De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Rechten Bart van der Sloot Tilburg Institute for Law, Technology, and Society (TILT) Tilburg University, Netherlands www.bartvandersloot.nl.

Verwante presentaties


Presentatie over: "Rechten Bart van der Sloot Tilburg Institute for Law, Technology, and Society (TILT) Tilburg University, Netherlands www.bartvandersloot.nl."— Transcript van de presentatie:

1 Rechten Bart van der Sloot Tilburg Institute for Law, Technology, and Society (TILT) Tilburg University, Netherlands

2 Overzicht vier weken 8  januari    C187  Achtergrond AVG en aanpalende wetgeving 16 januari   C22   Toepasselijkheid AVG en algemene beginselen 22 januari   C22    Verplichtingen in de AVG 30 januari   C15 Rechten in de AVG

3 Overzicht eerste uur (1) Gegevens delen met de Verenigde Staten
(2) Herhaling (3) Algemene uitgangspunten (4) Recht op informatie (5) Recht op inzage (6) Recht op meenemen data (7) Recht op rectificatie

4 (1) Gegevens delen met de Verenigde Staten
Artikel 25 Beginselen 1. De Lid-Staten bepalen dat persoonsgegevens die aan een verwerking worden onderworpen of die bestemd zijn om na doorgifte te worden verwerkt, slechts naar een derde land mogen worden doorgegeven indien, onverminderd de naleving van de nationale bepalingen die zijn vastgesteld ter uitvoering van de andere bepalingen van deze richtlijn, dat land een passend beschermingsniveau waarborgt. 2. Het passend karakter van het door een derde land geboden beschermingsniveau wordt beoordeeld met inachtneming van alle omstandigheden die op de doorgifte van gegevens of op een categorie gegevensdoorgiften van invloed zijn; in het bijzonder wordt rekening gehouden met de aard van de gegevens, met het doeleinde en met de duur van de voorgenomen verwerking of verwerkingen, het land van herkomst en het land van eindbestemming, de algemene en sectoriële rechtsregels die in het betrokken derde land gelden, alsmede de beroepscodes en de veiligheidsmaatregelen die in die landen worden nageleefd. 3. De Lid-Staten en de Commissie brengen elkaar op de hoogte van de gevallen waarin, naar hun oordeel, een derde land geen waarborgen voor een passend beschermingsniveau in de zin van lid 2 biedt. 4. Wanneer de Commissie volgens de procedure van artikel 31, lid 2, constateert dat een derde land geen waarborgen voor een passend beschermingsniveau in de zin van lid 2 biedt, nemen de Lid-Staten de nodige maatregelen om doorgifte van gegevens van dezelfde aard naar het betrokken land te voorkomen. 5. De Commissie opent op het gepaste ogenblik onderhandelingen ter verhelping van de situatie die voortvloeit uit de in lid 4 bedoelde constatering. 6. De Commissie kan volgens de procedure van artikel 31, lid 2, constateren dat een derde land, op grond van zijn nationale wetgeving of zijn internationale verbintenissen, die het met name na de in lid 5 bedoelde onderhandelingen is aangegaan, waarborgen voor een passend beschermingsniveau in de zin van lid 2 biedt met het oog op de bescherming van de persoonlijke levenssfeer en de fundamentele vrijheden en rechten van personen. De Lid-Staten nemen de nodige maatregelen om zich naar het besluit van de Commissie te voegen.

