Buitenlandse minderjarigen Ilse Derluyn Vakgroep Sociale Agogiek – Universiteit Gent
Terminologie “Vreemdeling”: EU – niet-EU Belg – niet-Belg Verblijfsdocumenten (precair, zonder documenten, definitief verblijf,…) Nieuwkomer, anderstalig Begeleid – niet-begeleid
“Bescherming” Wat betekent “bescherming”? (bescherming “waartegen”?) Enkel bescherming – of ook participatie? Wie participeert? Kind Ouders (NBBM!) Voogd Andere actoren (sociaal werkers, pleegouders, leerkrachten,…) Migratie-autoriteiten Actoren bijzondere jeugdzorg (IJH) Provisierechten?
Beïnvloedende factoren Traumatische ervaringen Dagelijkse & sociale stressoren (inclusief wooncontext, toekomstperspectief, discriminatie) Ongeacht tijd Kwalitatief Toekomstperspectief Verwachtingen School, sociaal netwerk Agency, participatie
Kader Kind of “vreemdeling”? Migratiepolitiek Kinderrechten
Indicatoren: visie Kwantiteit ≠ Kwaliteit! “5 B’s” (De Bie, 2006): Begrijpbaarheid Beschikbaarheid Bereikbaarheid Betaalbaarheid Bruikbaarheid
Indicatoren: concreet Kwaliteitsvolle leefomstandigheden (wooncontext, onderwijs, vrije tijd, psychosociale ondersteuning,…) aangepast aan noden, gezinscontext en ontwikkelingsleeftijd kind (“recht op bijstand”) (M.O.: gelijklopend aan opvang voor “Belgische” kinderen; gedifferentieerd en flexibel) Uitwerken van een toekomstperspectief aangepast aan de noden en mogelijkheden van kind & gezinscontext en met input van het kind, zijn/haar context en andere relevante actoren (“duurzame oplossing in het belang van het kind”) Kinderhandel (“bescherming tegen vormen van geweld – kinderhandel”) NBBM: voogdij (“tenlasteneming NBM”)