Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Het elektrisch veld.
Advertisements

Materie, energie en leven

verschil in electro-negativiteit (= ΔEN)
2. Hoe zuur is azijn? 2.1 Wat is azijn?
De theorie van Brønsted
H16. Berekeningen aan zuren en basen
Zuren en basen Zure stoffen kennen we allemaal; bv azijn of ontkalker
Scheikunde II Prof. Dr. I. De Vynck Prof. Dr. M.-F. Reyniers
Zuivere stoffen en mengsels
Klinische Chemie Leereenheid 4 Evelien Zonneveld 15 december 2005.
OH – groep = hydroxylgroep
Het gedrag van stoffen in water
I.1 Inleiding Waarom : Elk levend wezen bestaat uit organische verbindingen: Haar, huid, spieren: proteïnen Genetisch materiaal: DNA Geneesmiddelen: (aspirine)







Samenvatting Wet van Coulomb Elektrisch veld Wet van Gauss.
Polariteit scheikundeblok.
Zuren en Basen Introductie Klas 5.
Zuren en basen Zure stoffen kennen we allemaal: azijn of citroen
Zuren en basen Zure stoffen kennen we allemaal: azijn of citroen
Verbindingen Klas 4.
Opstellen van zuur-base reacties
Examentraining Havo 5.
5 VWO Hst 8 – zuren en basen.
Elektrische verschijnselen
De theorie van Brønsted
De theorie van Brønsted
Elektriciteit 1 Les 4 Visualisatie van elektrische velden
Les 6 Elektrische potentiaal - vervolg
Elektriciteit 1 Basisteksten
5 VWO Hst 8 – zuren en basen.
Biologie makkelijk? QF8&NR=1 QF8&NR=1 Nee dus, je kunt het heeeeel ingewikkeld.
2.Fijnstructuur van moleculen 2.2 Soorten bindingsmodellen
Eigenschappen buffer pH blijft nagenoeg constant bij:
STOFFEN – HET MOLECUULMODEL
Centrale vraag Hoe kunnen inzichten in de moleculaire biologie helpen om ziektes te begrijpen, te voorkomen en te genezen?
Berekeningen aan zuren en basen
Molecuulbouw en stofeigenschappen
Hoofdstuk 3 Stoffen en reacties
Atoombindingen Covalent: sterk, elektronenpaar gedeeld
Energie De lading van een atoom.
Chemie van water Mevrouw Baeten.
Bindingen Waterstof H : H Natriumchloride Na+ Cl- Na+ :Cl Waterstofchloride δ + δ - H : Cl atoombinding ionbinding polaire atoombinding dipoolmolecuul.
Chemische bindingen Kelly van Helden.
ZOUTEN METALEN MOLECULAIRE STOFFEN HAVO 4 - BRP.
Bindingstypen en eigenschappen van stoffen
Nova Scheikunde VWO hoofdstuk 1
Toepassingen van evenwichten
Ionogene bindingen Chpt 6.
Atomen, moleculen en ionen
Covalente Bindingen en
Zuren en basen Zwakke zuren Hfst 14.8 t/m
Zuren en basen Hfst 14 ACH 21: Karin Langereis.
Overzicht lesstof toets 2. Inhoud Hoofdstuk 5: Atoombouw Hoofdstuk 6: Atoom- en Molecuulmassa Hoofdstuk 7: Chemische binding Hoofdstuk 8: Rekenen met.
HOOFDSTUK 6 ZUREN EN BASEN
HW voor deze les: mk opg. 8 t/m 11 (vorige les: 1 t/m 7)
Scheikunde theorie klas 1
HOOFDSTUK 1 STOFFEN.
Mesomerie Benzeen Structuur lang onbekend 6 Elektronen Gedelokaliseerd
Scheikunde Chemie overal
Chemie Overal , hoofdstuk 2.5
Overgangsmetalen – deel 2 § 19.5 – elektronenregel
Bindingen Waterstof H : H Natriumchloride Na+ Cl- Na+ :Cl- Waterstofchloride δ + δ - H : Cl atoombinding ionbinding polaire atoombinding dipoolmolecuul.
Covalente binding Waterstof atoom atoomnummer 1 1 proton 1 elektron.
Transcript van de presentatie:

aciditeit en basiciteit HOOFDSTUK VII: aciditeit en basiciteit Vermelden dat meeste niet in handboek staat !!!! Exacte waarden niet zo belangrijk, wel grote klassen en vooral onderlinge relaties ! Mc Murry: pagina 29-54

VII.1 Polaire covalente bindingen en elektronegativiteit (Mc Murry: p 29-31)

Inductief effect

VII.2 Polaire covalente bindingen en dipoolmoment Dipoolmoment m : maat voor de netto moleculaire polariteit sommering van alle individuele bindingspolariteiten en bijdragen van vrije elektronparen in de molecule. Water, H2O m =1.85 D Ammoniak, NH3 m =1.47 D methaan m =0 D tetrachloormethaan m =0 D

VII.3 Zuren en basen: de Brønsted-Lowry definitie Het zuur-base gedrag van organische moleculen verklaart veel van het chemisch gedrag ! Een Brønsted-Lowry zuur : geeft een waterstof ion H+ (proton) af Een Brønsted-Lowry base : neemt een waterstof ion H+ (proton) op H — A + :B A:- + H — B+ zuur base geconjugeerde geconjugeerd

H — Cl + H2O Cl- + H3O+ geconjugeerde base geconjugeerd zuur zuur base

[ H2O] ongeveer constant bij 55.6 M VII.4 Zuur en basesterkte HA + H2O A- + H3O+ [ H2O] ongeveer constant bij 55.6 M (cfr. 1000/18)

Sterker zuur (hogere Ka): lagere pKa pKa = - log Ka Sterker zuur (hogere Ka): lagere pKa Zwakker zuur (lagere Ka): hogere pKa Organische pKa schaal

CH4 NH3 H2O HF pKa 50 33 15.7 3.2 PH3 H2S HCl 29 7.0 -2.2 H2Se HBr 3.9 -5 HI -(6-10)

VII.4.1 Oxyzuren Niet vergeten bij DS praten over solvente effecten Bv. Solvatatie van een polair reactant door een polair solvent kan oriëntatie veroorzaken in het solvent en aldus de wanorde doen dalen.

Fenol Fenol: * delokalisatie van de lading op O naar de aromatische kern. ! negatieve lading op C (ipv O) ; geen aromatische stabilisatie meer * orbitaalvoorstelling: O sp2-gehybridiseerd, twee e-paren in sp2-orbitaal, één in p-orbitaal

Inductief effect

C-Z binding: polaire binding, de resulterende dipool is zo georiënteerd dat er stabilisatie plaatsgrijpt door elektrostatische aantrekking tussen het positieve einde van de dipool en de negatieve lading op O inductief effect Grootte van het effect: met toenemende elektronegativiteit met toenemende afstand

Elektronzuigende groepen: verhogen de aciditeit , -I(nductief) effect Elektrongevende groepen: verlagen de aciditeit, + I effect

Dicarbonzuren

Gesubstituteerde fenolen Delokalisatie van de negatieve lading naar ortho- en para-positie “extra”- effect met substituenten op deze plaatsen. In geval van nitro-groep: delokalisatie van de negatieve lading naar de nitrogroep toe.

