Rubens, Van Dyck & Jordaens Vlaamse schilders uit de Hermitage 2 België en Vlaanderen
In deze les leer je van alles over België en Vlaanderen. Dit is Nederland. Weet jij waar België ligt? België ligt onder Nederland. Noemen we dat, het westen, het oosten, het noorden of het zuiden? Goed zo! Het zuiden.
Kun jij dingen bedenken die typisch Belgisch zijn? Hier zie je drie voorbeelden: Patat (de Belgen noemen dat frieten), chocola en de stripfiguren Suske en Wiske.
Weet jij welke taal de Belgen spreken? Sommige Belgen spreken Nederlands… … er zijn ook Belgen die Frans spreken… …en er zijn ook nog Belgen die Duits spreken !
Het deel van België waar Nederlands wordt gesproken, heet Vlaanderen. Iemand uit Vlaanderen noemen we een Vlaming. Het Nederlands dat een Vlaming spreekt, noemen we Vlaams.
Vlaams is net even anders dan ons Nederlands. Op een Vlaamse speeltuin spelen kinderen op een schuifaf . Kun jij raden wat dat is? En wat denk je dat een zwier is? Een glijbaan! Een schommel!
Vierhonderdvijftig jaar geleden (9 opa’s) werd Nederland protestants. België bleef rooms-katholiek.
Voor rooms-katholieke mensen is de paus in Rome de hoogste baas. Voor protestantse mensen niet.
In rooms-katholieke kerken zie je vaak beelden en schilderijen.
Hier zie je nog een voorbeeld van zo’n schilderij in een rooms-katholieke kerk. Het werd in opdracht gemaakt. De kerk gaf een schilder de opdracht het schilderij te maken.
De koning van België was de Spaanse koning Filips II (de tweede).
Filips II maakte zijn dochter Isabella de baas van België. Haar paleis stond in de stad Brussel.
Isabella nodigde allerlei kunstenaars uit in haar paleis. Muzikanten maakten er muziek…. …beeldhouwers maakten beelden…. …en schilders maakten…?
Schilderijen!
De volgende les gaat over één van de schilders die voor Isabella werkte. Zijn naam was Peter Paul Rubens.
Maar nu eerst: De België en Vlaanderen Quiz!
1. Wat is juist? A België ligt ten noorden van Nederland B België ligt ten oosten van Nederland C België ligt ten zuiden van Nederland C België ligt ten zuiden van Nederland Klik voor het juiste antwoord.
2. Wat is niet typisch Belgisch? A frieten B een windmolen B een windmolen C Suske en Wiske Klik voor het juiste antwoord.
3. Welk geloof hebben de meeste Belgische mensen? A De meeste Belgen zijn hindoe B De meeste Belgen zijn protestants C De meeste Belgen zijn rooms- katholiek C De meeste Belgen zijn rooms- katholiek Klik voor het juiste antwoord.
4. Wie was 500 jaar geleden de koning van België? A Koning Filips II van Spanje A Koning Filips II van Spanje B De paus C Suske Klik voor het juiste antwoord.
5. Hoe heette de Spaanse prinses die de baas werd in België? A Máxima B Wiske C Isabella C Isabella Klik voor het juiste antwoord.
6. In welke stad woonde Isabella? A in Amsterdam B in Antwerpen C in Brussel C in Brussel Klik voor het juiste antwoord.
7. Wie was Peter Paul Rubens? A Een schilder die voor Isabella werkte A Een schilder die voor Isabella werkte B De vader van Isabella C De bedenker van Suske en Wiske Klik voor het juiste antwoord.
Einde van de tweede les. ROElOf Jan MinnEboo Kunst/CultuurEducatie Advies In opdracht van de Hermitage Amsterdam.