5 (1) Gegevens delen met de Verenigde Staten
2000/520/EG: Beschikking van de Commissie van 26 juli overeenkomstig Richtlijn 95/46/EG van het Europees Parlement en de Raad, betreffende de gepastheid van de bescherming geboden door de Veiligehavenbeginselen voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer en de daarmee verband houdende Vaak gestelde vragen, die door het ministerie van Handel van de Verenigde Staten zijn gepubliceerd (Kennisgeving geschied onder nummer C(2000) 2441)

6 (1) Gegevens delen met de Verenigde Staten
Arrest van het Hof (Grote kamer) van 6 oktober Maximillian Schrems tegen Data Protection Commissioner 93      Niet beperkt tot het strikt noodzakelijke is dan ook een regeling die algemeen toestaat dat alle persoonsgegevens van alle personen van wie de gegevens vanuit de Unie naar de Verenigde Staten worden doorgegeven, worden bewaard, zonder dat enig onderscheid wordt gemaakt, enige beperking wordt gesteld of enige uitzondering wordt gemaakt op basis van het nagestreefde doel en zonder dat wordt voorzien in een objectief criterium ter begrenzing van de toegang van de bevoegde nationale autoriteiten tot de gegevens en het latere gebruik ervan voor specifieke doeleinden, die strikt beperkt zijn en als rechtvaardiging kunnen dienen voor de inmenging als gevolg van zowel de toegang tot als het gebruik van deze gegevens [zie in die zin, aangaande richtlijn 2006/24/EG van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2006 betreffende de bewaring van gegevens die zijn gegenereerd of verwerkt in verband met het aanbieden van openbaar beschikbare elektronischecommunicatiediensten of van openbare communicatienetwerken en tot wijziging van richtlijn 2002/58/EG (PB L 105, blz. 54), arrest Digital Rights Ireland e.a., C‑293/12 en C‑594/12, EU:C:2014:238, punten 57‑61]. 94      Meer bepaald moet een regeling op grond waarvan de autoriteiten veralgemeend toegang kunnen krijgen tot de inhoud van elektronische communicatie worden beschouwd als een aantasting van de wezenlijke inhoud van het grondrecht op eerbiediging van het privéleven zoals door artikel 7 van het Handvest gewaarborgd (zie in die zin arrest Digital Rights Ireland e.a., C‑293/12 en C‑594/12, EU:C:2014:238, punt 39). 95      Evenzeer eerbiedigt een regeling die niet in enige beroepsmogelijkheid voor de justitiabele voorziet om toegang tot de hem betreffende persoonsgegevens te verkrijgen, of rectificatie of verwijdering van die gegevens, de wezenlijke inhoud van het grondrecht op een effectieve voorziening in rechte zoals neergelegd in artikel 47 van het Handvest niet. Artikel 47, eerste alinea, van het Handvest schrijft immers voor dat eenieder wiens door het recht van de Unie gewaarborgde rechten en vrijheden zijn geschonden, recht heeft op een doeltreffende voorziening in rechte, met inachtneming van de in dit artikel gestelde voorwaarden. Dat effectieve rechterlijke toetsing bestaat om de naleving van de bepalingen van Unierecht te verzekeren, is inherent aan het bestaan van een rechtsstaat (zie in die zin arresten Les Verts/Parlement, 294/83, EU:C:1986:166, punt 23; Johnston, 222/84, EU:C:1986:206, punten 18 en 19; Heylens e.a., 222/86, EU:C:1987:442, punt 14, en UGT-Rioja e.a., C‑428/06–C‑434/06, EU:C:2008:488, punt 80). 96      Zoals in met name de punten 71, 73 en 74 van dit arrest is vastgesteld, is voor de vaststelling van een beschikking krachtens artikel 25, lid 6, van richtlijn 95/46 door de Commissie vereist dat naar behoren met redenen omkleed door deze instelling wordt vastgesteld dat het derde land in kwestie, op grond van zijn nationale wetgeving of zijn internationale verbintenissen, daadwerkelijk waarborgen biedt voor een niveau van bescherming van de grondrechten dat in grote lijnen overeenkomt met dat binnen de rechtsorde van de Unie, zoals dat met name blijkt uit de voorafgaande punten van dit arrest. 97      Er dient echter op te worden gewezen dat de Commissie in beschikking 2000/520 niet heeft vermeld dat de Verenigde Staten daadwerkelijk op grond van hun nationale wetgeving of hun internationale verbintenissen „waarborgen bieden” voor een passend beschermingsniveau. 98      Bijgevolg, en zonder dat de veiligehavenbeginselen op hun inhoud hoeven te worden onderzocht, moet de conclusie luiden dat artikel 1 van die beschikking niet de vereisten van artikel 25, lid 6, van richtlijn 95/46, gelezen in samenhang met het Handvest, in acht neemt, zodat dit ongeldig is.

