NOMENCLATUUR deel 2 samenstelling: E.J. Stoffels

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Pinus (den) Naaldboom Stevige naalden in paren of groepjes Wintergroen
Advertisements

Veredeling, inteelt, recombinant-technieken, biotechnologie, ethiek
Evolutie en informatieoverdracht
Thema 3 Erfelijkheid Van een pasgeboren baby wordt vaak gezegd: ‘Ik vind dat hij op zijn moeder lijkt,’ of: ‘Hij heeft de ogen van zijn vader.’ Toch zijn.
Thema 3 Genetica Paragraaf 1
Charles Darwin en de evolutietheorie
Erfelijkheid Chromosoom DNA.
3. Ongeslachtelijke voortplanting
Hoe populaties evolueren En Hoe rekenen we hieraan
Naamgeving Naar de vragen Naar de vragen. Inhoudsopgave Vraag 1 Vraag 2 Vraag 3 Vraag 4 Vraag 5 Vraag 6 Vraag 7 Vraag 8 Vraag 9 Vraag 10.
Ecologie Basisstof 6: Successie Basisstof 7: Aanpassingen bij dieren Basisstof 8: Aanpassingen bij Planten.
Basisstof 1: De evolutietheorie
Wat is kwaliteit? Inwendige kwaliteit:
De naamgeving van planten en dieren
Vijvertuinen Ada hofman loozen
B. Stof 3 Hoofdthema’s in de Biologie
HAVO 4 Boek: biologie voor jou HAVO A
Hoofdstuk 7: Erfelijkheid
Bladverliezende heesters
Kruising waarbij 2 genenparen betrokken zijn
NOMENCLATUUR deel 1 samenstelling: E.J. Stoffels
ERFELIJKHEID.
Er wordt gekeken naar de overerving van één eigenschap.
13.3 Soorten veranderen Evolutie.
Dihybride kruising Kruising waarbij 2 genenparen betrokken zijn.
Plantlijst Loofhoutgewassen. door E.J. STOFFELS Bron: herkenning van loofhoutgewassen.
Extra oefenopgaven kruisingen 3 VWO. Belangrijke begrippen Genotype / fenotype (AA of aa) Homozygoot / Heterozygoot (Aa) Dominant (A) Recessief (a) Intermediaire.
Nomenclatuur van planten Plantenkennis basis. Volksnamen of officiële naam Volksnaam / plaats- of streekgebonden - verwarrend - Chinese roos / Hibiscus.
PLANTEN voortplanting
Klas 4 KGT Thema 4 Erfelijkheid
B1: Genotype en fenotype
ERFELIJKHEID.
6.1 Wat is genetische diversiteit?
Bladverliezende heesters Niveau 4 Groene Detailhandel
Charles Darwin 5 Evolutietheorie.
Fokkerij 1.1 Wat is genetica?.
Wat is genetica? (hfdst 1 van ELF)
Basisgenetica Les 2.
4.1 Wat zijn selectiepaden?
ERFELIJKHEIDSLEER.
Fokkerij 1.1 Wat is genetica?.
Bladverliezende heesters
Les 6 Replicatie: voortplanting en genomics
B) Ongeslachtelijke voortplanting
Hoofdthema’s in de biologie
Bladverliezende heesters
Sierbomen.
Fokkerij en voortplanting
Hybride rassen Voor- en nadelen
deel 1 naaldconiferen Abies, Picea, Pseudotsuga, Tsuga
ERFELIJKHEID.
Stoffels Sorbus- Wisteria
ERFELIJKHEID.
Generatief vermeerderen Vegetatief vermeerderen
Fokkerij 1.1 Wat is genetica?.
Stekken Bladstek Topstek/kopstek, Tussenstek,
Natuurlijke selectie.
Charles Darwin en de evolutietheorie
Vermeerdering.
4.1 Wat zijn selectiepaden?
1. Systematiek en naamgeving
2. Generatieve vermeerdering van planten
6.1 Wat is genetische diversiteit?
3. Vegetatieve vermeerdering van planten
Natuurgidsencursus Midden Limburg Flora
Natuurgidsencursus Midden Limburg Flora
Transcript van de presentatie:

NOMENCLATUUR deel 2 samenstelling: E.J. Stoffels (ej.stoffels@hetnet.nl) NOMENCLATUUR deel 2

CULTUURVARIËTEIT definities: Een cultuurvariëteit is een tot een cultuurgewas behorende groep planten die voor cultuurdoeleinden als een zelfstandige eenheid kan worden beschouwd Een cultuurvariëteit is een door bepaalde kenmerken of eigenschappen afwijkende groep planten die door (vegetatieve of generatieve cultuurmaatregelen in stand wordt gehouden

