Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
GepubliceerdEsmée van Dijk Laatst gewijzigd meer dan 6 jaar geleden
1
werknemersmobiliteit en (para)fiscaliteit Een stand van zaken
11/01/2019
2
overzicht (para)fiscaliteit van Woon-werkverkeer
Mobiliteitsvergoeding - mobiliteitsbudget: waar staan we? mobility policy - cafetariaplan overzicht 11/01/2019
3
1 (para)fiscaliteit van Woon-werkverkeer 11/01/2019
4
Woon-werkverkeer : HOE?
11/01/2019
5
Woon-werkverkeer : HOE?
11/01/2019
8
11/01/2019
9
Kijken in sector of op ondernemingsniveau
Woon-werkverkeer : (para)fiscaliteit Privévervoer : eigen wagen, eigen motorfiets Vervoerskosten: woon-werk? Altijd nakijken wat er in de sector bestaat! RSZ? in principe niet onderworpen, tenzij forfait hoger dan werkelijke kosten Fiscus? in principe onderworpen, tenzij forfaitaire kostenaftrek in belastingaangifte => vrijgesteld tot 400 euro per jaar (bedrag aanslagjaar 2019) Professionele verplaatsingen = kosten eigen aan de werkgever = vrijgesteld van RSZ en BV ten belope van 0,3573 euro / kilometer Geen verplichting tot betaling vervoerskosten op basis van cao 19 octies Kijken in sector of op ondernemingsniveau Vb PC 200 => vervoerskosten voor privévervoer Minimale afstand = 3km Bruto jaarloon < of = euro Tussenkomst werkgever (sociaal abonnement) 50% van tabel A Nodig: verklaring op eer dat meer dan 3 km van werkplaats Voor werkgever = 100% aftrekbaar zoals loon 11/01/2019
10
Georganiseerd en niet-georganiseerd door werkgever
Woon-werkverkeer : (para)fiscaliteit Privévervoer : carpooling: vervoerskosten woon-werkverkeer Met eigen wagen, niet georganiseerd door werkgever Altijd nakijken wat er in de sector bestaat! RSZ? Idem regeling gewoon privévervoer Fiscus? forfaitaire kosten belastingaangifte => vrijgesteld tot 400 euro per jaar (aj 2019) Werkelijke kosten belastingaangifte => vrijgesteld aan 0,15 euro/afgelegde km (niet voor omweg) Passagier: idem + indien werkelijke kosten => mag 75% van werkelijke bijdrage in carpooling Circulaire 25 februari 2013 onderscheid tussen algemeen en bijzonder stelsel: Algemeen stelsel = werknemer gebruikt eigen wagen en krijgt vergoeding woon-werkverkeer betaald door werkgever Bijzonder stelsel = werknemer gebruikt bedrijfswagen zonder vergoeding woon-werkverkeer betaald door werkgever Mogelijkheden zijn: Georganiseerd en niet-georganiseerd door werkgever Met eigen wagen of met bedrijfswagen 11/01/2019
11
Woon-werkverkeer : (para)fiscaliteit
Bedrijfswagen Gevolgen voor werknemer: voordeel in natura privégebruik (strikt privé + woon-werk) RSZ? Geen RSZ WN op voordeel privégebruik Fiscus? Belastbaar VAA: voor dieselwagens: cataloguswaarde x [5,5 + (CO2-86) x 0,1]% x 6/7 voor benzinewagens: cataloguswaarde x [5,5 + (CO2-105) x 0,1]% x 6/ ! voor elektrische wagens: cataloguswaarde x 4% x 6/7 minimum VAA / jaar = euro (bedrag voor 2018) eventuele eigen bijdrage door WN mag afgetrokken worden van VAA + fiscale vrijstelling 400 euro (bedrag 2018) indien keuze voor forfait beroepskosten Opgelet: Privégebruik wordt vermoed! Niet indien enkel professioneel gebruik van bedrijfswagen Uitzondering = utilitaire voertuigen 11/01/2019
12
Woon-werkverkeer : (para)fiscaliteit
