Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
1
www.digibordonderbouw.nl
2
Het is leuk om iemand een brief of een kaart te sturen.
3
Als je jarig bent of je bent ziek, dan is het fijn als je een kaart krijgt. Maar als je een kaart krijgt van iemand die overleden is, dan is dat verdrietig. Een geboortekaartje is weer leuk.
4
Als je op vakantie bent is, het ook leuk om een kaart of brief te sturen. Met kerst sturen we ook vaak een kaart naar elkaar.
5
Je kan ook een uitnodiging voor een feestje krijgen. Of als je je zwemdiploma hebt gehaald, is het leuk als je een kaartje krijgt.
6
Op de voorkant van de envelop schrijf je de naam, het adres en de woonplaats. Je plakt ook een postzegel op de envelop.
7
Is je brief klaar, dan stop je hem in een envelop en plak je hem dicht. Het adres kan nu op de envelop geschreven worden.
8
Er zijn verschillende postzegels. Op een pakje moet een andere postzegel dan op een brief.
9
Er zijn veel verschillende postzegels. Sommige mensen verzamelen ze.
10
De brief is klaar. De postzegel kan op de envelop.
11
De brief of kaart mag nu de brievenbus in.
12
Een brievenbus heeft twee gleuven. Je moet goed kijken waar je brief in moet. Het ligt aan de postcode in welke gleuf je brief moet.
13
De brief of kaart kan je ook naar het postkantoor brengen.
14
Misschien moet je nog een postzegel of een kaart kopen, dan kan dat daar meteen.
15
De bestelauto gaat op weg om de brieven- bussen te legen.
16
De brievenbus wordt geleegd door de chauffeur. Met een sleutel maakt hij de brievenbus open.
17
Aan de zijkant van de brievenbus zit een sticker met streepjescode. Deze wordt gescand.
18
Alle brieven en kaarten vallen in de postzakken.
19
Je ziet dat de brievenbus nu leeg is. De postzakken gaan met de pakketjes van het postkantoor in de bestelwagen.
20
Op de brievenbus kun je zien, wanneer hij weer geleegd wordt.
21
Als alle post is opgehaald gaat de post per vrachtwagen naar het sorteercentrum.
22
Op de postzegel komt een stempel. Deze kaart kwam uit Frankrijk.
23
Als de post gesorteerd is, kan de post in de fietstassen of schoudertas.
24
De postbode kan de post gaan rondbrengen.
25
Hier zie je de postbode de post bezorgen. Hij moet goed kijken in welke brievenbus de brief of kaart moet.
26
.Eindelijk kan de post geopend worden en kunnen de kaarten worden gelezen.
27
Als je niet weet hoeveel postzegels erop een pakje moeten, dan kan je je pakje laten wegen bij het postkantoor. Zou dit pakje door de brievenbus kunnen? En al die dozen achter de mevrouw? Nee, de postbode belt dan gewoon aan.
28
De mevrouw van het potkantoor weegt het pakketje. Daarna gaat het in de postzak.
29
In het postkantoor staat ook een brievenbus. Op de bus staat aangegeven, wanneer de bus geleegd wordt.
30
Als je niet thuis bent, schrijft de postbode een briefje en kan je later het pakje bij het postkantoor ophalen. Maar soms geeft hij het ook wel af bij de buren.
31
Als een brief naar een ander land moet, gaat de brief of kaart met het vliegtuig of de boot.
Verwante presentaties
