1 Handbal Met een handbal zoveel mogelijk kegels omver werpen. banken in zijlig Met een handbal zoveel mogelijk kegels omver werpen. Elke kegel die omver gegooid wordt telt als punt voor de groep.
2 Korfbal Van op een matje zoveel mogelijk keer doelen in de korf. De bal in de korf telt als punt voor de groep.
3 Hockey Vanaf de laatste kegel de hockeybal in het doel slaan. Bal in het doel telt als punt voor de groep.
4 Minitennis badmintonnet tegen muur plaatsen op minitennis hoogte De bal tegen de muur slaan boven het net, de bal éénmaal op d egrond laten botsen. De leerlingen tellen luidop het aantal juiste slagen. De leerlingen tellen verder bij het wisselen van leerling.
1 Hoogspringen Limiethoogte 95 cm om punt te behalen Door middel van een schaarsprong over het touw springen zonder het touw te raken. Elke keer dat een leerling over het touw springt zonder het touw te raken mag de groep luidop een punt bijtellen.
2 Verspringen Aanlopen en zo ver mogelijk springen. 1m80 2m 2m20 lijn muur 1 pnt 2pnt 3pnt Aanlopen en zo ver mogelijk springen. De leerling die de opdracht net heeft uitgevoerd, kijkt welke limietslijn hij/zij heeft behaald. De eerste lijn is 1 punt waard, de tweede lijn 2 punten en de verste lijn 3 punten.
3 Kogelstoten middenlijn badmintonveld achterlijn basket Zoveel mogelijk keer een pittenzakje op de ton gooien via een geldige schouderworp. Elk pittenzakje dat na een geldige worp op de ton blijft liggen, telt als punt voor de groep.
4 Speerwerpen Zoveel mogelijk keer een speer door de hoepel werpen. hoepel vast aan basketbalkorf Zoveel mogelijk keer een speer door de hoepel werpen. Elke speer die door de hoepel gaat telt als punt voor de groep.
1 Klimmen tape Zoveel mogelijk keer het klimparcours afleggen zonder vallen. Per volledig afgelegd parcours mag de groep een punt tellen. Een volledig parcours begint op de grond aan de linker ladder en eindigt op de grond aan de rechter ladder. valmat
2 Evenwicht Op de balk (of bank) stappen en zoveel mogelijk keer het sjaaltje naar de overzijde brengen. Elk keer dat het sjaaltje wordt doorgegeven telt als punt voor de groep.
3 Gewichtheffen Zoveel mogelijk keer de 3 ballen verplaatsen van de ene bank naar de andere. Telkens wanneer de drie ballen verplaatst zijn, verdient de ploeg een punt.
4 Roeien Zoveel mogelijk keer het parcours op het karretje afleggen. Telkens wanneer een leerling terug bij het startpunt komt, krijgt de groep een punt.