Bedrijfswagen Werkgever en bedrijfswagen RSZ? Solidariteitsbijdrage => formule op basis van CO² uitstoot wagen (min. 26,47 euro / maand) per begonnen kalendermaand Fiscus? Kost bedrijfswagens = aftrekbaar van vennootschapsbelasting < 2012 => 17% VAA in verworpen uitgaven (VU) < 2017 => indien ook brandstofkost voor privégebruik door WG betaald => 40% VAA in VU < 2017 => indien eigen bijdrage door WN => niet meer eerst afgetrokken voor berekening VU Sinds 2012 moet een vennootschap die een bedrijfswagen ter beschikking stelt, een bedrag gelijk aan 17 % van het voordeel van alle aard m.b.t. die firmawagen toevoegen haar verworpen uitgaven (art. 198, § 1, 9° WIB 92). 17% VU wordt 40% VU als de vennootschap brandstofkosten ten laste neemt Vanaf 1 januari 2017 stijgt de verwerping van 17 % naar 40 % van het belastbaar voordeel wanneer de vennootschap de brandstofkosten verbonden met het persoonlijk gebruik van de bedrijfswagen geheel of gedeeltelijk ten laste neemt. De wet spreekt niet specifiek over tankkaarten. Dus als de vennootschap-werkgever géén tankkaart geeft maar de private tankbonnetjes terugbetaalt aan de werknemer of een forfaitaire tankvergoeding betaalt aan de werknemer, dan geldt de 40 %-regel ook vanaf 01/01/2017. Idem voor de bedrijfsleider. Er wordt géén onderscheid gemaakt naargelang de vennootschap alle brandstofkosten voor persoonlijk gebruik door de genieter ten laste neemt of slechts een gedeelte ervan voor haar rekening neemt. Van zodra de vennootschap-werkgever privé-brandstofkosten ten laste neemt kantelt het percentage van 17 % naar 40 %. De maatregel geldt ook ingeval de gebruiker van de bedrijfswagen een eigen bijdrage voor het privé gebruik betaalt aan de vennootschap of ingeval het voordeel op de rekening-courant van de bedrijfsleider wordt ingeschreven. 11/01/2019
13
Woon-werkverkeer : (para)fiscaliteit
Bedrijfsmotor Gevolgen voor werknemer RSZ? Voordeel in natura = waarde van motor/maand x percentage privégebruik RSZ WG en WN op voordeel in natura Fiscus? BV op voordeel in natura – RSZ, maar vrijstelling tot 400 euro per jaar indien forfaitaire kostenaftrek in belastingaangifte Werkgever RSZ WG op voordeel in natura + kosten bedrijfsmotor = aftrekbare beroepskost 11/01/2019
14
Woon-werkverkeer : (para)fiscaliteit
Openbaar vervoer Trein RSZ? CAO 19 octies: 75% van prijs treinkaartje vrijgesteld, of sector-CAO of ondernemings- CAO 3de betalersregeling: 80% door WG betaald, 20% door staat Fiscus? volledige bedrag vrijgesteld, indien keuze voor forfaitaire beroepskosten Tram, metro, bus RSZ? Idem trein, indien prijs in verhouding tot afstand, anders 71,8% met max prijs trein 7 km Fiscus? volledige bedrag vrijgesteld, indien keuze voor forfaitaire beroepskosten Wat is de derdebetalersregeling? Principe De derdebetalersregeling maakt een tegemoetkoming van de Staat in de prijs van de treinkaart mogelijk. Op basis van een ‘Overeenkomst Derde betaler voor de privésector’ tussen de werkgever en de NMBS verbindt de NMBS zich ertoe om gratis treinbiljetten te verstrekken aan de werknemers van de onderneming. Hiertoe moet de vervoerskost worden verdeeld ten belope van 80% ten laste van de werkgever en van (in principe) 20% ten laste van de Staat. Deze maatregel was oorspronkelijk beperkt in de tijd, maar werd voor onbepaalde tijd verlengd. Door deze maatregel moeten werknemers dus niet langer de volledige prijs voor hun treinkaart betalen en hoeven ze het bedrag niet langer voor te schieten om vervolgens de terugbetaling van de werkgever te vragen. De werkgever ontvangt nog slechts één totaalfactuur binnen de maand die volgt op de validering van de treinkaarten en kan de details van die factuur aan de hand van een persoonlijke toegangscode controleren op de site van de NMBS. Verschillende sectoren hebben cao’s gesloten die verplichten tot het gebruik van de derdebetalersregeling. Voorwaarden De werknemers uit de privésector kunnen van gratis woon-werkverkeer genieten indien de volgende voorwaarden