Evenredigheden.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Sinterklaas weer in Nederland
Advertisements

Concentratie Hardheid van water ADI-waarde
Wat is een goede warme maaltijd?
BIONADE Cola Horecava Innovation Award 2014.
Rekenen Cito M6 oefenen.
20-03 Indelingen kosten.
Het beste ei Bakker.
Energie Water stroomt.
Rekenen met voedingsstoffen
Rekenen met massaverhoudingen
3 mavo Betekenis van dit percentage bespreken..
Energiedranken in vraag en antwoord
Tandwielen.
Digibordles Eieren Tellen Gemaakt door: Juf Marije & juf Sanne
inkoopprijs – verkoopprijs winst – verlies
Joint costs and by-products
Blok 11 les 7 Breuken. 1. Ik heb …… dingen Ik verdeel in ….. gelijke delen van de delen noem ik … Dit deel telt ….. dingen.
Digibordles Kleding rangtelwoorden en patroonherkenning
2 Het lekkere van alcohol
Stoffen en stofeigenschappen
6.1 Oplosmiddel – opgeloste stof
Optellen en aftrekken tot 100 TE + E = TE mb
ARMOF RIJK. gelijk ongelijk Rechtvaardig ? Onrechtvaardig ?
Hoofdstuk 5 “Een eigen bedrijf”
Vraagje: Is deelbaar door 2? En door 3? En 4? En 6?
Les 2 groep 7 leerdoel Je leert om de uitkomst van een som te schatten, zodat je snel en handig kan rekenen. Wat weet je hier al van? Waarom is het handig.
Les voor groep 8 Pak je stoel en kom aan de instructietafel
3T Nask2 3 Stoffen scheiden
4.5 Samenstelling van mengsels
Door: Esmée Verdoorn& Lotte Zonneveld
Chocoladetaart is gevaarlijk De docent 1 e klas. Chocoladetaart bestaat uit:  200 g boter  3 repen pure chocolade (van 100 gram)  1 reep melkchocolade.
Berekening middel en water
VERHOUDINGEN.
Vloeistoffen meten Kennismaking met het meten van vloeistoffen
Jeroen Bosch Ziekenhuis Afdeling Diëtetiek
€ 160 Nu 25 % korting ! 25 % van 160 = 160 – 40 = X € 120.
De telwoorden.
Cupcakeshop Anglaya Veerle ikram.
Vermenigvuldigen met breuken
Wafels Nodig voor 8 personen: 5 eieren 1/4 kg + 50g boter 1/2 l melk
1 Sneeuwpoppen Kies een leuk spel Gertrude van Walstijn.
Voorbeeld 1 Stappenplan 1. Alle TERMEN op gelijke noemer 2. Noemers schrappen 3. Vergelijking verder oplossen.
Dit is een test. Een tweede dia biedt mogelijk uitkomst.
Digibordles herfst rangtelwoorden leesrichting
- copyright 2015 Breuken & rationale getallen - 1 /
Mol paar dozijn gros mol • 1023.
Klik op het vierde plaatje.
Maak je niet dik: Verdunnen
Van kommagetal naar breuk
1.
Kippen, kuikens en eieren.
Digibordles rekenbegrippen

middelste – eerste - laatste
Rekenen met verhoudingen
Hoofdstuk 17 Breuken basis. Hoofdstuk 17 Breuken basis.
Subtitel Titelindeling.
Titelindeling Subtitel.
Breuken delen Breuken delen Breuken delen © André Snijers.
De rationale getallen De rationale getallen De rationale getallen
M A R T X I W K U N E D S 2 G10 Begrip evenredigheid © André Snijers.
Wat staat er op een etiket?
G11 2 Hoofdeigenschap van evenredigheden M A R T X I © André Snijers W
G12 2 Bewijs: de hoofdeigenschap van evenredigheden M A R T X I
G13 2 Recht en omgekeerd evenredige grootheden M A R T X I
Titelindeling Subtitel.
Titelindeling Subtitel.
Bewerkingen met natuurlijke getallen
Titelindeling Subtitel.
Transcript van de presentatie:

Evenredigheden

VOORBEELD 3 6 eieren personen = 8 4 Chocomousse: ingrediënten voor 4 personen 3 eieren 100 g chocolade 50 g suiker 125 ml room Hoeveel eieren heb je nodig voor 8 personen? 3 6 eieren personen = 8 4

VOORBEELD 50 150 suiker personen = 12 4 Chocomousse: ingrediënten voor 4 personen 3 eieren 100 g chocolade 50 g suiker 125 ml room Hoeveel suiker heb nodig voor 12 personen? 50 150 suiker personen = 12 4

VOORBEELD 100 50 chocolade personen = 2 4 Chocomousse: ingrediënten voor 4 personen 3 eieren 100 g chocolade 50 g suiker 125 ml room Hoeveel chocolade heb je nodig voor 2 personen? 100 50 chocolade personen = 2 4

VOORBEELD 100 75 chocolade personen = 3 4 Chocomousse: ingrediënten voor 4 personen 3 eieren 100 g chocolade 50 g suiker 125 ml room Hoeveel chocolade heb je nodig voor 3 personen? 100 75 chocolade personen = 3 4

Wat is een evenredigheid? breuken Een gelijkheid van twee ………….

Benamingen eerste term 6 8 = 4 3 derde term tweede term vierde term

Benamingen UITERSTEN 6 8 = 4 3 MIDDELSTEN

HOOFDEIGENSCHAP Het product van de uitersten is gelijk aan het product van de middelsten.  6  4 = 8  3