Atriumfibrilleren in het kort

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Tevredenheid met behandelaar en behandeling.
Advertisements

Nascholing Antistolling
Kanker gerelateerde vermoeidheid
NHG-Standaard CVRM 2012 Cardiovasculair Risicomanagement
Leerpunten EPCCS 2010 Identificatie van risicomarkers: (CHD blijft moeilijk te voorspellen) -20 % van een de patiënten met een 1 ste gebeurtenis.
Bipolaire stoornissen
Frank-Erik de Leeuw neuroloog
Rode `ECG`draad Kwaliteitsavond CHP 14 april 2011 Monique Tjon-A-Tsien
WELKOM.
Wat heeft een hartspecialist te maken met ROW?
Maagperforatie Behandelingsopties
Bloedverdunners: wat te stoppen en wanneer?
Nicturie of ‘snachts opstaan om te plassen
CFRD Harold de Valk Ferdinand Teding van Berkhout
De vasculaire patiënt Wiens zorg is het?.
Hart & Vaatgroep Voorlichting Boezem fibrilleren 21 mei 2011.
Palliatieve zorg en Hartfalen
CAT Véronique Hornikx.
Heparine bij AF in acute fase herseninfarct
Voorspellende factoren van post-CVA depressie
Plaatjesaggreggatieremmers en anticoagulatia na een intracerebraal hematoom CAT Iris Knottnerus.
Een bijzondere familie…
Statine na een herseninfarct (of TIA)
Obesitas & Schouderdystocie
ROW vaatafwijkingen in de lever (lever avms)
Inhoud Longlokalisatie bij ROW: Pulmonale arterioveneuze malformaties (PAVMs) Wat zijn PAVMs? Klachten? Risico’s? Behandeling? Diagnostiek? Groei? ROW.
Dr. Marc A. Brouwer Cardiologie, UMC Nijmegen
Lange termijn gevolgen van levende nierdonatie
Nascholing Antistolling
Nascholing Antistolling
Nascholing Antistolling
Nascholing Antistolling
CVA preventie bij atriumfibrilleren (AF)
Streefwaarden bij behandeling van diabetes mellitus type 2
Hoorcollege 3 Overgewicht Diabetes Jelle Wijma
De RE-LY studie in Heerlen Praktische consequenties
Charles Kirchhof Rijnland Ziekenhuis, Leiderdorp
Afdeling Trombose en Hemostase; Trombosedienst Leiden
ROW-vaatafwijkingen in de lever (lever-avms)
Bewegen en gezondheid Bruno Reynders. Gezondheid  WHO 2011 : Gezondheid is het vermogen van mensen zich aan te passen en eigen regie te voeren, in.
Nascholing Antistolling
Nascholing Antistolling
SPC ONDERZOEKS- INFORMATIE VOETNOTEN SPC ONDERZOEKS- INFORMATIE VOETNOTEN SUPERIORITEIT aangetoond in de preventie van CVA/ SYSTEMISCHE EMBOLIE vs. warfarine.
Niet te missen ECG’s voor de huisarts
ICD ICD = implanteerbare cardioverter defibrillator Een ICD kan nodig zijn bij gevaarlijke hartritmestoornissen, zoals kamertachycardie en kamerfibrilleren.
PICO 24 april 2012 Judith Post. PICO P-toegenomen risico recidief bij voortzetten OAC bij status na arterieël event? (young stroke) I-continueren OAC.
ZORGVRAGER MET VAATAANDOENINGEN. CEREBRAAL VASCULAIR ACCIDENT/ CVA Wat is het? = Hersenbeschadiging tgv een probleem in de bloedvaten die het hersenweefsel.
Bijeenkomst M. Rendu-Osler-Weber Vermoeidheid. Moeheid en ROW Zeer veel voorkomende klacht - niet alleen met maar ook zonder ROW ROW gerelateerd: Neusbloedingen.
Effectiviteit van gedeelde besluitvorming in de huisartspraktijk bij diabetes type 2: OPTIMAAL studie Dr. R.C. (Rimke) Vos, Julius Centrum UMC Utrecht.
Maagzuurremmers: effecten van de verandering in de vergoeding voor patiënten met een verhoogd risico op maagaandoeningen Linda Flinterman (NIVEL)
75 jaar Routineconsultatie Dokter, is mijn bloeddruk niet te hoog? Want ik heb in de krant gelezen dat lager beter is…
B. Stof 7 soa’s VEILIG VRIJEN EN Geslachtsziektes
NOAC bij AF, een taak voor de huisarts?!
Noorderpoort PRS Pijn Thorax
Huisarts & Wetenschap 07/’16 Hanna
Disclosure belangen NHG spreker
Vraag 1 Wat zijn de belangrijkste ontwikkelingen van de afgelopen 10 jaar die de inzichten in de kliniek hebben veranderd?
Voor meer informatie zie hartfalen.nl
Hoofdstuk Transport VMBO-tl 2
Nascholing Antistolling
Hartritme Het hartritme wordt geregeld door een prikkelgeleidingsysteem. Elektrische prikkels stimuleren de hartspier om zich samen te trekken.
Disclosure belangen NHG spreker
Hoofdstuk 7. Middelen voor het hart- en vaatstelsel
Noorderpoort PRS Pijn Thorax
Cholesterol en triclyceriden
Vasovagale collaps Pijnlijk been
Groeihormoon-stoornis..
PICA Eetstoornis. Wat is Pica? Pica wordt ook wel Pica Eating Disorder genoemd Valt onder de eetstoornissen. Een zeldzame eetstoornis. Bij Pica worden.
Transcript van de presentatie:

Atriumfibrilleren in het kort

Wat is atriumfibrilleren? Patiënten hebben het vaak over boezemfibrilleren. Richting patiënten is dit dan ook de term die vaak door behandelaren wordt gebruikt. Atriumfibrilleren (= boezemfibrilleren) is een hartritmestoornis (aritmie) waarbij in de boezems (atria of voorkamers) snelle en onregelmatige impulsen ontstaan. Veel van deze impulsen (maar niet allemaal) bereiken de hartkamers. Meestal is hierdoor de hartslag tijdens boezemfibrilleren onregelmatig en snel, maar soms juist langzaam. Atirumfibrilleren is een van de meest voorkomende hartritmestoornissen. Atirumfibrilleren wordt vaak afgekort met AF

AF PREVALENTIE EN LEEFTIJD 20 Vrouwen (n=4053) Mannen (n=2590) 15 Prevalentie (%) 10 5 55–59 60–64 65–69 70–74 75–79 80–84 >85 Leeftijd (jaar) Prevalentie op baseline van 6808 deelnemers aan het populatie-onderzoek in Ommoord (Rotterdam) Heeringa J et al. Eur Heart J 2006;27:949–53 3 3

Wat zijn de symptomen van atriumfibrilleren? Niet iedereen met AF ervaart dezelfde symptomen. Sommige patiënten hebben al jaren AF zonder er iets van te merken. Mogelijke symptomen zijn: Hartkloppingen: plotseling bonzen, fladderen of rammelen in de borst. Gebrek aan energie, vermoeidheid. Duizeligheid: een licht gevoel in het hoofd Een naar gevoel op de borst: pijn, druk op alleen een vervelend gevoel. Kortademigheid: snel lucht tekort komen in verhouding tot de verrichte inspanning. 4

Wat zijn de gevolgen van atriumfibrilleren? Als atriumfibrilleren langer dan 2 dagen aanhoudt, verhoogt dit het risico op het ontstaan van een bloedstolsel in het hart, met name in de linkerboezem. Dit komt omdat atriumfibrilleren de bloedstroom in het hart verandert, hetgeen zelfs op bepaalde plaatsen tot stilstand van het bloed kan leiden. Eén van de specifieke eigenschappen van bloed is dat het gaat stollen op het moment dat het langzamer stroomt of stilstaat. Stollen heeft tot gevolg dat het bloed gaat klonteren, oftewel bloedstolsels geeft. 5