zijn nageleefd: de privéonderneming neemt op 1 januari vrijwillig minstens 80% ten laste van de prijs van een treinkaartje 2de klasse en van het aansluitend vervoer verzorgd door de MIVB; de onderneming sluit ten laatste op 30 oktober een "Overeenkomst Derde Betaler voor de privésector" met de NMBS. Deze overeenkomst wordt in principe voor onbepaalde tijd gesloten. Opgelet! Als het valideringsbiljet ook aansluitend vervoer bevat dat door TEC of De Lijn wordt georganiseerd, moet de werknemer 20% van de kostprijs van dat vervoer betalen. Die kostprijs kan zelfs hoger uitvallen als de werkgever beslist om, alleen voor dat vervoer, vast te houden aan zijn wettelijke terugbetalingsverplichting (gemiddeld 75%). 11/01/2019
15
Woon-werkverkeer : (para)fiscaliteit
Openbaar vervoer Combinatie Altijd nakijken wat er in de sector bestaat! RSZ? Indien geen sectorale cao => regeling CAO 19 octies: 1 vervoerbewijs voor combinatie: 75% van prijs treinkaart Verschillende vervoerbewijzen: 75% van prijs treinkaart per vervoerbewijs Fiscus? volledige bedrag vrijgesteld per vervoerbewijs, indien keuze voor forf. beroepskosten Indien combi met wagen, openbaar vervoer volledig vrijgesteld en wagen vrijgesteld voor max 400 euro indien forfaitaire kostenaftrek Wat is de derdebetalersregeling? Principe De derdebetalersregeling maakt een tegemoetkoming van de Staat in de prijs van de treinkaart mogelijk. Op basis van een ‘Overeenkomst Derde betaler voor de privésector’ tussen de werkgever en de NMBS verbindt de NMBS zich ertoe om gratis treinbiljetten te verstrekken aan de werknemers van de onderneming. Hiertoe moet de vervoerskost worden verdeeld ten belope van 80% ten laste van de werkgever en van (in principe) 20% ten laste van de Staat. Deze maatregel was oorspronkelijk beperkt in de tijd, maar werd voor onbepaalde tijd verlengd. Door deze maatregel moeten werknemers dus niet langer de volledige prijs voor hun treinkaart betalen en hoeven ze het bedrag niet langer voor te schieten om vervolgens de terugbetaling van de werkgever te vragen. De werkgever ontvangt nog slechts één totaalfactuur binnen de maand die volgt op de validering van de treinkaarten en kan de details van die factuur aan de hand van een persoonlijke toegangscode controleren op de site van de NMBS. Verschillende sectoren hebben cao’s gesloten die verplichten tot het gebruik van de derdebetalersregeling. Voorwaarden De werknemers uit de privésector kunnen van gratis woon-werkverkeer genieten indien de volgende voorwaarden zijn nageleefd: de privéonderneming neemt op 1 januari vrijwillig minstens 80% ten laste van de prijs van een treinkaartje 2de klasse en van het aansluitend vervoer verzorgd door de MIVB; de onderneming sluit ten laatste op 30 oktober een "Overeenkomst Derde Betaler voor de privésector" met de NMBS. Deze overeenkomst wordt in principe voor onbepaalde tijd gesloten. Opgelet! Als het valideringsbiljet ook aansluitend vervoer bevat dat door TEC of De Lijn wordt georganiseerd, moet de werknemer 20% van de kostprijs van dat vervoer betalen. Die kostprijs kan zelfs hoger uitvallen als de werkgever beslist om, alleen voor dat vervoer, vast te houden aan zijn wettelijke terugbetalingsverplichting (gemiddeld 75%). 11/01/2019
16
Woon-werkverkeer : (para)fiscaliteit
Fiets Fietsvergoeding Altijd nakijken wat er in de sector bestaat! RSZ? woon-werkverkeer met fiets: 0,23 euro / km = vrijgesteld Fiscus? Idem, niet onderworpen fietsvergoeding Bedrijfsfiets RSZ en fiscus op dezelfde lijn sinds (retroactief) januari 2017 Voordeel privégebruik = vrijgesteld op voorwaarde dat er ook woon-werkverkeer is 11/01/2019
