De problemen met het kwantitatieve lerarentekort vallen in het niet bij de dreigende daling in de kwaliteit van het pedagogisch didactisch handelen van het lerarencorps in het voortgezet onderwijs Wim van de Grift Onderwijs Research Dagen Groningen 2014
Het kwantitatieve tekort aan leraren in het voortgezet onderwijs Het lerarentekort in het voortgezet onderwijs wordt groter door De verhoging van het onderwijsniveau van de bevolking De vergrijzing van het lerarencorps De uitval van jonge leraren uit het beroep Het lerarentekort in het voortgezet onderwijs wordt kleiner omdat de uitval van jonge bevoegde leraren is kleiner dan verwacht door de afnemende instroom van 12-jarigen in het voortgezet onderwijs Na 2018 is het lerarentekort in het voortgezet onderwijs verwaarloosbaar Doordat het lerarentekort maar 4 jaar duurt zal het vooral tot taakverzwaring voor leraren leiden
Het pedagogisch didactische kwaliteit van leraren in het voortgezet onderwijs De pedagogisch didactische kwaliteit van het lerarencorps in het voortgezet onderwijs zal achteruit gaan doordat een grote groep oudere ervaren leraren vervangen wordt door jonge nog onervaren leraren De achteruitgang in kwaliteit gaat vooral ten koste van de moelijker pedagogisch didactische vaardigheden die nu net nodig zijn om adequaat te kunnen inspelen op De toegenomen heterogeniteit in het voorgezet onderwijs die is ontstaan doordat meer leerlingen naar HAVO en VWO gaan dan vroeger Wanneer we hier niet tijdig mee aan de slag gaan, dan gaan de (gemiddelde) prestaties van de leerlingen dalen, en dat heeft gevolgen voor onze economie
Leeftijden van leraren in het voortgezet onderwijs in 2010 (EaG, 2012) Vanaf 2016 gaat een grote groep zeer ervaren leraren het voortgezet onderwijs verlaten Zij worden vervangen door een kleine groep beginnende leraren Als we niets doen, leidt dat tot vergroting van het lerarentekort, en daling in de kwaliteit van het lerarencorps
% leerlingen dat naar HAVO of VWO gaat (CBS, statline) De afgelopen 23 jaar is 13% meer leerlingen naar havo en vwo gegaan Leerlingen die naar hogere opleidingen gaan, verblijven een jaar langer in het voortgezet onderwijs De verhoging van het onderwijsniveau van de bevolking draagt door dat extra jaar bij aan de groei van het lerarentekort
Uitval van beginnende leraren uit het beroep Ongeveer 25% van de beginnende leraren verlaat binnen 5 jaar de school waar ze hun loopbaan zijn begonnen (Centerdata, 2012; De Jonge & De Muijnck, 2002; OCW, 2003; 2010; Van Kregten & Moerkamp, 2004). Dit is overigens allerminst een specifiek Nederlands probleem (Algozzine, Gretes, Queen, Cowan-Hathcock, 2007; Andrews, Gilbert & Martin, ###; Ingersoll & Smith, 2003; Alliance for Excellent Education, 2004; Danielson, 2002). Maar hoe zijn die percentages precies opgebouwd?
Uitval van beginnende leraren uit het beroep Stoppen en hoppen Niet alle beginnende leraren die hun eerste baan verlaten, verlaten ook het beroep 14% hopt binnen 3 jaar naar een andere baan in het onderwijs en is dus niet voor het onderwijs verloren, en slechts 16% van de beginnende leraren verlaat binnen 3 jaar het beroep Bevoegd en onbevoegd Niet alle beginnende leraren zijn bevoegd 34% van de beginnende leraren is niet bevoegd is voor het geven van les in het voortgezet onderwijs, en slechts 66% van de beginnende leraren is afgestudeerd aan een universiteit of hogeschool Van de Grift, W. & Helms-Lorenz, M. (2013). Waarom verlaten zoveel beginnende leraren de school waar zij hun carrière begonnen. Van twaalf tot achttien, 23(8).
