Regeling Thema 6.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Thema 5 Homeostase Paragraaf 1
Advertisements

Het zenuwstelsel.
Regeling 4H.
Thema 18: Brainwave 18.2 en 18.3.
Bouw en functie van het zenuwstelsel
Impulsgeleiding Thema 5.
De hersenen en het zenuwstelsel.
Bouw en functie van het zenuwstelsel
Bouw en functie van het zenuwstelsel
18.1 Natrium-Kalium pomp Buiten cel In cel.
Quiz.
Thema 18: Brainwave 18.2 en 18.3.
7. Spieren en beweging 1.
4. Het autonome zenuwstelsel
5. De weg die impulsen afleggen
4. De hersenen.
Bouw en functie van het zenuwstelsel
Bouw en functie van het zenuwstelsel
Centrale Zenuw Stelsel
Thema 6: Regeling Basisstof 4.
Thema 6: Regeling Basisstof 3
Thema 6: Regeling Basisstof 6.
Thema 6: Regeling Basisstof 1 en 2
De weg die impulsen afleggen
Zenuwstelsel Hormoonstelsel
Ontvanger prikkel = receptor Zenuwstelsel = conductor = geleider
Thema 6: Regeling Basisstof 3, 4 en 5.
Vragen Wat zijn impulsen? Wat zijn receptoren? Wat is een neuron?
Onderdelen van de hersenen
Vragen Wat zijn impulsen? Wat zijn receptoren? Wat is een neuron?
Thema 31 Zenuwstelsel en spieren
Thema 31 Zenuwstelsel en spieren
Par Van prikkel naar impuls
Thema 4: Waarneming en Regeling
Bas 4 Natrium-Kalium pomp
REGELING LES 3. HERSENEN Bestaan uit: 1.Hersenstam 2.De grote hersenen 3.De kleine hersenen.
Niet zenuwachtig worden, he?
REGELING LES 2.
Regeling.
18 brainwave.
Het hormoonstelsel 4 havo.
Thema 6 Regeling en waarneming B. Stof 3 Zenuwstelsel
Zoeken naar het evenwicht
Thema 6: Regeling Basisstof 6 en 7.
Thema 6Regeling en waarneming Onderdeel Spieren en beweging
Het zenuwstelsel Zorgt voor de coördinatie van activiteiten in weefsels en organen, vegetatieve en animale functies, de buitenwereld en onze gevoelens.
Hoofdstuk 4 Paragraaf 3: Het zenuwstelsel. Wat gaan we doen vandaag?  Bespreken paragraaf 3  Maken paragraaf 3.
Thema 6 Regeling en waarneming B. Stof 3 Zenuwstelsel Par Zenuwcellen en 31.4 Zenuwstelsel.
H14 Zenuwstelsel.
Waarneming & Regeling 6 ©JasperOut.nl.
Kennisblokken 1 t/m 3.
Regeling.
Hst. 2 Het zenuwstelsel.
Zenuwstelsel =organenstelsel
De werking van het zenuwstelsel.
& Beeldvormingstechnieken
Kennisblokken 1 en 3.
Thema 6: Regeling.
Thema 6: Regeling Basisstof 1 en 2
zenuwstelsel prikkel Impuls impuls Hersenen CZ Zintuig zenuw zenuw
Regeling 3 VMBO - BB.
Het zenuwstelsel Hoofdstuk 9.
Zenuwcellen en zenuwen
Transcript van de presentatie:

Regeling Thema 6

Het zenuwstelsel Centrale zenuwstelsel Perifere zenuwstelsel Grote hersenen Kleine hersenen Hersenstam ruggenmerg Perifere zenuwstelsel Zenuwen

Plaatje met antwoorden: biobits de maakbare mens: Prikkelverwerking

Prikkel Impuls Receptoren Effectoren Conductoren Invloed uit het milieu op een organisme Impuls Soort elektrisch signaal die door zenuwen kunnen worden voortgeleidt Receptoren Zintuigcellen (ontvangen) Effectoren Spiercellen en kliercellen (voeren uit) Conductoren Zenuwcellen , schakelcellen(voortgeleiden)

Zenuwcellen (neuron) Cellichaam Uitlopers Dendriet Axon (neuriet) Uitloper die impulsen naar het cellichaam leidt Axon (neuriet) Uitloper die impulsen van het cellichaam af leidt Myelineschede (mergschede) Cellen van Schwann met insnoering