17
Harmonisatie sociale en fiscale behandeling fiets
RSZ-KB verwijst nu naar artikel 38 §1 1ste lid 14° van het WIB Terbeschikkingstelling bedrijfsfiets Uitgesloten uit loonbegrip: een ter beschikking gestelde fiets (al dan niet elektrisch aangedreven) of speed pedelec, inclusief fietstoebehoren, voor zover de fiets of speed pedelec daadwerkelijk gebruikt wordt voor de verplaatsing tussen de woonplaats en de werkplaats Ook zuivere privékilometers zijn niet meer onderworpen! 11/01/2019
18
Woon-werkverkeer : (para)fiscaliteit
Fiets Bedrijfsfiets en werkgever? RSZ? Vrijgesteld voor zover gebruikt voor woon-werkverkeer Fiscus? Fietsvergoeding = 100% aftrekbaar Specifieke kosten om gebruik van fiets door werknemers aan te moedigen = 120% aftrekbaar (vb. voor van douches/kleedkamers/fietsenstalling, …) 11/01/2019
19
Woon-werkverkeer : (para)fiscaliteit
Andere: segway, hoverboard, solowheel? E-step? Vallen deze onder regeling fiets? => zie MvT RSZ? Regeling privévervoer => sociaal abonnement Altijd nakijken welke regeling in sector bestaat! Fiscus? in principe onderworpen, tenzij forfaitaire kostenaftrek in belastingaangifte => vrijgesteld tot 400 euro per jaar (bedrag aanslagjaar 2019) In de memorie van toelichting van de wet (van 22/10/2017) die de nota fiets heeft uitgebreid (tot onder meer speed pedelecs) vinden we het volgende terug: Door de wetswijziging worden de volgende types beoogd: 1. Het rijwiel: elk voertuig met 2 of meer wielen dat via pedalen of handgrepen met spierkracht wordt aangedreven of uitgerust is met een elektrische hulpmotor tot 250 W die geen ondersteuning meer biedt vanaf 25 km/h, of eerder, indien de bestuurder ophoudt met trappen. Elektrisch aangedreven klassieke fietsen, koersfietsen, mountainbikes, city bikes, bakfietsen, aangepaste fietsen voor mindervaliden (3 wielen, aandrijving via handgrepen, …), plooibare fietsen, vallen onder de hierboven vermelde definitie. Hoverboards, rolschaatsen, skateboards, monowheels en segways zijn niet bedoeld. Hier gaat het om gemotoriseerde of niet gemotoriseerde voortbewegingstoestellen. 2. Het gemotoriseerd rijwiel: elk twee-, drie- of vierwielig voertuig met pedalen, uitgerust met een elektrische hulpaandrijving met als hoofddoel trapondersteuning waarvan de aandrijfkracht wordt onderbroken bij een voertuigsnelheid van maximum 25 km per uur, met uitsluiting van de hierboven vermelde rijwielen. Het nominaal continu maximumvermogen van de elektrische motor bedraagt ten hoogste 1 kW. 3. De speed pedelec: elk tweewielig voertuig met pedalen, met uitsluiting van de gemotoriseerde rijwielen, met een elektrische hulpaandrijving met als hoofddoel trapondersteuning waarvan de aandrijfkracht wordt onderbroken bij een voertuigsnelheid van maximum 45 km per uur. Ik concludeer hieruit dat de step eerder onder te brengen is onder de noemer “voortbewegingstoestel”, aangezien deze geen wielen, noch pedalen heeft, nee? In dat opzicht kan het gunstregime voor de fiets niet worden toegepast, maar enkel de fiscale vrijstelling voor ander vervoer (400 euro inkomstenjaar 2018). 11/01/2019
20
Woon-werkverkeer : (para)fiscaliteit
Te voet Wandelvergoeding RSZ? in principe niet onderworpen Fiscus? in principe onderworpen, tenzij forfaitaire kostenaftrek in belastingaangifte => vrijgesteld tot 400 euro per jaar (bedrag aanslagjaar 2019) Geen specifieke regeling voor vrijstelling aankoop regenkledij => = voordeel alle aard 11/01/2019
21
2 Mobiliteitsvergoeding - mobiliteitsbudget: waar staan we? 11/01/2019
22
Willen werknemers wagen wel inruilen?