Uitval van beginnende leraren uit het beroep Als we de beginnende leraren uitsplitsen naar bevoegd en onbevoegd en dan naar stoppen en hoppen kijken, dan blijkt: ‘Slechts’ 9% van de afgestudeerde leraren verlaat binnen 3 jaar het beroep Van de Grift, W. & Helms-Lorenz, M. (2013). Waarom verlaten zoveel beginnende leraren de school waar zij hun carrière begonnen. Van twaalf tot achttien, 23(8). bevoegde leraren (n=222) onbevoegden (n=116) abs. % blijft in eerste baan 175 78.8 62 53.5 hopt binnen 3 jaar 27 12.2 20 17.2 stopt binnen 3 jaar 9.0 34 29.3 222 100.0 116
Instroom van 12-jarigen het voortgezet onderwijs in 2010 (CBS, STATline) Vanaf 2013 krimpt de instroom leerlingen van 207.000 geleidelijk naar 182.000 in 2020 Deze daling van bijna 12% zal het lerarentekort mitigeren
‘Optimistische’ schatting van de onvervulde vraag naar leraren in het voortgezet onderwijs (CentERdata, 2013, 66) Na 2018 zal het leraren-tekort in het voortgezet onderwijs verwaar-loosbaar zijn
Relatief eenvoudige mitigerende processen Wetend, dat het lerarentekort in het voortgezet onderwijs na 2018 verwaarloosbaar zal zijn (CentERdata, 2013), lopen we in de komende periode tot 2018 het risico dat beleidsmakers en bestuurders ‘aan de knoppen gaan draaien’: Langer doorwerken van ervaren leraren De klasgrootte verhogen Het aantal lesuren per docent verhogen Grotere inzet van ‘blended learning’ en video-onderwijs
Het ‘kwalitatieve’ lerarentekort Het probleem van het ‘kwalitatieve lerarentekort’ zou in het voortgezet onderwijs wel eens groter kunnen zijn dan het kwantitatieve tekort, dat na 2018 afgelopen is De beginnende leraren die de komende jaren de uitstromende ervaren leraren gaan vervangen, liggen in pedagogisch didactische vaardigheid nog ver achter bij de ervaren leraar Dit alles kan ten koste gaan van de prestaties van onze leerlingen
Pedagogisch didactische vaardigheid en ervaring van 1604 leraren in het voortgez. onderwijs (gemidd.=21.91; s.d.=6.85) Beginnende leraren liggen ongeveer twee derde standaard deviatie achter bij de gemiddelde leraar en zij liggen een volle standaard deviatie achter bij de ‘top’ leraar Van de Grift W.J.C.M. (2013). Betere leraren, beter onderwijs: Wat is nodig om over voldoende hoog gekwalificeerde leraren te kunnen beschikken? Schoolmanagement Totaal 15, 4-12.
Waarom is dit een serieus probleem? De kwaliteit van het pedagogisch didactisch handelen is niet alleen gerelateerd aan leerwinst maar ook aan het later inkomen van leerlingen Leerlingen van leraren die een standaard deviatie beter zijn, boeken 10% tot 25% meer leerwinst (Aaronson, Barrow & Sander, 2007; Brandsma & Knuver, 1989; Bosker & Witziers, 1996; Hanushek & Rivkin, 2010; Houtveen & Van de Grift, 2007a; 2007b; Kane & Staiger, 2008; Rivkin, Hanushek & Kain, 2005; Roeleveld, 2003; Rockoff, 2004; Wijnstra, Ouwens & Béguin, 2003) Leerlingen van leraren die een standaard deviatie beter zijn, verdienen op latere leeftijd gemiddeld 20.000 dollar meer (Hanushek, 2011)
Beroepservaring van leraren en leerlingprestaties Leigh, A. (2010). Estimating Teacher Effectiveness from two-year changes in students' test scores Economics of Education Review, 29, 480-488.
Het belangrijkste probleem is dus eigenlijk niet Wat kan gedaan worden om uitval van beginnende leraren uit het beroep te beperken? maar Wat kan gedaan worden om de ontwikkeling van pedagogisch didactische vaardigheden van net afgestudeerde en beginnende leraren te versnellen, en om de groep leraren met 20-25 jaar ervaring uit de dip te halen?
Pedagogisch didactische vaardigheid en ervaring (n=1604; gemiddelde=21.91; sd=6.85) Stel dat afstudeerders beginnende leraren, en leraren met veel ervaring 25% van een standaard deviatie zouden groeien in pedagogisch didactische vaardigheid Van de Grift W.J.C.M. (2013). Betere leraren, beter onderwijs: Wat is nodig om over voldoende hoog gekwalificeerde leraren te kunnen beschikken? Schoolmanagement Totaal 15, 4-12.
