De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

INSPIRATIEDAG VOLKSTUINEN 24 APRIL 2014

Verwante presentaties


Presentatie over: "INSPIRATIEDAG VOLKSTUINEN 24 APRIL 2014"— Transcript van de presentatie:

1 INSPIRATIEDAG VOLKSTUINEN 24 APRIL 2014
Goedemorgen iedereen Ik ben GH en werk voor het departement Ruimte Vlaanderen van de Vlaamse Overheid  Beleidsvoorbereidend werk op vlak van RO Vandaag ga ik jullie een aantal tips meegeven over de aanleg van een volkstuinpark met de nadruk op 1. Behoeftebepaling: Waar is er een noodzaak aan volkstuinen? 2. Locatiebepaling: Waar kunnen we de volkstuinen best aanleggen? GRIET HANEGREEFS

2 INLEIDING | WAT VOORAF GING
2007 Studie ‘Toestandsbeschrijving van de volkstuinen in Vlaanderen vanuit een sociologische en ruimtelijke benadering’ Opdrachtgever: Departement Landbouw en Visserij, Afdeling Monitoring en Studie Opdrachtnemer: Universiteit Gent, Afdeling Mobiliteit en Ruimtelijke Planning In een vorig leven werkte ik voor de Universiteit Gent. Daar werden 2 opdrachten uitgevoerd ikv volkstuinen: : …

3 INLEIDING | WAT VOORAF GING
2007 Studie ‘Toestandsbeschrijving van de volkstuinen in Vlaanderen vanuit een sociologische en ruimtelijke benadering’ Opdrachtgever: Departement Landbouw en Visserij, Afdeling Monitoring en Studie Opdrachtnemer: Universiteit Gent, Afdeling Mobiliteit en Ruimtelijke Planning Beleidsaanbevelingen Studie ‘Realisatie van de beleidsaanbevelingen van de studie ‘Toestandsbeschrijving van de volkstuinen in Vlaanderen vanuit een sociologische en ruimtelijke benadering’’ Opdrachtgever: Vlaamse Landmaatschappij Opdrachtnemer: Universiteit Gent, Afdeling Mobiliteit en Ruimtelijke Planning en vzw De Vlaamse Volkstuin In een vorig leven werkte ik voor de Universiteit Gent. Daar werden 2 opdrachten uitgevoerd ikv volkstuinen: : …  In deze studie werden een aantal beleidsaanbevelingen meegegeven die aanleiding hebben gegeven tot het opstarten van een nieuwe studie: : …

4 INLEIDING | WAT VOORAF GING
2007 Studie ‘Toestandsbeschrijving van de volkstuinen in Vlaanderen vanuit een sociologische en ruimtelijke benadering’ Opdrachtgever: Departement Landbouw en Visserij, Afdeling Monitoring en Studie Opdrachtnemer: Universiteit Gent, Afdeling Mobiliteit en Ruimtelijke Planning Beleidsaanbevelingen Studie ‘Realisatie van de beleidsaanbevelingen van de studie ‘Toestandsbeschrijving van de volkstuinen in Vlaanderen vanuit een sociologische en ruimtelijke benadering’’ Opdrachtgever: Vlaamse Landmaatschappij Opdrachtnemer: Universiteit Gent, Afdeling Mobiliteit en Ruimtelijke Planning en vzw De Vlaamse Volkstuin Handleiding over de aanleg van een volkstuinpark In een vorig leven werkte ik voor de Universiteit Gent. Daar werden 2 opdrachten uitgevoerd ikv volkstuinen: : …  In deze studie werden een aantal beleidsaanbevelingen meegegeven die aanleiding hebben gegeven tot het opstarten van een nieuwe studie: : …  Nieuwe studie heeft oa geleid tot de opmaak van een handleiding voor gemeenten over de aanleg van een volkstuinpark Ik kan u warm aanbevelen om deze handleiding te raadplegen, er staan een aantal zeer praktische tips in. Ik zal de handleiding gebruiken als leidraad om de verdere presentatie op te bouwen.

