JWO eerste ronde 2003 –probleem 13

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Cirkels…omtrek en oppervlakte
Advertisements

Toepassingen op de stelling van Pythagoras
vwo B Samenvatting Hoofdstuk 10
Inlijsten van figuren Kees Vleeming [bew gk].
Elektriciteit 1 Les 12 Capaciteit.
ribwis1 Toegepaste wiskunde - Goniometrie Lesweek 4
Volumeberekening van omwentelingslichamen
vwo D Samenvatting Hoofdstuk 9
vwo B Samenvatting Hoofdstuk 10
Omtrek is er omheen. lengte breedte breedte lengte

Riemannsommen De oppervlakte van het vlakdeel V in figuur a is
Omtrekshoeken Stelling van de constante hoek:
1212 /n Korte herhaling van vorige keer Vermelding van meetresultaten zonder nauwkeurigheid is uit den boze ! Conclusies trekken zonder betrouwbaarheids-intervallen.
Kan het ook makkelijker?
havo B Samenvatting Hoofdstuk 2
Presentatie Inhouden en vergrotingen.

22 De wet van Gauss H o o f d s t u k Elektrische flux
Antwoorden oefenstof Opgave 1 a] 12 N/cm2 = N/dm2 b] 0,8 N/mm2 = N/m2
Tweedegraadsfuncties
Mechanische druk  .
30 x 40 = 1200 m2 8.1 Omtrek en oppervlakte 40 m 30 m
Pythagoras Wie??? Pythagoras: 24-jan-2003, RW.
Oppervlakte Oppervlakte = op het vlak Dit is 1 cm²
De stelling van Pythagoras
Doorsnede van een rivier
Oppervlaktes K v Dorssen.
Gereedschapskist vlakke meetkunde
DIAMETER of …... DOORSNEDE?.
Ongelijke verdeling 2 Als de som en de verhouding gegeven zijn.
Een verrassende ontmoeting met constanten
Oppervlakte en inhoud.
Inhoud van een balk en cilinder
Gecijferdheid les 1.3 Kwadraten en machten
Workshop C verhouding van inhoud, lengte en oppervlakte &
Gecijferdheid 2 (Meten 1 – ME144X) week 5
Gecijferdheid 2 (Meten 1 – ME144X) week 4
De Oppervlakte van een cilinder
Omtrek. 2 cm 8 cm2 cm + + += of 4 x 2 cm8 cm= Omtrek van een vierkant = 4 x z Omtrek van een veelhoek
Gecijferdheid 2 (Meten 1 – ME144X) week 5
gelijkheid van vorm en grootte precies dezelfde vorm en grootte
Meetkunde 5L week 15: Driehoeken tekenen vierhoeken vlakke figuren
Meetkunde 5L herhalingsweek: 5L : ‘herhalingsweek’
Vormleer: herhaling vlakke figuren
Ruimtelijke figuren.
Meetkunde 5L week 14: Vierhoeken tekenen vierhoeken vierkant vlieger
Les 3 omtrek oppervlakte inhoud
Meetkunde 5de leerjaar.
Herhalen schaal Schaal is een verhouding.
Herhalen schaal Schaal is een verhouding.
SCHAAL in toepassingssituaties
8.4 Oppervlakte bij vergroten Van vergrotingsfactor naar oppervlakte
Bereken de inhoud van de kubus en balk
Les 8 Meten en Meetkunde in huis Les 9 Meten in de tuin
Meten en meetkunde les 3: omtrek, oppervlakte en inhoud
Omtrek, oppervlakte en inhoud
De cilinder De cilinder De cilinder © André Snijers.
Les 9: meten en meetkunde in de tuin
SCHAAL in toepassingssituaties
3 vmbo-KGT Samenvatting Hoofdstuk 7
1. Driehoek 2. Grafiek 3. Oneven 4. Volle hoek 5. Kwadrant
Driehoeken tekenen Driehoeken tekenen Driehoeken tekenen
De cirkel De cirkel De cirkel © André Snijers.
Gelijkvormige figuren, lengte, omtrek en oppervlakte
Wiskunde Blok 9, les 6.
En oppervlakte van ruimtefiguren
Hoofdstuk 13 Omtrek en oppervlakte. Hoofdstuk 13 Omtrek en oppervlakte.
oppervlakte en inhoudsmaten
Transcript van de presentatie:

JWO eerste ronde 2003 –probleem 13 Vraag 1 De oppervlakte begrepen tussen twee concentrische cirkels bedraagt 16π cm². Als de som van de twee stralen van de cirkels gelijk is aan 8 cm, waaraan is dan het verschil (in cm) tussen de twee cirkelomtrekken gelijk JWO eerste ronde 2003 –probleem 13