7 (1) Gegevens delen met de Verenigde Staten
COMMISSION IMPLEMENTING DECISION of pursuant to Directive 95/46/EC of the European Parliament and of the Council on the adequacy of the protection provided by the EU-U.S. Privacy Shield

8 (1) Gegevens delen met de Verenigde Staten
Schrems 2.0 (1) Commission Decision 2001/497/EC of 15 June 2001 on standard contractual clauses for the transfer of personal data to third countries, under Directive 95/46/EC [2001] OJ L181/19; (2) Commission Decision 2004/915/EC of 27 December 2004 amending decision 2001/497/EC as regards the introduction of an alternative set of standard contractual clauses for the transfer of personal data to third countries (notified under document number C(2004)5271) [2004] OJ L385/74; and (3) Commission Decision 2010/87/EU of 5 February 2010 on standard contractual clauses for the transfer of personal data to processors established in third countries under Directive 95/46/EC of the European Parliament and of the Council (notified under document C (2010) 593) (Text with EEA relevance) [2010] OJ L39/5 (together the “SCC decisions”)

9 (1) Gegevens delen met de Verenigde Staten
Schrems 3.0 Conclusie van AG Bobek: Schrems als consument en het ontbreken van een recht op collectieve actie De conclusie van de AG in zaak C-498/16 van 14 november betreft een zaak waarin Schrems zich op zijn status als consument beroept teneinde rechtsvorderingen te kunnen instellen (tegen Facebook natuurlijk), namens zichzelf en namens anderen. Met enige goede wil kunnen we deze zaak (die alleen indirect over gegevensbescherming gaat) Schrems 3.0 noemen. facebook-nieuwe-episode/

10 (1) Gegevens delen met de Verenigde Staten
Schrems 4.0? Ter discussie stelling van Privacy Schield

11 (1) Gegevens delen met de Verenigde Staten
Directive (EU) 2016/681 of the European Parliament and of the Council of 27 April 2016 on the use of passenger name record (PNR) data for the prevention, detection, investigation and prosecution of terrorist offences and serious crime

12 (1) Gegevens delen met de Verenigde Staten
Het Hof verklaart dat de geplande overeenkomst tussen de Europese Unie en Canada over de doorgifte van passagiersgegevens niet in haar huidige vorm mag worden afgesloten Het is weliswaar in wezen toegestaan om stelselmatig alle gegevens van passagiers door te geven, te bewaren en te gebruiken, maar verschillende bepalingen van de ontwerpovereenkomst beantwoorden niet aan de vereisten die voortvloeien uit de grondrechten van de Unie

13 (2) Herhaling 1. AVG 2. Uitvoeringswet 3. Aanpalende regelgeving
4. Gedragscodes 5. Certificaten 6. Iconen 7. Uitspraken/aanwijzingen AP 8. Uitspraken/aanwijzingen comité 9. Uitspraken/aanwijzingen commissie 10. Uitspraken rechter

14 (2) Herhaling 1. Persoonsgegeven 2. Verwerkt 3. Verantwoordelijke
4. EU grondgebied 5. Geen uitzondering

15 (2) Herhaling 1. Noodzakelijkheid 2. Proportionaliteit
3. Subsidiariteit 4. Effectiviteit

16 (2) Herhaling Rechtmatig: Behoorlijk: Doelspecificatie Doelbinding:
Dataminimalisatie: Correctheid: Up to date: Verwijderen persoonsgegevens Bewaar alleen voor archivering of onderzoek: Technologische veiligheid: Organisatorische veiligheid: Transparantie:

17 (2) Herhaling 1. Rechtmatige verwerking persoonsgegevens
2. Rechtmatige verwerking bijzondere persoonsgegevens 3. Rechtmatige doorvoer persoonsgegevens

18 (2) Herhaling 1. Documentatieplicht 2. Functionaris
3. Data Protection Impact Assessement 4. Organisatorische en technische veiligheid 5. Transparantieplicht

19 (3) Algemene uitgangspunten
Artikel 12 Transparante informatie, communicatie en nadere regels voor de uitoefening van de rechten van de betrokkene De verwerkingsverantwoordelijke neemt passende maatregelen opdat de betrokkene de in de artikelen 13 en 14 bedoelde informatie en de in de artikelen 15 tot en met 22 en artikel 34 bedoelde communicatie in verband met de verwerking in een beknopte, transparante, begrijpelijke en gemakkelijk toegankelijke vorm en in duidelijke en eenvoudige taal ontvangt, in het bijzonder wanneer de informatie specifiek voor een kind bestemd is. De informatie wordt schriftelijk of met andere middelen, met inbegrip van, indien dit passend is, elektronische middelen, verstrekt. Indien de betrokkene daarom verzoekt, kan de informatie mondeling worden meegedeeld, op voorwaarde dat de identiteit van de betrokkene met andere middelen bewezen is.

20 (3) Algemene uitgangspunten
2.De verwerkingsverantwoordelijke faciliteert de uitoefening van de rechten van de betrokkene uit hoofde van de artikelen 15 tot en met 22. In de in artikel 11, lid 2, bedoelde gevallen mag de verwerkingsverantwoordelijke niet weigeren gevolg te geven aan het verzoek van de betrokkene om diens rechten uit hoofde van de artikelen 15 tot en met 22 uit te oefenen, tenzij de verwerkingsverantwoordelijke aantoont dat hij niet in staat is de betrokkene te identificeren De verwerkingsverantwoordelijke verstrekt de betrokkene onverwijld en in ieder geval binnen een maand na ontvangst van het verzoek krachtens de artikelen 15 tot en met 22 informatie over het gevolg dat aan het verzoek is gegeven. Afhankelijk van de complexiteit van de verzoeken en van het aantal verzoeken kan die termijn indien nodig met nog eens twee maanden worden verlengd. De verwerkingsverantwoordelijke stelt de betrokkene binnen één maand na ontvangst van het verzoek in kennis van een dergelijke verlenging. Wanneer de betrokkene zijn verzoek elektronisch indient, wordt de informatie indien mogelijk elektronisch verstrekt, tenzij de betrokkene anderszins verzoekt.

21 (3) Algemene uitgangspunten
4.Wanneer de verwerkingsverantwoordelijke geen gevolg geeft aan het verzoek van de betrokkene, deelt hij deze laatste onverwijld en uiterlijk binnen één maand na ontvangst van het verzoek mee waarom het verzoek zonder gevolg is gebleven, en informeert hij hem over de mogelijkheid om klacht in te dienen bij een toezichthoudende autoriteit en beroep bij de rechter in te stellen. 5.Het verstrekken van de in de artikelen 13 en 14 bedoelde informatie, en het verstrekken van de communicatie en het treffen van de maatregelen bedoeld in de artikelen 15 tot en met 22 en artikel 34 geschieden kosteloos. Wanneer verzoeken van een betrokkene kennelijk ongegrond of buitensporig zijn, met name vanwege hun repetitieve karakter, mag de verwerkingsverantwoordelijke ofwel: a) een redelijke vergoeding aanrekenen in het licht van de administratieve kosten waarmee het verstrekken van de gevraagde informatie of communicatie en het treffen van de gevraagde maatregelen gepaard gaan; ofwel b) weigeren gevolg te geven aan het verzoek. Het is aan de verwerkingsverantwoordelijke om de kennelijk ongegronde of buitensporige aard van het verzoek aan te tonen.

