorplanting Er zijn verschillende soorten glimwormen (drie in Vlaanderen). De Grote glimworm, zie foto, is de meest algemene. Glimwormen behoren tot de familie van de kevers. Door een chemische reactie kunnen ze energie opwekken die vrijkomt in de vorm van fotonen (= licht). Vrouwtjes kunnen niet vliegen, mannetjes wel.
18
Glimwormen Larven geven ook licht om predatoren af te schrikken
In gebieden met veel lichtvervuiling stoppen de larven met lichtgeven kwetsbaarder?
19
Waterdiertjes Door kunstlicht verstoorde watervlooien stoppen met het eten van algen, met een onnatuurlijke algengroei tot gevolg. Wasserflöhe steigen bei nächtlichem Licht nicht mehr an die Wasseroberfläche empor, um Algen zu beweiden – die Algen blühen. Für aquatische Insekten kann das das Aufstellen von Straßenlampen in Gewässernähe zu einer katastrophalen Artenverschiebung zu Ungunsten lichtempfindlicher Arten und damit zu einer Artenverarmung führen kann. Disturbed by artificial light water flea stop grazeing algae at the watersurface, so algae flourish.
20
Licht & trekvogels Veel trekvogels vliegen ´s nachts
Licht & trekvogels Veel trekvogels vliegen ´s nachts (ganzen, steltlopers, vele zangvogels) Maan en sterren spelen een rol bij oriëntatie. Voorbeelden van bekende nachttrekkers zijn Roodborst, Zwartkop, Tjiftjaf, …
21
Licht & trekvogels Lage wolken/mist & licht
verlicht gebied (cfr maan?) trekt vogels aan cirkelgedrag in lichtstraal/verlicht gebied
22
Vogels botsen… of geraken uitgeput (vuur)torens
vuren, affakkelen olieplatform windmolens Stadsverlichting Skybeamers/-tracers of geraken uitgeput
23
Vogelbotsingen met torens
38-jaar durende studie, TV-toren, 305m → ex. van 123 soorten 29-jaar durende studie TV-toren Florida → ex. van 186 soorten (Crawford & Engstrom, 2001) Meeste torens worden niet onderzocht
24
Posttoren Bonn maan weekend 23 h
25
Posttoren onderzoek door Heiko Haupt
Erithacus rubecula/ Roodborst Regulus ignicapillus / Vuurgoudhaan Nachtegaal
26
Studies over „torenslachtoffers“ (Longcore, 2008)
Hoe hoger de toren, hoe dodelijker Vogels vliegen meer tegen tuikabels dan tegen masten zelf Wit licht trekt meer vogels aan dan rood licht Flitsende lichten trekken minder vogels aan (Evans, 2007)
27
Dagroofvogels & nachtelijke predatie
Slechtvalken in steden jagen ook ‘s nachts
28
Broedvogelverstoring: casus Grutto
Onderzoek in Nederland naar de invloed van lichthinder op het broedgedrag, vestiging en voortplanting van de Grutto
29
Lichthinder & Grutto’s
30
Lichthinder & Grutto’s
Geen waarneembare invloed van het wegverkeer. Significante invloed op locatie van het nest. Geen significante invloed op broedperiode. Geen significante invloed op aantal eieren. Geen significante invloed op de kwaliteit van het legsel.