Schakelcellen Sensorische zenuwcellen Motorische zenuwcellen Receptor  cz Cellichaam ligt vlak bij cz Eén lange dendriet, korte axon Motorische zenuwcellen Cz  effector Cellichaam in cz Meerdere korte dendrieten, één lang axon Schakelcellen Impulsen binnen cz In cz Korte en vertakte dendrieten en axonen

Synaps Plaats waar de impuls van de ene cel naar de andere cel wordt doorgegeven Zenuwcel ontvangt veel impulsen (van zintuig- of zenuwcellen) Zenuwcel geeft veel impulsen door (aan zenuw-, spier- of kliercellen)

Zenuwen De uitlopers van de zenuwcellen(gescheiden door myelineschede Omgeven door bindweefsel Gevoelszenuw Uitlopers van sensorische zenuwcellen Bewegingszenuw Uitlopers van motorische zenuwcellen Gemengde zenuw Uitlopers van sensorische en motorische zenuwcellen

Impulsgeleiding Een zenuwcel in rust Impuls negatieve elektrische lading ten opzichte van het weefsel eromheen. -70 millivolt Impuls Verandert de negatieve lading naar een positieve lading +30 millivolt Actiefase 1 milliseconde Herstelfase geen impulsen verwerken.

Impulsgeleiding Animatie bioplek

Impulssterkte Impulsfrequentie Alles of niets De grootte van de verandering die optreedt in de elektrische lading van het celmembraan Impulsfrequentie Het aantal impulsen dat per tijdseenheid door de zenuwcel wordt voortgeleid Alles of niets Er treedt een impuls op of niet

Niet sprongsgewijze impulsgeleiding Impuls beweegt zich over het membraan 2-3 m/s Sprongsgewijze impulsgeleiding Impuls springt van insnoering naar insnoering 120 m/s

Kunstmatige prikkeling van een zenuwcel Om te bepalen of zenuwcellen nog werken Snelheid van de geleiding meten Mechanisch prikkelen Micronaald Elektrisch prikkelen Stroomstoot Chemisch prikkelen - Inwerking van stoffen op celmembraan

Prikkeldrempel (drempelwaarde) De kleinste prikkelsterkte die een impuls veroorzaakt Heeft geen invloed op impulssterkte < Prikkeldrempel  geen impuls ≥ Prikkeldrempel  impuls Heeft invloed op impulsfrequentie Hoe sterker de prikkel, hoe hoger de impulsfrequentie

Impulsoverdracht Zenuwcellen geven impuls maar in één richting door Door synaps en neurotransmitters Sensorische zenuwcellen  schakelcellen Motorische zenuwcellen  spier- of kliercellen

Synaps op bioplek

Impuls kan geremd of gestimuleerd worden door (afb. 11, blz 207) Geneesmiddelen Morfine (remt) Genotmiddelen Alcohol (remt) Drugs Amfetamine (stimuleert)

Ruggenmerg Ruggenmerg is goed beschermd door de wervels Plaatje rechts: kort filmpje over ruggenmerg

Ruggenmerg bestaat uit Schors Witte stof: uitlopers van schakelcellen Merg Grijze stof: cellichamen van de schakelcellen en motorische zenuwcellen Centrale kanaal Vocht Rechtstreekse verbinding hersenholte Beschermd door vliezen

Ruggenmergzenuwen Verlaten wervels aan beide kanten Altijd gemengd Splitst vlak voor ruggenmerg Uitlopers sensorische zenuwcellen: aan rugzijde ruggenmerg binnen Spinale ganglia: opeenhoping van cellichamen Uitlopers motorische zenuwcellen: verlaten ruggenmerg aan buikzijde

Elke ruggenmergzenuw verbindt een bepaald gedeelte van de romp of ledematen met het ruggenmerg

Verschillende onderdelen hersenen worden in het plaatje aangegeven, plaatje homer simpson: filmpje 1.09m

Grote hersenen Grijze stof (2-6 mm dik)= Cortex (hersenschors) cellichamen van neuronen (+steuncellen) Witte stof uitlopers neuronen (axonen) complexe hersenfuncties: taalgebruik, logisch denken Sterk geplooid

