Fysische geografie van Nederland Hoofdstuk 10 Geomorfologische kaarten van Nederland van het boek De vorming van het land Geomorfologische kaarten van Nederland © Berendsen en Stouthamer, 2011
Fysische geografie van Nederland Reliëf Het reliëf wordt samen met het gesteente aangeduid als het substraat. Substraat en klimaat vormen de conditionele factoren in het landschap. Dit houdt in, dat het reliëf in sterkere mate bepalend is voor de landschapsfactoren water, bodem en vegetatie dan omgekeerd. Reliëf © Berendsen en Stouthamer, 2011
Geomorfologische kaarten geo = aarde, morfos = vorm morfografische informatie morfogenetische informatie morfometrische informatie morfochronologische informatie Geomorfologie betreft het ontstaan van de vormen aan het aardoppervlak (geo = aarde, morfos = vorm). Geomorfologische kaarten bevatten: morfografische informatie (vorm-beschrijvend) morfogenetische informatie (informatie betreffende het ontstaan) morfometrische informatie (b.v. afmetingen en steilheid van vormen) morfochronologische informatie (volgorde of tijd van het ontstaan van de vormen). Het is vaak niet goed mogelijk alle informatie tegelijk in een kaart weer te geven. © Berendsen en Stouthamer, 2011
Geomorfologische kaarten reliëf helling struktuur vorm ontstaanswijze lithologie ouderdom Elementen die deel kunnen uitmaken van een geomorfologische kaart: reliëf helling struktuur vorm ontstaanswijze lithologie ouderdom © Berendsen en Stouthamer, 2011
Figuur 10.1 Beschikbare kaartbladen van de geomorfologische kaart van Nederland per 1-1-2008. Gedrukte kaartbladen zijn sinds 1977 gepubliceerd als een gezamenlijke uitgave van de Rijks Geologische Dienst (nu TNO-NITG) en de Stichting voor Bodemkartering (later het Staring Centrum, thans Alterra). Tot 1990 was bijna 70 % van Nederland in kaart gebracht. In 1990 werd het project wegens geldgebrek stopgezet. Sinds 1997 is door Alterra verder gewerkt aan een digitaal bestand. In 2003 was de kaart landsdekkend in digitale vorm klaar. Het is daarmee de eerste landsdekkende geomorfologische kaart op deze schaal ter wereld. Bestanden worden geleverd via de Alterra Geodesk. De bladindeling van de kaart is dezelfde als van de topografische kaart van Nederland, schaal 1 : 50.000. Van de gedrukte kaarten zijn oost- en westblad samen als een dubbelblad uitgegeven. Er bestaat een legenda-boekje voor alle kaartbladen, en een toelichting op de legenda. © Berendsen en Stouthamer, 2011 5
Figuur 10.2a Deel van de legenda van de geomorfologische kaart van Nederland, schaal 1 : 50.000. De hoofdingangen zijn: reliëf (reliëfklassen) en terreinvormen (vormgroepen). Naar Ten Cate & Maarleveld (1977). 1. reliëfklassen. Er worden 8 hoofdreliëfklassen (I t/m VIII) en 18 subklassen onderscheiden. 2. terreinvormen. De terreinvormen zijn ingedeeld in 15 vormgroepen, die worden aangegeven met de letters A tot en met T. De vormgroepen worden gedefinieerd door hun uiterlijke gedaante, de hoogte ten opzichte van hun omgeving en de hellingshoek. De legenda is dus sterk morfografisch en morfometrisch van opzet. © Berendsen en Stouthamer, 2011
Figuur 10.2b Deel van de legenda van de geomorfologische kaart van Nederland, schaal 1 : 50.000. De hoofdingangen zijn: reliëf (reliëfklassen) en terreinvormen (vormgroepen). Naar Ten Cate & Maarleveld (1977). 1. reliëfklassen. Er worden 8 hoofdreliëfklassen (I t/m VIII) en 18 subklassen onderscheiden. 2. terreinvormen. De terreinvormen zijn ingedeeld in 15 vormgroepen, die worden aangegeven met de letters A tot en met T. De vormgroepen worden gedefinieerd door hun uiterlijke gedaante, de hoogte ten opzichte van hun omgeving en de hellingshoek. De legenda is dus sterk morfografisch en morfometrisch van opzet. © Berendsen en Stouthamer, 2011
Geomorfologische kaart 1: 50.000, blad Tiel © Berendsen en Stouthamer, 2011
Fragment van de geomorfologische kaart van Nederland, schaal 1: 50 Fragment van de geomorfologische kaart van Nederland, schaal 1: 50.000 van het rivierengebied (gegeneraliseerd). Naar Stiboka, uit Ivens & Lansu, z.j. © Berendsen en Stouthamer, 2011
Figuur 4.1 Geomorfogenetische overzichtskaart van Nederland (naar: Wetenschappelijke Atlas van Nederland, deel 13). Op geomorfologische kaarten worden de vormen aan het aardoppervlak weergegeven. Op de morfogenetische kaart op schaal 1 : 1.000.000 wordt onderscheid gemaakt in vormen die ontstaan zijn door accumulatie en vormen die ontstaan zijn door erosie. Op de originele kaart hangen de kleuren samen met de aard van de vormbepalende factoren (de genese). De intensiteit van de kleur hangt samen met het reliëf: hoe groter het reliëf, hoe feller de kleur. De op de morfogenetische kaart onderscheiden vormen worden onderverdeeld naar de belangrijkste vormbepalende factoren: denudatie en smeltwater, landijs, smeltwater, wind en water, water met en zonder getijde-invloed, veenvorming, tektoniek en mens. Op deze kleinschalige afbeelding kon dit niet op een leesbare wijze worden weergegeven. © Berendsen en Stouthamer, 2011