De tweede helft van de 17e eeuw

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
De Gouden Eeuw De 17e eeuw
Advertisements

De Tijd van Regenten en vorsten
Hoofdstuk 4.
Geschiedenis van de democratische rechtsstaat in Nederland
Johan de Witt en Willem III
17de eeuw (1.3) Politieke rechten De Republiek was een Statenbond zonder sterk centraal gezag Dat leidde tot -moeizame besluitvorming (tijdrovend) -een.
De Republiek in een tijd van vorsten De Republiek verliest haar voorsprong § 4.3.
De Republiek in een tijd van vorsten Een Gouden Eeuw voor de Republiek § 4.2.
Hoofdstuk 3: 1588 – 1648 De Gouden Eeuw
Revolutie in Nederland
De Bataafse Revolutie Paragraaf 2.5.
Paragraaf 6.3 Vorige les: De Gouden Eeuw Deze les: - bezoek
4. PERIODE De Republiek ontstaat als internationaal erkende staat
3. Periode De vestiging van de Republiek
4.1 De opkomst van Engeland en Frankrijk. 1. Frankrijk / Politiek  Lodewijk XIV - Al zeer jong op de troon - Absolute monarch.
4.4 Het einde van de Gouden Eeuw
4.3 Stadhouder-koning Willem III
4.2 Het Eerste stadhouderloze tijdperk
Onder de jonge Edward VI had de Anglicaanse kerk een protestante leer gekregen Het protestantisme was in Engeland gered door de ondergang van de Spaanse.
De Republiek in een tijd van vorstenH4.3 Stadhouder-koning Willem III Karel II was familie van Lodewijk XIV en wilde ook een absolute koning worden Hij.
6 De Republiek in Europa.
Frankrijk Politiek- I: Koning Lodewijk de XIVde had de adel buiten spel gezet en was een absolute vorst. Hij zou zijn macht van God gekregen hebben;
De Republiek in een tijd van vorsten Een Gouden Eeuw voor de Republiek § 3.1.
De Republiek in een tijd van vorsten Een Gouden Eeuw voor de Republiek § 4.3.
De Republiek in een tijd van vorsten Een Gouden Eeuw voor de Republiek § 3.3.
De Republiek in een tijd van vorsten
Geschiedenis van de democratische rechtsstaat in Nederland
De Republiek in een tijd van vorsten
De Republiek in Europa Les 23: Bestuur & macht in Europa
INTERNATIONALE POLITIEK VAN DE REPUBLIEK Woord & Beeld bij 3.2.
Absolutisme.
Politieke bloei.
Lodewijks oorlogen.
Tijd van Pruiken en Revoluties
Paragraaf 5.3 De macht van vorsten.
Vrijheidsrechten en politieke rechten in Nederland
Hoe heette Nederland? Republiek der Verenigde Provinciën
3.2 Internationale politiek;Spanje
De economie in de Zilveren Eeuw
Centraal Examen De Republiek in een tijd van vorsten.
6 De Republiek in Europa.
Paragraaf 3.2 Nederland en Europa.
In de 17de eeuw werd Frankrijk langzaam het machtigste land van Europa
Goed voorbereid naar de Pabo!
Leg uit welk schilderij hoort bij de Republiek en waarom je dat denkt.
Dankzij de welvaart van de Republiek konden de Gewesten ook steeds meer een vuist maken tegen Spanje. Ook zat het mee dat de Spanjaard op meerdere fronten.
Hoofdstuk 3: Regenten en Vorsten
De opkomst van nationale staten
VROEG MODERNE TIJD De bijzondere plaats in staatkundig opzicht en de bloei in economisch en cultureel opzicht van de nederlandse republiek.
Hoofdrolspelers HC1 De Republiek ( )
Rond 1500 was Europa een standenmaatschappij
1572 Alva begint oorlog tegen opstandige gewesten
Republiek in de Gouden eeuw
Context 1 De Republiek der Zeven Verenigde Nederland
De Opstand in de Nederlanden
Herhaling hst 5 Vroegmoderne tijd - ( n. Chr.) Renaissance
Bestuur Europa 18 e eeuw. Frankrijk 18 e eeuw Welke drie standen waren er in Frankrijk in de 18 e eeuw? Hoe zie je deze standen vertegenwoordigd op de.
Stad in Storm Een kijkje achter de schermen. Het verhaal Het verhaal speelt zich af tussen 1672 en 1674 in Utrecht. De Republiek der Zeven Verenigde Provinciën.
H7 Pruiken en revoluties§7.2 Het ancien régime Wat moet je weten aan het einde van de les? -Hoe Frankrijk er politieke en economisch voorstond in de 18.
Historische overzicht Bataafse Revolutie
Machthebbers in Europa
Regenten en vorsten 3.2 Nederland en Europa
Leg uit welk schilderij hoort bij de Republiek en waarom je dat denkt.
Regenten en vorsten 2.1 Machthebbers in Europa
Regenten en vorsten 3.1 Machthebbers in Europa
Regenten en vorsten 2.2 De Gouden Eeuw
Regenten en vorsten Hoofdstuk 3 Par. 1,2,3,5.
Tijd van Regenten en Vorsten 1600 – 1700
Machtsbasis Twee elkaar versterkende monopolies
§6.2 Nederland en Europa In deze presentatie leer je over:
Transcript van de presentatie:

De tweede helft van de 17e eeuw Het zit de Republiek tegen!

