Wat de leerling doet Wat de docent doet

Presentatie over: "Wat de leerling doet Wat de docent doet"— Transcript van de presentatie:

1 Wat de leerling doet Wat de docent doet
Wat zouden jullie moeten doen? Wat zal ik doen? Zijn de kleuren van uw klaslokaal anders dan de kleuren in deze sjabloon? Geen probleem! Klik op Ontwerp -> Varianten (de pijl omlaag) -> Kies het kleurenschema dat bij uw klaslokaal past. Pas gerust de instructies onder 'Jullie zullen...' en 'Ik zal...' aan om ze beter met de regels van uw school overeen te laten komen.

2 Begin van de dag Jullie zullen... Ik zal...
het lokaal zachtjes binnenkomen <naam docent> en je vrienden begroeten door vrolijk 'Goedemorgen!' te zeggen je rugtas en jas opbergen je huiswerk op de juiste plek leggen je tafel zoeken en beginnen met werken jullie begroeten als je het lokaal binnenkomt briefjes van ouders ophalen jullie vertellen wat je die dag moet doen

3 Werk in de ochtend Jullie zullen... Ik zal...
je huiswerk voorbereiden <huiswerk 1> <huiswerk 2> je concentreren en je werk voorbereiden luisteren naar <naam docent> en zijn of haar aanwijzingen opvolgen je opdrachten zachtjes en zorgvuldig maken Ben je eerder klaar? <lijst met dingen die leerlingen kunnen doen als ze eerder klaar zijn> jullie vertellen wat jullie 's ochtends moeten doen jullie helpen als je vragen hebt, en jullie werk nakijken/bespreken jullie gedrag in de gaten houden door middel van <gedragsmethode>

4 Les met de hele klas Jullie zullen... Ik zal...
op je eigen plek zitten elkaar respecteren en je verantwoordelijk gedragen door... oogcontact te houden goed te luisteren en anderen niet te onderbreken vragen te stellen als je iets niet begrijpt (dat is niet erg!) je vrienden te helpen als zij iets niet begrijpen goed te luisteren naar aanwijzingen over wat je moet doen vooraan de klas staan een korte miniles voorbereiden over iets dat voor ALLE leerlingen belangrijk is jullie vragen beantwoorden jullie met andere klasgenoten laten discussiëren over de stof (wel pas als ik het zeg!) vertellen wat jullie moeten doen jullie gedrag in kleine groepjes in de gaten houden door middel van <gedragsmethode>

5 Kleine groepjes en rouleren
Jullie zullen... Ik zal... naar de werkplekken gaan waar jullie moeten werken, of die jullie zijn toegewezen je werk op jullie werkplek zachtjes en zorgvuldig uitvoeren eerst drie (3) klasgenoten om hulp vragen voordat je <naam docent> roept (Ja! Je mag vragen stellen!) de methode van <naam docent> gebruiken om vragen te stellen als <hij/zij> bij een groep bezig is <geef op wat leerlingen kunnen doen wanneer ze vastzitten, maar ze u niet kunnen spreken> werken met een kleine groep leerlingen een op een werken leerlingen aan specifieke vaardigheden jullie vragen beantwoorden nadat jullie drie (3) klasgenoten om hulp hebben gevraagd en <uw methode om vragen te stellen> jullie gedrag in kleine groepjes in de gaten houden door middel van <gedragsmethode>

6 Gedrag op de gang en naar de wc gaan
Jullie zullen... Ik zal... Gangen: zachtjes lopen op <volgorde die leerlingen moeten aannemen> aan de rechterkant van de gang lopen je handen thuishouden <geef specifiek aan waar leerlingen hun handen moeten houden, indien u daar regels voor hebt> zachtjes doen om andere klassen niet te storen <geef eventueel manieren op hoe ze dat kunnen doen> Wc's: wachten totdat je naar de wc mag vlug en zachtjes naar de wc gaan je rommel opruimen en <naam docent> waarschuwen als er problemen op de wc zijn je handen wassen en afdrogen snel terug in de rij gaan staan ervoor zorgen dat alle leerlingen op <volgorde die leerlingen moeten aannemen> lopen aan de rechterkant van de gang jullie erop aanspreken als jullie <gedrag dat niet wordt verwacht op de gang> jullie gedrag in de gaten houden door middel van <gedragsmethode> elke leerling de mogelijkheid geven om naar de wc te gaan problemen op de wc oplossen

7 Kantine Jullie zullen... Ik zal...
de kantine binnenlopen op <volgorde die leerlingen moeten aannemen> zachtjes wachten in de lunchrij (je mag wel fluisteren) je handen thuishouden naast vrienden gaan zitten die je kunnen helpen, of naast klasgenoten die je wilt leren kennen met vrienden praten die naast je zitten, op een normale manier op je stoel blijven zitten, tenzij je toestemming hebt om op te staan je eettafel schoon houden niet met eten spelen of eten dat je niet wilt opeten, weggooien (je mag best kiezen om iets niet te eten) in een rij gaan staan wanneer <naam leraar> eraan komt of als je mag vertrekken jullie herinneren aan de regels die gelden in de kantine jullie op tijd naar de kantine begeleiden, op <volgorde die leerlingen moeten aannemen> erop toezien dat jullie in de juiste lunchrij staan, of aan de juiste lunchtafel zitten voordat ik wegga mijn lunch eten <geef op waar u zult lunchen> de klas op tijd ophalen bij <geef op waar u uw leerlingen na de lunch ophaalt>

8 Pauze Jullie zullen... Ik zal... erop toezien dat jullie in orde zijn
PLEZIER MAKEN door... op de speeltoestellen te spelen spelletjes te bedenken de natuur te verkennen je lievelingsboek te lezen met een vriend te praten te tekenen of te schrijven in de schaduw te zitten andere dingen te doen die veilig zijn en leuk zijn om te doen in de pauze! *als het nodig is* naar <naam docent> luisteren als je je misdraagt erop toezien dat jullie in orde zijn jullie straf geven als jullie je misdragen tijdens de pauze <maatregelen bij slecht gedrag> erop toezien dat alle leerlingen snel en veilig een rij vormen als de pauze voorbij is

9 Naar huis gaan Jullie zullen... Ik zal...
ervoor zorgen dat jullie tafel netjes is opgeruimd je klassentaak uitvoeren, als je die hebt controleren of je je huiswerk bij je hebt <naam docent> je goedgedragblad laten aftekenen en dit in je rugtas doen stilletjes wachten totdat je naar huis mag (Mag praten wel? Natuurlijk! Doe wel zachtjes zodat we de omroepberichten kunnen horen!) <naam docent> en je vrienden gedag zeggen controleren of alle tafels/werkplekken netjes zijn opgeruimd erop toezien dat je je klassentaak uitvoert, als je die hebt je goedgedragblad aftekenen <geef op wat u doet voordat iedereen naar huis mag; leest u de leerlingen voor, vraagt u wat ze vandaag gaan doen, rondt u werk af enzovoort>