5 HANDLEIDING Doel: gemeenten wegwijs maken bij de aanleg van volkstuinparken Stappenplan Opbouw: 1. Behoeftebepaling 2. Op zoek naar een locatie 3. Inrichting 4. Beheer Handleiding heeft tot doel gemeenten wegwijs te maken bij de aanleg van een volkstuinpark. Het hoopt een stimulans te zijn voor lokale besturen en verenigingen om tot de aanleg van een volkstuinpark over te gaan. Belangrijk daarbij is de bewustwording dat volkstuinen een zeer valabel alternatief zijn voor (klein)stedelijk groen. De handleiding wordt stapsgewijs opgebouwd van het bepalen van de behoefte aan een VT-park tem het effectieve beheer ervan.

6 BEHOEFTEBEPALING Doel: gemeenten wegwijs maken
bij de aanleg van volkstuinparken Stappenplan Opbouw: 1. Behoeftebepaling 2. Op zoek naar een locatie 3. Inrichting 4. Beheer theoretische behoeftebepaling = invullijst maatschappelijke behoeftebepaling Een eerste stap is de behoeftebepaling: waar is er nood aan volkstuinen? Dit kan op 2 manieren benaderd worden: 1. Theoretisch (in de handleiding kan je hiervoor een concrete lijst invullen die dan uitwijst of er in een welbepaalde buurt een theoretische behoefte aan volkstuinen is) 2. Maatschappelijk: Proefondervindelijk bepalen of er in de buurt interesse is voor volkstuinieren

7 BEHOEFTEBEPALING | THEORIE
HOE BEPALEN ? Op basis van verschillende methoden Bevolkingsdichtheid is steeds doorslaggevende factor Grotere bevolkingsdichtheid  kleinere oppervlakte aan private buitenruimte  grotere nood aan publiek groen Bereik van volkstuinparken = 3km Behoeftebepaling op buurtniveau  Gegevens beschikbaar obv statistische sectoren Theoretische behoeftebepaling is gebaseerd op bevolkingsdichtheid. Uit onderzoek blijkt dit de doorslaggevende factor te zijn. Grotere bevolkingsdichtheid  kleinere oppervlakte aan private buitenruimte  grotere nood aan publiek groen Daarnaast moet u weten dat een volkstuinpark een maximaal bereik heeft van 3km. Dit betekent dat we de behoeftebepaling moeten bepalen op BUURTNIVEAU, niet op niveau van de gehele gemeente. Hiervoor zijn gegevens beschikbaar obv statistische sectoren.

8 BEHOEFTEBEPALING | THEORIE
zeer dense buurten (> 6000 inw/km²)  grootste nood aan volkstuinen dense buurten ( inw/km²)  grote nood aan volkstuinen minder dense buurten ( inw/km²)  nood aan volkstuinen ondergrens: 2000 inw/km²  geen nood aan volkstuinen We zijn dan eens gaan kijken in heel Vlaanderen waar er buurten (dus statistische sectoren) zijn met een bevolkingsdichtheid groter dan 6000 inwoners/km²). Dit komt overeen met een woningdichtheid van meer dan 25 woningen/ha. We spreken in dit geval dus over zeer dense buurten. Daar zal de nood aan volkstuinparken bijgevolg het grootst zijn. Op de kaart zijn ze aangeduid in donkergroen. Vervolgens zijn er dense buurten met een bevolkingsdichtheid tussen 4000 – 6000 inwoners/km² (16 woningen/ha – 25 woningen/ha) waar nog steeds een grote nood is aan volkstuinen. Tot slot zijn er de minder dense buurten met een dichtheid van 2000 – 4000 inwoners/km², wat overeenkomt met 8 woningen/ha – 16 woningen/ha, en waar een kleinere nood aan volkstuinen zal zijn. De ondergrens ligt op 2000 inwoners/km². Een lagere dichtheid geeft theoretisch geen nood aan volkstuinen in deze buurten. We zien een duidelijke trend dat in de grotere steden de behoefte aan volkstuinen het grootst is. Dat komt uiteraard omdat daar de bevolkingsdichtheid ook hoger is dan in meer landelijke gebieden. Voor de volledigheid wil ik nog meegeven dat we ons hier gebaseerd hebben op cijfers dd Desalniettemin is de trend duidelijk en zullen op een kaart me actuelere cijfers geen grote verschuivingen waar te nemen zijn. In de handleiding staat waar je gegevens kan verkrijgen om de analyse zelf uit te voeren.