Meer dan je zou denken (cijfers Securex HR Research): 41% wil wagen inruilen 49% wil kiezen voor wagen van lagere categorie Maakt de overheid het voldoende interessant? 11/01/2019
23
Mobiliteitsvergoeding versus mobiliteitsbudget?
Mobiliteitsvergoeding = car for cash Vrij te besteden bedrag in ruil voor inleveren van bedrijfswagen Wetontwerp plenaire zitting Kamer goedgekeurd 15 maart 2018 7 mei 2018 gepubliceerd in BS Ontwerpteksten om mobiliteitsvergoeding ook aan te passen en gelijk te trekken met mobiliteitsbudget Wat gebeurt er bij functiewijziging? Bij mobiliteitsbudget heeft dit impact 11/01/2019
24
Mobiliteitsvergoeding versus mobiliteitsbudget?
budget als alternatief voor bedrijfswagen of combinatie Keuze voor werknemer om volledig aan bedrijfswagen te verzaken of combinatie van milieuvriendelijkere en/of goedkopere bedrijfswagen + duurzame vervoermiddelen/diensten + eventueel overschot cash Politiek akkoord over mobiliteitsbudget op 15 maart 2018, nog geen verdere teksten (verwachting begin 2019) Beide systemen zullen naast elkaar bestaan en altijd op vrijwillige basis. 11/01/2019
25
Mobiliteitsvergoeding: uitgangspunt?
“Car for cash” Inlevering bedrijfswagen in ruil voor cash Uitgesloten Omzetting van “salary sacrifice” wagens in mobiliteitsvergoeding Omzetting van een grotere bedrijfswagen voor een kleinere of milieuvriendelijker exemplaar Werknemers voorheen tewerkgesteld bij andere werkgever Reeds mobiliteitsvergoeding bij vorige werkgever: geen wachttermijn; Voldoende wachttermijn bij vorige werkgever, maar nog geen mobiliteitsvergoeding: aanvraag kan onmiddellijk worden ingediend bij nieuwe werkgever; Gedeeltelijke wachttermijn doorlopen: wachttermijn kan bij nieuwe werkgever worden verdergezet Gegevensuitwisseling tussen de opeenvolgende werkgevers vereist (KB) Reeds mobiliteitsvergoeding bij vorige werkgever: geen wachttermijn Hoe invoeren ? Initiatief bij werkgever Uitsluitende beslissingsbevoegdheid tot invoering van systeem Introductie systeem idem als voor invoering bedrijfswagen (CAO, AO, policy,…) Keuze werknemer om al dan niet in te stappen in het systeem Indiening van een schriftelijke aanvraag Keuze werkgever om al dan niet in te gaan op aanvraag werknemer Schriftelijke kennisgeving Schriftelijke aanvraag + positieve beslissing vormen een overeenkomst en zijn onderdeel van arbeidsovereenkomst (regels AO-wet 3 juli 1978)!) 11/01/2019
26
Omvang mobiliteitsvergoeding
Berekening van de vergoeding Geldbedrag = waarde van het voordeel ingeleverde wagen op jaarbasis 20% X 6/7 X cataloguswaarde 24% X 6/7 X cataloguswaarde indien brandstofkosten ten laste van werkgever Eigen bijdrage in mindering te brengen op dit bedrag Waardebepaling wordt vastgeklikt op moment van omzetting wagen naar cash Geen impact van functiewijzigingen tijdens loopbaan Enkel impact indexering: nog te bepalen bij KB -> ontwerp KB ministerraad 19 oktober 2018 11/01/2019
27
En hoe zit het fiscaal? Bedrag mobiliteitsvergoeding is VAA Forfait:
4% X 6/7 X cataloguswaarde wagen op ogenblik vervanging Kliksysteem: voor de volledige duur van de mobiliteitsvergoeding (behoudens indexering) Dus ook geen wijziging bij verandering werkgever 11/01/2019
28
voorbeelD bruto- netto
Bmw 1- reeks 118d Parameters bedrijfswagen Cataloguswaarde van incl BTW, met tankkaart en zonder eigen bijdrage Bruto bedrag mobiliteitsvergoeding 5.883,43 euro per jaar of 490,29 euro per maand Netto bedrag mobiliteitsvergoeding 5.358,82 euro per jaar of 446,57 euro per maand 11/01/2019
29
voorbeelD bruto- netto
30
Invoering mobiliteitsvergoeding?
