Bijensterfte en temperatuur

Presentatie over: "Bijensterfte en temperatuur"— Transcript van de presentatie:

1 Bijensterfte en temperatuur
Elsa Frankevyle en Karlijn Baakman

2

3

4 Keuze onderwerp Artikel Wageningse Universiteit
Profielwerkstukdag Wageningse Universiteit Te moeilijk  ander onderzoek Greenpeache

5 Inhoud Deelvraag 1: Wat is het belang van de bij?
Deelvraag 2: Wat houdt de bijensterfte in? Deelvraag 3: Wat houdt de klimaatverandering in? Deelvraag 4: Wat is het verband tussen de stijgende temperatuur in de winter en het sterven van bijenvolken?

6

7 Deelvraag 1: Wat is het belang van de bij?
Meer dan 75% van onze voedingsgewassen Uitsterven? Wilde honigbij Bestuivingsmogelijkheden

8 Bestuiving zonder de bij

9 Deelvraag 2: Wat houdt de bijensterfte in?
Wintersterfte Sinds 2000 alarmerend Oorzaken bijensterfte - Varroamijt - Pesticiden - Verlies bijenweide

10 Varroa Destructor Gewichtsverlies Bloedvergiftiging
Invloed op het gedrag, eerder foerageren, oriëntatievermogen Eerder veroudering bij winterbijen  meer broed  verdrukking Ziektes en virussen overbrengen

11 Varroa bestrijden Darrenraat verwijderen
Oxaalzuur sproeien  hoge zuurgraad Mijten in het broed merken er niks van Mierenzuuroplossing laten verdampen Tast ademhalingsstelsel aan van mijten Thymol-producten (laten verdampen) 95% van mijten gedood

12 Verlies bijenweide Voedselaanbod in tuinen neemt af
Intensivering landbouw Verandering landbouwgebruik Wilde bloemen zaaien Top 3 Borage Cherry Bramble

13 Gebruik van pesticiden
Giftigheid aangeduid met LD50  hoe lager het getal hoe giftiger Bijen worden kwetsbaarder en zwakker

14 Deelvraag 3: Wat houdt de klimaatverandering in?
Versterkt broeikaseffect - CO2 - methaan - diastikstofoxide - fluorverbindingen Gevolg: temperatuurstijging

15 Invloed klimaat op de bij
Nectar/suikerwater Voedselgebrek Mooie nazomer + zachte winter  voedselvoorraad snel verbruikt Planten zijn eerder uitgebloeid  voedselprobleem 1) Eerder actief 2) Planten bloeien eerder

16 Deelvraag 4: Wat is het verband tussen de stijgende temperaturen en de bijensterfte?
Overmatige wintersterfte  september – april Kortlevende zomerbijen  langlevende winterbijen Veranderd stuifmeel aanbod Vergelijkbaar onderzoek: warme droge weersomstandigheden hoge wintersterfte Hypothese: stijgende temperaturen nadelig

17 Onderzoek Vragenlijst Plaats van de bijenvolken
Het totale aantal winterbijenvolken Het aantal dode bijenvolken na de winter Mening KNMI weergegevens Helmann koudegetal  hoe streng was de winter  geen duidelijk verband Gegevens per provincie per jaar gesorteerd 127 imkers hebben deelgenomen

18 Resultaat

19 Conclusie Er is geen duidelijk verband aanwezig
Helmann koudegetal: meer bijsterfte bij een hogere temperatuur in de winter Conclusie entomoloog: geen correlatie tussen koudegetal en percentage bijensterfte Conclusie meningen: - oorzaak: meerdere factoren - invloed temperatuurstijging: >50% geen verband - bijensterfte een probleem?: 55% wel

20 Reactie van gepromoveerd onderzoeker (entomoloog) aan de Wageningse Universiteit:
‘Omdat de winters de laatste tijd gemiddeld genomen veel zachter zijn, is het maar de vraag of het merendeel van de imkers daar voldoende rekening mee houdt (de imker moet hier blijkbaar ook nog aan wennen). Ik vermoed dat door deze zachtere winters het zo maar eens zou kunnen zijn dat een deel van de wintersterfte veroorzaakt zou kunnen worden door te weinig voer in het najaar. Het weer is dan warm genoeg om nog actief te vliegen, maar wanneer er weinig voer te halen is wordt er alleen maar energie (=suiker) verspild. Bijen hebben voor het vliegen nu eenmaal veel meer energie/suiker nodig dan voor het stil zitten in de bijenkast. Echter, zou de imker daar voldoende rekening mee houden en in alle gevallen ervoor zorgen dat er genoeg voer is, dan zouden de resultaten wel eens heel anders uit kunnen vallen, met het gevolg dat zachte winters (in combinatie met voldoende voer) er juist voor zorgen dat er veel minder volken sterven.’

21 Einde