Twee helften (hemisferen) Door groef (fissura longitudinalis) Elk vier kwabben voorhoofdskwab: fijne motoriek, spraak, stemming, denkvermogen achterhoofdskwab: gezichtsvermogen, interpretatie beelden wandbeenkwab: lichamelijke gewaarwording slaapbeenkwab: onthouden en herkennen, herinnering

De kleine hersenen (het cerebellum) sterk geplooid buitenste laag : grijze stof, de hersenschors beweging, evenwicht en oogbewegingen, kunnen bewegingen corrigeren en aanpassen. Plaatje cerebellum: hersenen uitschakelen

Reportage schooltv weekjournaal over hersenen

De weg die impulsen afleggen Bewuste reactie Je hebt invloed op de reactie Je bepaalt zelf of je reageert Onbewuste reactie (reflex) Je hebt geen invloed op de reactie Je bepaalt niet of je reageert

Zenuwstelsel Indeling op bouw Indeling op functie Centraal zenuwstelsel Perifeer zenuwstelsel Indeling op functie Animale zenuwstelsel Bewuste reacties en reflexen Autonome (vegetatieve) zenuwstelsel Regelt vooral de werking van inwendige organen

Autonome zenuwstelsel: regelt vooral de werking van inwendige organen Orthosympatische deel Verrichten van arbeid Bevordert dissimilatie (vrijmaken van energie, verbranding van glucose) Impulsen vanuit ruggenmerg via grensstrengen(net buiten wervelkolom) naar organen Parasympatische deel Voor rust en herstel Bevordert assimilatie (vorming van organische stoffen waaruit je lichaam is opgebouwd, kost energie) Impulsen via zwervende zenuw (linker en rechter, oorsprong hersenstam) naar organen http://www.youtube.com/watch?v=EOTYuEDEZR8 (Ngbiologie, gaat iets verder dan jullie moeten weten)

Dubbele innervatie Elk orgaan wordt geïnnerveerd door twee zenuwen Zowel orthosympatische (arbeid) als parasympathische (rust en herstel) zenuw innerveren het doelwitorgaan Innervatie Orgaan is voorzien van een zenuw Doelwit orgaan Een orgaan dat door een bepaald deel van het centrale zenuwstelsel wordt beïnvloed orthosympatisch rood Parasympatisch blauw

Spieren en bewegen Bewegen Door samentrekken spieren

Dwarsgestreept spierweefsel Glad spierweefsel Spiervezels (versmelting spiercellen) Meerdere kernen Skeletspieren Animale zenuwstelsel Glad spierweefsel Langwerpige cellen Eén celkern Huid, wand buisvormige/ holle organen Autonome zenuwstelsel https://sites.google.com/site/iilyear4/three-types-of-muscle-tissue Animatie bioplek Hartspierweefsel Vnl dwarsgestreept spierweefsel Maar 1 à 2 kernen Autonome zenuwstelsel

www.10voorbiologie.nl

Spieren http://www.bio.miami.edu/dana/106/106F06_15.html

http://www.bioplek.org/animaties/spieren_botten/spiersubmicroscopisch.html

Anabole steroïden Spierversterkend middel Zelfde werking/ bouw als testosteron

Hormoonstelsel

Hormonen Stoffen die door endocriene klieren aan het bloed worden afgegeven Regelen werking van een doelwitorgaan Reactie doelwitorgaan wordt bepaald door hormoonspiegel (concentratie in het bloed) http://www.youtube.com/watch?v=CB7gCMvrDac

Websites voor extra info en oefening http://www.studiobiologie.nl/2efase/index.html De man zonder geheugen. Een aflevering van Labyrint. Over een man die in 1953 een hersenoperatie onderging om z’n epileptische aanvallen te verminderen

De weg die impulsen af kunnen leggen http://www.bioplek.org/animaties/zenuwstelsel/zenuwennieuw.html hoe het zenuwstelsel werkt

Een cochleair implantaat

Begrippen Prikkel Drempelwaarde Impuls Autonome zenuwstelsel Bewuste reactie Perifere zenuwstelsel Reflex Centraal zenuwstelsel Dendriet Parasympatisch zenuwstelsel Axon Orthosympatisch zenuwstelsel Receptor Zenuw Effector Impulsfrequentie Conductor impulssterkte Sensorisch neuron Schakelneuron Motorisch neuron Synaps