Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
1
Energie en elektriciteit
WAT IS ELEKTRICITEIT H 8 Elektriciteit Energie en elektriciteit
2
Stroom Stroom
3
Waarvoor kan je elektriciteit gebruiken?
WAT IS ELEKTRICITEIT Waarvoor kan je elektriciteit gebruiken? Elektriciteit kun je gebruiken om apparaten iets te laten doen. Hierbij wordt elektrische energie omgezet in: 1. Geluid 2. Beweging 3. warmte 4. Licht 5. Straling
4
Energie en elektriciteit?
WAT IS STROOM Energie en elektriciteit?
5
Hoe maak je elektriciteit?
WAT IS ELEKTRICITEIT Hoe maak je elektriciteit? Welke drie soorten spanningsbron zijn er? Batterij / accu (Chemische) Dynamo / generator (beweging / magnetisme) Zonnecel
6
Waar kan stroom doorheen?
WAT IS ELEKTRICITEIT Waar kan stroom doorheen? Door geleiders Alle metalen zijn goede geleiders Niet door isolatoren 1 Alle kunststoffen 2 Lucht 3 Porselein 4 Glas
7
Wat is een elektrische stroom?
WAT IS STROOM Wat is een elektrische stroom?
8
WAT IS STROOM Elektrische stroom Het aantal elektronen dat per seconden door de geleider gaat heet stroom. Dit kun je vergelijken met: de hoeveelheid water die per seconden door een buis stroomt. Het aantal knikkers die je door een baan rolt.
9
Elektrische stroom: Elektrische stroom Stroom van elektronen
Open en gesloten Elektrische stroom: Elektrische stroom Stroom van elektronen Water stroom Stroom van moleculen :10 Ing W.T.N.G. Tomassen
10
Een gesloten stroomkring:
WAT IS STROOM Een gesloten stroomkring: Als de 2 aansluitpunten zonder onderbreking verbonden zijn. Open stroomkring Gesloten stroomkring
11
Grootheden en eenheden
Spanning U in Volt V Stroom I in Ampère A Weerstand R in Ohm Ω
12
Hoe teken je een schakeling?
ELEKTRISCHE TEKENINGEN Hoe teken je een schakeling? Met symbolen (tabel 14 binas) Schakelaar Draad Lamp Voeding Voltmeter Ampèremeter
13
ELEKTRISCHE TEKENINGEN
Serie Onderdelen in zelfde stroomkring Lampje 1 stuk, lampje 2 ook uit. 𝐼 𝑡𝑜𝑡 = 𝐼 1 = 𝐼 2
14
ELEKTRISCHE TEKENINGEN
Parallel Elke onderdeel eigen kring Lampje 1 stuk lampje 2 blijft branden. 𝐼 𝑡𝑜𝑡 = 𝐼 1 + 𝐼 2
15
ELEKTRISCHE TEKENINGEN
Stroommeter Stroom meter altijd in serie
16
REKENEN MET ELEKTRICITEIT
Wet van Ohm Het lampje heeft een weerstand. Over het lampje staat een spanning. Door het lampje loopt een stroom.
17
REKENEN MET ELEKTRICITEIT
Wet van Ohm
18
REKENEN MET ELEKTRICITEIT
Wet van Ohm
19
REKENEN MET ELEKTRICITEIT
Wet van Ohm Een lampje is aangesloten op een spanning van 12 Volt, De stroom is 2 A. Teken het schema. Bereken de weerstand van het lampje. Denk aan: U = …… V I = …… A R = …… Ω 4 Ω 6 Ω 24 Ω 48 Ω
20
REKENEN MET ELEKTRICITEIT
21
REKENEN MET ELEKTRICITEIT
Wet van Ohm Een weerstand van 60 Ω is aangesloten op een spanning van 240 Volt. Teken het schema Bereken de stroom door de weerstand 0,25 A 0,5 A 4 A 5 A
22
REKENEN MET ELEKTRICITEIT
23
REKENEN MET ELEKTRICITEIT
Extra uitdagen Een boormachine is aangesloten op 230 V. Als de boor draait loopt er een stroom van 5A. Teken het schema Bereken de weerstand. 0,028 Ω 28 Ω 46 Ω 1150 Ω
24
REKENEN MET ELEKTRICITEIT
25
REKENEN MET ELEKTRICITEIT
Extra uitdagen Een wasmachine met een weerstand van 16 Ω gebruikt een stroom van 14,4 A. Teken het schema Bereken de spanning waarop de wasmachine is aangesloten. 0,90 V 1,11 V 230 V 460 V
26
REKENEN MET ELEKTRICITEIT
27
REKENEN MET ELEKTRICITEIT
Extra uitdagen Een mp3 speler werkt op 2 batterijen van elk 1,5V. Als de mp3 speler op zijn hardst aan staat verbruikt deze een stroom van 0,05A. Teken het schema Bereken de weerstand van de mp3 speler. 0,075 Ω 0,15 Ω 30 Ω 60 Ω
28
REKENEN MET ELEKTRICITEIT
29
REKENEN MET ELEKTRICITEIT
Wet van Ohm Een lampje is aangesloten op een spanning van 24 Volt, De stroom is 250 mA Teken het schema Bereken de weerstand van het lampje 0,069 Ω 6 Ω 96 Ω 6000 Ω
30
REKENEN MET ELEKTRICITEIT
31
REKENEN MET ELEKTRICITEIT
Wet van Ohm Een weerstand van Ω is aangesloten op een spanning van 42 Volt. Teken het schema Bereken de stroom door de weerstand 8,9 mA 9 A 112 A 197 A
32
REKENEN MET ELEKTRICITEIT
33
REKENEN MET ELEKTRICITEIT
Wet van Ohm Een lampje is aangesloten en er loopt een stroom van 15 mA. Het lampje heeft een weerstand van 50kΩ Teken het schema Bereken de spanning waarop het lampje werkt. 3,3 V 750 V 3300 V 750 kV
35
HUISWERK Maken opgave 51, 52, 53, 54 en 55.
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.