9 BEHOEFTEBEPALING | THEORIE
Gemeenten met buurten met een grote theoretische nood aan volkstuinen Als we dan eventjes de vertaalslag maken naar in welke gemeenten er buurten zijn waar de behoefte aan volkstuinparken het grootst is, krijgen we volgend kaartbeeld. Zoals gezegd kan je zien dat vooral in de grotere steden (denk maar aan Antwerpen, Gent, Leuven, Brugge, maar ook Turnhout, Oostende, Roeselare en Oudenaarde bvb)

10 BEHOEFTEBEPALING | THEORIE
BEREIK Afstandsbuffer 3km = maximale reikwijdte van volkstuinen We zoomen even in op een concreet voorbeeld. De gemeentegrens is aangeduid met een rode lijn. De statistische sectoren geven aan waar de nood het grootst is (donkergroen) tot helemaal geen noog (grijs). Rond de buurt met de grootste nood trekken we een afstandsbuffer van 3km = maximaal bereik van een volkstuinpark. Dit wil zeggen dat we in het gearceerde gedeelte op zoek moeten gaan naar locaties om een volkstuinpark aan te leggen. Uiteraars moeten we ook rekening houden met de reeds bestaande volkstuinparken (aangeduid in het rood). Want misschien is er wel een behoefte, maar is deze reeds geheel of gedeeltelijk ingevuld omdat er in de omgeving al volkstuinen bestaan.

11 BEHOEFTEBEPALING | MAATSCHAPPELIJK DRAAGVLAK
THEORIE VERSUS PRAKTIJK Theoretische behoeftebepaling = berekening behoefte obv bestaande gegevens Maatschappelijke behoeftebepaling = draagvlakbepaling obv feiten op zoek naar gebruikers op zoek naar trekkers Dat voor wat betreft de theorie. Daar doen we de berekening obv bestaande gegevens (namelijk bevolkingsdichtheid per statistische sector). We kunnen natuurlijk proefondervindelijk de behoefte gaan bepalen op basis van feiten. Dit betekent concreet dat wanneer er interesse is voor volkstuinieren in de buurt, je op zoek moet gaan naar trekkers en gebruikers. Om trekkers voor het project te vinden kan je contact opnemen met de mensen van TuinHier en Velt. Om gebruikers te vinden, kan je bvb een infovergadering op de gemeente organiseren waar bewoners kunnen aangeven of ze al dan niet geïnteresseerd zijn om een tuin te bewerken mocht er een volkstuinpark in de buurt opgericht worden.

12 LOCATIEKEUZE Doel: gemeenten wegwijs maken
bij de aanleg van volkstuinparken Stappenplan Opbouw: 1. Behoeftebepaling 2. Op zoek naar een locatie 3. Inrichting 4. Beheer opstarten van een nieuw project aansluiten bij project in planfase Eens je de behoefte bepaald hebt, moet je op zoek gaan naar een geschikte locatie. Ook dit kunnen we op 2 manieren benaderen: 1. Aansluiting zoeken bij een project dat reeds gepland wordt 2. Volledig nieuw project opstarten