Vrijwillige totstandkoming Initiatief bij werkgever en informatieplicht Uitsluitende beslissingsbevoegdheid tot invoering van systeem Introductie systeem idem als voor invoering bedrijfswagen (CAO, AO, policy,…) Voorwaarden moeten te kennis van alle WN’s gebracht worden Keuze werknemer om al dan niet in te stappen in het systeem Indiening van een schriftelijke aanvraag Keuze werkgever om al dan niet in te gaan op aanvraag werknemer Schriftelijke kennisgeving 11/01/2019
31
mobiliteitsbudget context Ontwerpwetgeving inzake mobiliteitsbudget
Inwerkingtreding vermoedelijk op 01/01/2019 Let op! mobiliteitsbudget ≠ mobiliteitsvergoeding 11/01/2019
32
mobiliteitsbudget Bron: VBO
33
mobiliteitsbudget Belangrijkste principes Mobiliteitsbudget=
Totale jaarlijkse bruto kostprijs van de bedrijfswagen voor de WG (‘total cost of ownership’) MB kan evolueren met de functie van de WN MB is niet onderworpen aan index (maar kan aangepast worden) 11/01/2019
34
mobiliteitsbudget belangrijkste principes Sociaal Fiscaal Pijler 1
Idem bedrijfswagen Pijler 2 Vrijgesteld van SZ Onbelast Pijler 3 Bijzondere werknemersbijdrage van 38,07% Maakt deel uit van berekeningsbasis SZ-uitkeringen Onbelast beroepsinkomen Volledig aftrekbare beroepskost in hoofde van de werkgever 11/01/2019
35
3 mobility policy 11/01/2019
36
Mobility policy In het kader van een Mobility Policy zal de werknemer voor hetzelfde leasebedrag meerdere opties krijgen : Keuze voor een bedrijfswagen conform de voor zijn functie toegekende lease categorie; Keuze voor een bedrijfswagen met een lager leasebedrag en gecombineerd met een fiets; Keuze voor een bedrijfswagen met een lager leasebedrag en gecombineerd met een mobilitybudget; Keuze voor een bedrijfswagen met een lager leasebedrag en gecombineerd met een fiets en mobilitybudget; 11/01/2019
37
Cash4Bike Wat is loon en wat kost je je werkgever ? Basisbrutoloon
Eindejaarspremie Vakantiegeld Daarbovenop betaalt je werkgever Patronale lasten (25% op je brutoloon, kost werkgever) Verzekeringen (link tool arbeidsongevallen, groepsverzekering, …) 11/01/2019
38
PRINCIPES cash4Bike vertrekpunt
Motivatie: ook mobiliteitsoplossing aanbieden aan medewerkers zonder bedrijfswagen, of aanvullend aan bedrijfswagen Voorbeeld: kost fietsleasing 70€ per maand (= degelijke elektrische fiets) Parameters Patronale RSZ 25 Groepsverzekering (GV) 2 Arbeidsongevallen (AO) 1,19 Leasingkost per maand 70 11/01/2019
39
PRINCIPES vanuit cash4car
Financiering van de fiets Bruto ~ andere parameters zoals RSZ, AO, GV 70€ per maand (leasing kost) gefinancierd via 50€ bruto 850,64€ (financiering) – 871,37€ (kost fiets) = 19,73€ Doel is: minimum positief Eventueel werken met budgetcategorieën (bv ook opties kopen): 50€ leasekost (bruto 32€), 70€ (47€) en 100€ (65€) CASH Bruto/maand 47,00 Bruto/jaar 654,24 Patronale RSZ 196,27 AO 7,78 GV 13,08 Total 871,37 11/01/2019
40
Afspraken cash4bike topics
Toekenningsvoorwaarden? bvb minstens 1x per week voor woonwerkverkeer Stilstand, ziekte, afwezigheden, uit dienst Afspraken? Financiële buffer meenemen in je berekening Alternatieve financiering via brutoloon: vast bedrag (dus 70€ ipv 45€) Zorg voor aangepaste omgeving (lockers, douches, staanplaats) Fiscaal gunstig regime voor deze aanpassingen 11/01/2019
41
Contact Martine Kersten Innovation Expert martine.kersten@securex.be
0471/ 11/01/2019
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.