"Ongestoord voort" Ede 21 april 2004 Leren spellen S limme oefeningen en het bevorderen van het spellingbewustzijn Anna M. T. Bosman KU Nijmegen
Experiment 1 Een vergelijking van instructiemethoden
Experiment 1 Woordjes
Experiment 1 Instructies & Deelnemers
Experiment 1 Trainingsfouten
Experiment 1 Prestaties ‘Groep 3’
Experiment 1 Conclusies 4 Lezen is de minst effectieve instructie 4 Visueel Dictee (uit het hoofd opschrijven) is het meest effectief voor alle leerlingen 4 Het spellingniveau bepaalt mede de effectiviteit van een instructie
Experiment 2 Visueel dictee op het regulier en speciaal onderwijs
Experiment 2 Woordjes
Experiment 2 Instructie & Deelnemers Visueel Dictee
Experiment 2 Prestaties ‘LOM-leerlingen’
Experiment 2 Prestaties ‘MLK-leerlingen’
Experiment 2 Prestaties ‘ZMOK-leerlingen’
Experiment 2 Prestaties ‘Alle deelnemers’
Experiment 2 Conclusies 4 Visueel dictee is effectief voor alle type leerlingen 4 Visueel dictee is vooral effectief voor woorden zoals ‘blauwbaard’ 4 Het type leerling bepaalt mede de effectiviteit van een instructie
Experiment 3 Lezen-zoals-het-hoort vergeleken met Lezen-wat-er-staat
Experiment 3 Woordjes
Experiment 3 Instructies & Deelnemers
Experiment 3 Prestaties ’Regulier onderwijs’
Experiment 3 Prestaties ‘Speciaal onderwijs’
Experiment 3 Conclusies 4 Lezen-wat-er-staat is voor alle leerlingen effectiever dan lezen-zoals-het-hoort 4 De spelling beklijft goed bij leerlingen uit het regulier onderwijs 4 De spelling beklijft minder goed bij leerlingen uit het speciaal onderwijs
Experiment 4 Lezen-wat-er-staat vergeleken met de PLUS-variant
Experiment 4 Woordjes * Kieviet na 1998
Experiment 4 Instructies & Deelnemers LOM-leerlingen
Experiment 4 Prestaties ‘Goede spellers’
Experiment 4 Prestaties ‘Zwakke spellers’
Experiment 4 Prestaties ‘Transfertest’
Experiment 4 Conclusies experiment 4 4 Lezen-wat-er-staat beklijft met een verlengde training ook bij leerlingen uit het speciaal onderwijs 4 De zwakke leerlingen leren evenveel als de goede 4 Het oefenen van de ‘rare’ uitspraak draagt bij aan de effectiviteit van de methode 4 Transfer is makkelijker voor de goede spellers en als de ‘rare’ uitspraak is geoefend
Experiment 5 Een vergelijking van spelfouten in opstellen en dictees
Experiment 5 Deelnemers
Experiment 5 Opdracht 4 Elke leerling schreef eerst een opstel 4 Van elk kind werd een goed-gespeld en een fout-gespeld woord geselecteerd 4 Tenslotte werd een dictee afgenomen bij alle leerlingen. Dit dictee bestond uit de geselecteerde goed- en fout-gespelde woorden van elke leerling uit de groep
Experiment 5 Prestaties op opstel en dictee
Experiment 5 Vergelijking van dictee en opstel
Experiment 5 Conclusies 4 Een kwart (26%) van de spellingen van alle leerlingen is instabiel (‘Goed-Fout’ of ‘Fout- Goed’) 4 Leerlingen schrijven woorden in een dictee beter dan in een opstel, omdat zij mogelijk –worden geholpen door een formele voorleesstijl 4 Alle leerlingen maken meer fouten in hun dictee dan in hun opstel, omdat zij zich mogelijk –bewust zijn van wat ze wel en wat ze niet kunnen
Experiment 6 Bevorderen van het spellingbewustzijn
Experiment 6 Woordjes 4 Woorden van de voor- en natoets waren 200 woorden geselecteerd uit de SVS-2 en het PI-dictee voor de groepen Het materiaal voor de 5 trainingsbijeen- komsten bestond uit de woorden van de taal- en spellingmethode ‘Taaltijd’
Experiment 6 Deelnemers 1 is spellingbewustzijnscore: “Weet de spelling en het is goed” + “Weet de spelling niet en het is fout”
Experiment 6 Toename spellingbewustzijn
Experiment 6 Conclusies 4 Spellingbewustzijn –kan reeds bevorderd worden in Groep 5 –kan in even sterk mate bevorderd worden in goede als zwakke spellers –kan zelfs enigszins bevorderd worden door het aanbieden van slechts één test (de voortoets), zoals aangetoond door de prestaties van de controle groep op de natoets
De moraal van dit verhaal U kunt het beste de instructie afstemmen op het type spellingprobleem zo snel mogelijk beginnen met het bevorderen van het spellingbewustzijn van uw leerlingen Bedenk dat leerlingen beter spellen in een opstel dan op een dictee de goede en zwakke spellers evenveel kunnen profiteren van een effectieve instructie
Experiment 1 Met dank aan ~ Mijn collega’s }Martin van Leerdam }Annette de Groot }Janet van Hell ~ Mijn voormalig studenten }Wendy Exterkate & Anne-Marie Rosink }Margie Voorzee, Wendy Harbers & Monique Bartelings }Ilona Schiffelers }Manuela Donderwinkel }Raquel Paffen }Marieke Willemen