Occasionele assistent-scheidsrechters Voetbalseizoen 2010 - 2011 Occasionele assistent-scheidsrechters 1

Inhoud Doelstelling van deze cursus. Plaatsing en verplaatsing Bal in en uit het spel Signalisatie Buitenspelpositie en buitenspel Samenwerking met de scheidsrechter Vragen 2

Doelstelling van deze curcus Instructies geven aan alle collega’s die als (kandidaat) assistent-scheidsrechter occasioneel willen aantreden in 3de provinciale (klimmen en dalen). Hierdoor willen we bereiken: Kwaliteit van de prestaties verhogen. Uniformiteit in het aantreden als ass.-scheids. Correcte samenwerking met de scheidsrechter. 3

Plaatsing en verplaatsing Plaatsing bij beginschop 4

Plaatsing en verplaatsing Plaatsing gedurende de wedstrijd 5

Plaatsing en verplaatsing Plaatsing bij doelschop 1 2 3 6

Plaatsing en verplaatsing Plaatsing bij strafschop 7

Plaatsing en verplaatsing Plaatsing bij hoekschop kant assistent overkant assistent 8

Plaatsing en verplaatsing Plaatsing bij inworp (1) 9

Plaatsing en verplaatsing Plaatsing bij inworp (2) 10

Plaatsing en verplaatsing Plaatsing bij vrijschop in nabijheid van het doel 11

Plaatsing en verplaatsing Plaatsing tijdens het spel blijf op gelijke hoogte met de voorlaatste verdediger 12

Plaatsing en verplaatsing Continu proces concentratie op de bewegingen van de voorlaatste verdediger, vermijd dat je te veel het spel gaat volgen. Beweging Verplaats je steeds ter hoogte van voorlaatste verdediger. Zoveel mogelijk en oordeelkundig zijwaarts bewegen. Bij verplaatsing steeds de bal in het gezichtsveld houden. Fysische paraatheid Wij verwachten van de assistent scheidsrechter dat hij fysisch in orde is in staat is tot snelle ritmeveranderingen en demarrages. zich soepel beweegt, voor, zij- en achterwaarts. over voldoende uithouding beschikt om een volledige wedstrijd zich steeds accuraat te verplaatsen. Goede fysiek door regelmatige training. Dit is een zeer belangrijk aspect voor een goede voorbereiding op een wedstrijd. 13

De bal moet geheel en al over de doel- of zijlijn zijn Bal in en uit het spel De bal moet geheel en al over de doel- of zijlijn zijn 14

Signalisatie Steeds met aangezicht naar speelveld Neem uw verantwoordelijkheid: Niet aarzelen, toon overtuiging. Wijze van signalisatie: Inworp: In één tijd, vanuit stilstand, afwisselend met de arm gelijk aan de richting van de aanduiding. 15

Signalisatie Hoekschop, zowel op deel speelveld tussen zijlijn en doel, als op het andere deel: Vanuit stilstand (niet lopend) met vlag 45° naar beneden gericht. Indien men zeer dicht bij hoekschopvlag staat, een stapje achteruit gaan en dan aanduiden. 16

Signalisatie Doelschop, zowel op deel speelveld tussen zijlijn, als op het andere deel: Vanuit stilstand (niet lopend) met vlag 90° naar voor gericht in de richting van het speelveld. 17

Signalisatie Buitenspel Steeds in twee tijden: 1: Vlag verticaal, om aan te duiden dat het buitenspel is, tot scheidsrechter heeft gefloten. 2: Vlag, voor het lichaam in de richting van het speelveld, volgens de zone waar het buitenspel was. 18

Buitenspelpositie en buitenspel Definitie zich op de speelhelft (*) van de tegenstander dichter bij de doellijn bevinden dan de bal de voorlaatste verdediger Nooit bij doelschop hoekschop inworp (*) exclusief de middenlijn 19

Buitenspelpositie en buitenspel Het kan slechts buitenspel zijn als men vanuit buitenspelpositie vertrekt en hetzij actief deelneemt aan het spel het spel van de tegenstander beïnvloed voordeel haalt uit zijn buitenspelpositie In de praktijk oordeel bij het vertrek van de bal staat de speler in positiebuitenspel ? indien ja pas eerst de wait and see toe om te bepalen of het buitenspel is indien buitenspel aanduiding in 2 tijden 20

Buitenspelpositie en buitenspel Voorzet van een ploegmaat 21

Buitenspelpositie en buitenspel Voorzet van een ploegmaat 22

Buitenspelpositie en buitenspel Schot op doel 23

Buitenspelpositie en buitenspel Het spel van de tegenstrever hinderen 24

Buitenspelpositie en buitenspel Terugkaatsende bal van de doelverdediger 25

Samenwerking met de scheidsrechter Afspraken maken voor de wedstrijd. Vraag altijd naar instructies van de scheidsrechter, ook wanneer hij het niet automatisch uit zichzelf doet. De scheidsrechter zal met zijn instructies aangeven wat hij van jou als assistent verwacht en wat niet! Algemene en belangrijkste taak is dat je de scheidsrechter helpt en niet zelf beslissingen (fouten tijdens het spel) gaat nemen. Tijdens de wedstrijd: STEEDS VISUEEL CONTACT HOUDEN MET DE SCHEIDSRECHTER. Tegenstrijdige beslissingen met de scheidsrechter vermijden. 26

Samenwerking met de scheidsrechter Andere taken als assistent-scheidsrechter: Procedure vervangingen: Speler moet klaar staan, in uitrusting, aan de middenlijn. Eventueel scheidsrechter er attent opmaken via signalisatie. Controle op juwelen, beenbeschermers en voetbalschoenen. Signaleren van brutaliteiten buiten gezichtsveld scheidsrechter: Wees hier zeer voorzichtig, enkel voor ernstige feiten. Tracht te beoordelen dat er geen overdreven reacties zijn (uitlokken van fouten). Voel de sfeer van de wedstrijd aan. Gebruik hiervoor het noodsignaal. Neutrale zone: Wees hier preventief, niet agressief. Gezag opbouwen: (non) verbaal, discreet en wanneer nodig scheidsrechter roepen. Doe dit enkel bij een spelstilstand. 27

Vragen Bemerkingen 28

Een schitterend seizoen 2010-2011 toegewenst 29