13 LOCATIEKEUZE | AANSLUITEN BIJ PROJECT
SNELLE REALISATIE WAAR theoretisch en/of empirisch bepaald WELKE PROJECTEN Koppeling aan bejaardentehuizen Koppeling aan ziekenhuizen Koppeling aan groepswoningbouw Inbedden in de fasering van grote bouwwerken (tijdelijke volkstuinen) Projecten die vanuit Vlaanderen begeleid worden, zoals landinrichting en natuurinrichting MOGELIJKHEID TOT INBEDDING als last koppelen aan het verlenen van een stedenbouwkundige vergunning Als je aansluiting zoekt bij een project in planfase, heeft dit het voordeel dat je tot snelle realisatie kan overgaan. Concreet ga je op zoek naar projecten in de buurt van de theoretische of empirisch bepaalde behoefte. Niet alle projecten lenen zich tot mogelijke inbedding van volkstuinen. Er zijn een aantal thema’s waarbij de inpassing van volkstuinen een meerwaarde kan leveren: - Koppeling aan bejaardentehuizen (lichaamsbeweging, sociaal contact) - Koppeling aan ziekenhuizen (lichaamsbeweging, groenbeleving van de patiënt) - Koppeling aan groepswoningbouw (inrichting van gemeenschappelijk groen, sociaal contact tussen de bewoners) - Inbedden in de fasering van grote bouwwerken (tijdelijke volkstuinen, bvb bij verkavelingen) - ... Ook in projecten die vanuit Vlaanderen begeleid worden, zoals landinrichting en natuurinrichting, kunnen volkstuinparken een meerwaarde leveren. Bij het verlenen van een stedenbouwkundige vergunning kan de vergunningverlenende overheid lasten en/of voorwaarden opleggen. De lasten moeten in verhouding zijn tot de te ontwikkelen projecten. Ze kunnen ondermeer verband houden met de reservering van gronden voor groene ruimten. Opdat volkstuinen effectief gerealiseerd zouden worden, kunnen ze dus als last aan het verlenen van een stedenbouwkundige vergunning worden gekoppeld.

14 LOCATIEKEUZE | NIEUW PROJECT
POTENTIËLE ONTWIKKELINGSGRONDEN ZOEKEN Binnen afstandsbuffer 3km van meest dichtbevolkte buurten In de buurt van empirisch bepaald potentieel aan gebruikers VANUIT 3 INVALSHOEKEN Planologische bestemming Eigendom Opportuniteiten Als een volkstuinpark niet bij lopende projecten kan aangesloten worden, moet u op zoek gaan naar potentiële ontwikkelingsgronden binnen de theoretisch of empirisch bepaalde behoefte. De zoektocht kan vanuit de drie onderstaande invalshoeken worden uitgeoefend.

15 LOCATIEKEUZE | NIEUW PROJECT
INVALSHOEK 1 | PLANOLOGISCHE BESTEMMING Geen specifieke bestemmingsvoorschriften Ongeveer de helft van alle volkstuinparken gelegen in zones waarvan de onderliggende planologische bestemming aansluit bij de aard van de activiteit van het volkstuinieren POSITIEVE BESTEMMINGEN: ZONE-EIGEN Woongebied Recreatiegebied Parkgebied Gemengd openruimtegebied Zone voor openbaar nut Constructies vergunbaar Een eerste invalshoek is de planologische bestemming. Voor volkstuinparken zijn er quasi geen specifieke bestemmingsvoorschriften. Dwz dat volkstuinen terecht komen op gronden die in hoofdzaak een andere bestemming hebben. Maar dat hoeft helemaal geen probleem te zijn. Ongeveer de helft van de huidige volkstuinparken is momenteel gelegen in zones waarvan de onderliggende bestemming aansluit bij de activiteit van het volkstuinieren. Dwz dat volkstuinen planologisch niet in strijd zijn met de hoofdbestemming en dat de activiteit er kan worden uitgevoerd. Er zijn een aantal “positieve” bestemmingen waar volkstuinen zone-eigen zijn: Woongebied Recreatiegebied Parkgebied Gemengd openruimtegebied Zone voor openbaar nut OF bestemmingen die hieraan gerelateerd zijn. In deze gebieden zijn volkstuinen zone-eigen en kunnen constructies nodig voor het volkstuinieren vergund worden (bvb bouw van een kantine).

