Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
GepubliceerdHanne ten Hart Laatst gewijzigd meer dan 7 jaar geleden
1
Het hoe en waarom van een jodiumbeperkt dieet
Universitair Medisch Centrum Groningen Rixte Jagersma 10 oktober 2016
2
Schildklierkanker Er zijn 4 soorten schildklierkanker: folliculair, papillair, medullair en anaplastisch - Deze presentatie gaat over het folliculaire en papillaire type Behandeling Schildklier verwijderen door middel van een operatie Er blijft vaak nog een beetje schildklierweefsel achter Daarom wordt er aanvullend radioactief jodium gegeven Schildkliercellen nemen jodium op, want jodium is de bouwsteen van het schildklierhormoon Radioactief jodium maakt de schildkliercellen van binnen kapot Er is weinig beschadiging van andere weefsels Bij het toedienen van radioactief jodium houdt je de nog achtergebleven schildkliercellen voor de gek. De cellen zien niet het verschil tussen gewoon jodium en radioactief jodium. Ze nemen het radioactief jodium dus gewoon op. Een voordeel is van radioactief jodium is dat het weinig andere weefsels beschadigd. Echter, het komt soms voor dat er toch andere weefsels beschadigen door het radioactief jodium. Een bekend voorbeeld hiervan is de speekselklier.
3
Jodiumbeperkt dieet Voorafgaand aan de inname van het radioactief jodium, volgen patiënten gedurende 1 week het jodiumbeperkt dieet - Doel: zo weinig mogelijk jodium binnenkrijgen zodat de schildkliercellen hongerig worden voor jodium Jodium - Onmisbare bouwsteen voor het schildklierhormoon Zit in veel producten: groente, fruit, vlees en zuivel Jodium zit in gejodeerd/jodiumhoudend keukenzout, broodzout, zeezout en dieetzout Jozo-naturel zout (het blauwe potje) bevat geen jodium en is dus toegestaan tijdens het jodiumbeperkt dieet Patiënten starten 1 week voordat ze het radioactief jodium krijgen met het dieet. Nadat ze de capsule met radioactief jodium hebben gekregen, moeten patiënten gemiddeld nog 3 dagen doorgaan met het dieet.
4
Onderzoek Onderzoeksvraag: Heeft persoonlijke begeleiding bij het jodiumbeperkt dieet een toevoegde waarde voor patiënten? Methode 2 groepen: 1 groep kreeg standaard informatie (informatiefolder), 1 groep kreeg persoonlijke begeleiding - Persoonlijke begeleiding bestond uit: Het bijhouden van een voedingsdagboek door de patiënt om te kijken hoeveel jodium hij/zij normaal binnenkrijgt - 1 uur dieetuitleg op de polikliniek met persoonlijke adviezen - Telefonisch contact op dag 3 van het dieet om eventuele vragen te beantwoorden Er deden in totaal 28 patiënten mee aan het onderzoek Van de 28 patienten die meededen aan het onderzoek kregen 15 patienten standaard informatie en 13 patienten persoonlijke begeleiding
5
Resultaten 24-uurs urine
Jodium in de urine - Jodium wordt uitgescheiden via de urine Jodium in de urine is dus een maat voor de hoeveelheid jodium die je binnenkrijgt - Alle patiënten verzamelden 24-uurs urine op dag 7 van het dieet De gemiddelde waarde van het jodium in de urine van de groep met extra begeleiding werd vergeleken met die van de standaardgroep Conclusie: De hoeveelheid jodium in de urine was ongeveer gelijk in beide groepen. Beide groepen kregen dus ongeveer dezelfde hoeveelheid jodium binnen tijdens het dieet Dag 7 was de dag voordat de patienten radioactief jodium toegediend kregen
6
Resultaten vragenlijst
Na de behandeling vulden een aantal patiënten een vragenlijst in De persoonlijke begeleiding werd zeer gewaardeerd Door begeleiding zagen patiënten meer mogelijkheden tijdens het dieet Eindconclusie 1. Persoonlijke dieetbegeleiding heeft geen effect op de totale jodiuminname tijdens het dieet, maar wel op hoe patiënten zich voelen ten tijde van het dieet 2. Er valt nog veel te onderzoeken op het gebied van het jodiumbeperkt dieet, zoals: - Hoe zorgen we er voor dat patiënten zich zo goed mogelijk voelen? - Kan het dieet misschien korter? - Moet de informatiefolder worden aangepast/uitgebreid?