22 (3) Algemene uitgangspunten
6.Onverminderd artikel 11 kan de verwerkingsverantwoordelijke, wanneer hij redenen heeft om te twijfelen aan de identiteit van de natuurlijke persoon die het verzoek indient als bedoeld in de artikelen 15 tot en met 21, om aanvullende informatie vragen die nodig is ter bevestiging van de identiteit van de betrokkene De krachtens de artikelen 13 en 14 aan betrokkenen te verstrekken informatie mag worden verstrekt met gebruikmaking van gestandaardiseerde iconen, om de betrokkene een nuttig overzicht, in een goed zichtbare, begrijpelijke en duidelijk leesbare vorm, van de voorgenomen verwerking te bieden. Wanneer de iconen elektronisch worden weergegeven, zijn ze machineleesbaar De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 92 gedelegeerde handelingen vast te stellen om te bepalen welke informatie de iconen dienen weer te geven en via welke procedures de gestandaardiseerde iconen tot stand dienen te komen.

23 (4) Recht op informatie Artikel 15 Recht van inzage van de betrokkene
1.De betrokkene heeft het recht om van de verwerkingsverantwoordelijke uitsluitsel te verkrijgen over het al dan niet verwerken van hem betreffende persoonsgegevens en, wanneer dat het geval is, om inzage te verkrijgen van die persoonsgegevens en van de volgende informatie: a) de verwerkingsdoeleinden; b) de betrokken categorieën van persoonsgegevens; c) de ontvangers of categorieën van ontvangers aan wie de persoonsgegevens zijn of zullen worden verstrekt, met name ontvangers in derde landen of internationale organisaties; d) indien mogelijk, de periode gedurende welke de persoonsgegevens naar verwachting zullen worden opgeslagen, of indien dat niet mogelijk is, de criteria om die termijn te bepalen; e) dat de betrokkene het recht heeft de verwerkingsverantwoordelijke te verzoeken dat persoonsgegevens worden gerectificeerd of gewist, of dat de verwerking van hem betreffende persoonsgegevens wordt beperkt, alsmede het recht tegen die verwerking bezwaar te maken; f) dat de betrokkene het recht heeft klacht in te dienen bij een toezichthoudende autoriteit; g) wanneer de persoonsgegevens niet bij de betrokkene worden verzameld, alle beschikbare informatie over de bron van die gegevens; h) het bestaan van geautomatiseerde besluitvorming, met inbegrip van de in artikel 22, leden 1 en 4, bedoelde profilering, en, ten minste in die gevallen, nuttige informatie over de onderliggende logica, alsmede het belang en de verwachte gevolgen van die verwerking voor de betrokkene.

24 (6) Recht op meenemen data
Artikel 20 Recht op overdraagbaarheid van gegevens De betrokkene heeft het recht de hem betreffende persoonsgegevens, die hij aan een verwerkingsverantwoordelijke heeft verstrekt, in een gestructureerde, gangbare en machineleesbare vorm te verkrijgen, en hij heeft het recht die gegevens aan een andere verwerkingsverantwoordelijke over te dragen, zonder daarbij te worden gehinderd door de verwerkingsverantwoordelijke aan wie de persoonsgegevens waren verstrekt, indien: a) de verwerking berust op toestemming uit hoofde van artikel 6, lid 1, punt a), of artikel 9, lid 2, punt a), of op een overeenkomst uit hoofde van artikel 6, lid 1, punt b); en b) de verwerking via geautomatiseerde procedés wordt verricht. 2.Bij de uitoefening van zijn recht op gegevensoverdraagbaarheid uit hoofde van lid 1 heeft de betrokkene het recht dat de persoonsgegevens, indien dit technisch mogelijk is, rechtstreeks van de ene verwerkingsverantwoordelijke naar de andere worden doorgezonden. 3.De uitoefening van het in lid 1 van dit artikel bedoelde recht laat artikel 17 onverlet. Dat recht geldt niet voor de verwerking die noodzakelijk is voor de vervulling van een taak van algemeen belang of van een taak in het kader van de uitoefening van het openbaar gezag dat aan de verwerkingsverantwoordelijke is verleend. 4.Het in lid 1 bedoelde recht doet geen afbreuk aan de rechten en vrijheden van anderen.