16 LOCATIEKEUZE | NIEUW PROJECT
INVALSHOEK 1 | PLANOLOGISCHE BESTEMMING Geen specifieke bestemmingsvoorschriften Ongeveer de helft van alle volkstuinparken gelegen in zones waarvan de onderliggende planologische bestemming aansluit bij de aard van de activiteit van het volkstuinieren ANDERE BESTEMMINGEN Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, artikel betreffende het sociaal-cultureel of recreatief medegebruik (§1: In alle bestemmingsgebieden kunnen, naast de handelingen die gericht zijn op de verwezenlijking van de bestemming, ook handelingen worden vergund die gericht zijn op het sociaal-culturele of recreatieve medegebruik, voor zover ze door hun beperkte impact de verwezenlijking van de algemene bestemming niet in het gedrang brengen.) Kleine constructies vergunbaar Voor grote constructies is de opmaak van een gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan nodig om een herbestemming naar volkstuinpark door te voeren Alle andere bestemming zijn in hoofdzaak minder gunstig, maar daardoor is volkstuinieren in die gebieden nog niet onmogelijk. In het VCRO is er namelijk een paragraaf opgenomen over sociaal-cultureel of recreatief medegebruik waardoor volkstuinieren overal kan vergund worden, zolang “ze door hun beperkte impact de verwezenlijking van de algemene bestemming niet in het gedrang brengen”. Ik geef hier graag een voorbeeld: Volkstuinen kunnen aangelegd worden in landbouwgebied, zolang het grootste deel van dat gebied maar voor de beroepslandbouw gevrijwaard blijft. Dit geldt voor de vergunbaarheid van kleine constructies. Indien grotere constructies wenselijk zijn, zal een herbestemming nodig zijn door de opmaak van een gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

17 LOCATIEKEUZE | NIEUW PROJECT
INVALSHOEK 2 | EIGENDOM Voor de aanleg van een nieuw volkstuinpark moet de gemeente minstens het gebruiksrecht hebben over het her in te richten grondgebied. GUNSTIGE EIGENDOM Grond in eigendom van de gemeente of een andere overheid: snelle realisatie mogelijk Gebruiksovereenkomst of een publiek-publieke overdracht van gronden Gemeente | Provincie | Gewest Kerkfabriek Stads- of gemeentelijk ontwikkelingsbedrijf OCMW Intercommunale Schoolgemeenschap Havenbedrijf NMBS Drinkwatermaatschappijen Een tweede invalshoek is op zoek gaan naar gronden die in eigendom zijn van de gemeente of een andere overheid. Het is namelijk zo dat de gemeente minstens het gebruiksrecht moet hebben over het her in te richten grondgebied. Er zijn dus gunstige eigendomssituaties en minder gunstige eigendomssituaties. Een gunstige eigendomssituatie betekent dat men sneller tot effectieve realisatie zal kunnen overgegaan. Als de gemeente geen eigenaar is, kan een gebruiksovereenkomst of een publiek-publieke overgang van gronden plaatsvinden. Dit is mogelijk indien de gronden in eigendom zijn van bvb: Gemeente | Provincie | Gewest Kerkfabriek Stads- of gemeentelijk ontwikkelingsbedrijf OCMW Intercommunale Schoolgemeenschap Havenbedrijf NMBS Drinkwatermaatschappijen

18 LOCATIEKEUZE | NIEUW PROJECT
INVALSHOEK 2 | EIGENDOM Voor de aanleg van een nieuw volkstuinpark moet de gemeente minstens het gebruiksrecht hebben over het her in te richten grondgebied. ONGUNSTIGE EIGENDOM Grond niet in eigendom van de gemeente of een andere overheid verwerving van gronden nodig door Aankoop in der minne Ruil in der minne Herverkaveling Onteigening (opmaak onteigeningsplan nodig) Indien de gemeente of een andere overheidsinstantie geen eigenaar van de grond is, zal een verwerving van de gronden nodig zijn door: Aankoop in der minne Ruil in der minne Herverkaveling Onteigening (opmaak onteigeningsplan nodig) In dit geval zal de realisatie langer duren.

