Zorg voor vitale functies

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
De bloeddruk.
Advertisements

Hart.
Kennis van het menselijk lichaam
Inhoud 2e les: Vragen vorige les? Injecteren Tensie meten (bloeddruk)
EHBO aan Ouderen.
Dr Selleslagh St Jozefkliniek Bornem
Klinische interpretatie van een patiënt in problemen Reanimatie
Bloedvaten en Bloeddruk
Het hart En werking.
De bloedvaten En werking.
4. Het autonome zenuwstelsel
Het reguleren van de ademhaling bij het gebruik van adembescherming
Transport van stoffen door het bloed
Centrale Zenuw Stelsel
De tafel van:. Deze tafel is helemaal niet moeilijk! Kijk maar: 1 x 10 = 102 x 10 = 20 3 x 10 = 304 x 10 = 40 5 x 10 = 506 x 10 = 60 7 x 10 = 708 x 10.
Thema 6: Regeling Basisstof 6.
Gaswisseling en ademhaling
Anatomie / fysiologie Circulatie
Anatomie / fysiologie Cxx53 9 en 10 Hart acties
Pneumothorax (lucht) -spontaan (COPD, duikers) - traumatisch (schot, mes, ribbreuk) Hematothorax (bloed) Hydrothorax (vocht)
De bloedsomloop Basisstof 1 t/m 5.
Luidspreker of stemvork trilt. Lucht trilt mee.
Waaruit is het menselijk lichaam opgebouwd?
Pijn op de borst.
EHBO les 4 - Sonja Gerber Enkhuizer Zeevaart School - KZV.
Waarnemen en bijstellen
Bloedvatenstelsel 5Havo.
Les 1.
Het Perifere zenuwstelsel
SHOCK.
Hartslag en ademhaling
SHOCK.
Bloeddruk E. Flink 2012.
Hoofdstuk 8 Paragraaf 2.
Paragraaf 4 Bloed stroomt
Shock flauwte E. Flink 2014.
14 Je levensstroom 14.1 Continu transport Bloedvaten systeem, het hart
Par Bescherming aan de buitenkant: De huid
Effecten van de koude Hypothermie - onderkoeling
§8.4 Bloed stroomt Bladzijde 49.
Johan Bügel Campus Winschoten
5 Transport ©JasperOut.nl.
Thema 6: Regeling Basisstof 6 en 7.
Leskaart 2: Spierballen
Les 3: Orgaanstelsels a - Hart en bloedvaten. Even ter info: Water(H 2 O) Mens is 60% water ± 42 liter Bloed: 5 – 6 liter Water is oplosmiddel, transportmiddel,
Waar is het voor? Hoe werkt het ook alweer?
Bloeddruk E. Flink 2017.
Het meten van de vitale functies
Hst. 2 Het circulatieapparaat
Natuurkunde van de bloedsomloop
Al je aantekeningen moeten in je dossier!
Ontwikkeling en benadering van kinderen
Waarneming Wat is een zintuig? Welke zintuigen zijn er?
Hartslag en ademhaling
Waaruit is het menselijk lichaam opgebouwd?
Hartslag en ademhaling
Warmteletsels Achtergrondinformatie De stofwisseling:
Het meten van de vitale functies
Hoofdstuk Transport VMBO-tl 2
Hartritme Het hartritme wordt geregeld door een prikkelgeleidingsysteem. Elektrische prikkels stimuleren de hartspier om zich samen te trekken.
Circulatie pathologie
EHBO.


Algemeen: Controleer altijd eerst de vitale functies.
DE LONGEN.
Samenvatting CONCEPT.
Transcript van de presentatie:

Zorg voor vitale functies Hartslag Ademhaling Bloeddruk Temperatuur Bewustzijn Vitale functies worden aangestuurd door het centrale zenuwstelsel Wanneer de hartslag (circulatie) en ademhaling uitvalt raken mensen buiten bewustzijn Dus controle bewustzijn hoort ook bij zorg voor vitale functies

Hartslag meten Golfbeweging van het bloed in de arteriën Met 2 of 3 vingertoppen tegendruk te geven op arteriewand (niet duim) Arteriën die dicht aan de oppervlakte van de huid liggen Arteriën die tegen een harde onderlaag als bot of spieren aan liggen Door samentrekking van de hartspier wordt bloed in de bloedvaten geperst - Samentrekking=systole=bovendruk - Ontspanning=diastole=onderdruk In rust Ontspannen toestand

Factoren die van invloed zijn op de circulatie Leeftijd Leefstijl Erfelijkheid Omgevingsfactoren

Plaatsen hartslag meten Slapen Arteria Temporalis Hals Arteria Carotis Arm Arteria Brachialis Pols Arteria Radialis Lies Arteria Femoralis Knieholte Arteria Poplitea Voetrug Arteria Dorsalis Pedis Onderbeen Arteria Tibialis Posterior

Aspecten hartslag meten Frequentie; aantal samentrekkingen per minuut - in rust 60-80 slagen -Hoge frequentie=Tachycardie=>100 slagen per minuut -Lage frequentie=Bradycardie=<50 slagen per minuut Regelmaat; de pauze tussen 2 slagen is even lang Gelijkmatigheid; alle slagen zijn even krachtig Spanning;heeft te maken met de druk die nodig is om de hartslag niet meer te voelen -Weke of krachtige hartslag Vulling; het bloedvolume dat door het hart in de slagaderen wordt gestuwd - Kleine pols <70 ml - Grote pols > 100 ml

Ademhaling Gebeurt ongemerkt en vanzelf Door te ademen gaat zuurstof het lichaam in en wordt koolstofdioxide uitgescheiden De ademhaling wordt geregeld vanuit het ademhalingscentrum in het verlengde merg Inademing=inspiratie Uitademing=expiratie Borst- en/of buikademhaling Gebruik hulpademhalingsspieren

Kenmerken normale ademhaling Frequentie; 14-18 keer per minuut Regelmaat; pauzes tussen 2 ademhalingen zijn even lang Diepte; voldoende diep, de in- en uitademing zijn even diep Gelijkmatigheid; alle ademhalingen zijn even diep Ademhalingsbeweging; symmetrisch en borst- en/of buikademhaling Inspanning en gevoel; kost geen moeite en geen pijn Geluid; niet of nauwelijks hoorbaar

Factoren die van invloed zijn op de ademhaling Persoonlijke factoren Omgevingsfactoren Lichamelijk functioneren Psychisch functioneren

Ademhaling observeren Ongemerkt, bv voor hartslag meten 1 minuut Inademing en uitademing wordt als 1 geteld Start bij inademing Kwaliteit van de ademhaling * kleur zorgvrager-cyanose? * hoesten? * geluid bij in- en/of uitademing? * kortademig bij rust of inspanning? * sputum hoeveelheid, kleur, taai, dik, bijmenging * afwijkende ademhaling(s)(patronen)? * pijn? * symmetrie borstkas * geur ademhaling

Begrippen ademhaling Apneu=ademhalingsstilstand Dyspneu=bemoeilijkte ademhaling/kortademigheid Bradypneu=langzame ademhaling Tachypneu=versnelde ademhaling Hyperventilatie=snelle en diepe ademhaling door te lage koolzuurwaarde in het bloed Cheyne-Stokes-ademhaling=afwisselend van diepte en snelheid en perioden van apneu Ademhaling volgens Biot=gelijke diepte met apneu Ademhaling volgens Kussmaul=zeer diepe, gelijkmatige ademhaling met verhoogde frequentie (>20 keer per minuut) Gasping=ernstige vorm van kortademigheid=happen naar lucht