ICALT-Raschschaal ‘De leraar …’ n=1604 observaties Gemiddelde =21.91 toont in gedrag en taalgebruik respect voor leerlingen -5.57 2 geeft duidelijke uitleg van de leerstof -1.94 3 zorgt voor ontspannen sfeer -1.78 4 ondersteunt het zelfvertrouwen van leerlingen -1.05 5 geeft feedback aan de leerlingen -.99 6 zorgt voor een ordelijk verloop van de les -.95 7 zorgt voor wederzijds respect -.85 8 zorgt voor doelmatig klassenmanagement -.76 9 geeft goed gestructureerd les -.71 10 bevordert dat leerlingen hun best doen -.67 11 gebruikt leertijd efficiënt 12 gaat tijdens verwerking na of leerlingen opdrachten goed uitvoeren -.50 13 stelt vragen die leerlingen tot denken aanzetten -.42 14 betrekt alle leerlingen bij de les -.12 15 verduidelijkt bij de aanvang van de les de lesdoelen 16 hanteert werkvormen die leerlingen activeren -.04 17 duidelijke uitleg van didactische hulpmiddelen en opdrachten .16 18 stimuleert leerlingen om over oplossingen na te denken 19 gaat tijdens instructie na of leerlingen de leerstof hebben begrepen .23 20 stimuleert het zelfvertrouwen van zwakke leerlingen .36 21 zorgt voor interactieve instructie .65 22 moedigt kritisch denken van leerlingen aan 23 bevordert het toepassen van het geleerde .71 24 laat leerlingen hardop denken .81 25 leert leerlingen hoe complexe problemen te vereenvoudigen 1.26 26 gaat na of de lesdoelen werden bereikt 1.32 27 stimuleert het gebruik van controle activiteiten 1.54 28 leert leerlingen oplossingen checken 1.57 29 stemt de instructie af op relevante verschillen tussen leerlingen 1.79 30 vraagt leerlingen na te denken over strategieën bij de aanpak 1.82 31 biedt zwakke leerlingen extra leer-en instructietijd 1.86 32 stemt verwerking van leerstof af op verschillen tussen leerlingen 2.26 ICALT-Raschschaal ‘De leraar …’ n=1604 observaties Gemiddelde =21.91 Stand. deviatie=6.85 Van de Grift, W., Helms-Lorenz, M., & Maulana, R (2014). Teaching skills of student teachers: Calibration and validation of an observation instrument. Submitted
ICALT-Raschschaal ‘De leraar …’ (n=1604; gem=21.91; sd=6.85) toont in gedrag en taalgebruik respect voor leerlingen -5.57 1 geeft duidelijke uitleg van de leerstof -1.94 2 zorgt voor ontspannen sfeer -1.78 3 Veilig onderwijsleerklimaat ondersteunt het zelfvertrouwen van leerlingen -1.05 4 geeft feedback aan de leerlingen -.99 5 zorgt voor een ordelijk verloop van de les -.95 6 zorgt voor wederzijds respect -.85 7 zorgt voor doelmatig klassenmanagement -.76 8 geeft goed gestructureerd les -.71 9 bevordert dat leerlingen hun best doen -.67 10 Doelmatig klasmanagement gebruikt leertijd efficiënt 11 gaat tijdens verwerking na of leerlingen opdrachten goed uitvoeren -.50 12 stelt vragen die leerlingen tot denken aanzetten -.42 13 betrekt alle leerlingen bij de les -.12 14 verduidelijkt bij de aanvang van de les de lesdoelen 15 hanteert werkvormen die leerlingen activeren -.04 16 Duidelijke instructie duidelijke uitleg van didactische hulpmiddelen en opdrachten .16 17 stimuleert leerlingen om over oplossingen na te denken 18 startende leraar gaat tijdens instructie na of leerlingen de leerstof hebben begrepen .23 19 stimuleert het zelfvertrouwen van zwakke leerlingen .36 20 Activeren van leerlingen zorgt voor interactieve instructie .65 21 moedigt kritisch denken van leerlingen aan 22 grand mean bevordert het toepassen van het geleerde .71 23 laat leerlingen hardop denken .81 24 leert leerlingen hoe complexe problemen te vereenvoudigen 1.26 25 16-20 jr ervaring gaat na of de lesdoelen werden bereikt 1.32 26 stimuleert het gebruik