25 (7) Recht op rectificatie
Artikel 16 Recht op rectificatie De betrokkene heeft het recht om van de verwerkingsverantwoordelijke onverwijld rectificatie van hem betreffende onjuiste persoonsgegevens te verkrijgen. Met inachtneming van de doeleinden van de verwerking heeft de betrokkene het recht vervollediging van onvolledige persoonsgegevens te verkrijgen, onder meer door een aanvullende verklaring te verstrekken.

26 (7) Recht op rectificatie
Artikel 19 Kennisgevingsplicht inzake rectificatie of wissing van persoonsgegevens of verwerkingsbeperking De verwerkingsverantwoordelijke stelt iedere ontvanger aan wie persoonsgegevens zijn verstrekt, in kennis van elke rectificatie of wissing van persoonsgegevens of beperking van de verwerking overeenkomstig artikel 16, artikel 17, lid 1, en artikel 18, tenzij dit onmogelijk blijkt of onevenredig veel inspanning vergt. De verwerkingsverantwoordelijke verstrekt de betrokkene informatie over deze ontvangers indien de betrokkene hierom verzoekt.

27 Pauze

28 Overzicht tweede uur (1) Recht op bezwaar (2) Recht op beperking
(3) Recht op vergetelheid (4) Recht om niet geprofileerd te worden

29 (1) Recht op bezwaar Artikel 21 Recht van bezwaar
1.De betrokkene heeft te allen tijde het recht om vanwege met zijn specifieke situatie verband houdende redenen bezwaar te maken tegen de verwerking van hem betreffende persoonsgegevens op basis van artikel 6, lid 1, onder e) of f), van artikel 6, lid 1, met inbegrip van profilering op basis van die bepalingen. De verwerkingsverantwoordelijke staakt de verwerking van de persoonsgegevens tenzij hij dwingende gerechtvaardigde gronden voor de verwerking aanvoert die zwaarder wegen dan de belangen, rechten en vrijheden van de betrokkene of die verband houden met de instelling, uitoefening of onderbouwing van een rechtsvordering. 2.Wanneer persoonsgegevens ten behoeve van direct marketing worden verwerkt, heeft de betrokkene te allen tijde het recht bezwaar te maken tegen de verwerking van hem betreffende persoonsgegevens voor dergelijke marketing, met inbegrip van profilering die betrekking heeft op direct marketing.

30 (1) Recht op bezwaar 3.Wanneer de betrokkene bezwaar maakt tegen verwerking ten behoeve van direct marketing, worden de persoonsgegevens niet meer voor deze doeleinden verwerkt. 4.Het in de leden 1 en 2 bedoelde recht wordt uiterlijk op het moment van het eerste contact met de betrokkene uitdrukkelijk onder de aandacht van de betrokkene gebracht en duidelijk en gescheiden van enige andere informatie weergegeven. 5.In het kader van het gebruik van diensten van de informatiemaatschappij, en niettegenstaande Richtlijn 2002/58/EG, mag de betrokkene zijn recht van bezwaar uitoefenen via geautomatiseerde procedés waarbij wordt gebruikgemaakt van technische specificaties. 6.Wanneer persoonsgegevens overeenkomstig artikel 89, lid 1, met het oog op wetenschappelijk of historisch onderzoek of statistische doeleinden worden verwerkt, heeft de betrokkene het recht om met zijn specifieke situatie verband houdende redenen bezwaar te maken tegen de verwerking van hem betreffende persoonsgegevens, tenzij de verwerking noodzakelijk is voor de uitvoering van een taak van algemeen belang.

