“Van wilgenbast naar aspirine” Geneeskrachtige planten. Door Baukje Bruinsma
Presentatie Wat zijn geneeskrachtige planten? Waarom zijn ze geneeskrachtig? Enkele voorbeelden.
Wat zijn geneeskrachtige planten ? Bezitten stoffen die genezing kunnen bevorderen. Meer dan 3000 soorten zijn geneeskrachtig waarvan 200 in gebruik. Sinds mensenheugenis zijn geneeskrachtige planten bekend en worden ze gebruikt. Veel chemische geneesmiddelen zijn afkomstig uit de natuur bijvoorbeeld aspirine (wilgenschors), nivaquine (kinaboom).
Waarom zijn planten geneeskrachtig? Bepaalde werkzame stoffen: Saponinen Looistoffen Bitterstoffen Slijmstoffen Alkaloïden Etherische oliën Glycosiden
Alkaloïden Stikstofbevattende plantenbase. Sterke werking op zenuwstelsel of bloedsomloop. Pijnstiller, kalmeringsmiddel, vaatvernauwer, krampstillend middel, hallucinatorisch middel. Vrij giftig tot zeer giftig. Meer dan 400 verschillende verbindingen (cocaïne, opium, reserpine, strychnine, kinine, atropine, morfine, etc.). Nachtschadefamilie, Papaverachtigen, Rubiacea.
Planten met alkaloïden Wolfskers (Atropa belladona) Blauwe monnikskap (Aconitum napellus) Atropine werkt Verlammend op de spieren. Zeer giftig Acontinine is pijnstillend (zeer giftig) Stinkende gouwe (Chelidonium majus) Echte valeriaan (Valeriana officinalis) Chelidonine werkt lichtverdovend en kalmerend, pijnstillend en desinfecterend, tegen wratten. Andere alkaloide goed voor galblaas en galwegen Valerine: kalmeringsmiddel, krampstillend
Etherische oliën Aromatische of vluchtige olieën. Gewonnen uit de bloesem, de vrucht, het zaad, de bladeren, de schil, of het hout (van stam, takken of wortels). Lekker ruikend, spijsvertering bevorderend, antiseptisch, windverdrijvend, slijmoplossend, huidprikkelend of antireumatisch, wormafdrijvend of ontstekingsremmend. In grote hoeveelheden giftig wat kan lijden tot krampen en bloedsomloop stoornissen.
Planten met etherische oliën Pepermunt (Mentha piperita) Lavendel (Lavendula officinalis) Goudsbloem (Calendula officinalis) Duizendblad (Achillea millefolium Gebruik: Kalmerend, versterkend, Krampwerend, tegen kolieken Desinfecterend
Glycosiden Eén deel bestaat uit suiker (glucose of fructose) en ander deel uit niet suiker (aglycon). Sommige planten zijn erg giftig. Voorbeelden van glycosiden zijn: salicine (koortsverlagend), digoxine of digitoxine (hartversterkend).
Planten met glycosiden Eénstijlige meidoorn (Crataegus oxyacantha) Vingerhoedskruid (Digitalis purpurea) Mannetjes ereprijs (Veronica officinalis) Vaatverwijdend, hartkalmerend, stimuleren van bloedsomloop
Saponinen Behoren door hun glucose-gehalte tot de glycosiden. Naam is afkomstig van zeep. Schuimen sterk en hebben zeepachtige eigenschappen. Ze hebben een bittere smaak, werken prikkelend op slijmvliezen, en voorkomen schimmelgroei.
Planten met saponinen Gebruik: Slijmoplossend, bronchitis Witte paardenkastanje (Aesculus hyppocastanum) Maarts viooltje (Viola odorata) Echte koekoeksbloem (Silene flos-cuculi Gebruik: Slijmoplossend, bronchitis
Looistoffen en bitterstoffen Looistoffen binden zich aan eiwitten. Samentrekkende werking. Worden gebruikt tegen diaree, bronchitis, langzaam helende wonden, mondinfecties en aambeien. Belangrijke looistof is tannine. Bitterstoffen bevorderen de uitscheiding van maagzuur en gal.
Planten met looistoffen en bittertoffen Braam (Rubus fructicosus) Robertskruid (Geranium robertianum) Hondsdraf (Glechomahederacea) Gebruik: Maag en darmcatarre Slijmvliesontstekingen Diaree Zomereik (Quercus robur)
Slijmstoffen Laten een beschermend laagje achter bij passeren van luchtwegen en spijsverteringskanaal. Wordt gebruikt bij ontstekingen in de borst, de keel of in het darmkanaal.
Planten met slijmstoffen Smalbladige weegbree (Plantago lanceolata) Klein hoefblad (Tussilago farfare) Grote weegbree (Plantago major) Gebruik: Slijmvliesontstekingen, kalmerend bij prikkelhoest Verslijming van luchtwegen
Tot slot Het is niet verstandig om te experimenteren met geneeskrachtige planten. Wat uit de natuur komt is niet per definitie gezond. “Baat het niet dan schaadt het niet” gaat niet altijd op. “Alles is gif, en niets is zonder gif; alleen de dosering bepaalt dat iets geen gif is`.
Vragen ?