Elektrische stroomsterkte Natuurkunde Overal 2 Havo Atheneum

Presentatie over: "Elektrische stroomsterkte Natuurkunde Overal 2 Havo Atheneum"— Transcript van de presentatie:

1 Elektrische stroomsterkte Natuurkunde Overal 2 Havo Atheneum
H 3.4 Elektriciteit Elektrische stroomsterkte Natuurkunde Overal 2 Havo Atheneum :29 Ing W.T.N.G. Tomassen

2 De waterstroom met vertakking
00:00:25 Energie :29 Ing W.T.N.G. Tomassen

3 Elektrische stroom: Elektrische stroom Stroom van elektronen
Water stroom Stroom van moleculen :29 Ing W.T.N.G. Tomassen

4 Een gesloten stroomkring:
Als de 2 aansluitpunten zonder onderbreking verbonden zijn. Open stroomkring Gesloten stroomkring :29 Ing W.T.N.G. Tomassen

5 Een stroomkring wordt vaak geschakeld door:
Schakelaar Tuimelschakelaar Drukknop :29 Ing W.T.N.G. Tomassen

6 Hotel / wisselschakeling:
Maak opgave 60 :29 Ing W.T.N.G. Tomassen

7 Geleiders Warmte geleiding Geleidt warmte Elektrische geleiding
Geleidt elektriciteit. Metalen zijn goede geleiders. :29 Ing W.T.N.G. Tomassen

8 Isolator Isolatie Isoleert warmte Elektrische isolatie
isoleert elektriciteit. geleider isolator Geluids isolatie Isoleert geluid :29 Ing W.T.N.G. Tomassen

9 Wat is een elektrische stroom?
:29 Ing W.T.N.G. Tomassen

10 Wat is een spanningsbron?
Overleg in je groepje wat een spanningsbron is. Welke drie soorten spanningsbronnen zijn er? Welke symbolen hebben deze bronnen voor in een elektrische tekeningen. :29 Ing W.T.N.G. Tomassen

11 Hoe maak je elektriciteit?
De drie soorten spanningsbron zijn: Batterij / accu (Chemische) Dynamo / generator (beweging / magnetisme) Zonnecel Deze zorgen voor de elektrische energie die een apparaat nodig heeft om te werken :29 Ing W.T.N.G. Tomassen

12 Spanning, stroom en weerstand?
Fietsen De kracht waarmee je fietst Aantal fietsers / sec Het teer pad of zandweg Elektriciteit De spanning in Volt. De stroom in ampère (elektronen per seconde) De weerstand in Ohm.

13 elektronen per seconde
7:29 1 Ampère is elektronen per seconde Geleiders hebben vrije elektronen die zich door een stof kunnen verplaatsten. Elektron is negatief en wil naar een plaats die positief is. Ze verplaatsen zich van een plaats waar te veel is aan elektronen naar een plaats met te weinig elektronen. Ladingverschil is spanning (bij water druk) Verplaatsing is stroom (bij water het stromen) :29 Ing W.T.N.G. Tomassen

14 Een elektrische stroom?
Stroom en elektronen Een elektrische stroom? 7:29 Stroom I in Ampère A Wordt gemeten met een Ampère meter De Ampère meter heeft een lage weerstand. De Ampère meter staat in serie met het onderdeel :29 Ing W.T.N.G. Tomassen

15 Stroom en elektronen Stroombereik? 7:29 Bij de rode aansluiting geef de waarde aan als de wijzer maximaal uitslaat. 0, 0,0 :29 Ing W.T.N.G. Tomassen

16 SI-voorvoegsels (prefixen)
Opgave blz 7:29 10 min Maak opgave 62, 63, 68 t/m 70 SI-voorvoegsels (prefixen) 10n Voorvoegsel Symbool Naam Decimaal 109 giga G Miljard 106 mega M Miljoen 103 kilo k Duizend 1 000 10−3 milli m Duizendste 0,001 10−6 micro Miljoenste 0, 10−9 nano n Miljardste 0, :29 Ing W.T.N.G. Tomassen

17 Uitleg van de vier schakelingen.
Soorten schakeling 00:00:11 Uitleg van de vier schakelingen. Maak een overzicht (tekening) met de vier soorten schakelingen en de naam. Welke kenmerken horen er bij de vier schakelingen? Verklaar met spanning, stroom, weerstand. Wat weet je van de stroomkring als er een lampje stuk gaat? :29 Ing W.T.N.G. Tomassen

18 ELEKTRISCHE TEKENINGEN
Enkel U = I x R Spanning U in Volt V Stroom I in Ampère A Weerstand R in Ohm Ω :29 Ing W.T.N.G. Tomassen Bron:

19 ELEKTRISCHE TEKENINGEN
Serie Onderdelen in dezelfde stroomkring Lampje 1 stuk, lampje 2 ook uit. 𝐼 𝑡𝑜𝑡 = 𝐼 1 = 𝐼 2 𝑈 𝑡𝑜𝑡 = 𝑈 1 + 𝑈 2 :29 Ing W.T.N.G. Tomassen Bron:

20 ELEKTRISCHE TEKENINGEN
Parallel Elke onderdeel in een eigen kring Lampje 1 stuk lampje 2 blijft branden. 𝑈 𝑡𝑜𝑡 = 𝑈 1 = 𝑈 2 𝐼 𝑡𝑜𝑡 = 𝐼 1 + 𝐼 2 Bron: :29 Ing W.T.N.G. Tomassen

21 ELEKTRISCHE TEKENINGEN
Combinatie Stroom en spanning zijn combinatie van serie en parallel. :29 Ing W.T.N.G. Tomassen Bron:

22 ELEKTRISCHE TEKENINGEN
De batterij :29 :29 Ing W.T.N.G. Tomassen Ing W.T.N.G. Tomassen Bron:

23 Twee belangrijke symbolen
Elektriciteits symbolen 00:00:11 Twee belangrijke symbolen Batterij aansluitpunt / Voeding :29 Ing W.T.N.G. Tomassen

24 Elektriciteits symbolen
00:00:11 Elektrische schema’s Waar vind je de symbolen in de Binas? Welke symbolen kom je tegen in je boek? Hoe teken je een elektrisch schema? (aan welke regels moet je je aan houden) :29 Ing W.T.N.G. Tomassen

25 Hoe teken je een schakeling?
ELEKTRISCHE TEKENINGEN Hoe teken je een schakeling? Met symbolen (tabel 14 binas) Schakelaar Draad Lamp Voeding Voltmeter Ampèremeter Teken schema’s altijd met horizontale en verticale lijnen. :29 Ing W.T.N.G. Tomassen

26 10 min Maak opgave 55 t/m 59. 7:29 21-9-2018 19:29
00:06:48 Maak opgave 55 t/m 59. :29 Ing W.T.N.G. Tomassen

27 00:06:48 7:29 10 min Maak opgave Welke stoffen zijn geleiders? Volg van elk lampje de kring. Hoe schakel je de lampjes? (enkel, serie, parallel of combinatie) Denk aan de eigenschappen van de verschillende schakelingen. (enkel, serie, parallel of combinatie) :29 Ing W.T.N.G. Tomassen

28 Grootheden en eenheden
Spanning U in Volt V Stroom I in Ampère A Weerstand R in Ohm Ω De weerstand zegt iets over de mate waar in het elektronen door laat. Als U constant is, zijn I en R omgekeerd evenredig.

29 ELEKTRISCHE TEKENINGEN
Serie Enkel Parallel 𝐼 𝑡𝑜𝑡 = 𝐼 1 = 𝐼 2 𝑈 𝑡𝑜𝑡 = 𝑈 1 + 𝑈 2 𝑈 𝑡𝑜𝑡 = 𝑈 1 = 𝑈 2 𝐼 𝑡𝑜𝑡 = 𝐼 1 + 𝐼 2 U = I x R Utot Itot L1 Utot L2 Itot L1 L2 Utot en Itot zijn de spanning en stroom die de voeding levert :29 Ing W.T.N.G. Tomassen Bron:

30 Stroomkringen en stroom
7:29 Serie 𝐼 𝑡𝑜𝑡 = 𝐼 1 = 𝐼 2 = 𝐼 3 𝑈 𝑡𝑜𝑡 = 𝑈 1 + 𝑈 2 + 𝑈 3 De spanning van de batterij wordt verdeeld over de lampen. De spanning bij een enkele lamp is gelijk aan de voedingspanning De spanning bij drie lampen in serie wordt verdeeld. :29 Ing W.T.N.G. Tomassen

31 Stroomkringen en stroom
7:29 Parallel 𝑈 𝑡𝑜𝑡 = 𝑈 1 = 𝑈 2 = 𝑈 3 𝐼 𝑡𝑜𝑡 = 𝐼 1 + 𝐼 2 + 𝐼 3 Serie De spanning is overal hetzelfde De stroom wordt verdeeld over de lampjes :29 Ing W.T.N.G. Tomassen

32 Stroomkringen en stroom
7:29 Hoe groot is de stroom door een lampje? :29 Ing W.T.N.G. Tomassen

33 ELEKTRISCHE TEKENINGEN
Serie Enkel Parallel 𝐼 𝑡𝑜𝑡 = 𝐼 1 = 𝐼 2 𝑈 𝑡𝑜𝑡 = 𝑈 1 + 𝑈 2 𝑈 𝑡𝑜𝑡 = 𝑈 1 = 𝑈 2 𝐼 𝑡𝑜𝑡 = 𝐼 1 + 𝐼 2 U = I x R Utot Itot L1 Opgave 64 t/m 67 Utot L2 Itot L1 L2 Utot en Itot zijn de spanning en stroom die de voeding levert :29 Ing W.T.N.G. Tomassen Bron: