Thema 7: Zintuiglijke waarneming

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Hoofdstuk 1 Contact paragraaf 1 Gevoelig
Advertisements

Spreekbeurt over het Oog
1 LICHTRECEPTOREN THEMA
Bouw van het menselijke oog
Natuurkunde V6: M.Prickaerts
Oogletsels In dit hoofdstuk komt aan de orde: Theorie over het oog Vuiltje in het oog Doordringende oogwond Lasogen Stomp oogletsel Bevroren ogen.
Lenzen Voor het beste resultaat: start de diavoorstelling.
3. Beeldvorming en oog 3.1 Het oog Thema 1: Zintuigen
Het Oog.
Thema 6: Zintuigen.
3.3 Beeldvorming bij bolle lenzen
Zintuigen (1) Zintuig = orgaan dat reageert op prikkels uit het milieu
Gemaakt door: Meltem Duygu Güngör Aya ousij Ilyes Djebbi Ilias Achrabb
Hoofdstuk ‘Contact’ ZINTUIGEN.
Werking van het oog.
1. Locatie 2. Zenuwvezels in het netvlies
De ogen Basisstof 3.
Basisstof 7: Scherp zien Basisstof 8: Als je niet scherp kunt zien
Hoe zit ons lichaam in elkaar?
Lichtreceptoren Bouw van het oog.
Het Zintuigstelsel.
Bouw van het menselijke oog
Deel 1: Hoe verkrijgen organismen informatie over hun omgeving?
Deel 1: Hoe verkrijgen organismen informatie over hun omgeving?
Hoofdstuk 4 Licht Lenzen en camera’s
Werking van het menselijk oog
Lichtreceptoren Bouw van het oog.
3.2 Netvlies, kegeltjes, staafjes en kleurenblindheid
3. Beeldvorming en oog 3.1 Het oog Thema 1: Zintuigen
Bouw van het oog.
Verband voorwerpafstand en beeldafstand
Natuurkundige aspecten van het oog
Muisklik buiten speaker en meteen op speaker
Basisstof 6: De werking van de ogen
Kleuren, lenzen en breking
De lens: Bekijk het vooral positief
Het oog.
3. Beeldvorming en oog pg. 28.
Zintuigen.
Zintuigen.
Zintuigen.
ZINTUIGELIJKE WAARNEMING
Het oog Sciencmc2.nl.
Thema 6 Regeling en waarneming Bouw en werking van het oog
College anatomie/fysiologie Basisjaar V&V
Paragraaf Zoek de definitie van de onderstaande begrippen: 1. Pupil: 2. Netvlies (retina): 3. Oogbol: 4. Gele vlek (macula): 5. Oogspieren: 6.
Oogonderdelen § Hoornvlies (cornea) 2. Oogwit ( harde oogrok) 3. Iris (regenboogvlies) 4. Ooglens 5. Glasvocht (glasachtig lichaam) 6. Netvlies.
Hoofdstuk 4 Paragraaf 2: Zien en horen. Wat gaan we doen vandaag?  Bespreken paragraaf 2  Maken paragraaf 1 en 2.
Bouw van het oog.
Het oog.
Kijkkennis.
Waarneming Wat is een zintuig? Welke zintuigen zijn er?
Het Oog.
Verband voorwerpafstand en beeldafstand
Waarnemen Zintuig Prikkel Ogen Oren Neus Tong Huid Licht Geluid Geur
3.2 Zien 1ste klas.
Waarnemen Wist je dat we ongeveer zenuwcellen in ons lichaam hebben?
Waarnemen Zintuig Prikkel Zien Horen Ruiken Proeven Voelen Ogen Oren
Thema 7: Zintuigelijke Waarneming
Zintuiglijke waarneming
Leerjaar 3 Nask1 H5 §4 Oog en bril.
K1 Optica Lichtbeelden Begripsontwikkeling Conceptversie.
Herhaling: Oog Start: Oor
Het oog.
Oog A&F.
Transcript van de presentatie:

Thema 7: Zintuiglijke waarneming Boek: biologie voor jou HAVO-A

Het zintuigenstelsel Het zintuigstelsel bestaat uit zintuigen (receptoren). Deze zintuigen bevatten zintuigcellen. Onder invloed van prikkels uit het milieu ontstaat er een impuls. De impulsen worden via sensorische zenuwcellen naar het centrale zenuwstelsel geleid.

Het zintuigenstelsel Dit kan leiden tot: een reflex een waarneming en/of een gewilde beweging

Het zintuigenstelsel De gezichtszintuigen Het reukzintuig De smaakzintuigen De gehoorzintuigen De evenwichtszintuigen Voelen ( warmte, koude, druk, tast en pijn)

Het ontstaan van impulsen Er ontstaat een impuls als de prikkel sterker is dan de drempelwaarde. (prikkeldrempel) Adequate prikkel: de soort prikkel waarvoor de prikkeldrempel van een zintuigcel het laagst is. Gewenning: wanneer een prikkel enige tijd aanhoudt, neemt de impulsfrequentie af.

De bouw van de ogen Wenkbrauwen Wimpers Traanklieren Oogleden Traanbuizen Oogspieren Harde oogvlies

De bouw van de ogen Hoornvlies Vaatvlies Iris Voorste oogkamer Netvlies Gele vlek Oogzenuw

De bouw van de ogen Blinde vlek Lens Straalvormig lichaam Glasachtig lichaam Alle onderdelen kunnen herkennen in een afbeelding!

De werking van de ooglenzen Bij het oog wordt van een voorwerp een omgekeerd verkleind beeld gevormd. Het beeld staat dan op het netvlies. De impulsen die in het netvlies ontstaan, worden in de gezichtscentra in de grote hersenen zodanig verwerkt, dat je het beeld rechtop en op de juiste grootte waarneemt.

Lichtbreking door lenzen Er zijn twee soorten lenzen: bolle en holle lenzen. Door bolle (of positieve) lenzen wordt licht gebundeld (geconvergeerd) Lichtstralen die op de lens vallen lopen evenwijdig aan elkaar. De lichtstralen die de lens verlaten lopen naar elkaar toe.

Lichtbreking door lenzen De stralen komen bij elkaar in punt F. F is het brandpunt (focus) De afstand van het brandpunt tot aan de lens is de brandpuntsafstand f van de lens. Hoe boller de lens, hoe kleiner de brandpuntsafstand.

Lichtbreking door lenzen Door holle (of negatieve) lenzen wordt het licht gespreid (gedivergeerd). De lichtstralen die op de lens vallen lopen evenwijdig aan elkaar. De lichtstralen die de lens verlaten lijken uit een punt afkomstig te zijn en spreiden. Het brandpunt F ligt bij holle lenzen voor de lens

Lichtbreking door lenzen De brandpuntafstand f heeft dan een negatieve waarde. Afbeelding 14 op blz. 330 van je boek laat dit zien!

Lichtbreking door lenzen De afstand tussen een voorwerp en de lens wordt de voorwerpsafstand v genoemd. De afstand tussen de lens en de plaats waar een beeld wordt gevormd, noemen we de beeldafstand b.

Lichtbreking door lenzen Een voorwerp wordt scherp afgebeeld, wanneer wordt voldaan aan de lenzenformule: 1/b + 1/v = 1/f Zie afbeelding 15 op blz. 331

Het zien in de verte Als je naar een voorwerp kijkt op ongeveer 5 meter afstand, dan zijn je ogen in rusttoestand. De kringspieren in het str.vormig lichaam zijn ontspannen. De lensbandjes zijn strak gespannen en de ooglenzen zijn uitgerekt.

Het zien van dichtbij De kringspieren passen zich aan, ze trekken samen. De diameter van de str. vormige lichamen wordt kleiner. De lensbandjes zijn minder strak gespannen, zodat de lenzen minder worden uitgerekt.

Het zien van dichtbij We noemen dit accomoderen: de vorm van de lens wordt aangepast, wanneer het waargenomen voorwerp zich bevindt op een afstand van minder dan vijf meter

Oogafwijkingen Bijziendheid Verziendheid Ouderdomsverziendheid

Oogafwijkingen Staar Gezichtsbedrog

De bouw en de werking van het netvlies Het netvlies bestaat uit : een laag zenuwcellen, verlaten het oog door de oogzenuw. een laag zintuigcellen, hier ontstaan impulsen en worden naar de hersenen geleid door zenuwcellen en een laag pigmentcellen, die bescherming bieden tegen fel licht. (Afb. 22)

Staafjes en kegeltjes Dit zijn twee soorten zintuigcellen. Staafjes: Zijn gevoelig voor bijna alle kleuren zichtbaar licht. (Niet voor rood) Er worden alleen contrasten waargenomen. Ze hebben een lage prikkeldrempel Ze liggen over het hele netvlies, maar niet in de gele en blinde vlek.

Staafjes en kegeltjes Kegeltjes: Zijn gevoelig voor bepaalde kleuren. Ze hebben een hogere prikkeldrempel dan de staafjes. Ze liggen vooral in de gele vlek en de directe omgeving daarvan.

De pupilreflex De intensiteit van het licht dat op het netvlies valt , wordt vooral geregeld door de pupilreflex. De kringspieren in de iris lopen rondom de pupil. Wanneer ze samentrekken wordt de pupil kleiner. De straalsgewijslopende spieren lopen van de pupil naar de buitenrand van de iris. Wanneer ze zich samentrekken wordt de pupil groter.

Diepte zien (stereoscopie) De oogzenuwen kruisen elkaar gedeeltelijk. De impulsen van het linkergedeelte van het netvlies van beide ogen worden naar het linkergezichtscentrum geleid en die van het rechter naar het rechtergezichtscentrum. Door de vergelijking van de beelden van beide ogen in de gezichtscentra wordt diepte waargenomen.

Belangrijke afbeeldingen Succes met leren!