Franse Les Les 3 Vorige les & huiswerk Voyages p. 37/38/39 Uitleg delend lidwoord Jean Ferrat Aujourd’hui nous sommes mercredi le 8 octobre
Vorige les & huiswerk Les nombres p. 17 Voyages p. 37/38 Huiswerk – devoirs Exercices 1 à 5 De powerpoint doorlopen. Phrases utiles oefenen (nuttige zinnen) Les nombres p. 17 Voyages p. 37/38 L’épicerie – dialogues
Werkwoorden oefenen met VERBUGA parl(er) être avoir faire aller prendre e suis ai fais vais prend s JE / J’ es as vas TU est a fait va prend IL /ELLE/ON ons sommes avons faisons allons prenons NOUS ez êtes avez faites allez prenez VOUS ent sont ont font vont pren nent ILS/ELLES Werkwoorden oefenen met VERBUGA
Delend lidwoord Extra oefeningen: L’article partitif Chanson les cornichons Delend lidwoord Wanneer wel? Als er geen lidwoord in het Nederlands staat. (Ik eet vlees.) Als het om een onbepaalde hoeveelheid gaat (Ik eet vlees.) le = du la = de la l’ = de l’ les = des Wanneer niet? Na een ontkenning pas…de Na een hoeveelheid 1 kg. de Na ‘aimer/détester j’aime le
Thuisopdracht - devoirs Exercices 6 à 8 De powerpoint doorlopen en extra oefeningen doen. Phrases utiles oefenen (nuttige zinnen) Luisteren naar Jean Ferrat – Quizlet woorden bekijken
Jean Ferrat – la montagne Quizlet la montagne