min. = minuut m.a.w. = met andere woorden “We hebben alles geprobeerd om het te maken. Met andere woorden, het is niet gelukt.” ond. = onderwerp = wie of wat doet/is iets in de zin m = meter “jij bent 1m 72cm groot.” AN =algemeen Nederlands o.m. = onder meer 1.“We maken een groentetaart met onder meer courgette en ui”. 2. “ Aanwezig waren onder meer de voorzitter en de penningmeester”. pc = personal computer VRT = Vlaamse Radio- en Televisieomroeporganisatie d.w.z. = dat wil zeggen “Hij heeft zich overslapen, dat wil zeggen dat hij te laat gaat zijn op school.” EHBO = eerste hulp bij ongevallen km = kilometer ww. = werkwoord Bv. lopen, spelen, fietsen, lezen, slapen,… gsm = Global System for Mobile Communications enz. = enzovoort (uit wp.1) VTM = Vlaamse televisie maatschappij wc = watercloset o.a = onder andere = bijvoorbeeld “Er is veel om te eten onder andere broodjes, pizza, pasta,…” nl. = namelijk (uit wp. 1) = als verklaring, er wordt een reden gegeven “De bank is gesloten, het is namelijk zondag” d.w.z. EHBO VRT gsm EUR o.m. km tv ww. enz. nl. VTM wc ond. o.a m AN pc min. m.a.w.
Afkortingen met afkortingsteken Afkortingen zonder afkortingsteken d.w.z. EHBO VRT nl. VRT gsm d.w.z. EUR AN o.m. gsm km o.m. VTM tv wc ww. ond. enz. o.a. nl. EUR VTM km wc tv ond.o.a. ww. m pc enz. min. m m.a.w.AN min. m.a.w
Vrijdag toets van dit woordpakket!