31
Verstoring broedvogels
Onderzoek in Groot-Brittanië naar de invloed van lichthinder op roodborst Verstoord zanggedrag Gebrek aan slaap Verstoord bioritme Verstoorde BMI (metabolisme) Verstoorde broedcyclus Alex Pollard, Cardiff University
32
Verstoring broedvogels
Dagactieve soorten worden nachtactief (foerageergedrag onder verlichting)
33
Verstoring wintervogels
Kleine zwanen overwinteren in grote aantallen in Groot-Brittannië In gebieden met lichtvervuiling nam het vetgehalte van de Kleine zwanen sneller toe Gevolg: de zwanen kunnen vroeger naar broedgebieden in Siberië vertrekken en komen daar te vroeg aan. In Groot-Brittannië werd de invloed van lichthinder op overwinterende Kleine Zwanen onderzocht. Elk jaar trekken Kleine Zwanen vanuit Noord-Europa en Siberië naar West-Europa (met name Engeland en Nederland) om er te overwinteren. Ze verblijven er op plassen, graslanden en akkers waar ze voedsel vinden. Engelse onderzoeken merkten dat Kleine zwanen in sterk verlichte omgeving ook ’s nachts verder foerageren. In donkere gebieden slapen Kleine Zwanen ’s nachts. Het gevolg was dat het vetgehalte van de Kleine zwanen in de meer verlichte gebieden sneller toenam, zodat deze vogels vroeger dan normaal klaar waren om de terugtrek naar de broedgebieden aan te vatten. Die terugtrek vroeger aanvatten heeft echter weinig zin: als de Kleine zwanen vroeger in Siberië arriveren, treffen ze daar nog sneeuw en ijsmassa’s aan.
34
Nachtactieve zoogdieren
Nachtactieve zoogdieren zoals herten, bevers & vossen mijden te sterk verlichte gebieden, zodat die soorten leefgebied verliezen. Nachtaktive Großsäuger wie Füchse, Rehe und Dachse meiden in der Regel beleuchtete Räume, was negative Auswirkungen auf ihren Aktionsradius und somit auf ihr Nahrungsangebot hat. Eine Untersuchung in der Schweiz hat ergeben, dass beleuchtetet Waldränder von diesen Tieren zehnmal seltener aufgesucht werden als unbeleuchtete. Beleuchtete Straßen können auch eine Lebensraumzerschneidung zur Folge haben. Untersuchungen in Nordamerika haben gezeigt, dass Pumas künstlich erhellte Gebiete meiden und dadurch wichtige Wildtierkorridore nicht finden. (BUWAL 2005) Nocturnal mammals like deer, badgers and foxes avoid illuminated areas, so they loose living space.
35
Padden Padden worden door kunstlicht aangetrokken; op verlichte wegen vinden ze voedsel (insecten), maar vallen ze makkelijk ten prooi aan het verkeer. Erdkröten werden von Kunstlicht angezogen, wo sie mehr Nahrung finden, andererseits aber selbst leicht zum Opfer werden. Auch hell erleuchtete Straßen locken Frösche und Kröten an. Sie überqueren diese lebensgefährliche Zone nur langsam, was zusätzlich zu hohen Verlusten führen kann. Wissenschafter haben außerdem festgestellt, dass Frösche in Teichen, an denen keine natürlichen Lichtverhältnisse herrschen, erst spät am Abend aktiv werden und nur beschränkt rufen. (BUWAL 2005) Toads are attracted by artificial light, where they find food but on the other hand easily become road casualities.
36
Amfibieën en lichthinder
Larvale ontwikkeling Baker en Richardson onderzochten het voortplantingsgedrag (roepactiviteit) en de bewegingen van mannelijke kikkers (Rana clamitans) in Ontario (Canada). Hierbij werden drie situaties onderzocht: kikkers in een poel waar kunstlicht aanwezig was, in een poel zonder kunstlicht maar wel met volle maan en tenslotte bij nieuwe maan of sterk bewolkte avond. Uit dit onderzoek bleek dat kikkeractiviteit niet varieert in de loop van de maancyclus. Wel bleek dat de mannelijke kikkers bij verstoring door kunstlicht minder vaak riepen. Labo-experimenten wezen uit dat de larvale ontwikkeling van kikkers verstoord wordt door overmatige blootstelling aan licht. Kikkervisjes die onnatuurlijk lang in verlichte omstandigheden blijven, doen er langer over om zich te metamorfoseren.
