2. Generatieve vermeerdering van planten

Presentatie over: "2. Generatieve vermeerdering van planten"— Transcript van de presentatie:

1 2. Generatieve vermeerdering van planten
Vermeerderen 2. Generatieve vermeerdering van planten

2 2. Generatieve vermeerdering
Orientatie Wel of niet generatief De bloem en het zaad Zaaizaad telen Zaad als product Kiemen Zaaien Bron plaatje: Vermeerdering 2. Generatieve vermeerdering

3 2.1 Orientatie Planten kun je vermeerderen door zaad
We noemen dit generatieve vermeerdering (geslachtelijk) Plantenonderdelen gebruiken We noemen dit vegetatieve vermeerdering (ongeslachtelijk) Vermeerdering 2, Generatieve vermeerdering

4 2.2 Wel of niet generatief Generatief (geslachtelijk)
In de natuur het meest voorkomend De tuinbouw geeft hier de voorkeur aan Wordt in veel gewassen toegepast (suikerbieten, uien, broccoli en prei) Vegetatief (ongeslachtelijk) In de sierteelt (snijbloemen, potplanten, boomteelt en bollenteelt) het meest toegepast Door de mens toegepast Vermeerdering 2, Generatieve vermeerdering

5 2.2 Wel of niet generatief Voordelen generatief (geslachtelijk) vermeerderen Je hebt niet veel zaadplanten nodig Goedkoop Minder kans op overbrengen ziektes Zaden zijn goed te bewaren en te transporteren Nadelen generatief (geslachtelijk) vermeerderen Variatie aan nakomelingen (niet zaadvast) Kwetsbaar voor kiemschimmels Teelt duurt langer Vermeerdering 2, Generatieve vermeerdering

6 2.3 De bloem en het zaad De stamper (het vrouwelijke geslachtsorgaan en bevat eicellen) De meeldraden (mannelijk, bevatten stuifmeel met daarin de zaadcellen) In het vruchtbeginsel kunnen de zaden zich vormen. Bron: Oudere boekjes ontwikkelcenrum Vermeerdering 2, Generatieve vermeerdering

7 2.3 De bloem en het zaad Tweeslachtig en eenslachtig
Eenhuizig en tweehuizig Vermeerdering 2, Generatieve vermeerdering

8 2.4 Zaaizaad telen Bij het vermeerderen van zaaizaad maak je onderscheid tussen: Zelfbestuivers (zaadvast) Kruisbestuivers (kans op verbastering) F1-hybriden Diploide, triploide en tetraploide rassen Bron: Oudere boekjes ontwikkelcentum Vermeerdering 2, Generatieve vermeerdering

9 2.4 Zaaizaad telen Voordelen van F1-hybriden Nadelen Uniformer
Beter dan de ouders Hogere opbrengst Beter bestand tegen ‘stress’ Gemakkelijker reproduceerbaar Nadelen Duurder Teler kan zelf geen zaad telen Vermeerdering 2, Generatieve vermeerdering

10 2.5 Zaad als product Oogsten (juiste rijpheidsstadium)
Schonen, winnen en afscheiden Zaaien vergemakkelijken Ontvleugelen Gradueren Kalibreren Pilleren Vermeerdering 2, Generatieve vermeerdering

11 2.5 Zaad als product Zaden beschermen tegen ziekten en plagen:
Ontsmetten Coaten Pilleren Verhitten Vermeerdering 2, Generatieve vermeerdering

12 2.5 Zaad als product Kwaliteitseisen van de zaden: Kiempercentage
Kiemenergie Rasechtheid Raszuiverheid Zuiverheid Gezondheid Vermeerdering 2, Generatieve vermeerdering

13 2.6 Kiemen Belangrijke factoren voor het kiemingsproces: Water
Zuurstof Kiemtemperatuur Licht Vermeerdering 2, Generatieve vermeerdering

14 2.6 Kiemen Kiemrust Voorkiemen Kiemrust doorbreken Primen
Stratificeren Scarificeren Voorkiemen Primen Voordelen: zaad ontkiemt sneller en uniformer. Vermeerdering 2, Generatieve vermeerdering

15 2.7 Zaaien Verschillende manieren van zaaien:
Breedwerpig zaaien Zaaien op rijen Precisiezaai Verschillende ‘ondergronden’: Zaaien in vollegrond Zaaien in kisten Zaaien in trays en pluggen Bron: Vermeerdering 2, Generatieve vermeerdering

16 Verwerkingsvraag Bij welke nummers is er sprake van bestuiving?
Bron: Oud boekje ontwikkelcentrum Vermeerdering 2, Generatieve vermeerdering