Wat zijn de gevolgen van atriumfibrilleren? De meest ernstige complicatie van AF is een ischemisch CVA. Vaak heeft een patiënt het niet over een CVA maar een beroerte! De jaarlijkse incidentie van CVA bij AF met verhoogd risico is >4,5% en 1 van elke 6 CVA’s wordt veroorzaakt door AF Bij AF zijn de CVA’s in het algemeen groter en gaan ze gepaard met hogere mortaliteit in de vroege fase De CVA’s bij AF treden over het algemeen op oudere leeftijd op dan de CVA’s bij patiënten in sinusritme (referenties: Wolf, Stroke 1991, Hart, Stroke, 2002) 6

Welke co-morbiditeit gaat vaak gepaard met atriumfibrilleren? Ref. NHG-Standaard AF (2009) 7

Hoe kunnen we atriumfibrilleren behandelen? Ritme-controle (herstel van sinus-ritme) Medicamenteus Elektrisch Ritme-controle voorkomt geen trombo-embolische complicaties! Frequentie-controle Frequentie-controle is niet inferieur t.o.v. ritme-controle Antistolling Een patiënt met AF dient altijd met antistolling te worden behandeld. 8

Welke antistollingsmiddelen en waarom? Afhankelijk van aanwezige co-morbiditeit maakt de behandelend arts een keuze uit acetylsalicylzuur (ASA), acenocoumarol, phenprocoumon (coumarine) of een nieuw oraal antistollingsmiddel (dabigatran). Voor de keuze van antitrombotische behandeling wordt door huisartsen gebruik gemaakt van een risicostratificatie, de zogenaamde CHADS2 score. Specialisten maken gebruik van een uitgebreidere risicostratificatie, de CHA2DS2VASc score. 9

CHADS2: ANTISTOLLING BIJ AF HUISARTSEN CHADS2: ANTISTOLLING BIJ AF Condition Points  C   Congestive heart failure 1  H  Hypertension: blood pressure consistently above 140/90 mmHg (or treated hypertension on medication)  A  Age ≥75 years  D  Diabetes mellitus  S2  Prior Stroke or TIA 2 Score Risk Anticoagulation Therapy Considerations Low Aspirin Aspirin daily 1 Moderate Aspirin or Warfarin (coumarine) Aspirin daily or raise INR to 2.0-3.0, depending on factors such as patient preference 2 or greater Moderate or High Warfarin (coumarine) Raise INR to 2.0-3.0, unless contraindicated (e.g. clinically significant GI bleeding, inability to obtain regular INR screening)

SPECIALISTEN ESC RICHTLIJNEN 2010: ANTISTOLLING BIJ AF Risk factor Score Congestive heart failure/LV dysfunction 1 Hypertension Age ≥ 75 2 Diabetes mellitus Stroke/TIA/thrombo-embolism Vascular disease Age 65–74 Sex category (female sex) Maximum Score 9 Risk category CHA2DS2-VASc score Recommended therapy No risk factors Either aspirin 75–325 mg daily or no anti-thrombotic therapy. Preferred: no anti-thrombotic therapy rather than aspirin. One ‘clinically relevant non-major’ risk factor 1 Either OACa or aspirin 75–325 mg daily. Preferred: OAC rather than aspirin. One ‘major’ risk factor or >2 ‘clinically relevant non-major’ risk factors 2 OACa a OAC, such as a coumarine (VKA), adjusted to an intensity range of INR 2.0–3.0 (target 2.5). New OAC drugs, such as dabigatran etexilate, which may be viable alternatives to a VKA, may ultimately be considered. OAC= oral anticoagulation, VKA = Vitamin K Antagonist = coumarine ESC = European Society of Cardiology; INR = International normalized ratio; LV = left ventricular; TIA = transient ischaemic attack Camm AJ et al. Eur Heart J. 2010 Oct;31(19):2369-429 11 11

Therapietrouw Het effect van een behandeling kan niet los worden gezien van de mate van therapietrouw. Zeker bij patiënten die weinig last ondervinden van hun AF-klachten, is het cruciaal om het belang van therapietrouw te blijven benadrukken. 12