7
Bernadette Dekker Patiënten informatieavond 10 oktober 2016
Bloedonderzoek tijdens follow-up schildklierkanker Wat wordt er gemeten in het bloed? Bernadette Dekker Patiënten informatieavond 10 oktober 2016
8
Proces achter de bloedwaarde
Bloedprikken op de prikpoli Bloed naar het laboratorium Bloed wordt verdeeld over de twee laboratoria: algemene en specifieke laboratorium
9
Proces achter de bloedwaarde
Algemene laboratorium 24/7 in bedrijf Relatief snel uitslag Veel processen geautomatiseerd Schildklier: hypofyse hormoon (TSH) en schildklierhormoon (FT3/FT4) Specifieke laboratorium Handwerk Uitslag niet gelijk bekend Schildklier: schildkliereiwit (Tg) en antistoffen tegen het schildkliereiwit (TgAbs)
10
Schildkliereiwit thyreoglobuline (Tg)
Functie in het menselijk lichaam Betrokken bij de vorming van schildkierhormonen (T3 enT4) Functie in patiënten die zijn behandeld voor schildklierkanker Gebruikt als merkstof Merkstof: stof die voorkomt in het bloed bij kanker Merkstof: zegt iets over de ziekteactiviteit Tg zegt iets over de ziekteactiviteit in patiënten die zijn behandeld voor schildklierkanker
11
Schildkliereiwit thyreoglobuline (Tg)
Tg willen we graag meten in het bloed Hiervoor wordt gebruik gemaakt van stofjes met lampjes; deze stofjes vangen en plakken aan Tg Aantal lampjes = hoeveelheid thyreoglobuline (Tg) In dit voorbeeld zijn er twee lampjes = 2 Tg
12
Thyreoglobuline antistoffen (TgAbs)
Tg willen we graag meten in het bloed Soms is er een stoorzender bij de bepaling; antistoffen tegen Tg De plakstofjes kunnen niet meer plakken aan het Tg Tg is niet meer betrouwbaar Belangrijk: Tg is maar één component om ziekteactiviteit te meten We kijken ook o.a. naar de kliniek en beeldvorming
13
Conclusie Veel mensen betrokken bij de behandeling en follow-up van schildklierkanker De mensen op het lab doen veel werk achter de schermen Verschillen in de bepaling van bloedwaarden Tijd: binnen een paar uur – een paar dagen Methode: automatische processen – handwerk Verder onderzoek nodig om behandeling en follow-up te optimaliseren We doen onderzoek naar de antistoffen tegen Tg
14
Schildklierkanker op de kinderleeftijd
Marloes Nies Patiënten informatieavond 10 oktober 2016
15
Schildklierkanker op de kinderleeftijd
Zeldzame ziekte, in 2015: 16 kinderen met de diagnose schildklierkanker in Nederland. Landelijk onderzoek naar alle kinderen die tussen 1970 en 2013 gedifferentieerd schildklierkanker kregen. We hebben 170 kinderen geïdentificeerd die in deze periode de diagnose schildklierkanker kregen. Hiervan is 1 persoon overleden. Dit was een man van 20 jaar, hij is overleden aan een erfelijke vorm van dikke darm kanker. Daarnaast had hij ook schildklierkanker, wat bij deze erfelijke aandoening iets vaker voorkomt. Na gemiddeld 14 jaar na de diagnose waren 169 van de 170 kinderen (inmiddels volwassenen) nog in leven. Van 105 mensen kregen we toestemming om hun medisch dossier in te zien.
16
Medische dossiers Wie kreeg er schildklierkanker?
84% was vrouw, 16% van de kinderen was man. 8 op de 10 kinderen had de papillaire variant van schildklierkanker. 6 op de 10 kinderen kreeg schildklierkanker op de jarige leeftijd. Tumoreigenschappen Primaire tumor: 62% van de mensen had een kleinere tumor, 25% een grotere tumor. Lymfeklieruitzaaiingen: 51% had geen lymfeklieruitzaaiingen, 44% wel. 11 van de 105 kinderen hadden uitzaaiingen in de longen, 1 persoon had uitzaaiingen in de botten en 2 kinderen hadden uitzaaiingen in botten en longen. Behandeling 24% van de kinderen had blijvende schade aan de bijschildklieren na de operatie (en moest daardoor calcium en vitamine D medicijnen nemen. 13% van de kinderen had na de operatie schade aan de stembandzenuw.
17
Medische dossiers Uitkomsten
Het overgrote deel van de kinderen overleeft schildklierkanker. Ze hebben daarna een normale levensverwachting. Dit betekent dat we ook moeten onderzoeken of (de behandeling van) schildklierkanker op de lange termijn ook nadelen heeft . Dit noemen we langetermijneffecten. Een van deze langetermijneffecten is kwaliteit van leven (hoe lekker zit je in je vel op lichamelijk, geestelijk en sociaal gebied?)
