Noord-Zuid, West-Rest of Centrum-Periferie Dekolonisatie van Afrika en Azië
Dekolonisatie van Afrika (cf. pp. 4-7 en doc. 1-8 in Unit Noord-Zuid) 1914: enkel Liberia en Ethiopië niet gekoloniseerd 1945: Egypte en Zuid-Afrika onafhankelijk; blanke overheersing in ZA (‘Apartheid’) tot begin jaren ’90 met president Nelson Mandela 1955: Bandoeng: Afrika ondervertegenwoordigd; later onafhankelijk dan Azië 1960: hét jaar van de onafhankelijkheid van de Afrikaanse staten 1975: ook Portugese en Spaanse kolonies onafhankelijk 1990: met Namibische onafhankelijkheid: sluitstuk van de Afrikaanse dekolonisatie
Congo (cf. pp. 8-9 en doc. 1-9 in Unit Noord-Zuid) Vroeger beheerst door Leopold II/België 30.6.1960: onafhankelijk; president Kasavubu (rechts-kath); 1ste minister Lumumba (‘Afrikaanse Castro’) wordt in 1961 vermoord 1960-1965: instabiliteit en Katangese secessie olv Tsjombe 1965: Mobutu aan de macht: pion van VSA, Be en Fr tegen communisme 1990: einde Koude Oorlog: Westen laat Mobutu vallen en steunt op nieuwe sterke man Kabila Jaren ’90-nu: Kabila sr. en Kabila jr. aan de macht: maar onstabiliteit en veel conflicten met buurstaten
1960-heden: instabiliteit troef (1) 1960: onafhankelijkheid olv charismatische leiders (Nkrumah, Nyerere) Daarna: vaak secessies, falen van democratisch experiment; gevolg: groeiende rol van het leger (militaire staatsgrepen!): voorbeeld Congo
1960-heden: instabiliteit troef (2) Instabiliteit en gewelddynamiek door: - geschillen over bestuur - vragen bij legitimiteit van het regime - etno-nationalisme en religie - secessies door vooral economische drijfveren - internationale grensgeschillen - betrokken in Koude Oorlog-conflict
1960-heden: instabiliteit troef (3) 1989-91: einde Koude Oorlog - einde Apartheidsregime in ZA - einde strijd in Angola en Mozambique - Zuid-Afrika en Nigeria: regionale machten door bodemrijkdommen - zeer instabiel van Hoorn van Afrika over Grote Meren naar Congo en Westkust - MOL’s: hoofdzakelijk Afrikaanse landen - rijkdom aan grondstoffen, maar economische kolonisatie (door globalisering?)
Dekolonisatie van Azië (1) 19de-20ste eeuw: vete moslims-hindoes in Britse kroonkolonie Indië; Gandhi: geweldloos verzet en burgerlijke ongehoorzaamheid 1947: ° India = hindoestaat ° Pakistan = moslimstaat maar geen duidelijkheid rond Kasjmir 1972: Pakistan opgesplitst in West- en Oost-Pakistan: hieruit groeien Pakistan en Bangla Desh
Dekolonisatie van Azië (2) 1949: - Mao wint van Tsjang - 1.10.1949: °Volksrepubliek China; Tsjang vlucht naar Taiwan: °Nationalistisch China: Koude Oorlog verdeelt - Indonesië onafhankelijk van Nederland (olv Soekarno) 1955: Afro-Aziatische conferentie van Bandoeng: ° NGL (Soekarno, Tito, Nehru, Nasser)
Dekolonisatie van Azië (3) WO II: Japan bezet Zuid-Oost-Azië: overal communistisch-nationalistisch verzet Viëtnam: - 1946-1954: strijd Frankrijk tegen Vietcong o.l.v. Ho Tsji Minh - 1954: Noord- en Zuid-Viëtnam - daarna: burgeroorlog - begin jaren ’60-1975: VSA in strijd:vreest domino- effect - 1975: republiek Viëtnam: communistisch; intussen ook een ‘Aziatische Tijger’ geworden