Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
GepubliceerdIrma Eilander Laatst gewijzigd meer dan 8 jaar geleden
1
Procederen in eerste aanleg PROF. MR. MARGREET AHSMANN 10 januari 2014
2
Literatuur -M.J.A.M Ahsmann, De weg naar het civiele vonnis, Den Haag 2011 -A.C. van Schaick, Eerste aanleg, in Asser Procesrecht, dl 2, Deventer 2011 -G. de Groot, waarheidsvinding in het civiele (proces)recht, in: Preadviezen Nederlandse Juristenvereniging, Deventer 2012, p. 45-154
3
Plan van behandeling -KEI en achtergrond KEI -Bedoeling wetgever 2002 Rv -Actieve rol partijen: informatieplichten en processtukken -Actieve rol rechter: beoordeling processtukken; wat mag ie wel en niet?
4
Innovatie -Innovatieagenda rechtsbestel: echec: Verhoging griffierechten Implementatie Mediationrichtlijn -Kwaliteit en Innovatie rechtspraak (KEI) -Herziening Gerechtelijke Kaart (HGK) Doel: versnelling en vereenvoudiging
5
Basisprocedure -Geen re- en dupliek; eventueel extra schriftelijke ronde (maar onduidelijke invulling) -Afschaffing pleidooi -Regierol rechter -Incidenten worden bij eindbeslissing beslist -Mondelinge uitspraak: lagere lat motivering
6
Mondelinge behandeling Nieuwe (?) invulling: “rechter moet bepalen of hij die behandeling gebruikt voor een regiezitting, het verkrijgen van inlichtingen, het beproeven van een schikking, een verwijzing naar mediation, of dat gelegenheid wordt geboden aan partijen om een mondelinge toelichting te geven” Gedwongen mediation? In strijd met art. 6 EVRM, art 26 Rv en art 14 Wet AB
7
Bedoeling wetgever Rv -Versnelling -Vereenvoudiging -Deformalisering -Modernisering verhouding rechter – partijen -Aandacht voor waarheidsvinding -Streven naar efficiency -Harmonisering procedure
8
Proces= informatieuitwisseling -Stellen = informatie verschaffen -Bewijs = verificatie van informatie -Bewijsmiddelen = informatiebronnen -Bewijslevering = nieuwe informatie Schriftelijk en mondelinge uitwisseling
9
Actieve rol partijen -Art 20 lid 2 Rv: pp zijn verplicht onredelijke vertraging te voorkomen -Art 21 Rv algemene norm: “ partij moet alle voor de beslissing van belang zijnde feiten meedelen”: - “volledig”; betreft ook producties - “naar waarheid”; uitbannen bewuste leugen, maar strekt verder. - in zo vroeg mogelijk stadium.
10
Waarheidsplicht (art. 21) Beginsel van procesrecht (NJV) Informatieplicht van partijen ten opzichte van rechter - voor alle procedures: NJ 2012,627 - maar ook tov wederpartij Rechter centraal = klassiek continentaal stelsel. Partijen centraal in Anglo- Amerikaans discovery/disclosure
11
Informatie Informatie door elkaar: -Feitelijk: informatie door partijen, kader waarbinnen je procedeert -Juridisch: taal van rechter -Argumenten: zowel feitelijk als juridisch Realiseer: feitenpresentatie beinvloed door rechtsregel
12
Vormen van feitelijke informatie -A)’feiten’ gericht op het ingeroepen rechtsgevolg: kader van procedure (art. 149, 150 en 24 Rv) -B) gegevens gericht op het onschadelijk/ zwart maken van geproduceerde informatie (verdachtmaking bewijs- middelen: onbetrouwbaar, etc.) -C) achtergrondinformatie: oogmerken, motieven verborgen conflicten -D) bewijsmiddelen
13
Stelplicht -Formele term voor verplichting tot informatieverschaffing nodig voor beslissing rechter -Rechtsgevolg bepaalt stelplicht (vgl art. 111 lid 2 en art. 150 Rv); ook voor verweer gedaagde! - Welke informatie? (Rechts)feiten relevant voor beslissing/ rechtsgevolg (art. 24 en 149)
14
Eisen aan stelplicht -Stellen van feiten moet: - voldoende concreet zijn - rechtens relevant - in relatie staan tot hetgeen wederpartij aanvoert - Is aan stelplicht voldaan? Zo neen: afwijzing vordering. NB: er volgt geen bewijsopdracht, ook niet als er bewijsaanbod ligt
15
Informatieplichten Algemene norm waarheidsplicht (art 21 Rv) uitgewerkt in: -Inlichtingenplicht (art 22 Rv: ook rechter vragen) -Stelplicht (art 111 lid 2 Rv; vgl art 150 Rv) -Verweer (art. 128 lid 2 Rv) -Substantiëringsplicht (art 111 lid 3 en 137 Rv) -Bewijsaandraagplicht (art 111 lid 3, 128 lid 5 en 146 lid 1 Rv) -Overlegging stukken (art. 85 Rv) -Exhibitieplicht (art. 843a Rv)
16
Substantieringsplicht Art. 111 lid 3: Exploot van dagvaarding vermeldt de door gedaagde tegen eis aangevoerde verweren en de gronden daarvoor (vgl. verder art. 128 lid 2 en 137 Rv). Bedoeld is: weergeven bekende verweren én vooral: reactie daarop Eerst dan is vordering ‘gesubstantieerd’
17
Bewijsaandraagplicht -Art. 111 lid 3,128 lid 5 en 146 lid 2 Rv -Eiser: Vermelden bewijsmiddelen en getuigen ter staving van aldus betwiste gronden eis -Gedaagde: Vermelden bewijsmiddelen en getuigen mbt gronden verweer
18
18 Eisen aan bewijsaanbod -Algemeen bewijsaanbod “door alle middelen rechtens” in beginsel voldoende, maar: regels passeren bewijsaanbod (HR 9 juli 2004, NJ 2005,270 en HR 11 maart 2011, NJ 2011,123) -voldoende specifiek; eis in eerste aanleg minder zwaar dan in hoger beroep -betrekking op relevante/ terzake dienende feiten; zo niet: eiser heeft geen belang -realiteitsgehalte (NJ 1999, 560)
19
19 Bewijsaanbod tot tegenbewijs -Tegenbewijs staat vrij; hoeft niet te worden gespecificeerd. Immers vast staat waartegen tegenbewijs moet worden geleverd. Maar gedaagde moet wel verweer voeren dat aanleiding geeft tot tegenbewijs!
20
Producties Art. 85 lid 1 Rv: Indien partij zich bij dagvaarding op stuk beroept, is zij verplicht afschrift bij te voegen Art 85 lid 3: partij kan ook nog stuk opsturen nadat datum comparitie is bepaald Rechter moet erop letten dat wederpartij voldoende gelegenheid heeft zich daarop voor te bereiden ivm hoor en wederhoor
21
Sanctie -Stelplicht: nietigheid (art. 120 lid 1) of onvoldoende gesteld/betwist -Informatieplicht: geen nietigheid (art. 120 lid 4 Rv). -Wél “geraden gevolgtrekking” (art 21 Rv): afwijzen vordering passeren stellingen proceskostenveroordeling uitleg in nadeel: bewijsvermoeden taxatie maken: aannemelijk? ontnemen recht op nadere toelichting
22
Schriftelijke verklaringen -Opgesteld door notaris of advocaat -Bij voorkeur: door raadslieden in elkaars nabijheid (RiK) -Formeel: bewijs door geschrifte = vrij -Idem getuigenverklaring onder ede in pv-akte -Materieel behandeld als getuigen- verklaring
23
Van petitum tot dictum Opbouw vonnis: -eerst feiten, dan -juridisch kader (basis voor uitspraak), -argumentatie leidend tot rechtsgevolg (dictum) Rechter kijkt met bril syllogisme
24
Actieve rol rechter Rechter dient regiefunctie te hebben inzake: -vaart procedure (art. 20 lid 1 Rv; vgl art. 133 Rv en uitstelregeling art. 2.8 LR) -leveren van informatie (art. 22 Rv) -structureren procedure voorafgaand aan comparitie (art. 19, 87, 88 lid 1, 89 en 120 lid 4 laatste zin) -structureren procedure op comparitie: geen lijdelijke sfinx maar actieve gespreksleider (art. 19 en 88 lid 2 Rv)
25
Rol rechter versus partijen Hoe verhoudt zich rol rechter tot partijen mbt waarheidsvinding? Hoor en wederhoor (art 19Rv): betreft o.m. verrassingsbeslissing overleggen producties (art. 2.9 LRR) verwijzen naar producties uitstel mondelinge behandeling -Lijdelijkheid van de rechter versus partijautonomie
26
Grenzen van de rechtsstrijd Partijen bepalen input en mogelijke output geding: -Rechter beslist op hetgeen is gevorderd (art. 23 Rv) -Rechter beslist op de door partijen aangereikte grondslagen (art. 24 en 149)
27
Toegangspoort (art. 149 Rv) Art 149 Rv. bepaalt wat rechter aan beslissing ten grondslag mag leggen: (…) slechts die feiten die in het geding aan hem ter kennis zijn gekomen of zijn gesteld en die overeenkomstig de voorschriften van deze afdeling zijn komen vast te staan (…) Het artikel is toegangspoort tot bewijs is onvoldoende gesteld, volgt géén bewijsopdracht, ook niet als er bewijsaanbod ligt.
28
Feiten Wanneer staat feit vast? - Art 149 Rv: onvoldoende gemotiveerd betwist - Verstek - Gerechtelijke erkentenis (art. 154 lid 1 Rv) -Referte -Mate van motivering betwisting hangt af van wat wederpartij stelt -Onvoldoende gemotiveerd betwist bewijsaanbod wordt gepasseerd
29
Rechtsgevolg (art. 150 Rv) -Artikel regelt bewijslastverdeling door die aan stelplicht te koppelen -Causaal verband met rechtsfeiten en dus rechtsregel
30
Rechtsfeiten (art. 24 Rv) Art. 24: de rechter onderzoekt en beslist de zaak op de grondslag van hetgeen partijen aan hun vordering, verzoek of verweer ten gronde hebben gelegd Geen toepasselijke rechtsgrond = niet ontvankelijk; er moet beroep op zijn gedaan: HR 24 juni 2005, NJ 2006, 46
31
Rechtsgronden (art. 25 Rv) Wel ambtshalve aanvullen rechtsgronden -Binnen kader van het geschil -Geen rechterlijke verrassing -Sommige rechtsgronden niet aanvullen (vb.: verjaring, vernietigingsronden, ontbinding)
32
Rol rechter -Actief op comparitie vragen stellen -Feiten van algemene bekendheid en ervaringsregels behoeven niet te worden gesteld -Mag googelende rechter? -Vrijheid bij waardering en uitleg van feiten en feitelijke grondslag -Procesrechtelijke technieken: nadere informatie (art. 22, 89 en 120 lid 4 Rv)
33
33 Verzwaarde stelplicht (1) -Stelplicht van partij die niet bewijslast heeft, wordt verzwaard teneinde de wederpartij aanknopingspunten voor de bewijslevering te verschaffen (vgl. NJ 1997, 175) -Daardoor wordt bewijslast dienovereenkomstig verlicht/verzwaard -Domeincriterium: diverse beroepsgroepen (arts, notaris, werkgever etc)
34
34 Verzwaarde stelplicht (2) -Eigenlijk: extra eisen aan motivering van de betwisting -Doel: aanknopingspunt bewijslevering verschaffen -Gevolg: indien partij desgevraagd geen nadere gegevens verschaft, is betwisting onvoldoende en is sprake van vaststaand feit (art. 149 Rv). -Maar ook: voorshands bewezen (zie NJ 2007,203); geen omkering dus.
35
Comparitie (cna): in Rv -Art. 85 lid 3: laatste kans (vgl HR 9 maart 2013, NJ 2012,174) -Art. 87: schikking -Art. 88: inlichtingen -Art. 89: stukken indienen (met art. 22) -Art.131: in beginsel cna, maar geen recht -Art.132 lid 2: re- en dupliek uitzondering -Art.134 geen pleidooien, tenzij…
36
Comparitie: voorbereiding -Weinig duidelijkheid vooraf voor partijen? -Zorg voor tijdige aanlevering nadere producties en/of conclusie van antwoord in reconventie -Meenemen informanten (getuige, deskundige die reeds onderzoek heeft verricht, andere derde betrokkene) naar zitting, ook als het gaat om potentiele getuigen? Bezwaar? Vgl art 88 lid 4 Rv -Kan wederpartij bezwaar maken?
37
Comparitie -Mondeling vonnis: slechts bewijsopdracht (art. 232 lid 2 Rv) in pv. Want vormvereisten aan vonnis (art. 230 Rv). -Proces-verbaal: in- of buiten aanwezigheid partijen opmaken? -Verwijzing re- en dupliek? (art. 132 lid 2 Rv)
38
Wanneer getuigenverhoor? -Voldaan aan stelplicht en gemotiveerd betwist: bewijs moet je verdienen: indien te weinig is gesteld, wordt bewijsaanbod gepasseerd -Indien bewijsaanbod: recht op getuigenbewijs (art. 166 lid 1 Rv); schriftelijk bewijs niet. -Indien geen bewijsaanbod: rechter kan ambtshalve bewijsopdracht verstrekken (art. 166 lid 1 slot), maar doet dat niet snel
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.