Vmbo 2 economie Overheid overbodig?

Presentatie over: "Vmbo 2 economie Overheid overbodig?"— Transcript van de presentatie:

1 Vmbo 2 economie Overheid overbodig?
Hoofstuk 6 Vmbo 2 economie Overheid overbodig?

2 Wat moet je doen? In deze PowerPoint vind je de theorie, welke uitgelegd wordt middels verschillende voorbeelden. Neem dit goed door voordat je vragen gaan maken. Dit is ook heel handig om nog eens te bekijken voor je een proefwerk krijgt. Er zijn dingen die je moet overschrijven in je schrift. Dit herken je aan het volgende teken: Je moet deze dingen overschrijven, zodat je dingen beter onthoudt en zodat je een mooie samenvatting van het hoofdstuk krijgt. Er zijn opdrachten die je moet maken of doen. Dit herken je aan het feit dat de vraag een groene rand heeft en er staat bij: DOEN, zoals hieronder.

3 Paragraaf 6.2 Wat doet de overheid?

4 Wat doet de overheid? Vat dit kort samen in je schrift. Het is een taak van de overheid om de orde te handhaven. Ook bestrijdt de overheid de criminaliteit, zorgt ze voor veiligheid en beschermt ze de burgers. Daarvoor zijn wetten en regels vastgesteld, bijvoorbeeld onze verkeersregels. De politie controleert of iedereen zich aan de regels houdt.

5 Paragraaf 6. 2. Vraag 1. Vul de schuine woorden in op de juiste plek
Paragraaf 6.2 Vraag 1. Vul de schuine woorden in op de juiste plek. (Er zijn meer schuine woorden dan invulplaatsen). In de ..a.. Staat dat je je brommer niet mag opvoeren. De ..b.. Controleert of brommerrijders zich aan die wet houden. Zo niet, dan krijgen ze een ..c.. . Als ..d.. Zijn opgevoerd, kunnen ze te ..e.. Rijden. Dat is onveilig voor de brommerrijder zelf, maar ook voor anderen ..f.. . Weggebruikers – wet – zacht - brommers - boete – politie – hard – politiek.

6 Leestekst Naast de politie is ook de brandweer een voorziening van de overheid. De brandweer blust branden en helpt als er ernstige auto- ongelukken zijn gebeurd. Als er een ramp uitbreekt, heeft de brandweer ook een belangrijke taak. De brandweer hoort bij de gemeente. De brandweer hoort tot de collectieve sector = paragraaf 6.1

7 Paragraaf 6.2 Vraag 2. Kies het juiste antwoord.
De overheid zorgt dat de brandweer zijn werk kan doen. Waarom heeft de brandweer bij zijn werk ook burgers nodig? Als er brand is, moeten burgers de brandweer gaan waarschuwen. Burgers hebben een verzekering, waarvan de brandweer betaald wordt. Burgers verzorgen de communicatie tussen de politie en de brandweer. Zonder burgers zijn er geen branden en zit de brandweer zonder werk.

8 Leestekst Er staat een foto van een brand die heeft plaatsgevonden in de krant. Er staat bij dat het is aangestoken door een pyromaan. De pyromaan is nu opgepakt door de politie. Over een tijdje moet hij naar de rechtbank, waar de rechter hem een passende straf geeft. De pyromaan kan in de gevangenis terechtkomen.

9 Theorie Wie de wet ernstig overtreedt, moet naar de rechtbank.
De rechtgbank legt mensen die een misdrijf hebben begaan, een straf op. De rechtbanken en de mensen die er werken, worden door de rijksoverheid betaald. Ook de gevangenissen worden door de overheid betaald.

10 Paragraaf 6.1 Vraag 3. Bedenk ten minste twee redenen waarom het goed is dat de rechtbanken bij de overheid horen en niet bij de particuliere sector. 1. 2.

11 Theorie Farzan hoopt dat er bij hem geen brand komt. Hij zorgt ervoor dat hij voorzichtig is met kaarsen en vuur. Hij zet ook altijd zijn fiets goed op slot, zodat er minder kans is dat die gestolen wordt. De overheid heeft ook preventie als taak. Preventie = het voorkomen van misdrijven. De overheid geeft mensen informatie over preventie. Door je huis of je fiets te beveiligen, voorkom je dat er wordt ingebroken of gestolen. Door voorzichtig te zijn met vuur, voorkom je brand.