19 LOCATIEKEUZE | NIEUW PROJECT
INVALSHOEK 3 | OPPORTUNITEITEN Interesse vanuit specifieke doelgroepen of bepaalde functies Verzekeren van een effectief gebruik FASERING VAN GROTE WERKEN Vb verkaveling, begraafplaats KOPPELEN AAN BEJAARDENTEHUIZEN EN ZIEKENHUIZEN KOPPELEN AAN INSTELLINGEN VOOR GEHANDICAPTEN Verhoogde tuinen voor mensen in een rolstoel, bredere openbare paden, grotere tuinhuisjes KOPPELEN AAN SCHOLEN Bijenkasten, paddenstoelen, vlindertuinen Schoolwerktuin KOPPELEN AAN OPENBAAR GROEN Verhogen van landschappelijke en ecologische betekenis Daling onderhoudskosten Een derde invalshoek is kijken of er vanuit specifieke doelgroepen of functies interesse is voor het volkstuinieren, zodat een effectief gebruik van de tuinen verzekerd is. Ik geef een aantal voorbeelden: FASERING VAN GROTE WERKEN De uitvoering van grote werken gebeurt vaak gefaseerd, waardoor vele percelen jaren braak liggen. Dit biedt de mogelijkheid het terrein tijdelijk in te vullen als volkstuinpark. Vb verkaveling, begraafplaats KOPPELEN AAN BEJAARDENTEHUIZEN EN ZIEKENHUIZEN Tuinieren is een vrije tijdsbesteding die kan zorgen voor de nodige ontspanning en sociale contacten. Het houdt ouderen en zieken in beweging, terwijl ze van de frisse buitenlucht kunnen genieten. KOPPELEN AAN INSTELLINGEN VOOR GEHANDICAPTEN Specifieke doelgroepen, zoals lichamelijk en verstandelijk gehandicapten, kunnen mits aangepaste tuiniermogelijkheden mee van de faciliteiten gebruik maken. Hierbij kan gedacht worden aan verhoogde tuinen voor mensen in een rolstoel, bredere openbare paden, grotere tuinhuisjes, enzovoort. KOPPELEN AAN SCHOLEN Veel volkstuinparken hebben door de aanwezigheid van bijzondere planten en dieren een educatieve waarde die verder benut kan worden door bijvoorbeeld het organiseren van schoolbezoeken en het aanbieden van educatieve voorzieningen zoals bijenkasten, paddenstoelen, vlindertuinen, enzovoort. Een volkstuin kan zelfs ingericht worden als een schoolwerktuin, een tuin opgedeeld in meerdere kleinere perceeltjes en wekelijks onderhouden door schoolgaande jeugd of kinderen. Zowel biologielessen als naschoolse activiteiten kunnen hiervan gebruik maken. Voorwaarde voor een geslaagd project is een ligging van de tuinen nabij of zelfs binnen de schoolmuren. KOPPELEN AAN OPENBAAR GROEN Het ruimtelijk verweven van volkstuinen met openbaar groen kan de landschappelijke en ecologische betekenis van openbaar groen aanzienlijk verhogen zonder dat de onderhoudskost hiervoor stijgt. Volkstuinen zijn namelijk ‘zelfonderhoudend’, omdat de percelen door de gebruikers zelf verzorgd worden.

20 INRICHTING Doel: gemeenten wegwijs maken
bij de aanleg van volkstuinparken Stappenplan Opbouw: 1. Behoeftebepaling 2. Op zoek naar een locatie 3. Inrichting 4. Beheer aandachtspunten bij de inrichting Eens we een locatie gevonden hebben, kan overgegaan worden tot de effectieve aanleg en inrichting van een volkstuinpark. Hierbij wil ik er graag de nadruk op leggen dat elke locatie uniek is en dus een aangepaste inrichting vraagt, maar er kunnen wel een aantal algemene inrichtingsparameters meegegeven worden.