van controle activiteiten 1.54 27 Leerlingen leren hoe te leren leert leerlingen oplossingen checken 1.57 28 stemt de instructie af op relevante verschillen tussen leerlingen 1.79 29 vraagt leerlingen na te denken over strategieën bij de aanpak 1.82 30 biedt zwakke leerlingen extra leer-en instructietijd 1.86 31 Afstemmen op verschillnen stemt verwerking van leerstof af op verschillen tussen leerlingen 2.26 32 Van de Grift, W., Helms-Lorenz, M., & Maulana, R (2014). Teaching skills of student teachers: Calibration and validation of an observation instrument. Submitted
We moeten niet alleen het niveau van het lerarencorps stabiel zien te houden; het niveau moet eigenlijk omhoog, want …
Er zijn nog andere gevolgen van de toename van het percentage leerlingen dat naar HAVO of VWO gaat De toename van het percentage leerlingen brengt met zich mee dat de havo en vo klassen heterogener worden de klassen in de basisberoepsgerichte leerweg homogener worden Onderzoeksbevindingen Goede leerlingen presteren beter in homogene klassen Zwakke leerlingen presteren beter in heterogene klassen Kulik & Kulik (1982); Lou, Abrami, Spence, Poulsen, Chambers, et al. (1996); Slavin (1996); Betts & Shkolnik (2000); Boaler, Wiliam & Brown (2000); Hallinan, Bottoms, Pallas & Palla (2003); Reezigt, Houtveen & Van de Grift (2001); Wiliam & Bartholomew (2004); Corno (2008) Maar het omgekeerde gebeurt! Dat betekent dat leraren meer maatwerk moeten leveren om dezelfde prestaties bij hun leerlingen te bereiken
De paradox van Niveauverhoging en Prestatiedaling hoger % leerlingen naar havo/vwo Niveau verhoging van ons onderwijs stelsel Toegenomen homogeniteit in basisber. leerweg Toename heterogeniteit in hogere VO-vormen meer zwak presterende leerlingen minder excellent presterende leerlingen Verlaging van de gemiddelde onderwijs prestaties
gemiddelde score wiskunde Gemiddelde prestaties van onze 15-jarigen (PISA 2000-2012) jaar gemiddelde score lezen bij PISA gemiddelde score wiskunde science % leerlingen dat naar havo en vwo gaat 2000 532 - 38.3 2003 513 538 2006 507 531 525 43.5 2009 508 526 522 44.1 2012 511 45.5
Beginnende leraren moeten sneller leren om Als we een dalende trend in de PISA-resultaten willen voorkomen, en door willen gaan met de verhoging van het onderwijsniveau van de bevolking, en dan moet de kwaliteit van het pedagogisch didactisch handelen van het lerarencorps niet gelijk blijven, maar omhoog Dat kan door zowel van net afgestudeerde leraren als van beginnende leraren te verlangen dat ze eerder leren: leerlingen te activeren leerlingen te leren hoe ze iets moeten leren, en vooral in te spelen op verschillen tussen leerlingen
Meedoen aan het groot landelijk longitudinaal onderzoek? De Rijksuniversiteit Groningen start binnenkort met longitudinaal onderzoek naar de professionele ontwikkeling van beroepsvaardigheden van (beginnende) leraren Als wilt deelnemen, neem dan contact op met: W.J.C.M.van.de.Grift@RUG.NL of M.Helms-Lorenz@RUG.NL Deze PowerPoint is te vinden op: http://www.rug.nl/staff/w.j.c.m.van.de.grift/research
