Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
GepubliceerdGodelieve van de Velde Laatst gewijzigd meer dan 6 jaar geleden
1
Goederenstroombeheersing
2
Goederenstroombeheersing
Het organiseren van de doorstroom en opslag van goederen in bedrijven. producent warehouse winkelier
3
Verschillende invalshoeken t.a.v. het opslagdeel:
Microniveau = vanuit het interne proces in een bedrijf (hoe verloopt het interne proces) Mesoniveau = vanuit de relaties van een bedrijf (hoe verloopt het externe proces) Macroniveau = vanuit de branche waarin een bedrijf zich bevind ( plaats van het bedrijf in de branche/bedrijfskolom)
4
Logistieke doelstelling
5
Logistieke doelstelling
6
Logistieke doelstelling
7
Relatiepatroon in Log. grondvorm
8
Logistiek in vogelvlucht
Logistieke grondvorm Material Management Fysieke Distributie AD Logistiek & Economie, J. Zijlstra
9
AD Logistiek & Economie, J. Zijlstra
Material Management Hoe kan ik het maken Inkoop en verwerving Voorraadbeheer Productieplanning Materials Handling AD Logistiek & Economie, J. Zijlstra
10
Fysieke Distributie Hoe krijg ik het bij de klant Voorraadbeheer Magazijnen en depots Transport
11
Integrale logistiek Integrale logistiek
Material Management Fysieke Distributie Integrale logistiek
12
Reverse logistics
13
Goederenstroombeheersing
Winkelier, accent op? Assortiment (breed, lang, diep) Leverbetrouwbaarheid (voorraadhoogte) Prijsniveau (concurrentie) Serviceniveau
14
Goederenstroombeheersing
Winkelier: aandacht voor Weinig voorraad, goede aanvoer. Goed inschatten juiste voorraad Aanvulling verkochte artikelen Transportvoorzieningen
15
Goederenstroombeheersing
Warehouse: Informatie-, goederen- en geldstroom warehouse producent winkelier
16
Goederenstroombeheersing
Producenten: Besturing vanaf vraag van tot aflevering bij klant. Centrale vraag daarbij: Waar ligt welke voorraad
17
KlantOrder OntkoppelPunt (Hoe ver dringt de klantorder door in de bedrijfskolom)
KOOP: snelheid waarmee orders uitgeleverd kunnen worden. Waar ligt de voorraad. Plaats waar de belangrijkste voorraad ligt bepaalt het klantorder ontkoppelpunt.
18
Klantorder ontkoppelpunt
Opslagsituaties Acties Wachttijden koop Situatie 1 GEREED PRODUCT IN WAREHOUSE Levering DIRECT AAN WINKELIERS Korte verzendtijd Korte transporttijd Koop 1 Situatie 2 GEREED PRODUCT IN FABRIEK VIA DC AAN WINKELIERS Langere verzendtijd Langere transporttijd Koop 2 Situatie 3 COMPONENTEN IN FABRIEK ASSEMBLEREN , DAARNA (VIA DC) AAN WINKELIERS + Assemblagetijd Koop 3 Situatie 4 ONDERDELEN IN FABRIEK PRODUCEREN, ASSEMBLEREN, DAARNA (VIA DC) AAN WINKELIERS Productietijd Koop 4 Situatie 5 GEEN VOORRAAD IN FABRIEK INKOPEN, PRODUCEREN, ASSEMBLEREN, DAARNA (VIA DC) AAN WINKELIERS Inkooptijd Koop 5 KOOP 1 product uit winkelvoorraad KOOP 2 product uit DC voorraad KOOP 3 product KOOP 4 KOOP 5
20
Productie Planning gestuurd Order gestuurd Gemengd
Koop 1, alles op voorraad produceren Order gestuurd Koop 5, alles op aanvraag (order klant) Gemengd Koop 2 t/m 4
21
Strategische beslissingen
Hoeveel en waar (b.v. eigen of regionaal magazijn) voorraad Push (planning) of pull (op vraag) bevoorrading
22
Leveringen Snelle levering Kosten Klantorder ontkoppelpunt belangrijk
Koop 1 betekent voorraadkosten Koop 5 betekent transportkosten Meerdere KOOP mogelijk.
23
KOOP Invloed op: Kosten (3 R’s) Voorraadkosten Levertijd Rente Ruimte
Risico-incourant
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.