21 INRICHTING | ALGEMENE INRICHTINGSPARAMETERS
LANDSCHAPPELIJKE INPASSING Ruimtelijke verweving, buffering PUBLIEKE EN PRIVATE DELEN Private tuinen, gemeenschappelijke voorzieningen FACILITEITEN Voorzieningen, veiligheid, infrastructuur NEVENACTIVITEITEN Diversiteit volkstuingebruikers, ondersteunende functies BEREIKBAARHEID Fiets, wagen, openbaar vervoer TOEGANKELIJKHEID Toegang, toeristische routes, gemeenschappelijke infrastructuur Algemene inrichtingsparameters kunnen verschillende thema’s behandelen: LANDSCHAPPELIJKE INPASSING Volkstuinen verweven met de omgeving, zodat ze geen vreemde eend in de bijt zijn . Samenwerken met landschapsontwerpers of de gemeentelijke groendienst kan hier positief aan bijdragen. Nadenken over de overgang tussen het volkstuinpark en de omgeving: een groene haag is aantrekkelijker dan een draad. PUBLIEKE EN PRIVATE DELEN Een volkstuinpark bestaat uit zowel private tuinen als gemeenschappelijke voorzieningen. FACILITEITEN Voorzieningen: Kantine (plaats waar activiteiten kunnen georganiseerd worden), elektriciteit (niet noodzakelijk), water (denk aan opvang van regenwater), sanitair (waar tuinders ten alle tijden gebruik van kunnen maken) Veiligheid: vb mogelijkheid om volkstuinen op bepaalde tijdstippen af te sluiten Infrastructuur: Tuinhuisjes (uniformiteit of 1 groot gemeenschappelijk tuinhuis), omheining (voor individuele tuinen en voor het geheel), groenafval (individuele compostbak én grote composteerruimte voorzien) NEVENACTIVITEITEN Rekening houden met de diversiteit volkstuingebruikers door aangepaste tuiniermogelijkheden zoals bvb verhoogde bakken voor ouderen en gehandicapten Ondersteunende functies: educatieve functies (samenwerking met scholen), koppeling met recreatieve functies (vb speeltuin zodat opa op kleinkinderen kan passen), culturele voorzieningen (vb poëzieavond op het park), combinatie met publiek groen, wonen aan de rand van volkstuinparken (oogje in het zeil houden enerzijds en buurtgroen anderzijds) BEREIKBAARHEID Fiets: Het merendeel van de volkstuingebruikers komt met de fiets. Hiervoor moeten fietsstallingen en fietsvriendelijke paden voorzien worden. Wagen: Voorzie een aantal parkeerplaatsen, sommigen komen met de wagen als ze bvb een grote oogst mee naar huis willen nemen. Openbaar vervoer: Momenteel wordt hier weinig rekening mee gehouden, maar kan bij de aanleg van een nieuw volkstuinpark wel meegenomen worden als potentieel vervoersmiddel. TOEGANKELIJKHEID Best meerdere toegangen, zeker als het een groter volkstuinpark is. Je kan toeristische routes door het volkstuinpark laten lopen Nadenken over gemeenschappelijke infrastructuur zoals zitbanken, vuilnisbakken, informatieborden en verlichting

22 BEHEER Doel: gemeenten wegwijs maken bij de aanleg van volkstuinparken
Stappenplan Opbouw: 1. Behoeftebepaling 2. Op zoek naar een locatie 3. Inrichting 4. Beheer wie is verantwoordelijk? huishoudelijk reglement De aanleg van een volkstuinpark stopt niet bij de inrichting. Een goed beheer en onderhoud is noodzakelijk om het (voort)bestaan van de volkstuinen te verzekeren. Dat kan op verschillende manieren en door diverse organisaties. Duidelijke afspraken hieromtrent zijn noodzakelijk. Wie doet wat en is waarvoor verantwoordelijk?