MeO-groep: vermindert het zuur karakter. Voor de NH2-groep effect nog MeO-groep: vermindert het zuur karakter. Voor de NH2-groep effect nog meer uitgesproken. Naast elektronenzuigend (-I effect), delokalisatie in tegenovergestelde richting, destabiliserend M(esomeer) effect

Samenvattend overzicht

VII.4.2 Stikstofzuren Aminen vooral bekend om basische eigenschappen. Als zuren ter vgl met HO-derivaten: * N: minder elektronegatief  geringere aciditeit, negatieve lading minder gestabiliseerd. * Secundaire aminen minder zuur dan primaire owv elektrongevende alkyl (R)-groep. * Aniline zuurder dan primair alifatisch amine (cfr. fenol tov alifatisch alcohol). * Amiden (RCONH2) zeer zuur tov aminen: pKa- verschil van 20. Grafische voorstelling van de enrgie veranderingen tijdens de reactie. Verticale as = totale energie van alle reactantia Horizontale as = reactiecoördinaat, stelt de voortgang van de reactie voor van begin (links) tot einde (rechts) Wanneer twee moleculen botsen and de reactie begint: elektronenwolken stoten mekaar af, waardoor de energie stijgt. Indien de botsing plaatsgreep met voldoende energie naderen de reactantia elkaar meer en meer totdat een nieuwe binding gaat vormen. De TTS: stelt de hoogste-energie structuur voor die voorkomt tijdens de reactie. Hoge activeringsenergie : trage reactie aangezien weinig botsingen met voldoende enrgie gebeuren om de moleculen toe te laten de TTS te bereiken. Ruwe veralgemening: vele organische reacties: 40-150 kJ/mol activ.en. 2enmaal in de TTS: keuze tussen voorwaartse en terugreactie

Hoe zwakker (grotere pKa) het geconjugeerde zuur, hoe sterker de base Basiciteit van aminen (N:) in functie van aciditeit van het geconjugeerde zuur (N+H) Elke stap in een multi-step proces kan afzonderlijk beschouwd worden. Elke stap heeft zijn eigen DG‡ . De totale “ overall “DG0 van de reactie is het energieverschil tussen de initiële reactanten (uiterst links) en de final producten (uiterst rechts). Hoe zwakker (grotere pKa) het geconjugeerde zuur, hoe sterker de base

Pyrrool

Natuurlijk voorkomende basen Basiciteit van N-basen neemt toe naarmate geprotoneerde vorm gestabiliseerd wordt.

Basiciteit van amide De aminogroep in een amide heeft geen basische eigenschappen. Mogelijkheid voor elektronendelokalisatie verdwijnt bij protonatie van N. Protonatie zelfs bij voorkeur op O, delokalisatie van + mogelijk naar N

Belang van koolstof-hybridisatie VII.4.3 Koolstofzuren Belang van koolstof-hybridisatie

Stabilisatie door aanwezigheid van een dipool

Stabilisatie door delokalisatie (p-p)-delokalisatie (p-d)-delokalisatie

Voorbeelden van stabilisatie door (p-p)- delokalisatie

Stabilisatie door (p-p)- delokalisatie naar heteroatoom Betere stabilisatie wanneer de delokalisatie gebeurt naar een meer elektronegatief atoom !

Stabilisatie door (p-d)- delokalisatie

Yliden:. naast (p-d)-delokalisatie ook elektrostatische aantrekking Yliden: naast (p-d)-delokalisatie ook elektrostatische aantrekking. Let wel: dit laatste alleen is niet voldoende, cfr. deprotonatie van ammoniumzout !

VII.4.4 De organische basen Kwantitatief omzetten van zuur substraat H-A in geconjugeerde base A:- base nodig waarvan het geconjugeerde zuur BH een pKa-waarde bezit die minstens 5 eenheden hoger ligt !!

Vorming van alkoxide-basen pKa H2  30 Vorming van amide-basen Carbanionen als base n-butyllithium en tert-butyllithium: sterkste basen in courant gebruik

Gebruik van de organische basen: voorbeelden

Gebruik van droge solventen noodzakelijk !!

VII.5 Zuren en basen: de Lewis definitie (Mc Murry: p 51-55) Een Lewis zuur : neemt een elektronpaar op Een Lewis base : geeft een elektronpaar af Het uitgewisselde elektronpaar: gedeeld als een covalente binding