Blz. 142-143 Blok 6 3. Taalschat Tellagami intro padlet.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
De werkplaatsassistent
Advertisements

Een kijkje in de schatkist…
Veilig Internet Geef antwoord op de vragen en ontdek of jij veilig gebruik maakt van het internet!
Dialoogdag Ouderswerking Vlaams-Brabant
Een moodboard?.
HET CURRICULUM VITAE = VISTEKAARTJE NUMMER 2
Lessenreeks debatteren
6.2: Naar een Verenigde Staten van Europa
Wie heeft het meeste te zeggen? Nakijken Intro HC Opdracht Opdracht bespreken Huiswerk.
Geschiedenis havo 4 - een introductie
Verleden, heden en toekomst
Klik met de muis.
In deze presentatie kijk je naar een aantal filmpjes.
Wie beslist wat? 10 9 Wie beslist wat?
Thema 1 (Les 1a) Regels.
Interpreteren van data
MET DANK AAN COLLEGA’S IN DEN LANDE ! vee 2012
Activerende Opdrachten bij Archeologie voor pakket++s
Blz.42 Blok 2 3. Taalschat.
3. Taalschat Blz.16 Blok 1. Blz. 16 Blz. 17 Zoekwoorden: 1 e en laatste woord op een bladzijde in je woordenboek Blz. 17 Kaas - Kaars Lach - Lat.
Wie heeft het meeste te zeggen?
Blz.89 Blok 4 3. Taalschat.
2.1 zit er een dokter in de cel? Nakijken (ook vorige les) Intro HC Opdracht Opdracht bespreken Huiswerk.
Blok 6.
Blz. 98 Blok 4 5. Schrijfvaardig.
Woordraadstrategieën
Woordraadstrategieën
Welkom bij het mooiste vak van de wereld
Wat is geschiedenis en wat heb je eraan?
verhoudingen – breuken – procenten - kommagetallen
Flip de Proef Hoofdstuk 4 maar dan anders…. Wat is dat? Hoofdstuk 4 gaat over handig tellen. Dat gaan we proberen 's op een andere manier te doen. Ik.
Waarom? Je hebt de afgelopen lessen je interesses, vaardigheden en persoonlijkheid in kaart gebracht. Waar dat samenkomt, daar ligt je passie. Dat.
Luisteren. Belangrijke factor om met mensen in contact te staan. Hoe goed kun je luisteren? Wat zijn de voorwaarden om een goede gesprekspartner te zijn?
Inhoud Deze fase bestaat uit vier onderwerpen: 1.Interesse 2.Vaardigheden 3.Persoonlijkheid 4.Passie Je werkt toe naar het ontdekken van jouw passie.
Briant College Cursus woordenschat woordraadstragieën.
Miniles Spaans. Hola, me llamo ….. Vertel hoe je heet: hola, me llamo, ¿Y tú? Wie spreekt er al Spaans?Waarom zou je Spaans leren? Wie is er wel eens.
Miniles Spaans. Hola, me llamo ….. Vertel hoe je heet: hola, me llamo, ¿Y tú? Wie spreekt er al Spaans?Waarom zou je Spaans leren? Wie is er wel eens.
Woordjes leren.
H3.6, Nieuwe kansen 1 Boek blz. 40 t/m 69, ca. 8 weken 4. Geboorte- verhalen Gaat over geboorteverhal en die iets laten zien van het nieuwe begin dat hun.
Hoe maak je een werkstuk? Begin op tijd!!. Kies een leuk onderwerp  Denk aan een hobby, sport, beroep, stad of onderwerp uit een van de lesboeken van.
Muziekgeschiedenis 21 e eeuw Stijlen Een muziekstuk.
Optische illusies. Draait het rad naar links of rechts? 
Meest voorkomende vragen bij examenteksten.
Leven op een domein KA 10 hofstelsel.
Nakijken Opdracht 33a, 33b en 34a.
Meest voorkomende vragen bij examenteksten.
Creatief schrijven.
Ondernemingsvormen.
S/k/l interviewen.
Fictie 2.1 tijd.
4 HAVO wiskunde A hoofdstuk 4 n.a.v. de proef
Week 1, les 5.
Omschrijvingen en definities
Week 1, les 8 Ga zitten in de kring.
humor in reclame, werkt dat ?
Cursus 3.3 Hoe zijn rechten en plichten geregeld? Klas 2 KGT Lesweek 3
Mondeling Nederlands Cursus 1 – Module 2 Dag 1.
Vergelijkingen oplossen
THEMA 3  Toerisme .
Gedragsproblemen en stoornissen
BOUWEN LES: ORKAANHUIS.
Zichtbaarheid Creëren
Hoofdstuk 2 Paragraaf 3 Blz. 28 / 29.
foto 1:(kasteel) foto 2: torenkamer foto 3: foto 4: Nummer t/m 24.
volgende bladzijde terug
Images avec sagesse Ppsx-meta.