23 BEHEER | WIE DOET WAT Grondeigendom versus beheerder
Publiek versus privaat Beheers- en onderhoudskosten Huishoudelijk reglement Duidelijk communiceren De grondeigenaar hoeft niet dezelfde instantie te zijn als de beheerder Er zijn in een volkstuinpark private delen (vallen onder de verantwoordelijkheid van de tuinder) en publieke delen die door de beheerder moeten onderhouden worden. De beheers- en onderhoudskosten van volkstuinparken zijn minimaal door het grote aandeel private ruimte. De kosten voor de gemeenschappelijke delen zijn sterk afhankelijk van de grootte van de faciliteiten, de soort beplanting, … Het onderhoud kan gebeuren door de tuinders zelf (staat bvb mee in hun huurcontract) of door de gemeentelijke groendienst of … Algemene regels worden best opgenomen in een huishoudelijk reglement zodat ze voor iedereen duidelijk zijn. Het reglement wordt best ook op een aantal infoborden en in de kantine uitgehangen. Er moet duidelijk gecommuniceerd worden over wat wel en niet mag in een volkstuinpark. Goede afspraken maken goede vrienden…

24 TOT SLOT | WAAROM NIET… TIJDELIJK VOLKSTUINPARK ALS ALTERNATIEF VOOR GEBREK AAN BESCHIKBARE GROND TUINIEREN OP DAKEN TUINIEREN OP VERGETEN STUKJES GROEN OP BEZOEK BIJ DE BOER ONTPITING Tot slot geef ik graag nog een aantal eye-openers mee: TIJDELIJK VOLKSTUINPARK ALS ALTERNATIEF VOOR GEBREK AAN BESCHIKBARE GROND Vlaanderen is een dichtbevolkte regio. De ruimte is schaars en wordt geclaimd door diverse (stedelijke) activiteiten. Toch duiken hier en daar braakliggende terreinen op waar jaren niets mee gebeurt omwille van de meest uiteenlopende redenen. Denk maar aan verkavelingen met een sterke fasering, onvoltooide woonuitbreidingsgebieden, leegstaande bedrijventerreinen, sportcomplexen met uitbreidingsmogelijkheden, enzovoort. Valt met deze gronden dan niets te doen? Jawel! Hier zou een tijdelijk volkstuinpark kunnen worden ingericht. Op het Rabot te Gent deden ze het voor, en met veel succes! ONTPITTING Men probeert vandaag dichtbevolkte gebieden meer leefbaar te maken door een weldoordachte inplanting van groene, publieke ruimten. Verlaten gebouwen, garageboxen of verharde oppervlakken maken plaats voor nieuw publiek domein. Een unieke ligging voor een volkstuinpark! Vanuit de omringende gebouwen kijken mensen uit op goed onderhouden groen en op de activiteit die in het volkstuinpark plaatsvindt. Dit vergroot niet alleen het maatschappelijk draagvlak en de kennis omtrent het tuinieren, maar ook de sociale controle ten voordele van een betere beveiliging. OP BEZOEK BIJ DE BOER Met de moderne bedrijfsvoering en veranderingen binnen de agrarische sector komen plaatselijk landbouwpercelen vrij. Ga eens horen bij de lokale boer. Misschien is hij bereid een stuk perceel ter beschikking te stellen ten gunste van de (tijdelijke) aanleg van volkstuinen. TUINIEREN OP DAKEN Is er geen ruimte meer voor (publiek) groen op de begane grond? Geen probleem! Er zijn immers voldoende dakoppervlakken waar nog niets mee gebeurt. Denk maar aan de enorme dakoppervlakken van supermarktketens of van diverse KMO’s. Misschien is het tijd dat we ook daar onze groenten gaan kweken. Ook nieuwe projecten kunnen voorzien worden van groendaken in de vorm van volkstuinen. Ze hebben bovendien het extra voordeel dat ze thermisch inert zijn en daardoor zorgen voor de reductie van de energiebehoeften en een verhoging van het thermisch comfort van een gebouw. TUINIEREN OP VERGETEN STUKJES GROEN Een stad of gemeente beschikt over vele stukken onbewerkt groen. Denk maar aan de kleinere groenperken op pleinen, langs straten en ander buurtgroen. Vaak liggen ze er marginaal bij en beschikken ze hooguit over wat gras. Het is een interessante denkpiste om ook op deze kleine oppervlakken groenten en/of bloemen te kweken. Dat zou deze schrale stukjes grond kunnen omtoveren in fraai buurtgroen.


Download ppt "INSPIRATIEDAG VOLKSTUINEN 24 APRIL 2014"

Verwante presentaties


Ads door Google