Antwoord 1 B. 2II

JWO eerste ronde 2006 – probleem 30 Vraag 2 Uit een rechthoek met zijden 1 en 3 snijdt men drie rakende cirkelschijven met maximale straal (zoals op de figuur) Welke oppervlakte blijft er dan over? JWO eerste ronde 2006 – probleem 30

JWO eerste ronde 2006 – probleem 30 Antwoord 2 De straal is De overblijvende oppervlakte van de rechthoek verminderd met 3 keer de oppervlakte van de cirkelschijf. 3 – 3.π = 3. JWO eerste ronde 2006 – probleem 30

Vraag 3 Vijf concentrische cirkels met stralen 1,2,3,4 en 5 worden door vijf middellijnen in tien gelijke delen verdeeld. Hierin worden de gebieden I,II,III,IV,V aangeduid.(zie figuur). Twee van de aangeduide gebieden hebben dezelfde oppervlakte. Welke? A. I en II B. II en III C. III en IV D. IV en V E. V en I JWO tweede ronde 2003 – probleem 10

JWO tweede ronde 2003 – probleem 10 Antwoord 3 De oppervlakte van gebied I is het verschil van de oppervlaktes van 2 cirkelsectoren: De oppervlakte van gebied II: A. I en II JWO tweede ronde 2003 – probleem 10

JWO tweede ronde 2002 – probleem 15 Vraag 4 Drie cilinders met een middellijn van lengte 1 worden bijeengehouden door een dunne metalen band (zie figuur). De lengte van deze metalen band is gelijk aan: A. B. 3 C. D. E. JWO tweede ronde 2002 – probleem 15

JWO tweede ronde 2002 – probleem 15 Antwoord 4 De lengte van deze metalen band is gelijk aan: A. JWO tweede ronde 2002 – probleem 15

Voorbereiding Vraag 5 Wat is de grootste oppervlakte? Rood of blauw? Vergelijk de omtrekken

JWO tweede ronde 2003 – probleem 10 Vraag 5 In de figuur zie je vier gelijke kleine cirkels en één grote cirkel waarvan de straal het dubbel is van de straal van een kleine cirkel. Voor de gearceerde oppervlakten met de volgende benaming: geldt: A. A>B>C B. C>A>B C. A>C>B D. C>B>A E. Geen van de vorige JWO tweede ronde 2003 – probleem 10

JWO tweede ronde 2003 – probleem 10 Antwoord 5 Voor de gearceerde oppervlakten met de volgende benaming: E. Geen van de vorige JWO tweede ronde 2003 – probleem 10

JWO tweede ronde 2004 – probleem 5 Vraag 6 De kleine cirkel raakt de grote cirkel inwendig en gaat door het middelpunt van die cirkel. Als de oppervlakte van de kleine cirkel is, dan is de omtrek van de grote cirkel A. B. C. D. E. geheel getal JWO tweede ronde 2004 – probleem 5

JWO tweede ronde 2004 – probleem 5 Antwoord 6 Als de oppervlakte van de kleine cirkel is, dan is de straal 4 De straal van de grote cirkel is dus 8 De omtrek van de grote cirkel is dus C. JWO tweede ronde 2004 – probleem 5

JWO tweede ronde 2003– probleem 27 Vraag 7 De figuur bestaat uit zeven cirkels met dezelfde straal. Wat is de verhouding van de omtrek van één cirkel tot de omtrek van het gearceerde gebied? JWO tweede ronde 2003– probleem 27

JWO tweede ronde 2003– probleem 27 Antwoord 7 Wat is de verhouding van de omtrek van één cirkel tot de omtrek van het gearceerde gebied? De omtrek van het grijze gebied bestaat uit 6 gelijke bogen. De lengte van elke boog is het derde deel van een cirkelomtrek. De verhouding is dus: JWO tweede ronde 2003– probleem 27

JWO eerste ronde 2005– probleem 28 Vraag 8 Vier dunne ijzeren staven van 1m lang worden gebogen tot kwartcirkels en dan bij de eindpunten aan elkaar gelast zoals te zien is op bijgaande figuur. De oppervlakte (m²) ingesloten door deze vier kwartcirkels bedraagt JWO eerste ronde 2005– probleem 28

JWO eerste ronde 2005– probleem 28 Antwoord 8 De gevraagde oppervlakte is gelijk aan de oppervlakte van een rechthoek We bepalen de lengte van de straal van de cirkel De lengte van de rechthoek is en de breedte De gevraagde oppervlakte is JWO eerste ronde 2005– probleem 28