9. CULTUURVARIËTEIT: = ras = cultivar = cv.

9. CULTUURVARIËTEIT voorbeelden: bladkleur:

9. CULTUURVARIËTEIT voorbeelden: bloemkleur:

9. CULTUURVARIËTEIT voorbeelden: boomvorm: fastigiaat

9. CULTUURVARIËTEIT voorbeelden: takvorm: kronkelig

9. CULTUURVARIËTEIT voorbeelden: boomvorm: treurend

9. CULTUURVARIËTEIT voorbeelden: boomvorm: bol

9. CULTUURVARIËTEIT voorbeelden: heestervorm: bodembedekker

9. CULTUURVARIËTEIT voorbeelden: smaak: consumptiefruit

9.1 KLOON: Vegetatieve vermeerdering:

9.1 KLOON: alle nakomelingen zijn identiek

9.1 KLOON: ziektes verspreiden zich snel!

9.1 KLOON: ziektes verspreiden zich snel!

9.1 KLOON: ziektes verspreiden zich snel!

9.1 KLOON: ziektes verspreiden zich snel!

9.1 KLOON: ziektes verspreiden zich snel!

9.1 KLOON:

Vegetatieve vermeerderingsmethode: scheuren Aster

Vegetatieve vermeerderingsmethode: zomerstek hieltje Syringa vulgaris

Vegetatieve vermeerderingsmethode: zomerstek Rosa

Vegetatieve vermeerderingsmethode: zomerstek Lavandula

Vegetatieve vermeerderingsmethode: bladstek Begonia rex

Vegetatieve vermeerderingsmethode: winterstek Forsythia

Vegetatieve vermeerderingsmethode: aanaarden onderstammen b.v. van appel

Vegetatieve vermeerderingsmethode: afleggen Magnolia

Vegetatieve vermeerderingsmethode: dubbel afleggen Hydrangea paniculata

Vegetatieve vermeerderingsmethode: golvend afleggen Wisteria

Vegetatieve vermeerderingsmethode: copuleren onder- en bovenstam even dik

Vegetatieve vermeerderingsmethode: plakken onderstam dikker

Vegetatieve vermeerderingsmethode: terzijde zetten onder een lip onderstam dikker

Vegetatieve vermeerderingsmethode: driehoeks-enten kroonenten

Vegetatieve vermeerderingsmethode: spleet-enten vaststaande onderstam

Vegetatieve vermeerderingsmethode: oogenten (chip-budding)

Vegetatieve vermeerderingsmethode: oculeren struikrozen

Vegetatieve vermeerderingsmethode: invitrocultuur Robinia

10. HET WINNEN VAN NIEUWE CULTIVARS

10. 1 selectie uit zaailingen Picea pungens ‘Koster’ Picea pungens

10. 2 mutatie Mutaties zijn plotseling optredende veranderingen in planten of delen van planten. Clematis montana ‘Tetrarose’ a. optredend in de geslachtscellen (uit zich in de volgende generatie)

10. 2 mutatie Mutatie zijn plotseling optredende veranderingen in planten of delen van planten. a. Mutatie in een meristeem (monstrueuze vorm of sport) Acer negundo Acer negundo ‘Flamingo’ (mantelchimaer)

10. 3 stamselectie (populatie) Stamselecties zijn doorgevoerde selecties van zaailingen. De nakomelingen zijn constant, met een zeer geringe variatie. Toepassingen: Gazongrassen Rozenonderstammen Sommige boomkwekerijgewassen (b.v. Rode beuk)

Fagus sylvatica ‘Atropurpurea’ F 5, enz. Uiteindelijk is het nakomelingschap zo constant dat de nog voorkomende geringe variatie géén bezwaar meer oplevert.

10. 4 jeugdvorm Vegetatief vermenigvuldigde schubconiferen in de jeugdvorm waarin ze nog naaldvormige bladeren dragen volwassen vorm (schubben) normaal: uitgroei tot schubvorm jeugdvorm (naalden)

10. 4 jeugdvorm bij vegetatieve vermeerdering: de nakomelingen behouden de naaldvormige bladeren

10. 5 kruisingen (hybriden) a. geslachtskruising x Mahoberberis X Berberis Mahonia

10. 5 kruisingen (hybriden) b. soortkruising Sorbus x thuringiaca X Sorbus aucuparia Sorbus aria

10. 5 kruisingen (hybriden) c. entbastaard (entchimaer) Cytisus purpureus Laburnum anagyroides

10. 5 kruisingen (hybriden) c. entbastaard (entchimaer) + Laburnocytisus adamii Laburnum Cytisus + Laburnocytisus + Cytisus purpureus Laburnum anagyroides

10. 5 kruisingen (hybriden) c. F1-hybride (heterosis-teelt) Ouders worden gekruist in een plantenlaboratorium: de eerste generatie (F 1) blinkt uit in groei, vorm en uniformiteit. F1 F2 In de generatieve nateelt (F 2 en verder) splitsen ze zich uit in andere, afwijkende vormen. Begonia

11. Benaming van cultivars Cultivars worden geschreven met een hoofdletter en tussen enkelvoudige, bovenaan geplaatste aanhalingstekens: Prunus subhirtella ‘Autumnalis’ Vóór de naam mag de afkorting cv. worden geplaatst: Picea pungens cv. ‘Glauca’ Namen na 1959 gegeven moeten fantasienamen zijn, in een moderne taal gesteld: Picea pungens cv. ‘Koster’

11. Benaming van cultivars Handelssynoniemen zijn toegestaan: Wanneer de naam moeilijk uitspreekbaar is (vertalen): ‘Oiseau Bleu’ – ‘Blue Bird’ Persoonsnamen niet vertalen: dus niet ‘Charles’ – ‘Karl’ – ‘Karel’ Soms een geheel nieuwe naam: ‘Spitfire’ – ‘Frau Alfred von Mautner’ Patentgewassen hebben dikwijls twee namen: ‘Belfast’ ® – ‘Macci’ (® = merkenrechtelijk beschermd)

11. Benaming van cultivars Bijzonderheden: Vroeger hybridesoortnamen (zónder cv. naam): Aesculus x carnea – x Cupressocyparis leylandii Van deze cultuurhybriden bestaan weer selecties (nu wél met cv. naam): Aesculus x carnea ‘Briotii’ Vroeger bij hybriden: een nieuwe soortaanduiding (b.v. media, intermedia, hybrida): Berberis x media ‘Parkjuweel’ Nu: géén soortaanduiding, maar direct na de geslachtsnaam de cv. naam: Pyracantha ‘Orange Charmer’ Bij groepen cultuurhybriden: groepsnaam plus cv. naam: Tulipa (darwinhybriden) ‘Apeldoorn’