ICALT-Raschschaal ‘De leraar …’ (n=1604; gem=21.91; sd=6.85) toont in gedrag en taalgebruik respect voor leerlingen -5.57 1 normering geeft duidelijke uitleg van de leerstof -1.94 2 zorgt voor ontspannen sfeer -1.78 3 Veilig onderwijsleerklimaat ondersteunt het zelfvertrouwen van leerlingen -1.05 4 geeft feedback aan de leerlingen -.99 5 zorgt voor een ordelijk verloop van de les -.95 6 zorgt voor wederzijds respect -.85 7 halverwege opleiding zorgt voor doelmatig klassenmanagement -.76 8 geeft goed gestructureerd les -.71 9 bevordert dat leerlingen hun best doen -.67 10 Doelmatig klasmanagement gebruikt leertijd efficiënt 11 gaat tijdens verwerking na of leerlingen opdrachten goed uitvoeren -.50 12 stelt vragen die leerlingen tot denken aanzetten -.42 13 betrekt alle leerlingen bij de les -.12 14 verduidelijkt bij de aanvang van de les de lesdoelen 15 hanteert werkvormen die leerlingen activeren -.04 16 Duidelijke instructie duidelijke uitleg van didactische hulpmiddelen en opdrachten .16 17 stimuleert leerlingen om over oplossingen na te denken 18 gaat tijdens instructie na of leerlingen de leerstof hebben begrepen .23 19 startende leraar stimuleert het zelfvertrouwen van zwakke leerlingen .36 20 Activeren van leerlingen zorgt voor interactieve instructie .65 21 1-5 jr ervaring moedigt kritisch denken van leerlingen aan 22 gemiddelde leraar bevordert het toepassen van het geleerde .71 23 6-15 jr ervaring laat leerlingen hardop denken .81 24 leert leerlingen hoe complexe problemen te vereenvoudigen 1.26 25 16-20 jr ervaring gaat na of de lesdoelen werden bereikt 1.32 26 stimuleert het gebruik van controle activiteiten 1.54 27 Leerlingen leren hoe te leren leert leerlingen oplossingen checken 1.57 28 stemt de instructie af op relevante verschillen tussen leerlingen 1.79 29 vraagt leerlingen na te denken over strategieën bij de aanpak 1.82 30 biedt zwakke leerlingen extra leer-en instructietijd 1.86 31 Afstemmen op verschillnen stemt verwerking van leerstof af op verschillen tussen leerlingen 2.26 32
ICALT-Raschschaal ‘De leraar …’ n=1604 gem=21.91 sd=6.85 toont in gedrag en taalgebruik respect voor leerlingen -5.57 2 geeft duidelijke uitleg van de leerstof -1.94 3 zorgt voor ontspannen sfeer -1.78 4 ondersteunt het zelfvertrouwen van leerlingen -1.05 5 geeft feedback aan de leerlingen -.99 6 zorgt voor een ordelijk verloop van de les -.95 7 zorgt voor wederzijds respect -.85 8 zorgt voor doelmatig klassenmanagement -.76 9 geeft goed gestructureerd les -.71 10 bevordert dat leerlingen hun best doen -.67 11 gebruikt leertijd efficiënt 12 gaat tijdens verwerking na of leerlingen opdrachten goed uitvoeren -.50 13 stelt vragen die leerlingen tot denken aanzetten -.42 14 betrekt alle leerlingen bij de les -.12 15 verduidelijkt bij de aanvang van de les de lesdoelen 16 hanteert werkvormen die leerlingen activeren -.04 17 duidelijke uitleg van didactische hulpmiddelen en opdrachten .16 18 stimuleert leerlingen om over oplossingen na te denken 19 gaat tijdens instructie na of leerlingen de leerstof hebben begrepen .23 20 stimuleert het zelfvertrouwen van zwakke leerlingen .36 21 zorgt voor interactieve instructie .65 22 moedigt kritisch denken van leerlingen aan 23 bevordert het toepassen van het geleerde .71 24 laat leerlingen hardop denken .81 25 leert leerlingen hoe complexe problemen te vereenvoudigen 1.26 26 gaat na of de lesdoelen werden bereikt 1.32 27 stimuleert het gebruik van controle activiteiten 1.54 28 leert leerlingen oplossingen checken 1.57 29 stemt de instructie af op relevante verschillen tussen leerlingen 1.79 30 vraagt leerlingen na te denken over strategieën bij de aanpak 1.82 31 biedt zwakke leerlingen extra leer-en instructietijd 1.86 32 stemt verwerking van leerstof af op verschillen tussen leerlingen 2.26 ICALT-Raschschaal ‘De leraar …’ n=1604 gem=21.91 sd=6.85