12 Klik op onderstaande link en bekijk het filmpje over Politiekeurmerk Veilig Wonen

13 Leerplichtig In Nederland ben je leerplichtig tot en met je 17e jaar. Tot je 16e heb je volledige leerplicht: je moet vijf dagen per week naar school. Tot het jaar waarin je 17 wordt, moet je minstens EEN dag per week naar school. Dat wil zeggen dat iedereen tot en met 17 jaar onderwijs m oet volgen. Het betekent ook dat de overheid verplicht is om onderwijs te bieden. Daarom betaalt de overheid (bijna) alle kosten van het onderwijs.

14 Paragraaf 6. 2. Vraag 4. De overheid zorgt voor het onderwijs
Paragraaf 6.2 Vraag 4. De overheid zorgt voor het onderwijs. Toch moeten de ouders vaak schoolgeld betalen. Bedenk een reden hiervoor.

15 Leestekst De overheid heeft wetten en regels om het milieu te beschermen. Zo mag je niet overal afval dumpen. Bepaald afval moet naar de milieustraat. Als burgers en bedrijven zich niet aan de wet houden, krijgen ze een boete.

16 Paragraaf 6.1 Vraag 5. Zet bij de voorbeelden de juiste maatregel.
De overheid kan maatregelen nemen om vervuiling tegen te gaan. Vervuiling Maatregel A Een chocoladefabriek veroorzaakt stankoverlast. 1 Tussen uur en 6.00 uur mag niet meer woreden geland op het vliegveld. B Boeren laten mest in de sloot lopen. 2 Er komt een afvalwagen in de straat voor milieuschadelijk afval. C Gezinnen kunnen niet slapen door het lawaai van het vliegveld. 3 Er wordt een boete uitgeschreven voor illegale lozing. D Consumenten gooien lege batterijen bij het huisvuil. 4 Er moet een hoge schoorsteen worden gebouwd.

17 Stelsel van sociale zekerheid
Vat dit kort samen in je schrift. Wanneer mensen lang gewerkt hebben en uiteindelijk zonder werk komen te zitten, helpt de overheid hun een handje. Ook mensen die niet kunnen werken omdat ze ziek zijn worden geholpen. Dit noemt men het ‘’ sociale zekerheidsstelsel’’ . Het stelsel van sociale zekerheid betekent dat de overheid een uitkering verstrekt aan mensen die geen betaalde baan hebben. De bijstandsuitkering is het sociale minimum. Het is een heel laag bedrag waar je net van rond zou moeten kunnen komen. Ook de Algemene Ouderdomswet AOW hoort bij de sociale zekerheid. Dus: uitkering, bijstand en AOW vallen onder het sociale zekerheidsstelsel.

18 Paragraaf 6.2 Vraag 6. Waarom wordt het stelsel van sociale zekerheid ook wel het sociale vangnet genoemd? Tip: Als je iets niet weet kun je het altijd opzoeken op Google.

19 Goed lezen! Inkomensverdeling
Niet iedereen betaalt evenveel belasting. Verdien je veel? Dan moet je meer belasting betalen. Hierdoor worden de inkomstenverschillen kleiner. Door dit systeem van belastingtarieven per inkomen, heeft de overheid invloed op de inkomensverdeling in het land. Inkomensverdeling geeft aan op welke manier het inkomen in een land verdeeld is. Bij een onevenwichtige inkomensverdeling zijn er zeer grote verschillen tussen hoge en lage inkomens. Als het evenwichtig is, dan zijn de verschillen niet zo groot.

20 Paragraaf 6.2 Vraag 7. Bekijk de tabel en beantwoord de vragen.
Meneer Akbar Mevrouw Jansen Brutoloon € € Belastingen en premies € € Nettoloon € € Wat is het verschil tussen de brutolonen van meneer Akbar en mevrouw Jansen? Noteer je berekening. Hoeveel verschil is er tussen de nettolonen? Noteer je berekening. Waardoor is het verschil kleiner geworden?

21 DOEN: Als je klaar bent met alle dia’s maak je de herhalingsvragen van paragraaf 6.2 (blz. 192 Pincode) Snap je iets niet?  Zoek het op in de PowerPoint of op internet.  Overleg zachtjes met je klasgenoot.  Begrijpen jullie het niet? Steek dan je vinger op.  Dan komt de docent jullie helpen.