Schelling / Hegel: Romantische / idealistische esthetica Romantiek - Idealisme Twee voorbelden: Novalis; Carl Gustav Carus Motieven: - Eenheid - Reflectie (Schlegel; “criticism”; interpretatie: hermeneutische benaderingen: Schleiermacher)
Novalis Friedrich von Hardenberg, 1772-1801 natuurwetenschapper, poët, ambtenaar “blaue Blume” Werken: Heinrich von Ofterdingen; Hymnen an die Nacht; Blütenstaub; Die Lehrlinge zu Saïs; Die Christenheit und Europa “Philo”-”Sophie”
Carl Gustav Carus (1789-1869)
Friedrich Wilhelm Joseph Schelling (1775-1854) Tübingen - (Dresden) - Jena - Würzburg - München - Berlin Platon - Kant/Fichte - Natuurfilosofie - Kunstfilosofie - Filosofie van de vrijheid, geschiedenis, mythologie, openbaring 1800-1802: overgang van het transcendentale idealisme (System des transscendentalen Idealismus, 1800) naar een “systeem der identiteit” wetenschaps-/kunstpoliticus
Correggio Eenheid door licht Religie
Figuren van de Aphaia-Tempel in Aigina
G. W. F. Hegel (1770-1831) / Schelling: Vergelijk van hun esthetische posities Eenheid bewust/onbewust Reflectie, begrippen, gedachten Genie einde van de kunst oneindige eindigheid gradaties van schoonheid, van stappen op het weg naar de geest organ van de filosofie heerscheppen, niet alleen produceren “intuitieve anschouwing” Realiseren van ideeën Realiseren van de geest kunst vs. natuur, artefact, wetenschap