ICALT-Raschschaal ‘De leraar …’ n=1604 gem=21.91 sd=6.85 toont in gedrag en taalgebruik respect voor leerlingen 1 normering geeft duidelijke uitleg van de leerstof 2 zorgt voor ontspannen sfeer 3 ondersteunt het zelfvertrouwen van leerlingen 4 geeft feedback aan de leerlingen 5 zorgt voor een ordelijk verloop van de les 6 zorgt voor wederzijds respect 7 halverwege opleiding zorgt voor doelmatig klassenmanagement 8 geeft goed gestructureerd les 9 bevordert dat leerlingen hun best doen 10 gebruikt leertijd efficiënt 11 gaat tijdens verwerking na of leerlingen opdrachten goed uitvoeren 12 stelt vragen die leerlingen tot denken aanzetten 13 betrekt alle leerlingen bij de les 14 verduidelijkt bij de aanvang van de les de lesdoelen 15 hanteert werkvormen die leerlingen activeren 16 duidelijke uitleg van didactische hulpmiddelen en opdrachten 17 stimuleert leerlingen om over oplossingen na te denken 18 gaat tijdens instructie na of leerlingen de leerstof hebben begrepen 19 startende leraar stimuleert het zelfvertrouwen van zwakke leerlingen 20 zorgt voor interactieve instructie 21 1-5 jr erv. moedigt kritisch denken van leerlingen aan 22 gem. leraar bevordert het toepassen van het geleerde 23 6-15 jr ervaring laat leerlingen hardop denken 24 leert leerlingen hoe complexe problemen te vereenvoudigen 25 16-20 jr ervaring gaat na of de lesdoelen werden bereikt 26 stimuleert het gebruik van controle activiteiten 27 leert leerlingen oplossingen checken 28 stemt de instructie af op relevante verschillen tussen leerlingen 29 vraagt leerlingen na te denken over strategieën bij de aanpak 30 biedt zwakke leerlingen extra leer-en instructietijd 31 stemt verwerking van leerstof af op verschillen tussen leerlingen 32 ICALT-Raschschaal ‘De leraar …’ n=1604 gem=21.91 sd=6.85 Van de Grift, W., Helms-Lorenz, M., & Maulana, R (2014). Teaching skills of student teachers: Calibration and validation of an observation instrument. Submitted
Veilig onderwijsleerklimaat bieden toont in gedrag en taalgebruik respect voor leerlingen 1 geeft duidelijke uitleg van de leerstof 2 zorgt voor ontspannen sfeer 3 ondersteunt het zelfvertrouwen van leerlingen 4 geeft feedback aan de leerlingen 5 zorgt voor een ordelijk verloop van de les 6 zorgt voor wederzijds respect 7 zorgt voor doelmatig klassenmanagement 8 geeft goed gestructureerd les 9 bevordert dat leerlingen hun best doen 10 gebruikt leertijd efficiënt 11 -1sd startende leraar gaat tijdens verwerking na of leerlingen opdrachten goed uitvoeren 12 stelt vragen die leerlingen tot denken aanzetten 13 betrekt alle leerlingen bij de les 14 verduidelijkt bij de aanvang van de les de lesdoelen 15 hanteert werkvormen die leerlingen activeren 16 duidelijke uitleg van didactische hulpmiddelen en opdrachten 17 stimuleert leerlingen om over oplossingen na te denken 18 gaat tijdens instructie na of leerlingen de leerstof hebben begrepen 19 stimuleert het zelfvertrouwen van zwakke leerlingen 20 zorgt voor interactieve instructie 21 Grand mean moedigt kritisch denken van leerlingen aan 22 bevordert het toepassen van het geleerde 23 16-20 jr ervaring laat leerlingen hardop denken 24 leert leerlingen hoe complexe problemen te vereenvoudigen 25 gaat na of de lesdoelen werden bereikt 26 stimuleert het gebruik van controle activiteiten 27 leert leerlingen oplossingen checken 28 stemt de instructie af op relevante verschillen tussen leerlingen 29 vraagt leerlingen na te denken over strategieën bij de aanpak 30 biedt zwakke leerlingen extra leer-en instructietijd 31 stemt verwerking van leerstof af op verschillen tussen leerlingen 32 +1sd Veilig onderwijsleerklimaat bieden Efficiënt klasmanagement Heldere instrructie Activeren van leerlingen Leerlingen leren hoe iets te leren Inspelen op verschillen tussen leerlingen