Leesvaardigheid Woordbetekenis Leesvaardigheid – Woordbetekenis.
Transcript van de presentatie:

Blz. 142-143 Blok 6 3. Taalschat Tellagami intro padlet

Taalschat Blz. 142-143 Leerdoel (2f): Je beschikt over genoeg woorden om je te kunnen uiten. Je moet soms een omschrijving gebruiken om een moeilijk woord uit te leggen. Je snapt moeilijk woorden in een verhaal (context) Je kunt afwisselen in woorden.

GEBRUIK JE WOORDENBOEK! Moeilijke woorden? GEBRUIK JE WOORDENBOEK!

Nakijken blz. 142 Opdracht 14 1 feilloos – foutloos 2 onberispelijk – keurig, netjes 3 permanent – voortdurend, blijvend 4 frequent – vaak 5 reguliere – gewone 6 mentaal – geestelijk 7 de dupe worden – benadeeld worden 8 cruciaal – doorslaggevend, beslissend 9 per se – beslist 10 peiling – bepalen waar iets zich bevindt  

Nakijken blz. 143 Opdracht 15 1 Griekenland Grieks Griekse olijven 2 Hongarije Hongaars Hongaarse goulash 3 Tsjechië Tsjechisch Tsjechische skipistes 4 Bulgarije Bulgaars Bulgaarse wijn 5 Malta Maltees Maltese visserij 6 Duitsland Duits Duitse vakantiegangers 7 Italië Italiaans Italiaanse kust 8 Portugal Portugees Portugese huizen 9 Zweden Zweeds Zweedse gehaktballetjes 10 Roemenië Roemeens Roemeense steden 11 Finland Fins Finse telefoonbedrijven 12 Estland Ests/Estisch Estse/Estische kronen

Herhaling blok 5

Herhaling blz. 115 1 designers – ontwerpers 2 protest – uiting van verzet 3 reportage – verslag van een journalist 4 historici – mensen die veel van geschiedenis weten 5 legendarische – historische, beroemde 6 grandioos – geweldig 7 souvenir – klein geschenk tot aandenken 8 primaire – aanvankelijk, eerste 9 inventariseren – op een rijtje zetten 10 informeel – niet officieel  

Herhaling blz. 115 Opdracht 14 Jasper en Monique zeggen dat we morgen een excursie hebben. (beweren) De loodgieter laat zien hoe het nieuwe een soldeerapparaat werkt. (demonsteren) Met een identiteitsbewijs kun je bewijzen wie je bent. (laten zien) Europa moet kijken op welke manier het de handel met dat land kleiner kan maken. (beperken) De meeste archeologische vondsten in die piramide zijn afkomstig uit de vorige eeuw. (stammen uit) Twee docenten zullen vaststellen of je voor het ingeleverde werk een voldoende krijgt. (bekijken)

Herhaling blz. 116 Opdracht 16 raden – gissen reinigen – schoonmaken afkijken – spieken arresteren – oppakken overgeven – kotsen proberen – trachten

Herhaling blz. 116 Opdracht 15 raadselachtig – vreemd reiziger – passagier kampeerauto – camper toilet – wc proefwerk – repetitie toespraak – redevoering kostuum – pak carrière – loopbaan ogenblik – moment fragment – gedeelte