18
Medische dossiers Deelnemers (volwassenen die op de kinderleeftijd schildklierkanker hebben gehad) en controlepersonen (mensen die geen schildklierkanker hebben gehad) vulden kwaliteit van leven-vragenlijsten in. De resultaten van dit onderzoek zullen binnenkort worden gepubliceerd.
19
Late effecten van de behandeling van schildklierkanker
Esther N. Klein Hesselink Informatieavond
20
Aantal patienten neemt toe
Thyroid cancer has a increasing incidence over the past decades. Davies 2014 JAMA
21
Behandeling Behandeling wordt meestal goed verdragen
Behandeling bestaat uit operatie, jodiumbehandeling en toediening (hoge doses) schildklierhormoon Laatste jaren meer aandacht voor late effecten van behandeling Namelijk steeds meer mensen met laag-risico ziekte
22
Onderzoek naar speekselklierschade na jodiumbehandeling
75 deelnemers, van 67 deelnemers 2 metingen beschikbaar 2 studievisites (voor, en 5 maanden na jodiumbehandeling)
23
Transportkanaal voor jodium Aanwezig in cellen schildklier
Waarom dit onderzoek? Transportkanaal voor jodium Aanwezig in cellen schildklier En in geringere mate in cellen van speekselklieren DTC is the most common thyroid carcinoma type. For this malignancy, I131 treatment is an important treatment modality, which is in general an effective and safe treatment. Suffer from oral complaints, such as swollen and painful salivary glands, and complaints of a dry mouth, called xerostomia
24
Waarom dit onderzoek? Speekselklieren kunnen hierdoor jodium, maar ook radioactief jodium opnemen Minder opname dan in de schildkliercellen, maar genoeg om schade te kunnen veroorzaken DTC is the most common thyroid carcinoma type. For this malignancy, I131 treatment is an important treatment modality, which is in general an effective and safe treatment. Suffer from oral complaints, such as swollen and painful salivary glands, and complaints of a dry mouth, called xerostomia
25
Onderzoek speekselklierfunctie op 2 manieren
Klachten vragenlijst Resultaat: meer klachten van een droge mond na jodiumbehandeling Speekselproductie Resultaat: afname in speekselproductie na jodiumbehandeling 33% heeft afname 25-50% 10% afname van > 50% DTC is the most common thyroid carcinoma type. For this malignancy, I131 treatment is an important treatment modality, which is in general an effective and safe treatment. Suffer from oral complaints, such as swollen and painful salivary glands, and complaints of a dry mouth, called xerostomia
26
Groen = geen afname Oranje = 25 tot 50% afname Rood = > 50% afname
27
Functie van speekselklieren vermindert al na 1 jodiumbehandeling
Conclusie Functie van speekselklieren vermindert al na 1 jodiumbehandeling Niet bij alle patienten een probleem However, SGD does not seem to be a universal problem, as sgd occurred in a selective group of patients. Unfortunately, we were not able to predict which patients would suffer from gland dysfunction after treatment using iodine uptake in salivary glands on diagnostic scans.
28
Overige onderzoeken However, SGD does not seem to be a universal problem, as sgd occurred in a selective group of patients. Unfortunately, we were not able to predict which patients would suffer from gland dysfunction after treatment using iodine uptake in salivary glands on diagnostic scans.
29
2. Hoe lager TSH hoe meer kans op hartklachten op langere termijn
However, SGD does not seem to be a universal problem, as sgd occurred in a selective group of patients. Unfortunately, we were not able to predict which patients would suffer from gland dysfunction after treatment using iodine uptake in salivary glands on diagnostic scans.
30
3. Boezemfibrilleren komt vaker voor
However, SGD does not seem to be a universal problem, as sgd occurred in a selective group of patients. Unfortunately, we were not able to predict which patients would suffer from gland dysfunction after treatment using iodine uptake in salivary glands on diagnostic scans.
31
4. Jodium behandeling heeft bij de standaard behandeling geen effect op de bloedcellen
However, SGD does not seem to be a universal problem, as sgd occurred in a selective group of patients. Unfortunately, we were not able to predict which patients would suffer from gland dysfunction after treatment using iodine uptake in salivary glands on diagnostic scans.
32
Patiënt specifieke behandeling
Toekomst Patiënt specifieke behandeling Niet iedereen hoge dosis, afhankelijk van: Tumor stadium Patiënt specifieke factoren (bekend met klachten droge mond, hart en vaatziekten, eigen voorkeur) Reactie op eerdere behandeling Streven naar effectieve behandeling, zonder late effecten
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.