Hoofdstuk 8 Sociale verandering
Van gemeenschap naar de postindustriële maatschappij Gemeinschaft en Gesellschaft Saamhorigheid, statisch versus verzakelijking, dynamisch Herhalende cyclus tegenover conjunctuur en ongewisse toekomst
Van gemeenschap naar de postindustriële maatschappij Typering en verandering in: Scheiding wonen – werken Arbeidsdeling Vorming – onderwijs
Van gemeenschap naar de postindustriële maatschappij Ontwikkeling in gemeenschap door: Krachten van buiten (ecologisch, klimaat) Contacten met andere samenlevingen Dynamiek (intern)
Van gemeenschap naar de postindustriële maatschappij Effect: Besef van tijd en ruimte anders Handel effect op arbeidsdeling Sociale controle door kerk, instanties
Van gemeenschap naar de postindustriële maatschappij Machines, meer produceren met minder arbeiders Door de opkomst van de handel: regionale specialisatie schaalvergroting
Van gemeenschap naar de postindustriële maatschappij Effect Afstand tussen wonen en werken Specialisatie/arbeidsdeling man werkt buitenshuis vrouw doet zorgtaken Reproductie van normen, waarden, en kennis verschuift naar instanties later ontstaat daaruit ‘het onderwijs’
Van gemeenschap naar de postindustriële maatschappij Ontwikkeling: cyclus golfbeweging spiraal (dynamiek) spiraal met uitloper (conjunctuur) verschillende lijnen (zapcultuur) Organisaties van machinebureaucratie naar netwerkorganisatie
Van gemeenschap naar de postindustriële maatschappij Oorzaken veranderingen Ecologisch, klimatologisch Contacten andere samenlevingen Interne dynamiek door economie
Risico en vervreemding Verzet tegen openbreking, poging tot behoud van machtsposities Risicomaatschappij (Beck) Veel mogelijkheden, veel risico’s Verantwoordelijkheid onduidelijker door individualisering en fragmentarisering Juridisering claims Einde vrijblijvendheid
Risico en vervreemding Het verband tussen onze eigen bijdrage en het eindproduct is weg Kritiek op het westerse vooruitgangsgeloof Vormen van vervreemding: Niet overzien relevantie eigen handelen Niet overzien samenhang maatschappelijke activiteiten Gespletenheid in identificatie
Suïcide Suïcide als indicator voor mate van vervreemding (Durkheim) Ontwikkeling Europa: integratiekaders brokkelen af Minder integratie geeft anomie (regelloosheid) Minder sociale controle