31 (2) Recht op beperking Artikel 18 Recht op beperking van de verwerking
1.De betrokkene heeft het recht van de verwerkingsverantwoordelijke de beperking van de verwerking te verkrijgen indien een van de volgende elementen van toepassing is: a)de juistheid van de persoonsgegevens wordt betwist door de betrokkene, gedurende een periode die de verwerkingsverantwoordelijke in staat stelt de juistheid van de persoonsgegevens te controleren; b) de verwerking is onrechtmatig en de betrokkene verzet zich tegen het wissen van de persoonsgegevens en verzoekt in de plaats daarvan om beperking van het gebruik ervan; c) de verwerkingsverantwoordelijke heeft de persoonsgegevens niet meer nodig voor de verwerkingsdoeleinden, maar de betrokkene heeft deze nodig voor de instelling, uitoefening of onderbouwing van een rechtsvordering; d) de betrokkene heeft overeenkomstig artikel 21, lid 1, bezwaar gemaakt tegen de verwerking, in afwachting van het antwoord op de vraag of de gerechtvaardigde gronden van de verwerkingsverantwoordelijke zwaarder wegen dan die van de betrokkene.

32 (2) Recht op beperking 2.Wanneer de verwerking op grond van lid 1 is beperkt, worden persoonsgegevens, met uitzondering van de opslag ervan, slechts verwerkt met toestemming van de betrokkene of voor de instelling, uitoefening of onderbouwing van een rechtsvordering of ter bescherming van de rechten van een andere natuurlijke persoon of rechtspersoon of om gewichtige redenen van algemeen belang voor de Unie of voor een lidstaat. 3.Een betrokkene die overeenkomstig lid 1 een beperking van de verwerking heeft verkregen, wordt door de verwerkingsverantwoordelijke op de hoogte gebracht voordat de beperking van de verwerking wordt opgeheven.

33 (4) Recht om niet geprofileerd te worden
Artikel 22 Geautomatiseerde individuele besluitvorming, waaronder profilering 1.De betrokkene heeft het recht niet te worden onderworpen aan een uitsluitend op geautomatiseerde verwerking, waaronder profilering, gebaseerd besluit waaraan voor hem rechtsgevolgen zijn verbonden of dat hem anderszins in aanmerkelijke mate treft. 2.Lid 1 geldt niet indien het besluit: a)noodzakelijk is voor de totstandkoming of de uitvoering van een overeenkomst tussen de betrokkene en een verwerkingsverantwoordelijke; b) is toegestaan bij een Unierechtelijke of lidstaatrechtelijke bepaling die op de verwerkingsverantwoordelijke van toepassing is en die ook voorziet in passende maatregelen ter bescherming van de rechten en vrijheden en gerechtvaardigde belangen van de betrokkene; of c) berust op de uitdrukkelijke toestemming van de betrokkene.

34 (4) Recht om niet geprofileerd te worden
3.In de in lid 2, punten a) en c), bedoelde gevallen treft de verwerkingsverantwoordelijke passende maatregelen ter bescherming van de rechten en vrijheden en gerechtvaardigde belangen van de betrokkene, waaronder ten minste het recht op menselijke tussenkomst van de verwerkingsverantwoordelijke, het recht om zijn standpunt kenbaar te maken en het recht om het besluit aan te vechten. 4.De in lid 2 bedoelde besluiten worden niet gebaseerd op de in artikel 9, lid 1, bedoelde bijzondere categorieën van persoonsgegevens, tenzij artikel 9, lid 2, punt a) of g), van toepassing is en er passende maatregelen ter bescherming van de gerechtvaardigde belangen van de betrokkene zijn getroffen.

35 Pauze

36 Moswa


Download ppt "Rechten Bart van der Sloot Tilburg Institute for Law, Technology, and Society (TILT) Tilburg University, Netherlands www.bartvandersloot.nl."

Verwante presentaties


Ads door Google