Driehoeken K v Dorssen
De hoekensom Van elke driehoek zijn de hoeken bij elkaar opgeteld 180 graden. Dit is áltijd zo Klik hier
En wat je hiermee kunt… Je kunt als je twee hoeken weet de overige hoek uitrekenen Voorbeeld: Dus hoek C = 180 – 90 – 60 = 30 graden Hoek A = 90 graden Hoek B = 60 graden
Let op bij bijzondere driehoeken! Gelijkbenige driehoeken: Gelijkzijdige driehoeken: Hoek C = 90 graden Hoek A = Hoek B Hoek A + Hoek B = 180 – 90 = 90 graden Hoek A (en hoek B!) = 90 : 2 = 45 graden Hoek A = Hoek B = Hoek C Dus 180 graden : 3 = 60 graden
Combinatie tussen bijzondere lijnen en hoekensom Bereken ∠ D1 Lijnstuk AD is een deellijn/bissectrice Dus ∠ A1 = ∠ A2 = 82° : 2 = 41° In ∆ACD: ∠ D1 = 180° – ∠ C – ∠ A1 ∠ D1 = 180 ° – 46° – 41° ∠ D1 = 93°
Combinatie tussen bijzondere lijnen en hoekensom Bereken de hoeken van ∆ABD Gegevens: ∠ A2 = 82° : 2 = 41° ∠ D2 = 180° - ∠ D1 ∠ D2 = 180° - 93° = 87° In ∆ABD: ∠ B = 180° – ∠ D2 – ∠ A2 ∠ B = 180 ° – 87° – 41° ∠ B = 52°
Overstaande hoeken Bereken ∠ ? ∠ H = 180° - 119° = 61° ∠ I = 180° - 98° = 82° Dus ∠ C = 180° - ∠ I - ∠ H ∠ C = 180° - 61° - 82° = 37° ∠ C = ∠ ? ∠ ? = 37°
F-hoeken en Z-hoeken
F-hoeken en Z-hoeken
F-hoeken en Z-hoeken
Voorbeelden