Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
1
De geschiedenis van Sint en Piet.
Les 1. De geschiedenis van Sinterklaas
2
Jij weet vast wie deze meneer is!
Hij is bekend onder twee verschillende namen. Welke zijn dat?
3
De twee namen zijn Sinterklaas en Sint Nicolaas.
Bestaat Sint Nicolaas of bestond hij?
4
Goed zo! Sint Nicolaas heeft bestaan.
Hij werd geboren op 15 maart 270 en stierf op 6 december in het jaar 343. Op de foto zie je een reconstructie van het gezicht van de echte Nicolaas.
5
Weet jij waar Nicolaas leefde?
Veel mensen zeggen dat hij in Turkije leefde maar dat is niet het juiste antwoord! Turkije bestond nog niet in de tijd van Nicolaas. Er woonden rond het jaar 300 nog geen Turken in wat nu Turkije is.
6
Nicolaas werd geboren in de plaats Patara.
Hier ligt nu Nederland Patara Patara lag in het Romeinse Rijk en de mensen spraken er Grieks.
7
Van Patara zijn nu alleen nog ruïnes over.
Weet jij in welke stad Nicolaas het grootste deel van zijn leven woonde?
8
Nicolaas woonde in de stad Myra, niet ver van Patara
Nicolaas woonde in de stad Myra, niet ver van Patara. Hier zie je een foto van het Romeinse theater in die stad. Nicolaas was de bisschop van Myra. Weet jij wat een bisschop is?
9
Bisschop Gabriel Malzaire
Een bisschop is een leider in de Rooms-katholieke kerk of in de Orthodoxe kerk. Bisschop Gabriel Malzaire (Rooms-Katholiek) Bisschop Laurus (Orthodox)
10
Het woordje sint in Sint Nicolaas betekent dat Nicolaas heilig is.
Iemand is voor de Katholieke en de Orthodoxe kerk heilig als er in zijn naam wonderen zijn gebeurd. Hier zie je zo’n wonder.
11
Kun jij zien wat er gebeurt?
Sint Nicolaas kan vliegen en hij laat een storm liggen.
12
En wat gebeurt hier? Nicolaas redt drie jongetjes die al dood waren en gepekeld om te worden opgegeten!
13
Het graf van Sint Nicolaas in Myra werd een bedevaartsplaats.
Gelovigen kwamen er bidden en ze vroegen Sint Nicolaas hen te beschermen. Hij was vooral populair onder kinderen en zeelui.
14
In het jaar 1087 werd de stad Myra ingenomen door een Turks leger.
Zeelui uit Italië namen delen van het lichaam van Sint Nicolaas mee naar de stad Bari. Ze waren bang dat de bedevaartgangers niet meer naar het graf zouden gaan omdat de bazen van de stad niet meer Christelijk waren maar Islamitisch.
15
Sint Nicolaas was niet alleen populair onder mensen die Italiaans of Grieks spraken.
Ook in Duitsland, Oostenrijk en Frankrijk werd hij een populaire heilige.
16
Weet je nog op welke dag Nicolaas stierf?
Op 6 december! Die dag is Sint Nicolaasdag. Sint Nicolaasdag wordt niet in alle landen gevierd. Het wordt wel gevierd in Oostenrijk.
17
In Oostenrijk loopt Sint Nicolaas op 5 en 6 december door de straten met Krampussen.
18
In Noord-Frankrijk heeft hij een knecht die Père Fouettard (per – voe – taar) heet.
19
Niemand weet waar die figuren vandaan komen.
Misschien komen ze van het Noorse verhaal van de god Odin. Twee raven vertelden Odin wat er op de aarde gebeurde. Zie je op deze afbeelding iets dat je aan Sinterklaas doet denken?
20
De baard en het paard! Het paard van Odin heet Sleipnir. Hoe heet het paard van Sinterklaas? Juist, Amerigo!
21
Ook in Nederland was en is Sint Nicolaas populair.
Zelfs toen er in grote delen van Nederland niet meer in heiligen werd geloofd, bleef men Sint Nicolaasdag vieren. Op de avond voor Sint Nicolaasdag kregen Nederlandse kinderen snoep.
22
Zie je Sinterklaas op dit schilderij uit 1668?
Nee, er werd wel Sinterklaas gevierd maar er waren nog geen mensen die deden of ze Sinterklaas waren.
23
We weten dat er vanaf ongeveer het jaar 1750 mensen waren die Sinterklaas naspeelden.
24
Soms had Sinterklaas één of meerdere helpers, net als in Oostenrijk en in Noord-Frankrijk.
Hij heette soms Jan Knecht of Nicodemus en soms had hij geen naam.
25
In 1828 was de schrijver Joseph Alberdingk Thijm op een Sinterklaasfeestje in Amsterdam, in het huis van een rijke Italiaanse koopman. Hij zag daar hoe Sinterklaas de huiskamer binnenkwam met een knecht die Pieter heette. Alberdingk Thijm schreef dat deze Pieter een ‘kroesharige’ Afrikaanse man was.
26
In 1850 schreef de onderwijzer Jan Schenkman een boekje over Sinterklaas.
Hij verzon dat Sinterklaas met een stoomboot uit Spanje kwam. En hij bedacht een nieuwe knecht. Die knecht was zwart.
27
Hier zie je de eerste bladzijden van het boekje
St. Nikolaas en zijn knecht.
28
In het boekje heeft de knecht nog geen naam.
29
Die naam kreeg hij tien jaar later, in 1860.
Hoe heet de knecht van Sinterklaas? Juist, Zwarte Piet.
30
De volgende les gaat over Zwarte Piet.
Maar nu eerst: De geschiedenis van Sinterklaas Quiz!
31
1. In welk land leefde de echte Sint Nicolaas?
A in Turkije B in Spanje C in het Romeinse Rijk C in het Romeinse Rijk D in Italië Klik voor het juiste antwoord.
32
2. Wat was het beroep van Nicolaas?
A Hij was onderwijzer B Hij was bisschop B Hij was bisschop C Hij was zeeman Klik voor het juiste antwoord.
33
4. Hoe heten deze Oostenrijkse knechten van Sinterklaas?
A Krampussen A Krampussen B Zwarte Pieten C Schoorsteenvegers Klik voor het juiste antwoord.
34
5. Hoe heet deze Franse knecht van Sinterklaas?
A Zwarte Piet B Jan Schenkman C Père Fouettard C Père Fouettard Klik voor het juiste antwoord.
35
6. Wanneer kwam de zwarte knecht in het Sinterklaasverhaal?
A in 1850 A in 1850 B in 1650 C in 343 Klik voor het juiste antwoord.
36
Dit is het einde van de eerste les
Deze les werd mogelijk gemaakt door stichting
Verwante presentaties
