Materie, energie en leven Context 1 Materie, energie en leven
Hoofdstuk 1 Materie, energie en leven
I. De brandstoftank van een auto Energie in brandstoffen
I. De brandstoftank van een auto b) Fossiele brandstoffen: ontstaan uit plankton
Emiliania huxleyi (0,10 mm)
Tomopteris
I. De brandstoftank van een auto c) Fotosynthese: belangrijk bij het ontstaan van fossiele brandstoffen
I. De brandstoftank van een auto c) Fotosynthese: belangrijk bij het ontstaan van fossiele brandstoffen
I. Materie zit vol energie d) Energie in voedsel
I. Materie zit vol energie d) Energie in voedsel
Minerale verbindingen Koolstofverbindingen II. Organische stoffen 2.0 Indeling van de materie Zuivere stof Mengsel Minerale verbindingen Anorganische chemie Koolstofverbindingen Organische chemie Enkelvoudige stoffen Samengestelde stoffen De materie
alifatische KWS, cyclische KWS, alkanen, alkenen, aromatische KWS II. Organische stoffen 2.1 Koolwaterstoffen (KWS) a) Soorten KWS R-H alifatische KWS, cyclische KWS, alkanen, alkenen, aromatische KWS
II. Organische stoffen 2.1 Koolwaterstoffen (KWS) b) Voorbeelden van KWS butaan
II. Organische stoffen 2.1 Koolwaterstoffen (KWS) c) Enkele toepassingen van KWS White spirit: alifatische en cyclische KWS (C7-C12) campinggas: propaan en butaan Kaarsen: paraffine = alifatische KWS (C25-C40)
II. Organische stoffen 2.2 Derivaten van KWS Functionele groep Voorbeelden stearinezuur
II. Organische stoffen 2.2 Derivaten van KWS Functionele groep Voorbeelden bijenwas (kaarsen, poetsmiddel, bindmiddel in verf, …)
2.3 Determineertabel R-H R-CH=CH-R’ R-CC-R’ R-X R-NH2 R-O-H R-O-R‘ II O R-C-R' R-C-OH R-C-OR' R-C-NH2 Alkanen Alkenen Alkynen Halogeniden Aminen Alcoholen Ethers Aldehyden Ketonen Carbonzuren Esters Amiden 2.3 Determineertabel
II. Organische stoffen 2.3 Determineertabel Organische stoffen herkennen m.b.v. de determineertabel Volgende stof komt voor in het aroma van peren. Tot welke stofklasse behoort deze stof? Geef het nut van volgende stof in de huisapotheek? Tot welke stofklasse behoort deze stof?
II. Organische stoffen 2.3 Determineertabel Organische stoffen herkennen m.b.v. de determineertabel In dissolvant zit een stof die nagellak verwijdert. Tot welke stofklasse behoort deze stof? De typische geur in zweet wordt veroorzaakt door butaanzuur. Schrijf de structuurformule van butaanzuur.
II. Organische stoffen 2.3 Determineertabel Organische stoffen herkennen m.b.v. de determineertabel Welke stofklasse herken je in volgende formules?
II. Organische stoffen 2.3 Determineertabel Organische stoffen herkennen m.b.v. de determineertabel Sommige stoffen vertonen twee functionele groepen. In aspirine zit een actief bestanddeel: acetylsalicylzuur genaamd. Duid in onderstaande figuur de twee functionele groepen aan en geef ook de overeenkomstige stofklasse.
II. Organische stoffen kopie p. 7-8 2.4 Enkele toepassingen van organische verbindingen Alkanen propaan en butaan lagere alkanen (C7-C12) hogere alkanen (C25-C40) methaan
Alkenen polyetheen
Alkynen ethyn
Alcoholen methanol
Alcoholen ethanol ook ontsmettingsmiddel, brandstof (auto’s in Brazilië, uit suikerriet)
Halogeenalkanen chloorethaan trichloormethaan
Carbonzuren ethaanzuur methaanzuur
Carbonzuren butaanzuur
Ethers diëthylether
Esters
isopentyacetaat
Aldehyden ethanal
Ketonen propanon = aceton
Aminen trimethylamine
Aminen amfetamine (=speed)
III. Polariteit van stoffen boek p. 20-25 3.1 Dipoolmolecule: polaire en apolaire stoffen 3.1.1 Water, een bijzonder molecule grotere EN waarde van O
III. Polariteit van stoffen 3.1 Polaire en apolaire stoffen 3.1.2 Polaire en apolaire stoffen polaire bindingen geen symmetrische verdeling van de lading dipoolmolecule, polaire molecule
III. Polariteit van stoffen 3.1 Polaire en apolaire stoffen opdracht Zijn volgende molecuulen dipolen? Verklaar. NH3 diëthylether hexaan ethaanzuur methanol
polair oplosmiddel: water apolair oplosmiddel: hexaan III. Polariteit van stoffen 3.2 Gevolgen en toepassingen van polariteit Het geheim van mayonaise polair oplosmiddel: water apolair oplosmiddel: hexaan keukenzout (NaCl) = diëthylether = dijood (I2) = olie = polaire stoffen lossen goed op in een polair / apolair oplosmidde apolaire stoffen lossen goed op in een polair / apolair oplosmiddel
3.2 Over mayonaise, wespen en regekledij 3.2.1 Het geheim van mayonaise water: polair olie: apolair
emulgatoren polaire kop apolaire staart = hydrofiel = hydrofoob apolair deel: C17H35 polair deel: COO- polaire kop = hydrofiel apolaire staart = hydrofoob
voorbeeld van een emulgator: lecithine in eigeel
een emulgator kan micellen vormen = waterfase = oliefase
= waterfase = oliefase Waar komt dit voor?
III. Polariteit van stoffen 3.2 Gevolgen en toepassingen van polariteit b) Drijven op het water schaatsenrijdertje (Wantsen)
oppervlaktespanning water: aantrekking tussen water- moleculen waardoor er een ‘vliesje’ op het water ligt poten met was (vet = apolair, dus waterafstotend)
III. Polariteit van stoffen 3.2 Over mayonaise, wespen en regekledij 3.2.3 Regenkledij houdt water buiten ademende stoffen
9 miljard poriën per cm²