37
Elders in de wereld… Pasgeboren zeeschildpadden oriënteren zich op het maan- en sterrenlicht dat op het zeewater reflecteert. Kunstlicht langs de kust brengt hen in de war. In 1996 verscheen een onderzoek naar de gevolgen van kunstlicht op het broedgedrag van zeeschildpadden in Florida. Het licht bleek een disoriënterend effect op de schilpadden te hebben. Bij de tocht van hun nest naar de zee richten de dieren zich o.a. op de stand van de maan. Door kunstmatig licht raken ze de weg echter kwijt. In Florida zorgt dit jaarlijks voor duizenden dode schildpadden. De dieren komen om door verdroging, vallen ten prooi aan een soort mier (‘fire ant’) of krabben of worden zelfs door auto’s overreden als ze op een openbare weg terechtkomen. De exemplaren die na hun omzwervingen dan toch het zeewater bereiken, zijn vaak in slechte conditie en dus kwetsbaarder. De oplossing voor het probleem is eenvoudig: zorg dat het licht van de lampen aan het strand de schildpadden niet bereikt. Op sommige locaties bestaat hierrond al regelgeving en worden stranden beschermd voor de zeeschildpadden.
38
Zeeschildpadden Florida, 1998: gedisoriënteerde zeeschildpadden gerapporteerd Sterven door uitdroging Worden verorberd door mieren en krabben Worden doodgereden door auto’s Overlevers zijn vaak uitgeput (lagere overlevingskansen)
39
Planten & lichthinder Fotosynthese: chlorofyl
Hoe meer licht, hoe sneller de plant groeit Lichtvervuiling zorgt o.m. voor kieming, doorbreking winterrust, celstrekking, etc. Teveel aan licht kan bij sommige soorten de zaadkieming in de war sturen
40
Planten & lichthinder Sommige planten zoals aardbei hebben donkere nachten nodig om in bloei te komen.
41
Vorstschade Door kunstlicht kunnen bladeren en bloesems te vroeg in het jaar ontwikkeld worden. De kans op vorstschade vergroot. Für Pflanzen könnte Kunstlicht negative Auswirkungen haben, weil es die physiologische Uhr manipuliert. Wird der Blatt- oder Blühtrieb zu früh ausgelöst, sind diese Pflanzen vermehrt frostgefährdet. Eine Verzögerung des Blattabwurfs und der Winterruhe im Herbst hingegen kann zu Astabbrüchen wegen vermehrter Schneelast führen. Vielfach ist zu beobachten, dass ein Ast unter einer Laterne noch Blätter trägt, während der unbeleuchtete Rest des Baumes kahl ist. Dies könnte zur Schwächung von Bäumen in Siedlungsnähe führen. (BUWAL 2005) The biological clock of plants is manipulated by artificial light. If the shooting of leaves and blossoms starts too early frost damage may occur.
42
Verstoring jaarcyclus
Zo zien we dat loofbomen die vlakbij een straatlantaarn staan, in de herfst langer hun bladeren houden dan bomen die ’s nachts niet verlicht worden. Zo blijkt dat sommige laanbomen die te sterk verlicht worden tot in december een aanzienlijk deel van hun bladeren behouden. Dat kan voor die bomen nefaste gevolgen hebben. Terwijl de andere bomen zich al helemaal voorbereid hebben op de komende winterperiode, lopen de bladerendragende laanbomen achter. Huidmondjes zijn bij die exemplaren nog niet gesloten. Dat zorgt ervoor dat deze bomen hogere kans op vorstschade lopen.
43
Opbrengstverlies landbouw
In West-Vlaanderen vinden we een aantal commerciële hopplantages. Hop is namelijk een belangrijk bestanddeel van bier. De productie van hop is niet homogeen over de hele plantage. Zo heeft men gemerkt dat hop, aan de rand van de plantage, veel schade kan ondervinden van lampen die een aangrenzende weg verlichten. Het rijpen van de hop verloopt trager in een verlichte omgeving. Om dit te verhelpen heeft men besloten om gedurende bepaalde periodes van het jaar de verlichting in de omgeving te doven. 19 november 2008
44
Conclusie Lichthinder is een wijdverbreid probleem voor tal van dieren, planten én onszelf! Oplossingen zijn vrij eenvoudig: Licht uit als het kan Op de juiste manier verlichten
45
Meer informatie Preventie Lichthinder vzw: www.preventielichthinder.be
Werkgroep Lichthinder VVS: Vlaamse overheid: International Dark-sky Organisation:
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.