Quiz
Vraag 1 In de chromosomen bevindt zich de informatie voor de erfelijke eigenschappen van een individu
Vraag 2 Het aantal chromosomen in een spiercelkern van persoon P verschilt van het aantal chromosomen in een spiercelkern van persoon Q
Vraag 3 In een Haploide cel komen de chromosomen in paren voor
Vraag 4 In een zaadcel komen de chromosomen enkelvoudig voor
Vraag 5 Een eicel van een mens bevat 23 chromosomen
Vraag 6 Een bevruchte eicel is diploid
Vraag 7 Info: De kern van een zenuwcel van een huisvlieg bevat 12 chromosomen Al deze 12 chromosomen zijn verschillend van vorm
De twee chromosomen in een paar zijn gelijk van vorm
Vraag 8 Info: De kern van een zenuwcel van een huisvlieg bevat 12 chromosomen De kern van een spiercel van een huisvlieg bevat 12 chromosomen
Vraag 9 Het uiterlijk maakt deel uit van iemands fenotype
Vraag 10 Een gen is een deel van een chromosoom dat de informatie bevat voor 1 erfelijke eigenschap
Vraag 11 Ieder chromosoom bevat 1 gen
Vraag 12 Alle genen in de chromosomen van een individu vormen het genotype van dat individu
Vraag 13 Het fenotype kan worden beinvloed door de temperatuur
Vraag 14 Een gen is hetzelfde als een allel
Vraag 15 Heterozygoot betekent dat het genenpaar voor een eigenschap bestaat uit twee ongelijke genen
Vraag 16 Als bij een individu een recessief gen volledig tot uiting komt in het fenotype, is het individu voor deze eigenschap homozygoot
Vraag 17 Een recessief gen komt altijd tot uiting in het fenotype
Vraag 18 Een individu met een intermediair fenotype is homozygoot voor deze eigenschap
Winnaar ???