Centralisatiepoging van Willem II Willem II liet in de zomer van 1650 een aantal regenten gevangen zetten. Hij was niet tevreden met bezuinigingen op het leger Hij wilde meer macht en vooral de verdraagzaamheid van de regenten t.a.v. de katholieken zat hem dwars

Strijd tegen de regenten In 1650 pleegde hij een staatsgreep Hij zette zijn tegenstanders gevangen Een veldtocht tegen Amsterdam mislukte, maar zijn grootste tegenstanders daar moesten wel aftreden Was Willem op weg naar het koningschap??? Najaar 1650 overleed hij aan de pokken

De Ware Vrijheid De regenten waren nu wel klaar met de Oranjes Raadspensionaris Johan de Witt verwees in zijn Deductie (1654) het stad- houderschap naar de prullenmand Eerste Stadhouderloze Tijdperk (1650-1672)

Machtswisseling in Engeland Na de burgeroorlog kwam in Engeland Cromwell aan de macht (1649) Hij kondigde de Acte van Navigatie af in 1651: zeer nadelig voor de handel van de Republiek! Een paar jaar na zijn dood haalden de Engelsen de zoon van hun onthoofde koning binnen: Karel II (1660)

Machtswisseling in Frankrijk In 1643 werd Lodewijk XIV koning van Frankrijk, hij was 4 jaar oud. Al opgroeiend vormde hij zijn levensdoel: - grenzen Frankrijk uitbreiden tot Maas en Rijn - hij was de verpersoonlijking van Frankrijk - alleen hij bepaalde wat er moest gebeuren - de Franse economie moest beschermd worden door hoge invoertarieven Lodewijk XIV was het schoolvoorbeeld van absolutisme

So you think you can dance!

De Republiek en Engeland Engeland bleef de grootste handelsconcurrent. Twee handelsoorlogen werden uitgevochten tussen 1652 en 1667 De eerste leverde voor de Republiek niets op De Staten van Holland beloofden Cromwell dat ze geen Oranje meer tot stadhouder zouden benoemen (1654)

De Republiek op het hoogtepunt? In 1660 werd Karel II Stuart koning van Engeland Tijdens de Tweede Engelse Oorlog (1665-1667) bleek de vloot van de Republiek sterker Hoogtepunt was de tocht naar Chatham in 1667

Einde Tweede Engelse Oorlog Na de tweede oorlog werd de Vrede van Breda gesloten (1667) De Acte van Navigatie werd versoepeld Nieuw Amsterdam werd geruild tegen Suriname

Karel II en Lodewijk XIV Karel voerde een dure hofhouding en werd gesponsord door Lodewijk XIV Ze sloten samen in 1670 een geheim verdrag tegen de Republiek Lodewijk haalde de bisschoppen van Keulen en Munster ook bij het verdrag Daar wist Johan de Witt niets van!

Rampjaar 1672 Lodewijk en de beide bisschoppen vielen de republiek binnen. Doel: verovering De Engelsen zouden het westelijke deel mogen hebben Maar de vloot wist een Engelse invasie tegen te houden

Reddeloos, redeloos, radeloos Willem III werd in allerijl tot stadhouder benoemd Johan de Witt en zijn broer Cornelis werden slachtoffer van de volkswoede..of van de schutterij Alleen de Waterlinie voorkwam verovering

De Waterlinie werkt!

Willem III Met veel moeite drong Willem III de Franse troepen terug Als stadhouder kreeg hij meer controle dan zijn voorgangers Als bevelhebber bleef hij oorlog voeren tegen Lodewijk XIV, de coalitieoorlogen. In 1677 trouwde hij met prinses Mary, de Engelse troonopvolgster.

1688 In 1685 werd Willems katholieke schoonvader Jacobus II koning van Engeland De geloofskwestie leidde tot ruzie met het parlement In 1688 kreeg Jacobus een zoon! Nu kwamen ze nooit meer van de Stuarts af Tenzij er ingegrepen werd!

Glorious revolution In 1688 zette Willem III zijn schoonvader af Hij en Mary werden nu koning en koningin van Engeland In de Bill of Rights werden de bevoegdheden van koning en parlement vastgelegd. Willem bleef koning tot zijn dood in 1702

Achteruitgang van de Republiek De Republiek had weinig aan dit succes De Acte van Navigatie bleef in tact Ook het Franse mercantilisme zat de Republiek dwars De oorlogen van Willem III stuwden de belastingen en de staatsschuld omhoog Terwijl door de economische krimp de belastingopbrengst daalde