4.3 Oef. bij het bijwoordelijk participium dat lijkt me leuk!

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
De schaduw van Jan Harrie Geelen Querido.
Advertisements

De samengestelde zin.
Uitleg bijwoordelijke bepaling (bwb)
Uitleg meewerkend voorwerp (mv)
Gemaakt door Odessa koorevaar
Uitleg lijdend voorwerp (lv)
Kerstmis.
DE GOEDE WEEK verzamelviering.
MARKUS 2 vers 1 t/m 12 Toen Jezus enkele dagen later terugkwam in Kafarnaum, werd bekend dat Hij weer thuis was. Er stroomden zoveel mensen toe, dat er.
+ Goed Nieuws! | Iedereen-alles-open Vineyard Amersfoort | zondag 15 september 2013 Jan Bernard Struik.
Een blondine ging naar een
En God zag alles wat Hij gemaakt had, en zie, het was zeer goed. Gen
Dinsdag PASSIE met PETRUS Marcus 14 vers
Klik 1 x om de voorstelling te starten... Epauxè p
St. 7 B1 en 7B2 leren St. 7B1: adjectief als congruerende bepaling: 1. Bijgesteld adjectief 2. PN (gezegde) 3. BVG.
De visie is Jezus One for all.
Zacheüs Lucas 19:1-10.
De bloedbruidegom Exodus 4.
Genesis Genesis Hierna gebeurde het, dat God Abraham op de proef stelde. Hij zeide tot hem: Abraham, en deze zeide: Hier ben ik.
…..overrompeld door verdriet
Wie nodig je als eerste uit?
Het Paard Van Troje.
Het Spel Kaarten Tekst Gerard De Vries.
Overdenking 17 januari 2010 Vissen met Jezus n.a.v. Lukas 5:1-11.
Bidden: Les 5 God, hoort u mij?
Het meisje dat ging biechten bij de priester.
Er was eens een meisje die had 4 vrienden
7.6 Fut. contractum. p a 1. lu-s-w 2. lu-s-o-men 3. lu-s-e-te 4. lu-s-ein 5. lu-s-wn.
Oost-Vlaanderen (in Oost-Vlaams dialect)
‘Ik ben de ware wijnstok en mijn Vader is de wijn-bouwer.
Rode Rozen.
Mijn verjaardag..
- Het circus kwam in de stad en veel mensen kochten een kaartje om de voorstelling te zien.
De stem van God 2x Jozef: -Mattheus 2 vers Genesis 45 vers 1-7.
Lucas 18: Bijbel in Gewone Taal
"Als ogen spreken" Introductie. Wie is Jezus voor jou? En daarbij de vraag: Wie ben ik, jij?
Een relatie met God Hoe dan?.
Zondag 2 HC Franeker 13 september 2009
Preek Jakobus 2:
door groep 1-2 a basisschool De Bukehof
12.5 g p. 44 Oplossingen g p Toen de Grieken op het punt stonden weg te varen, werden ze door een god(in) verhinderd. mevllonteV £ oiJ EJllhneV.
Het was in de tweede wereldoorlog.
6.6 Oef. bij realis, irrealis, potentialis
Hallo! Neem jullie boek p. 39, dan maken we oef. g!
Zowat 30 veel gebruikte werkwoorden hebben een aorist zonder sigma = a-sigmatisch.
Agenda do. 26/5 oef. voc. (7.2) + oef. genitief (7.3) les: voc
P. 53 a W. Geerts 2011 © presents... exclusively for 3 GL.
Paulus en Israël Romeinen 9-11.
"Demaratus verzint een list"
Op het einde van de 6de eeuw v. C. is het Perzische Rijk gigantisch. Toch proberen de Perzen nog uit te breiden...
P. 65 a strand van Vai (Oost-Kreta). Theorie: leer kader p. 66 lidwoord + participium = naamwoordelijk part. (naamwoord = subst. of adjectief) 3 mogelijkheden.
5.1 Imperatief. kader p imperatief presens merk op: imperatief meervoud = indicatief mv. luv-einluvesqaiejpivstasq ai didovn ai enk lu:-eluv-ouejpivsta-sodivdou.
P. 55 a haven van Chania, Kreta. 1. jErwta/: oJ levwn tiv ouj bouvletai eijselqei:n. 1. De leeuw vraagt waarom hij niet wil binnenkomen. bouvletai : wijs.
1ste Paasdag 2015 Het graf is leeg! Voorganger: Ds. Marijn Rohaan
6.8 Optatief als vervanger van een indicatief leer STOICHEIA 9C.
O Heer, wat ben ik moe!.
Gods aanwezigheid ontdekken
Paragraaf 7: losstaand zinsgedeelte
1 Het goede leven En iemand uit de menigte zei tegen Hem: Meester, zeg tegen mijn broer dat hij de erfenis met mij moet delen. 14 Maar Hij zei tegen.
Waarom heb je zo weinig moed?.
God komt heel dichtbij En ze wikkelde hem in een doek en legde hem in een voederbak, omdat er voor hen geen plaats in de herberg was (Luc. 2:7)
Jezus reisde met Zijn discipelen door het land...
DE ZEGEN VAN EVANGELISATIE Huh?? Zegen??. WELK BEELD HEEFT U?
MensERGERje niet!. Terwijl Jerobeam in Bethel bij het altaar stond om reukwerk voor het gouden kalf te verbranden, kwam een profeet van de HERE.
VRIJDAG 4 MAART NEDERLANDS. PROGRAMMA 15 minuten lezen Herhalen hoofdstuk 4 Oefeningen maken (TEST of oefenen op de site NN)
De verlamde genezen Lucas 5: Lucas 19:10 Want de Zoon des mensen kwam om zoeken en te redden wat verloren is.
Wandelen (bewegen) in Gods genade.. Genade Identiteit Gevoel LIEFDE Verstand Heiliging Schuld.
Mopje… Ontwerp: Wsbrd Ontwerp: Wsbrd. Gemaskerd bal Een getrouwd stel was uitgenodigd voor een gemaskerd bal. Gemaskerd bal Een getrouwd stel was uitgenodigd.
God zei tegen Jona: “Ga naar Ninevé, de mensen daar doen allemaal gemeen.” Maar Jona dacht: ”Ik ga er met de boot vandoor, want Ninevé, daar ga ik mooi.
Blok III Jezus, Gods Zoon
Transcript van de presentatie:

4.3 Oef. bij het bijwoordelijk participium dat lijkt me leuk!

Oef. g p NeanivaV tiV ojvnon ejmisqwvsato wJV poreusovmenoV eijV th;n povlin. Een jongeman huurde een ezel om naar de stad te reizen. met welk doel?

2. Aujtw/: dhv, poreuomevnw/ dia; cwvraV ejrhvmou, hjkolouqei: oJ tou: ojvnou despovthV. 2. En zoals gebruikelijk, vergezelde de eigenaar van de ezel hem op zijn tocht door een verlaten streek. Wanneer...?

3. JHsucivan ajvgein boulovmenoi, skivan ejzhvtoun. 3. Omdat ze wilden rusten, zochten ze de schaduw op. Waarom...?

4. Kaivper pantacou: zhtou:nteV, skia;n oujdemivan euJ:ron, eij mh; tou: ojvnou. 4. Hoewel ze overal zochten, vonden ze geen schaduw, tenzij die van de ezel.. Ondanks wat...?

5. To;n neanivan, th/: tou: ojvnou skia:/ crh:sqai boulovmenon, katevscen oJ despovthV. 5. De eigenaar (ezeldrijver) hield de jongeman tegen, omdat/toen die de schaduw van de ezel wilde gebruiken. wanneer/waarom?

6. JO de; to;n neanivan ejvkwlue crhvsasqai tw/: ojvnw/ levgwn ` > 6. Hij probeerde de jongeman te verhinderen de ezel te gebruiken, door te zeggen: “De schaduw van de ezel heb ik aan jou niet verhuurd.” hoe?

7. JO de; neanivaV tw/: despovth/ oujc uJpecwvrhsen, wJV misqwsavmenoV oJvlon to;n ojvnon. 7. Maar de jongeman ging niet uit de weg voor de ezeldrijver, omdat hij heel de ezel gehuurd had. waarom? (subj. reden: wJV)

8. Tau:ta eijpw;n oJ DhmosqevnhV oijvkade ajph:lqen. 8. Nadat hij dat verteld had, ging Demosthenes naar huis. wanneer?

9. Kaivper polla; eijpw;n peri; th:V tou: Filivppou duvnamewV, oJ DhmosqevnhV tou;V jAqhnaivouV oujk ejvpeiqen. 9. Hoewel hij veel gezegd had over de macht van Philippos, slaagde D. er niet in de Atheners te overtuigen. ondanks wat?

10. PollavkiV ga;r ejvlegen` > 10. Want hij zei dikwijls: “Als jullie bereid zijn te luisteren, zullen jullie weten hoe jullie de stad zullen kunnen redden”. Wanneer/in welk geval?

11. OiJ d= jAqhnai:oi, aJvte ajnovhtoi ojvnteV, mevgiston kivndunon ejkinduvneuon. 11. Maar omdat de Atheners dwaas waren, liepen ze heel groot gevaar. Waarom?

Bijwoordelijk participium: kader p geen lidwoord 2. pres.: “terwijl...” aor.: “nadat...” fut.: “om te...” 3. functie van BVG

partikels kader p kaivper: hoewel 2. aJvte: omdat (objectief) 3. wJV + part. pres./aor.: omdat (subjectief) 4. wJV + part. fut.: om te...

opmerkingen kader p tijdbep. part. in nom.: EN KleivsaV th;n quvran ajph:lqen. Hij sloot de deur en ging weg. i.p.v Nadat hij de deur gesloten had ging hij weg 2. ejvcwn = met, labwvn = met

3. ontk. + modaal part.: “zonder te” Oujden legwn ajph:lqen. Zonder een woord te zeggen ging hij weg. 4. Losse genitief = bijw. part. ! part. van LG ~ subst. dat geen functie heeft in hoofdzin vb. ejmou: levgontoV, siwpa/.